LEIDSCIIE
III /li\ T.
V* 126,
STA DS-BEU 1CIITEN
Insclii'ij vilig* Schutter'Ij
BINNENLANDSCH E BERICHTEN.
DON DE 11 DAG 31 MEI.
I)e Courdiit verschijn/ datjèlijbsZoti- en Feestdagen oilgeionderd. lie prijs der Courant is per vierendeel jaars f 1.50, franco p. p. f 2.
afzonderlijke nominers zijn verkrijgbaar voor 5 cents.
i)i- prijs der Adverlenliên is van i 4 regels J.— ietlcre tegel meer 25 cenis, groote letters berekend naar plaatsruimte,
ii i»i—tèAé
870/
fandtk
jf J«
r 18.
I hedi
n osst
tsdï
:o schc
!5dil
de W
;alven
ïn vetl
5/18
rabbi
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN herinneren hij deze nog
maals den belanghebbenden (de geborenen in 1858 en. voor zoovel' zij
zich tnsschenlijds in de gemeente hebben gevestigd en alhier nog niet voor
de Schutterij mochten zjju ingeschreven, ook de geboren in 1819—1857)
hunne verplichting om zich voor den Schutterlijken dienst te doen
inschrijven-
De gelegenheid daartoe bestaal dagelijks (de Zondag uitgezonderd) ten
Raatihuize, tusschen 9 en 4 uren, terwijl op den 1" Juni aanstaande
de registers van inschrijving worden gesloten en zij. die zich niet vóór dat
Ijjdstip hebben doen inschrijven, bij ontdekking, ambsthatve ingeschreven
en door den Schuttersraad tot eene geldboete verwezen zullen worden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE KANTER, Burgemeester.
Leiden. 22 Mei 1883. E. KIST, Secretaris.
Oproeping van de V erlofgangers der Nationale Militie
tot het bijwonen der Inspectie.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS van LEIDEN
Gezien het besluit van den Heer Commissaris des Konings in de provineieZuid-Holland
van den 26"en April 1883, A. N°. 886/t (2deAfd.l, Provinciaalblad N°. 33 hou
dende regeling van het onderzoek der verlofgangers van de Militie te land;
Roepen dientengevolge op, al de binnen deze gemeente gevestigde verlofgan
gers der Militie te land, van de lichtingen van 1879. 1880, 188l en 1882, die
tólr den lsten April l.l. in het genot van onbepaald verlof zijn gesteld, met uitzon
dering alléén van hen, die in de maand Juni e. k in wei kei ijken dienst moeten
kornet!om te verschijnen in het Invalidenhuis (ingabg door de Kop-
pénhinksteeg aan de zijde vati de Hooglandsclie Herkgrachf), ten
emde door den Heer Militie-Commissaris te worden 'geïnspecteerd, en wel:
de verlofgangers, behoorende tot de lichtingen van 1879 en 1880, op
Woensdag den 6('en «funi 1883, des voormiddags te halftleft
en die behoorende tot de lichtingen van 1881 en 18825,
op denzelfden dag, des namiddags te een uur;
in uniform gekleed en voorzien van de kleëdirtg en uitrusting-stukken, hun bij het
vertrek met verlof medegegevenalsmede van hunne zakboekjes en van hunne
verlofpassen.
Burgemeester en Wethouders vermanen de betrokken verlofgangers, aan deze
oproeping nauwkeurig te beantwoorden, le zorgen dat hunne kleeding en uitrusting
in goeden staat worden voorgesteld, alsook om zich, bij het gaan naar de plaats
voor het onderzoek bestemd, gedurende het onderzoek en bij het naar huis keeren
ordelijk te gedragen, en alzoo zich te vrijwaren voor de toepassing der slrafhe-
falin^envermeld bij de artt. 130, 14114" Vet van 19 Augustus 1861
[Staatsblad N'°. 72)i daar ongeregeldheden als anderszins, zoolang de manschap-
pen in uniform zijn gekleedworden gestraft volgens het Crimineel Welhoek en
het Reglement vah krijgstocht voor het krijgsvolk te lande.
En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door aanplakking en door plaatsing
inde Leidsche Courant van dëti 24s*en en den 31s,eD Mei 1883.
Burgemeester en Wethouders \oornoemd,
Leiden 23 Mei 1883. DE KANTER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
De BÜRGÊMEËSTER. Hoofd van hèt Gemeentebestuur van Leiden, brengt
ter algemeeue kennis dat op lieden aan den Ontvbnger der directe belastingen
alhier is ter hand gesteld, een op deii 29steo Mei jl. invorderbaar verklaard
kohier der patentbelasting, dienst 1882/83, 4'kwariaal, en herinnert voorts
een ieder aan zijne verplichting om zijnen aanslag op den bij de wet bepaal
den voet te voldoen.
En geschiedt hiervan openbare afkondiging door plaatsing in de Leidsche
Courant.
De Burgemeester voornoemd,
Leidïn. 'M> Mei 1883. DE KAN TER.
De BRRGëMEESTER van LEIDEN brengt Ier kennis van belanghebbenden,
dal dagelijks, de Zondag uitgezonderd des vnormiddags van 9—12 uren, de
Paspoorten voor de miliciens dezer gemeente, behoorende lot de lichting
van den jaie 1878. en voor de Zeemiliciens der lichting van 1879, verkrijg
baar zijn ter Gemeeiite-Secretiifie, mits mén zich in persoon en voorzien
tan zijn zakboekje daartoe aarimelde.
