menten infanterieom in den effectieven graad over te gaan, ongeveer 375 korporaals-titulair. Eergisteren vertrokken er weêr 37, wier ontstane vaca tures nog deze week zullen worden aangevuld. Het aantal aanvragen om plaatsing bij het bataillon was dit jaar al vrij groot. Te Mheer, in Limburg, heeft Zondag avond een brand gewoed, waarbij een huis met schuur en stallingen, toebehoorende aan den land bouwer Otermans, eene prooi der vlammen werd. Er kwamen 4 koejjen en een vet varken in de vlammen om. De regering heeft geantwoord op het verslag der kamer over hoofdstuk 1 der slaatsbegrooting voor 1883. De door de commissie van rapporteurs ge geven verzekering, dat niet gebleken is, welke van de in haar verslag op genomen beschouwingen over de algemeene politiek //als de uitdrukking van een grooter of kleiner deel der kamer zijn aan te merken", maakt het der regering tot pligt in haar antwoord op die beschouwingen de meest moge lijke beknoptheid te betrachten. Te meer kan en mag zij dit, daar die beschouwingen grooiendeels betrekking hebben tot onderwerpen, die zeer kort geleden reeds besproken zijn ol nader in behandeling kunnen komen. De minister van financiën betwist de meening niet, dat de financiële toe stand voor het oogenblik niet slechts zorgcischend is, maar ook in zooverre zorgwekkend, dat het dringend noodig is daarin spoedig verbetering te brengen. Wanneer echter het ontwerp der Ieeningwet zal zjjn bekrachtigd en dien ten gevolge voldoende zal zijn voorzien in de behoeften van de dienst van het volgend jaar, dan zal er, naar het hem voorkomt, voor het vervolg geen voldoende grond zijn om den toestand zorgwekkend te bljjven noemen, tenzij de goedkeuring niogt worden onthouden aan de noodige wetsvoor stellen om te voorzien in de hoogerc uitgaven, welke thans moeten worden voorgesteld, hoofdzakelijk, zoo niet uitsluitend, om uitvoering te geven aan de verschillende wetten, die in den laatsten tijd tot stand zijn gebragt. Vol gens de oorspronkelijke begrootingswettenbedraagt de vermeerdering der uilgaven /G348 031 23. terwijl de minister aantoont, dat de meerdere uit gaven. die uit vastgestelde wetten voortvloeijenreeds bedragen /6311.060. Dat uien nu in de omstandigheid, dat bij het opmaken der begrooting een vrij aanzienlijk tekort op de gewone middelen geraamd wordt, voldoende aanleiding zal vinden om nieuwe lasten aan de ingezetenen op te leggen, dat zal wel door niemand worden beweerd. Alle uitgaven reglvaardigen nog niet altijd, dat daarvoor zou worden geleend met het noodzakelijk daaruit voortvloeijcuile gevolg, dat de staatsinkomsten reeds dadelijk moeten versterkt en de lasten der natie verhoogd worden. Dovendien tusschen raming eu eindrekeuing beslaat altijd een groot verschil. Bij de bereke ningen, die de minister over de tekorten mededei It, zegt hij, dat hel tekort over 1882 was berekend op 18.155.885, maar dat de buitengewone uil gaven over dat jaar thans reeds geacht kunnen worden het geheele tekort met bijna f 'i 000.000 te zullen overschrijden. De slotsom schjjnt in ieder geval gewettigd te zijn, dat het evenwigt tusschen de gewone inkomsten en uitgaven van den staat in 1882 niet kan gezegd worden verbroken te zijn. liet bedrag, waarmede de gewone uitgaven voor 1883 geraamd wor den de gewone middelen te zullen overschrijden, zou, op zich zelf be schouwd, nog geene aanleiding behoeven te geven om op meerder'verster king der staatsinkomsten bedacht te zijn, dan noodig zal blijken voor de betaling van renten en aflossing der eerlang te sluiten leening. Let men evenwel op de noodzakelijkheid om in de naaste toekomst nog nader een beroep te doen op het crediet van den staatten einde te kunnen voorzien in de uitgaven, benoodigd voor groole werken, waarvan de uitvoering is voorgenomen of voorbereid, houdt men rekening met den aard van ver schillende nieuwe uitgaven, die een gevolg zijn van wetten, dan zal wel niemand de noodzakelijkheid kunnen ontkennen om reeds met het oog daarop alleen 's rijks gewone inkomsten te versterken. De