door vies is in een woord alle kenmerken lieefi van rioolwater, dat
gaat liij met slilzwijeen voorbij.
Waren het alleen die vier door A. vooropgeschoven gebouwen welke het
water verontreinigen, dan zoude, vooral daar liet lands gebouwen zijn,
door bet toepassen van liet tonnenstelsel kort en bondig aan de verontrei
niging een eind te maken zijn; maar dat is niet zoo; het is de geheele be
volking van Leiden, die onwillekeurig -- bet Rhijnwater verpest.
Vergeef mij lezer dit woord het is hard. Maar als men tracht de
waarheid te verbloemen, dan moet zij onthuld worden. liet water dat uit
de gemeente door het Galgcwater voort kruipt naar Katwjjk en dat de hoofd
massa vormt van het water is in den meest ergerlijken staat van onrein
heid; het staat geljjk met het rioolwater dat in groote steden zooals
Parijs, Londen en andere in de rivieren vloeit, of vloeide en ze uren vér
verpest, liet onderscheid is alleen dit, dat d&ar de kleinere riolen zich
vereenigen lot een hoofdriool, 't welk overdekt in den bodem loopt om zjjn
inhoud op één punt in de rivier te loozen. terwijl hier de kleinere riolen
in de grachten uitlonpru en deze dus eigenlijk grootere niet overdekte
riolen vormen, die zich, langs hel Galgewater als hoofdriool, in den Rhijn
uitstorten.
Inlusschen, A. erkent dat het water bedorven is, door regen en weste-
wind wel eens wal heter wordt, maar, en dat is de hoofdzaak, zuiver
(zuiver in den zin van rivierwater) nooit. Dat dit al 26 jaren bekend is
verbetert het water niet; het bewijst alleen dal het Leidsche publicum maar
in den sleur heelt doorgeleefd en is zeker ook eene der oorzaken waardoor
hel voortbestaan der bad- en zweminrichting van lyd tol lijd vrij onzeker
is geweest.
Maar een argument om met slecht water genoegen te nemen is mijns
inziens niet Ie vinden in de omstandigheid dat het al 26 jaar slecht is. Dat
men 26 jaren geleden eene fout beging is geene reden die voort te zetten.
De vraag is zelfs of 26 jaar geleden het water wel zóó slecht was als
thans; maar in elk geval eene fout is te vergeven, dewijl dwalen mensche-
Ijjk is en de oprichters menschen waren, maar onvergeeflijk is het in die
font voort te gaan. nadat men haar als zoodanig erkend heeft, (en dat wil
A. c. suis), tenzij er geen mogelijkheid zij tot verbetering.
De verdere argumenten van A. zijn niet veel zaaks. Als Ie Amsterdam
of te Haarlem bet water slecht is, dan is dat nog geen reden om het te
Leiden ook slecht te willen hebben.
Als er in de Leidsche vaart of in zee gevaar bes'aal om respeelivtlijk
ontmoetingen te hebben met vischotters en kwallen, dl'ii beslaat dat gevaar
ook in den Rhijn - tenzij d'e dieren het water in den Rhijn vlieden als
te bedorven.
Dal men nan 't Warmonderhek zou zwemmen op de maat der Turksche trom
zou het water niet vuil maken, evenmin als muzijk liet water bjj Rhjjnzigt zuiver
maken zal. Maar waarom er in de, nabij de voor eene bad- en zweminrich
ting door mij aangewezen plaats gelegen, uitspanning aan het W, li. ter tege
moetkoming in de kosten der badinrichting geen muzijk zouden kunnen zijn
cn wel in Zomerzorg, Amicitia of aan de Hoogewoerdsche poort zie ik niet
in. A. tracht dit belachelijk voor te stellen, maar dan zjjn alle groote
badplaatsen belachelijk. Want meestal vindt men er twee, soms driemalen
daags muzjjkuitvoeringen. Bovendien zjjn de genoemde drie gelegenhedeu
om zich te vermejjen in het genot van muzjjk meestal zeer goed bezet,
vooral die aan de Hoogewoerdsche poort, welke het best een oordeel geeft
over de meerdere of mindere lust van het Leidsche publiek om bij sirenen
gezang zijn tjjd door Ie brengen. En het publiek heeft volkomen gelijk.
