BIJVOEGSEL, behoorende tot de Leidsehe Courant
van Maandag Jalij d88sfJV°. ó7ó.
BUITENLANDSCHE BERIGTEN.
Voortaan wordt, krachtens kon. besluit van den 19<n dezer, de buiten
Ned.-Indië doorgebragte verloftijd van predikanten, hulppredikers, veldpre
dikers en geestelyken niet medegerekend tot den voor pensioen geldigen
diensttijd. Hierop maakt uitzondering de tijd, gedurende welken aan ben
door de regering werkzaamheden zjjn opgedragen in het belang der kolo-
niale dienst, mits die langer dan zes maanden geduurd hebbe, onverschillig
of daaraan al dan niet eenige belooning boven het verloftractement was
verbonden. Deze tjjd komt voor de helft in aanmerking. Ten aanzien van
hendie vóór 1 October a. s. zich met verlof buiten Ned.-Indië bevonden
of reeds zoodanig verlof hadden verkregen, wordt de tijd van verlof nog
naar de vóór dat tijdstip van kracht zjjnde bepalingen al of niet bij hun
diensttijd gerekend.
De synode der Ned. hervormde kerk heeft besloten eene commissie te
benoemen, om het synodaal archief na te zien en daaromtrent rapport uit
te brengen. Voorts werden commission benoemd voor de verslagen van de
prov. kerkbesturen, het fonds voor noodlijdende kerken en personen, enz.;
voor de voorloopig aangenomen reglementenvoor de nieuwe wetsvoorstellen
voor de adressen in zake kerkelijk beheer (de heeren Jans, Douwes, Ufïer-
haus en Roodhuyzen); in zake kerspelvorming (de heeren Hofstede de Groot
Bruna, Segers, van Reeken en Bruinwold Riedel). Bij loting werden er twee
sydoni contractae zamengesteld tot behandeling van het hooger beroep: 1°.
van L. J. de Kok en A. Gideons te Middelburg, van eene beslissing van het
prov. kerkbestuur van Zeeland, ter zake hunner benoeming als ouderlingen,
en 2*. van A. H. Blom c. s. te Oldelamer, om herziening van eene beslissing
van het prov. kerkbestuur van Friesland over de diaconiegoederen aldaar.
In de synode is de zaak van prof. Acquoy ter sprake gekomen. Door een
der leden werd voorgesteld aan de regering te verzoeken, zoo spoedig moge
lijk eene beslissing hierin te nemen; doch na breedvoerige beraadslaging j
werd besloten, dat de vergadering zich van alle stappen in deze onthouden
zou.
Betreflende de nieuwe wijze van voeding der soldaten deelt het V. D. 1
mede, dat het rijk gemiddeld per dag 6 a 7 centen bijslag aan de soldij
moet toevoegen, opdat, na aftrek der uitgaven voor de menage, het ver-
eischte zakgeld a 10 cent per dag overblijft.
Naar wjj vernemen, meldt de H. C., zou Willem Verhagendie eenigen
tijd geleden naar Amerika was gevlugt, na zich in Nederland aan brand
stichting te hebben schuldig gemaakt, op aanvrage van den heer Burlage,
den Nederlandschen consul-generaal te New-York, den 7den Julij 11. naar het
consulaat aldaar worden gebragt, om aan de Nederlandsche autoriteiten te
worden uitgeleverd.
Op de aanbevelingslijst voor de benoeming van een leeraar voor de
Nederlandsche taal aan de hoogere burgerschool met 3-jarigen cursus voor
jongens te Rotterdam zijn geplaatst: 1". M. T. van der Horst, leeraar aan de
burger dag- en avondschool te 's Gravenhage2*. P. Kat Pzn., leeraar aan
de hoogere burgerschool te Zutphen; 3°. I. Brevóe, leeraar aan de hoogere
burgerschool en het gymnasium te Winschoten.