minister is zich ten volle bewust van zijne verantwoordelijkheid om op dit punt de noodige regelingen aan het oordeel der wetgevende mast te onderwerpen. Het was den minister vreemd twijfel te zien opperen aan den invloeddien de drank wet op het verbruik van gedistilleerd uitoefent. Overigens mag worden gewezen op de aanzienlijk vermeerderde opbrengst der successie-belasting en van den suikeraccijns. Daaruit ten minste kan bezwaarlijk een bewijs van verminderde volkswelvaart gezien worden. Naar het oordeel van den minister is verbetering in den financiëlen toe stand niet alleen of hoolitzakelyk te verkrijgen door middel van bezuini ging, maar is nok hij doordrongen van de noodzakelijkheid om daar, waar dit zonder schade van het algemeen belang slechts eenigzins mogelijk is, naar bezuiniging te streven. De verbazende stijging der uitgaven is meeren- dcels een noodzakelijk gevolg van de hooge eischen, die bjj toeneming ge steld worden en waaraan zonder meer of minder belangiijke uitgaven niet kan worden voldaan. Mogten de bestaande middelen ontoereikend blijken om de verhoogde uitgaveu te dekken, dan moet de minister de noodige voorstellen toL aanvulling daarvan doen. Van het oogenblik zijner optre ding af heeft bij dan ook zoodanige voorstellen toegezegd. Zij moeten ech ter met hervorming onzer belastingen gepaard gaan. Nadat men 30 jaren lang te vergeefs getracht heelt de hervorming tot stand te brengen, moet hij erkennen niet bij magte te zijn geweest om aan zoo hooge verwachting, die men van hem schijnt verwacht te hebben, te kunnen voldoen. Werke loos is de minister echter niet gebleven. Die hervorming nadert niet alleen hare vultonijinsmaar zal, zooveel van hem afhangt, stellig nog voordat hoofdstuk VII D der begrooling in behandeling kouit bij den raad van state aanhangig zijn. Versterking der rijksmiddelen, evenals verruiming van het belastinggebied der gemeenten is in dat plan begrepen. Ook ten opzigte van het muntwezen is de minister niet werkeloos gebleven; maar de pogin gen tot het treffen van eene internationale regeling waren tot hiertoe vruchteloos. Met 1 Januarij a. s. zullen alle stukken, die van de departe menten uitgaanzooveel mogeljjk in de spelling van het woordenboek ge schreven zijn. '8 GRAVENHAGE 15 November. Z. M. heeft aan baron dej Blochausen, minister van staat en president van hel Luxemburgsch ministerie, het grootkruis der orde van den Gouden Leeuw van Nassau geschonken //als bcwjjs van HDs. ingenomenheid en waar dering van de wijze, waarop de minister zich van zijne gewigtige functiëu in hel groothertogdom kwijt". Aan den heer R. L. Fruitier de Talma is, op zijn verzoek, eervol ont slag verleend als ontvanger der directe belastingen en accijnseu te Hilver sum, behoudens aanspraak op pensioen. De minister »an koloniën zal Vrijdag aanst geen gehoor verleenen. In de zitting van de tweede kamer van heden is het debat over de Indische begrooting voortgezet. De heer van Gennep bestreed den aandrang lot wederinvoering van het militair bestuur in Atjeh en bepleitte de finan ciële scheiding tusschen Nederland en Indië. De heer Bahlmann zou tegen de begrooting stemmen, daar deze minister de politiek van zijnen voorgan ger volgde; hij wilde herstel der differentiële regten. De heer Keuchenius schetste de nadeelen van de verlenging der Billiton-cnncessie en drong bij den minister aan op onderzoek en bestraffing van hen die door pligtverznim landsbelang verwaarloosden. Voorts wilde hjj ook niet adviseren lot her stel van het militair bestuur. De heer Mirandolle bestreed hel optimisme des ministers in financiële beschouwingen, zag den financiëlen toestand zeer donker in en zou daar>m tegen de begrooling stemmen. De heer van Nispen had ook financiële bezwaren. Morgen voortzetting. De heer van Nispen heeft zijne interpellatie over den toestand der dwars liggers op den Rijnspoorweg ingetrokken, daar het onderzoek van den raad van administratie geleerd heeft, dat die toestand in het algemeen goed is. Alvorens in de