Men behoeft geen rentenier te zijn of met zijn ledigen lijd geen raad te
weten om nu en dan éene uilspanning te genieten. Dat weet A. ook wel.
Hij die een latjjnsche naam voert moet wel weten dat Apollo non semper
tendit arcum en dal, zij ook ars longa, vita brevis esl.
Dat een bad aan liet W. H. meer tjjd zou kosten dan aan de tegenwoor
dige bad- en zwemplaats is onjuist, daar zooals ik aangaf er. uil en thuis,
hoogstens een uur meé gemoeid is; en in minder tijd kan men het in de
tegenwoordige zweminrichting ook niet doen, terwijl een bad te Katwijk
minstens 3 uur vereischt, daargelaten bet onderscheid tnsschen rivier- en
zeebad en de groote kosten voor bad en transport.
Wat betreft de meer of mindere geschiktheid der openbare gemeentelijke
badplaats aan de Heerenpoort, welke er door A wordt bijgesleept terwijl er
slechts sprake is van eene partikuliere inrichting, dat is eene zaak welke
de gezondheidscommissie aangaat. Het lust mij niet daaromtrent nu iu dis
cussie ie Ireden. Vindt A. die inrichting niet goed, dan dient hij zich tot
de genoemde commissie Ie wenden.
Slechts één punt in het beloog van A verdient toelichting, nl. de wen-
schelijkheid van eenige beweging na een koud bad. Daar er in mjjn project
een half uur beschikbaar zon zijn voor een bad. en dal daartoe meer dan
voldoende is, kan de tijd vóór het vertrekken der gondel op het terrein
der inrichting worden doorgebracht met wandelen of zou dit ook kunnen
worden gevonden door op een' afstand van 1000 u 1200 M. huiswaarts aan
de L. Vaart eene aanlegplaats voor den gondel te maken, waar dan de, dit
verkiezende terugwandelende badgasten kunnen worden opgenomen Dit
zou hoogstens een paar minuten oponthoud veroorzaken en daarmede zou
aan de hygiënische eischen in dit opzicht geheel zijn voldaan.
Met een coup de cliapeau neemt A. afscheid en duikt in den Rhijnstroom
(sic) om bjj Rhjjnzigt weder boven Ie komen.
Geloof er niets van, lezer; A. is veel te slim om zulk een salto mortale
te doen; want het zou zelfmoord wezen. Hij zou niet weder boven komen.
Want al ware hij een nog zoo geoefend zwemmer, hel cloakengas waarmeé
dat vocht is oververzadigd zou hem zeker doen bezwijken. En dat zou
jammer zijn. want hij heelt er veel slag »an u knollen voor citroenen te
verkoopen. nl. als gij niet op uwe hoede zijt, zooals u zeker ook wel op
gevallen is in zijne bedenkingen.
Uver de hoofdzaak toch het punt waar alles op aankomt spreekt hij
vergoelijkcnderwijze, zoo kort mogelijk; hij gljjdl er over heen, om tl zoo
spoedig doenljjk op zijwegen te leiden en met vermakelijke sprongen eu
uijen weer te brengen tot het baden in den Rhijn. Hjj is als een aquari-
sche Bamberg.
Laat Aquarius bewijzen dat ik ongelijk heb als ik beweer //Het water
dat uit de Gemeente afvloeit naar Katwjjk staat gelijk met rioolwater en
kan op den korten afstand waarop de bad- en zweminrichting gelegen is
onmogelijk voldoende gezuiverd zijn om een aan de regelen der hygiëne en
der zindelijkheid voldoend bad te leveren" dan heelt hij gelijk en ik onge
lijk en ik zal hel openljjk erkennen.
Tot zoolang blijf ik volhouden dat, daar baden in ricolwater steeds
dégoutant is cn hoogst bedenkelijke gevolgen kan hebben, het van algemeen
belang is eene bad- en zweminrichting te vestigen in zuiver water, b. v. op
de door mij aangewezen plaats. Wat er Ie hopen is van hel zclfzuiverings-
proces van het water, op den korten afstand daartoe in cast beschikbaar,
dat hebben de ^eenige leden van Rhijnzigi" Dinssdag en Woensdag (om
andere dagen niet te noemen) kunnen bescflcn indien zij neuzen hebben.
