LEIDSCHE
COURANT.
153.
MAANDAG 3 JULIJ.
STADS-BERICIITEIN.
BINXENLANDSCHE BERIGTEN.
De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars /1.50, franco p. p. f2.-
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar voor 5 cents.
De prgs der Advertentifn is van 1—4 regels 1.—iedere regel meer 25 cents.
BU deze Courant behoort een Bijvoegsel.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN;
Brengen bij deze Ier kennis van belanghebbenden, dat de passage over
de Pauivbrug aan de Oude Vest, op aanstaanden Baandag en
Dinsdag 3 en 4 Juli, voor rjj- en voertuigen, zal gesloten zijn.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE KANTER. Burgemeester.
Leiden, 1 Juli 1882. E. KIST, Secretaris.
LEIDEN, 1 Julij
De gemeenteraad hield heden weder zitting ter behandeling van de
voordragt tot oprigting van eene hoogere burgerschool voor meisjes en een
gymnasium op de Ruïne; de daaromtrent tusschen de autoriteiten gewisselde
stukken waren, ingevolge hel besluit in de vorige vergadering genomen,
in het begin dezer week in handen der leden gesteld.
De heer de Goeje besprak het bij den raad ingediende adres betredende
deze zaak. üp dit adres hadden ook velen geteekend, die gewoon zijn niet
ligtvaardig te oordeelen. Hij geloofde, dat zij niet juist waren ingelicht.
Zij meenden, dat het gymnasium het wel met het tegenwoordige gebouw
kon doen en dat dc hoogere burgerschool voor meisjes wel kon blijven
waar zij was. Het was hun onbekend, dat het gymnasium in uitgebreidheid
toeneemt en dat de hoogere burgerschool voor jongens nog ruimte van
noode heeft en dat er reeds een ernstig onderzoek had plaats gehad om te
weten of het gebouw op de Oude Vest geschikt was te maken voor eene
hoogere burgerschool voor meisjes, liet was daarbij gebleken, dat dit veel
geld zou kosten en onpraclisch was. Hij kon niet begrijpen, dat het slichten
van bedoelde gebouwen op de Ruïne tegen de bygiène zou strijden, op de
Ruïne namelijk, die des winters een modderpoel en des zomers een zand
woestijn werd genoemd. Daar de praemissen, waarop het adres steunde,
onjuist waren, kon hij er niet mede instemmen.
De heer Zaayer stelde de vraag of de tegenwoordige toestand, wat betreft
hoogere burgerschool voor meisjes en gymnasium, kon bestendigd worden; dit
moest hij ontkennend beantwoorden. Er moest dus verandering in gebragt
worden, en zijns inziens eene zoodanige verandering, dat men voor eenigen
tijd van verdere plannen verschoond bleef. Wanneer het huis op de Oude
Vest gebruikt werd, zag hij binnen korten tijd weder nieuwe plannen te
gemoet. Het advies van den heer van Dijk raadplegende, meende hij, dat
ook deze zijn huis daartoe afkeurde. De ruimte was onvoldoende en de
daarbij te voegen gedeelten daartoe ongeschikt. Het plaatsen van jonge
meisjes in een lokaal alwaar nooit een zonnestraal doordringt, kon hij niet
goedkeuren. De ondervinding had hier in Leiden harde lessen gegevenhet
welk hij aantoonde uit de geschiedenis van de school van mej. Jesse. IIij
zou niet gaarne medewerken om een slap Ie doen in verkeerde rigting, om
eene school te bouwen die te klein is. Hel financieel bezwaar had veel ge-
wigt bij hem in de schaal gelegd, maar hij geloofde, dat wanneer voor de
meisjes hoogere burgerschool en gymnasium nieuwe gebouwen werden gesteld,
izleze wel voordeel voor de stad zouden opleveren.
De heer Donner kon niet medegaan met de vorige sprekers. Van het
begin af had hjj zich verklaard legen de hoogere burgerschool voor meisjes,
omdat dc wet die niet eischt en zij onnoodig is. Hij geloofde niet dat hij in
deze zou bekeerd worden. Het was gecne antipathie tegen hel onderwijs,
maar een financieel bezwaar. Het gymnasium was niet mooi, maar zou
toch nog wel bruikbaar kunnen worden gemaakt. De uitslag der laatst
uitgeschreven leening was die niet een teeken waarop gelet moest worden?
Rotterdam vroeg 5 millioèn en kreeg die, Leiden vroeg 250,000 en kreeg
ƒ80,000. De heer Brcdius had gelijke bezwaren als de heer Donner. De
rhedoelde scholen waren niet voorgeschreven door de wet en daarom eene
soort van weelde. Weelde nu was goed, maarzij moest haar oorsprong
hebben in overvloed, en dit was niet hel geval; want men moest de gelden
door leening vinden. Hij zou zich niet verantwoord vinden de schuld van
de gemeente te vergrooten. De plaatsing op de Ruïne achtte spreker onge
past, ongeraden en onwelvoegelijk.