gisteren gehouden vergadering van den gemeenteraad het besluit werd genomen tot overdragt aan Z. K. H. den prins van Oranje van het paleis aan den Kneuterdjjk, deelde de voorzitter mede dat de prins hem bij een nader onderhoud over deze zaak had te kennen gpgeven dat hij in het besluit van 25 Oct. jl een toeleg had gezien om hem dierbare herinneringen te vernietigen, doch dal hij heeft gemeend als tolk der ver- gadering aan Z. K. 11. te moeten antwoorden, dat, wat de motieven bjj de beraadslaging en stemming in de vergadering van 25 Oct. ook mogen ge weest zijn, z. i. de door Z. K. H. veronderstelde bedoeling zeker bij gen der leden heeft bestaan. Deze mededeeling werd door den raad luide toe gejuicht en de heeren de Vries en van der Gon Netschcr gaven als hui persoonlijk gevoelen over het bedoelde besluit te kennen dat daarbij alleen de financiële belangen der gemeente waren beoogd. Uit de discussie over een voorstel lot verhuring van het huis op den hoek van het Noordeinde en de lleulstraat, aan de commissie van beheer der nalatenschap van Z. K. H. prins Hendrik der Nederlanden, bleek, dat do; vóór het einde van dit jaar deze commissie haren arbeid zal hebben volbragt Het openbaar ministerie bij de regthank te 's llage heeft dezrr dagen de vcroordeeling tol twee geldboeten ieder van 80 gevraagd tega iemanddie in de 's Gravenhaagsche Tramwaygids eene advertentie M laten plaatsen, houdende berigt. dat zijn bediende wegens misbruik van ml trouwen uit zijne dienst was ontslagen. De ontslagene leverde te dier zake eene aanklagt wegens laster tegen zijtl patroon in, waarvan de hiervoor vermelde eisch het gevolg was. Heden heeft aan het departement van financiën de uitloting plaats ge l had van 30 reeksen van de 3% percents schuldbekentenissen ten laste vul het voormalig amortisatie-syndicaat over 1883. De uitgeloote reeksen zijil de volgende: 13, 159. 211, 269. 347, 403, 469, 599, 610. C85, 829,1 1061. 1077, 1085, 1110, 1197, 1262 1280, 1359, 1403. 1458. 145). 1572, 1915, 1963, 2063, 2158, 2236, 2346, 2407. -- H 11. 11. prinses Hendrik is gisteren namiddag, met gevolg, van HUI lustslot Soestdijk in de residentie teruggekeerd. Door een hoofdagent-rechercheur der politie de Fiouw zijn drie knapral gevat, die te zamen een zilveren knip met eenigc rijksdaalders hadden wegl gekaapt van de toonbank in een winkel in het Achterom. De beurs hl hoorde aan eene jufvrouw, die in den winkel inkoopen deed. Een Duitscher, in een kosthuis alhier, heeft zich ten nadeele van «tl mede-kostganger weten meester te maken van ƒ140. Men vreest, dat l;| met zijn buit naar Engeland ontvlugt is. Te Scheveningen is een brief ontvangen van schipper A Groen, '«-I rende de f'ronw Jacoba. Hij meldt, dat hij te Lowestoft is hinnenselal pen, vooreerst wegens het ongunstige weder en ten tweede omdat ItjjU zee had ontmoet eene boot, waarin acht menschen waren gezeten, kleumd van koude, die hun schip hadden moeten verlaten en op zee rail dreven. Hij had het geluk die menschen te redden en behouden Ie Lotnj stoft binnen te brengen. 11II1 '1' KN LAN DSC II K B K K I OTE \7 E Hl E 1. A K I». LONDEN. 14 November. Zaturdag aanst. zal de kontngiu hij eene groote wapenschouwingo"| de van Egypte teruggekeerde troepen tegenwoordig zijn. De kroonprinses van Duitschland, oudste dochter van de koningin1'! toria, is in Engeland aangekomen om eenigen tijd bij bare familie door I brengen. Te Dublin is thans het regtsgeding begonnen tegen de vermoed#! moordenaars van het huisgezin Joyce te Maamtrasna. Er zijn twee |'">j nen, die als ooggetuigen tegen hen optreden. Als aanleiding tot deze grj weldaad wordt geopperd dat de Joyces de namen kenden der moordenufl van de twee deurwaarders van lord Ardilaun, en dat zjj hen bespied tfl den toen zij de lijken van deze slagtoffers in hel meer lieten zinken. Volgens berigt uit Sydney van 11 Nov. is dien dag in de haven gezonken het stoomschip Austral, toebehoorende aan de Dricnt-slooin«J,j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1882 | | pagina 2