BUITENLANDS Cl 1 BE IMG TEN.
li.k-s van wal was, hel voorste gedeelte onder water geraakte. Eenige per
sonen sprongen er nog wel uilmaar de bootdie reeds met te veel water
was gevuld, sloeg om, en een 7-tal geraakte te water. Vijf van hen wisten
zich te redden, doch twee hunner werden vermist, waarvan een jongeling
van ongeveer 17 jaar later geheel bewusteloos werd opgehaald. Aan een
geneesheer, die daar juist aanwezig was, mogt het gelukken het leven van
dezen jongeling weder op te wekken. Niet alzoo was dit het geval met
11. Veenstra, die na lang zoeken eindelijk naar boven werd gehaald. Al
de middelen der kunst, die nog op hem werden toegepast, bleken vruchte
loos te zijn.
Zondag avond jl. heeft een zekere L. D., te Geleen, den veldwachter
aldaar gevaarlijk met een mes verwond. De dader is voortvlugtig.
's GKAVENHAGE. 30 Junij.
Door Z. M. is benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen
Leeuw, de majoor A. J. Voorduin, van het wapen der genie, hoofd der X'
afdeeling van het dep. van oorlog.
Tol rector magnificus, gedurende hel studiejaar 1882/83, zijn benoemd:
bij de rijks-universiteit te Utrecht de heer dr. J. J. P. Valeton Jr. en bij de
rijks universiteit te Groningen de heer dr. P. de Boer.
Aan den veearts W. F. Steygerwalt, te Leiden, is de titel toegekend
van gouvernements-keurmeester van vee ter visitatie van vee te Rotterdam,
vóór de iulading naar het buitenland.
Aan den heer T. van Kumcnen is, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend uit zijne betrekking van commies stempelaar bij den waarborg en de
belasting op de gouden en zilveren werken te Leeuwarden.
De heer dr. M. Hesselink, leeraar aan de rijks hoogere burgerschool
te Groningen, is benoemd tot onderwijzer in de kennis der natuur aan de
rijkskweekschool voor onderwijzers aldaar, met vergunning beide betrek
kingen gelijktijdig te bekleeden; tot leeraar aan de rjjks hoogere burger
school te Leeuwardeu is benoemd de heer G. S. llofstrathans leeraar aau
de rijks hoogere burgerschool te WarUumuit welke laatstgenoemde betrek
king hem levens eervol ontslag wordt verleend; de heer F. W. Raabe, te
Utrecht, is benoemd tol leeraar aan de rijks hoogere burgerschool ie Gouda,
en de heer 11. lleukels. onderwijzer bij de rijkskweekschool voor onderwij
zers te Nijmegen, is tijdelijk belast met het geven van onderwijs in land
bouwkunde aan die school.
Aan mejtifvrouw M. G. Kotter, geb. te Wellingholthausen (Pruissen),
is, mits zij overigens aan de bjj de wel gestelde vereischten voldoe, vergun
ning verleend tol het geven van lager onderwijs hier te lande
De luit. ter zee 2' kl. VV. van Voss wordt geplaatst aan boord van
bel wachtschip te Willemsoord.
Z. Exc. de markies de Santa-Cruz, grootmeester van het huis van
Z. M. den koning van Spanje, wordt hier ter stede ten huize van den
gezant van den sonverein Alphonsus verwacht, ten einde tegenwoordig
te zijn bij de plegtigc voltrekking van het huwelijk lusschen de dochter
van markies d'Arcicollar, diplomatiek vertegenwoordiger van het Spaansche
rijk, en baron 't Kim de Rodebekc. De hoogwaardigheids-bekleeder heeft
de opdragt den koning van Spanje bij de plegtigheden te vertegenwoordig
gen, omdat de oud-koningin Isabella van Spanje, Zr. M». moeder, de peet
is van de bruid.
De nieuwe gezant der Vereenigde Staten van Noord-Amerika wordt
morgen hier ter slede verwacht.
Voor het Nederlandsch museum is van den heer mr. A. J. Enschede,
te Haarlem ten geschenke ontvangen cene kleine piano uil het midden der
vorige eeuw, geschikt om op eene tafel geplaatst te worden. Dit geschenk
behoort tol de fraaiste en belangrijkste geschenken, die lot lieden voor het
Nederlandsch museum ontvangen zijn.
Het geregtshof te 's Gravenhage heeft gisteren in hooger beroep uit
spraak gedaan in de zaak van W. J.schipper en koopman te Rijpwetering,
die door de reglbank te Haarlem is veroordeeld tot 4 maanden celstraf, ter
zake van diefstal van een baukbillel van ƒ100 ten nadeele van den graan
handelaar G. te Haarlem. Hel hof oordeelde de schuld van den bekl. niet
bewezen en heeft hem vrijgesproken.