Van den Rhijnstroom (sic) kon men toen met recht zeggen «hij riekt erger
lijk". Inlusschen, de gustibus non est disptitandumhet eene dier zoekt zui
ver water, hel andere dier behaagt hel slijk. Elk zijn natuur.
Eu hiermede over dit onderwerp genoeg. Die niet overtuigd is zal ook
verder niet te overtuigen zijn. Die mijne meening deelt blijve niet werkeloos
zitten tot hem de gebraden eendvogels in den mond vliegen, maar roere
zich en brenge een steen aan ten algemeenen nutte. Want zonder eenige
inspanning komt niets tot stand.
L. 18-16/6-83. D'. G.
RECLAMES.
KOERIER DER LOTERIJ.
Door de aangenomene combinatie bezorgen de loten eene dubbele winst...
een belangrijke aan de door het lot begunstigden en eene andere niet min
der te versmaden aan de exposanten, die. aangemoedigd door de voor de
loterij aangekochte tentoongestelde voorwerpen er toe zullen willen bijdra
gen om al onze tentoonstellingen steeds meer en meer aantrekkelijk te maken
C O R R E S S» O A I» K A T I E.
De advertentie, tot opschrift voerende; «Leien van de Maatschappij voor
Toonkunst" zmi geplaatst geworden zijn indien de inzender zijn naam be
kend had gemaakt.
AKADEMIE-AIEITYI S.
PROMOTIEN AAN 1»E LEIDSCHE UNIVERSITEIT.
Den 16"» Juni de heer R. Rrandsma geb. te de Lemmer, in de genees
kunde, na verdediging van zjjn akademisch proefschrift: Over de vernau
wingen van het strottenhoofd na tracheotomie bij croup en diphtheritis.
Denzelfden dag de heer L. J. M. Nelissen, geb. te Bergen-op-Zoom, in de
rechtswetenschap, na verdediging van zjjn akademisch proefschrift: ff ie
draagt vóór de levering bij herhaalden verkoop het gevaar?
TER MARKT TE LEIDEN AANGEVOERD.
16 Juni.
VERKOCHTE
HOEVEELHEID
Oude Tarwe
Mindere soort i
Nieuwe Tarwe
Oude Rogge
Nieuwe Rogge
Gerst (zomer)j
Chevalier-gerstI
Zware Haver.
Lichte
Duivenhoonen
I'aardeuboonen
Boter (l«,e qualiteit H vat)
a (2'" e
(1"' e per kil.)
(211'
Ttirl haardhr. lsl' soort
(grauwe)
Lange zwarte
I
10250 kilo
dubb. heet.
4000
DELFT. 16 Juni.
Heden waren de prijzen der Kaas 23 a ƒ28.50 de 100 kilo. Verkocht
107 stapels, wegende 33966 Kg.
ZWOLLE, 15 Juni. Granen. Tarwe f 9 k ƒ9.50; rogge J 6.75 k ƒ7; boekweit
ƒ6.50 k f 7.25; gerst J 6 k ƒ6.50; paardehoonen 7.50 k 8 aardappelen
ƒ3 k f4; alles per HL. Boter. Aanvoer 625/8, 125/16 vaten en 875/2 KG.
stukgoed. Totale aanvoer 34250/2 KG. Middenmarkt J1 per KG Handelswaarde
f 17125. Notitie van heden: per KG. 1 k ƒ1.50, per 20 KG. of J vat priina
kwal. ƒ26 k ƒ28; afwijkende soort 24 k 25 tweedo soort ƒ21 k 22
Eieren: 2.75 k ƒ3.50 per 100 stuks.
Vee. Aanvoer ruim 1200 stuks. Handel willig. Prijzen zeer gedrukt.
Varkens. Aanvoer ruim 800 biggen en p. m. 250 andere varkens. Biggen golden
ƒ0.80 k 1.10 per week. Magere varkens ƒ18 k ƒ35; drachtige dito ƒ40 k J 65;
vette dito eerste soort 45 k 50 ets en tweede soort 40 k 42j. ets per KG. levend
gewogen.
Huiden. In één doen.
Wild cn gevogelte. Handel zeer vlug. Prijzen gemonteerd.
Schors. Door te hooge eischen der houders tegenover de dalende markt ln Noord-
brabant was heden op do beurs geen handel.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van GEBROEDERS MURÉ, voorheen J. C. DaiBBi.