De Burgemeester voornoemd
Itüiltëx. 30 Mei 1883. DE KANTER.
LEIDEN, 30 Mei
Gisteren namen de zoo zeer door Leiden's ingezetenen gewaardeerde con
certen der grenadiers en jagers, onder, directie van den heer J. H. Völlmar,
weder een aanvang in de lustwarande van den lieer Couvée. Reeds vroeg
had zich een groot aantal muziekliefhebbers naar Zomerzorg begeven om
van deze eerste uitvoering, welke door prachtig zomerweder begunstigd
werd. te genieten, zoodat ook thans de zoo sierlijk aangelegde tuin zeer
goed bezet was.
Wat de muziek zelve betreft, wij kunnen tol ons leedwezen ditmaal niet
met onze gewone ingenomenheid hiervan gewag maken. Wel bewezen de
uitvoerders hun kracht, bun talent in onderscheidene stukken, zooals inhei
diepe aria .In diesem heilige Halle" in de fantaisie uit de beroemde opera
.Die Zauberflöte", van Mozart, in de "Air d'Eglise du célèbre chanteur",
van A. Stradella, in de piston solo, welke ten beste gegeven werd in de
"Tolle Streiche" van Waldteufel; het geheel echter liet ons kond, hel bracht
ons niet in die mate van verrukking zooals wij dit gewoon zijn van zulkg
metrs'ters der toonkunst. Of zulks aan de uitvoering zelve of aan liet ge
kozen programma moet geweten worden zullen w|j niet beoordeelen. De
natuur echter maakte zeer veel goed; hel is te wenschen dat zij dit eens
aangenomen standpunt gedurende dit jaar moge handhaven en niet zooals
Z'riks hel vorig jaar het geval is geweest, de bezoekers telkens door regen
en wind naar de zalen dreef
Door de politie is Maandag aangehouden de persoon van J. 't H.die
zich Zondag jl. in een winkeltje aan de Oranjegrachttijdens de bewoners
afwezig warenhad schuldig gemaakt aan diefstal. Bij een ingesteld onder
zoek is gebleken, dat die persoon zich ook had beziggehouden met braak en
inklimmiugt gevolgd door diefstal uil onbewoonde loodsen ol keeteu.
Men schrijft ons uit Zoelerwoude als volgt: Toen dan het voormalig
buitenverblijf Vreewijk aan den Willen singel alhier, door aankoop van
bouw- en weiland, hel dempen van vjjvers, het rooien van hoornen en slech
ten van muren, bel leggen van breede stralen en riolen tol afvoer van hemel
watergeschikt was gemaakt tot bouwgrond, welkei in perceelen werd
afgedeeld, kwamen er wandelaars. Vooral Zondags wemelde het ervan
wandelaars, want de Witte singel was morsig en de straten van Vreewijk
waren zindelijk. De vorige zomer en het najaar brachten niets dan regen
buien. Op het laag gelegen weiland dat bij Vreewijk was getrokken, ont
stond een groot meer en op de plek waar eenmaal de ntoote, half tussclien
het groen verscholen vijver gelegen lad, ontstond op den door het dempen
verkregen, maar ingezakten bodemop nieuw een vijver van grooten óm-
vang. Hoeveel voetbaden er tot boven tie knie door liet jeugdig geslacht in
November II. dagelijks genomen werden in dat l'rissche water, zonder tem
peratuur in graden Celsius te berekenen, hoeveel vreugdekreten er geslaakt
werden, als men elkander een heel bad kon bezorgen, is tnoeielijk onder
cijfers te brengen. De winter kwam met weinig ijs en zoo kortstondig van
duur, och, of er veldijs kwam, dat kwam op Vreewijk, dat zwart zag van
schaatsenrijders eens op een Zondag. Er kwamen riddertjes en jonk-
vrouwtjes en zij reden er zeer coiirtoyselijk op schaatsen en er werd anijs
melk verkocht met ketels vol, mitsgaders een zoopje. En by die gelegenheid
was een joukvrouwije bijna geheel onder liet ijs geschoten dat brak, en
door liet riddertje van een wissen dood gered en toen zwoeren zij elkander
eeuwige vriendschap. Nu is het weer lente geworden en wat is die Mei
maand mooi, het groen malsch, hel kruid weelderig opgeschoten. Op
Vreewijk wemelt liet dan ook uil van jeugdige bolanistjes en schoolnufjes,
die snuffelen als het fret naar bet konijn, om in die woeste gronden allerlei
planten te bemachtigen ett waarvan dan ook heele bossen worden meegeno
men, goudliaanseten en boterbloemen niet uitgesloten. Dan komen er van
de jeugdige bolanistjes, en gaan er hangen aan de takken van treurwilg en
bruinen beuk. of slaan met hengeltjes in boomen. die in bun vervallen groot-
beid nog eene enkele bloem dragen, om deze mee te voeren, totdat er een
man komt die in liet oude luinmaushuis van Vreewijk woont en de jeug
dige botanisten verdrijft, zoo zij gerit weerstand bieden. Dan kooien.er
juffrouwen, die haren mantel afleggen om mee te helpen aan liet plakken
van rooden en witten Meidoorn en goudenregen, »vnor de kinderen'-', waartoe
veelbelovende, opgeschoten knapen hun hulpvaardigheid betonnen'"door in den