Onder beschuldiging van poging tot moord op zjjne huisvrouw verscheen
voor het hof F. S., oud 56 jaren, zakkendrager te Dordrecht. Uit de ver
klaringen der nog zeer zwakke vrouw en van de overige getuigen en des
kundigen blefk ter teregtzitting, dat de beide echtgenooten ongeveer 32
jaren waren gehuwd, doch dat in de laatste jaren door de kinderen onaan
genaamheden plaats hebben, die aanleiding gaven, dal de vrouw zich meer
malen uit de echtelijke woning verwijderde, uit vrees voor de bedreigingen
van haar man. Zij keerde dan later wel weder terug, maar de vrede was
en bleef verstoord. Den 27'° Febrttarij verliet de vrouw haar man voor
goed en nam haar intrek bij haar zoon aan hel Kasperspad, doch dc man
hoopte ook nu op eene toenadering. Den len Maart begaf hjj zich naar de
woning waar zijne vrouw verbleef, onder voorwendsel, dat hij schoon goed
kwam halen. Toen hij zijne vrouw gewaar werd en op zijne vraag om
verzocuing eene weigering bekwam, wierp bij zich op haar en bragt haar
met een scheermes, dat hij bij zich gestoken had, belangrijke verwondingen
toe aan de linkerzijde van den hals en de linkerpols en eene mindere wonde
aan de muis van haar regterhand. Alleen door spoedig aangewende genees
kundige hulp werd de vrouw in het leven behouden, doch den 25'" Maart,
toen zij het ziekenhuis verliet, was zij nog niet geheel genezen. De man
begaf zich na d'tt aanslag terstond vrijwillig in arrest, onder voorgeven,
dat hij zijne vrouw den hals had afgesneden met zijn scheermes; hij had
van God om raad gevraagd, maar, geen antwoord bekomen hebbende, was
hjj zijn eigen regter geweest.
Voor het hol ontkende besch. dc voor den commissaris van politie afge
legde bekentenis en deed hel voorkomen, alsof hij op den bewusten dag een
aanval van zijne kinderen te verduren had gehad en toen zich met zijn
scheermes had verdedigd. Dal hij zijne vrouw zoo gevaarlijk had verwond
was hem niet bdltvust. Het openb. min. eischte veroordeeling tot 8 jaren
tuchthuisstraf. Voor den besch. trad als verdediger op mr. Cort van der Linden.
Acte van beschuldiging in zake contra Louis Joseph Jacobus Roland,
geboren te Veere den 3en Augustus 1858, banketbakkersbediende, thans
gedetineerd in het huis van verzekering alhier.
Den. 9tD Julij aanstaande zal het geregtshof te 'sGravenhage zich hebben
bezig te houden met de zaak, die bekend is onder den naam van "de moord
van Veere", en die voor eenigen tijd zoo groote belangstelling in ons land
heeft opgewekt.
In het op zich zelf reeds zoo eenzaam plaatsje Veere, leefde nog eenza
mer dan welligt eenig ander ingezeten, de verslagene Cornells Hendrik Snij
ders, een weduwnaar van 66 jaren, die in den vollen zin des woords een
zonderling mogt genoemd worden. Tijdens zijn huwelijk te Middelburg wo
nende, waar hij ook geboren was, verliet bij die plaats na het overlijden
zjjner vrouw, om zich te Veere te gaan vestigen. Daar bewoonde hij ge
heel alleen een vrij ontredderd huis aan de kade, bevattende eene voorka
mer met suite, eene opkamer met daaronder gelegen keuken en daarachter
gelijkvloers met die keuken een open erf of bleek, dat, doormiddel vaneen
poortje in den 2 meter hoogen muur, toegang geeft tot de Kwarticrstraal
ook genaamd het Achterstraatje.
Bezoeken ontving hij bijna nooit en alle huisselijke bezigheden kooken
inbegrepen verriglte hij zelf: alleen om de straat te reinigen riep hij
soms dc hulp in van zijne buurvrouw, vrouw Hendrikse, die ook wel eens
de Middelburgsche courant aannam, wanneer er vruchteloos gescheld werd;
want de verslagene deed 's avonds evenmin open als 's Zondags gedurende
den geheelen dag. De courant overhandigde zij dan den volgenden morgen
aan haar buurman onder het bijna 2 meter hooge muurtje, dat hunne oprn
erven van elkander scheidt en waartegen aan haar zijde een laddertje was
geplaatst.