De heer van Dissel achtte de zaak geen weelde, maar eene zaak van
dringende noodzakelijkheid. Vroeger was besloten tot het verschaffen van
middelbaar onderwijs, en nu was hel de vraag hoe het zou worden uitge
voerd. Bij het verbouwen van de school van van Dijk zou men verkrijgen
een gebouw zonder zon of lucht en naattwelijks groot genoeg, voor veel
geld eene slechte school. Dat zou eene roekelooze verkwisting onzer finan
cien zijn. Voor het stichten van een nieuw gebouw, geloofde hij, was niet
beter dan grond die niets kost. Het adres muntte meer uit door namen
dan door kracht van argumenten. Het ontwerp van hel gebouw gaf eene
school die aan de eischen voldeed. Ook het gymnasium was te klein;
vroeger werd het bezocht door 43, thans door 80 leerlingen. Dat de Ruïne
niet zou kunnen gebruikt worden omdat jongens en meisjes dan te digt
bij elkander zouden zijndit denkbeeld was al te preutsch. Men zoude
op die wijze dan wel de stad mogen verlaten en in eene wildernis gaan
wonen. Op de Ruïne was ruimte genoeg; er bleef nog eene ruimte
over zoo groot als de Pieterskerk met omgeving en omliggende stratenen
met een akademiegebouw als de Pieterskerk zou men toch wel te vre-
den zijn.
De heer Buys had de localiteit op de Oude Vest in oogenschouw genomen
en geloofde dat de kosten voor de verbouwing ad 40000 vrij wat over
dreven waren. Hij had daartegen echter een groot bezwaar, het gemeen
schappelijk gebruik van enkele lokalen. Het was niet genoeg de Ruïne af
te keuren, maar eene andere plaats was moeijelijk te vinden. Wanneer cr
binnen vijf jaren eene akademie opgerigt zou worden dan zou hij er tegen
zijn, maar hij geloofde aan geen akademie, wegens den tegenwoordigen
financielen toestand des lands; als er wat kwam was het misschien een
museum. Moest men zich echter vereenigen met de voorgestelde bestekken?
Hij gelooide dat die niet ten zuinigste waren ingerigt, en dat de school
voor mindere kosten te vestigen was. Zoo vroeg men f 10000 voor meu
bilair, zonder dat men wist wat er voor aangeschaft wordt en ofhetnoodig
is. Wat het financiële betrof, hij geloofde dat Leiden op financieel gebied
voorzigtig moest zijn en hij moest zeggen dal hij de toekomst niet zonder
zorg te gemoet ging. Zooals de zaken nu gingenzou men om de twee jaren
eene leening moeten sluiten; dat kon toch niet gaan. Door inriglingen van
onderwijs mogt men menschen trekken, door verhooging van belasting kon
men ze ook de stad uitjagen.
De heer Bool trad in eenige beschouwingen, om aan te toonen dat men
zich meermalen ten onregte beriep op de hooge lasten hier ter stede. Hier
door ontstond wantrouwen, dat misschien ook wel gewerkt had op den
uitslag der leening. De heer Dereksen deed uitkomen dat hij, ook niet inge
nomen met de bouwplannen, gestemd had tegen het op 10 Febr. aan burg.
en weth. opgedragen mandaat, zoodat hij hel regt had zich thans nog
tegen de voorstellen te verklaren. De voorzitter trad in eene uitvoerige
beschouwing ter wederlegging van de geopperde bezwaren en aanvulling
van hetgeen voor de voordragt was aangevoerd.
Wegens het ver gevorderde uur waarop de Zitting sloot, kunnen wij van
de replieken van verschillende leden hier geen melding maken. Wij bepalen
ons dus bij de uitslag der beraadslagingen;
1". het oprigten van eene hoogere burgerschool voor meisjes, op de Ruïne
aan de Raamsteeg bij de Garenmarkt. tot een bedrag van f 70000, waar
onder 10000 voor meubilair, werd aangenomen met 16 tegen 6 stemmen;
2°. het oprigten van een gymnasium op de Ruïne aan de Raamsteeg bij
de Doezastraat, voor ƒ55000, met inbegrip der meubelen, werd aangeno
men met 21 stemmen tegen 1
3°. het voorstel tot het vinden der benoodigde ƒ125000 door middel eener
leening, werd aangenomen met 21 stemmen tegen 1.
Bij kon. besluit van 27 Jun(j jl. zijn de hh. mr. G. Cock en K. van
der Torren Kz. op nieuw benoemd tot hoogheemraden van het hoogheem
raadschap Rijnland.
Om tol de lessen aan de hoogere burgerschool alhier te worden toe
gelaten zijn ingeschreven 40 nieuwe leerlingen, waarvan 5 voor de hoogere
klassen admissie-examen wenschcn af te leggen.
Gisteren werd het examen ter verkrijging van een diploma der kweek
school voor bewaarschoolonderwijzeressen alhier afgelegd door 11 dames;
2 werden afgewezen, 9 slaagden: C. Coster, van I.isse; S. Fischer, van
de Knijpe; H. Lens, van Leiden; C. Weijers, van Leiden; A. v. d. Feen,
van Bolsward; M. Swart, van Leiden; C. v. d. Poll, van Leiden; L. van
Hasselt, van Groningen; II. NierhoH, van Rheden.
Bij het te 's Ilage gehouden examen is heden als hoofdonderwijzer
toegelaten de heer J. Hemmes, van Leiden.