Zóó geschiedde dit nog op Zondag 2 Oct. 1881 te half acht in den mor
gen; sedert dat oogenblik heeft vrouw Hendrikse den verslagene niet meer
ggzien; want toen zij Maandag morgen 3 Oct. weer de krant wilde over
reiken bleef haar herhaald roepen onbeantwoord.
Deed dit reeds hel vermoeden wekken eener gepleegde misdaad, hel ver
dient ter bepaling van bet tijdstip daarvan vermelding, dat vrouw Hendrikse
dien Zondagnamiddag in hare woonkamer, door den gangmuur van baar
buurman begrensd, omstreeks half vier uur een slag of stoot tegen dien
muur heeft gehoordhetgeen haar een oogenblik aan een afgesproken nood
signaal deed denken, welke gedachte echter verdween, toen zich het geluid
niet herhaalde. De getuige had zich echter niet vergist; want op de ken
nisgeving van de gemelde feiten door Pieter Hendrikse aan liet hoofd van
politie te Veere, werd nog dienzelldcn avond door den burgemeester, verge
zeld van Hendrikse, den gemeente-geneesheer en den politie-agent van Dui
nen een inval in de verdachte woning gedaan.
Men overtuigde zich, zicnüe over net muurtje van Hendrikse, dat de ach
terdeur slechts was toegeduwd en dat het poortje binnenwaarts niet ge
grendeld was, hoezeer dit schijnbaar van de buitenzijde niet km geopend
worden, omdat de hefboom, die de klink moest opliglen. ontbrak. Binnen
gegaan zijnde trof men het lijk van Snijders aan, liggende in een grooten
plas bloed, dwars in den gang, met het hoofd tegen den scheidirigs-muur
en de voeten in de suite geschoven; tegen den rug, die gedeeltelijk verbrand
was, lag een doosje lucifers, en naast het lijk een groot mes met afgebro
ken punt, hel broodmes van den verslagene.
Den volgenden dag kwamen de regter-commissaris en oflicier van justitie
van Middelburg naar Veere, met de genresheeren d'. Bolle en B van Berlc-
kom; terwijl de regterlijke ambtenaren proces-verhaal opmaakten van dc
inbeslagneming van een aantal met bloed bevlekte vootwerpen, waaronder
hel moordwerktuig en een papieren omslag, waarin nog een Russisch effect,
gingen de geneesheeren tot de in- en uitwendige schouwing van hel Ijjk
over en maakten een zeer uitvoerig visum reperlum op, waaruit blijkt, dat
niet minder dan een 12-tal deels gesneden, deels gestoken wonden op het
lijk zijn waargenomen. Zes dezer wonden, waarvan sommigen 8 en 7 cM.
lang, zijn, volgens de deskundigen, zonder twijfel met hel gevonden mes
toegebragt en geven regt lot het vermoeden, dat de verslagene vrjj spoedig
neêrgeslort en doodgebloed is. De kleedingstukken van den verslagene
droegen door sterke lucht de onmiskenbare sporen van met petroleum te
zijn overgoten; op de rngvlakte en regterdij waren ze doorgebrand en met
droppels kaarsvet besmeerd; op het Ijjk werden op de aangeduide plaats
ook brandwonden gevonden.
Wal er al aan geld ol voorwerpen van waarde uit het huis van Snijders
ontvreemd kan zijn, is, wegens de eenzelvigheid, waarin hij leefde, niet met
zekerheid te bepalen. Wel verklaart getuige M. Fokker, dat de verslagene,
na op 22 Maart 1880 ten kantore der crediet-vereeniging te Middelburg ge
deponeerd te hebben f 1100. daarna op 15 Sept. 1881 voor de vijfde maal
over 100 behalve de rente gedisponeerd had; wel is door geinige Koppejan
vroeger in het huis gezien een dozijn zilveren lepels en vorken en een do
zijn dito theelepels, in het ledig gevonden en met bloed bevlekte lepeldoosje,
maar bewijzen van die ontvreemdingen zijn er niet. Alleen wordt door
getuigen bevestigd, dat in de laatste dagen nog aanwezig waren een groot
gouden horloge, steeds op hel ledig gevonden standaardje geplaatst, en een
gouden bril met blaauwe glazenwelke voorwerpen thans ontbreken. Het
bezit dezer voorwerpen is voor den beschuldigde een allergrootst bezwaar.
[Hordt verrolgd.)
BEL ft 1 E.
De Etoile Beige meldt, dat de kanunnik Bernard, die zich met eenige
millioenen uit de bisschoppelijke kas te Doornik op de vlugt heeft begeven
en te Havana werd aangehouden, aldaar is ingescheept om naar Santander