Burg. en weth. van Amsterdam hebben ter openbare kennis gebragt,
dat bij hen van de inspecteurs voor de keuring van voedingsmiddelen berigt
is ontvangen, dat van eene party Amerikaansche voorhammen, afkomstig
uit de sociëteit der hallen van de firma America C*., Ulrechtsche straat
aldaar, twee stuks zijn bevonden trichinenhoudend te zijn, en twee in het
begin van ontbinding verkeerden, weshalve deze vier hammen in beslag
zijn genomen.
Evenals ten vorigen jare hebben er deze week te Utrecht van wege
de Nederl. toonkunstenaarsvereeniging examens plaats gehad voor hen, die
een diploma wenschten te bezitten als bekwaam muziekonderwijzer. Zeven
tien sollicitanten hadden zich aangemeld, waaronder vyf voor meer dan één
vak. zoodat er om 24 diploma's werd gevraagd. Examinatoren waren de
heeren W. F. G. Nicolaï en G. A. Heinze, uit het bestuur, en de heeren
C. L. W. Wirtz en J. G. Mulder, uit de leden. Eene der dames-sollicitanten
moest zich wegens ziekte verontschuldigenvan de 16 overigen behaalden
er dertien een diploma, en wel: voor piano-onderwijs de dames E. Philips,
S. de Sterke, G. Hausman en J. P. Hoogendam uit Rotterdam; J. Martens
uit Breda; J. Reesink uit Zutphen; alsmede de hh. Mart. J. Bouman uit
's HertogenboschJoh. G. van Ette uit Haarlem; J. A. de Vries uit Dordrecht,
en Ferd. J. Delfgaauw uit Poeldijk; laatstgenoemde behaalde tevens een
diploma voor viool onderwijs. Voor onderwijs in het koorgezang verwierven
het diploma de hh. J. G. Hollenboch Jr. uit Arnhem en G. J. Oldeman uit
Enschede.
Te Beest hebben Zondag avond hevige vechtpartijen plaats gehad onder
een aantal poldergasten, die aan den spoorweg arbeiden. Drie politie-agen-
ten wilden tusschen beiden komenmaar werden zoo toegetakeld en mis
handeld, dat zy moesten afdeinzen. Verwondingen hadden plaats en in eene
tapperij werd alles stuk geslagen.
Aan de theol. school te Kampen is met gunstig gevolg het eind-examen
afgelegd door de hh. J C. Balhuizen, W. Bos, J. Beukema, M. Dee, J. R.
Dijkstra, A. Op 't Hall, M. J. van de Hoogd, J. D. v. d. MunninkW. Pera,
P. Postma, C. Proosdij, J. M. Romein, D. Vrieling, A. de Vlieg en C. Steketee.
Uit Bellingwolde meldt men, dat Dingsdag 11., ten gevolge der zware
hitte, de particuliere bode van die plaats over Oude Schans naar Winscho
ten, G. Negendekker, op zijn terugweg bij de draaijerij is blijven liggen.
Door de menschlievende zorgen van den heer U. te Oude Schans naar zijne
woning vervoerd, bleef al het aangewende vruchteloos; eene weduwe en
zeven kinderen betreuren den dood van den zorgdragenden man en vader.
'sGRAVENHAGE, 23 Julij.
De 2e luit. D. de Moulin, van het wapen der infanterie van het leger
hier te lande, die voor 5 jaren werd gedetacheerd bij het leger in Nederl.
Indië, is in rang overgeplaatst bij het wapen der infanterie van laatstge
meld leger.
Door den minister van waterstaat enz. is aan A. Schraver te Vlissin-
gen, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als opzigter van den water
staat 1kl.voorts zijn benoemd: tot opzigter van den waterstaat 1« kl.,
II. W. L. Docters van Leeuwen, thans opzigter 2e kl.; tot opzigter van den
waterstaat 2' kl.J. G. Grutterink, thans opzigter 3« kl.tot opzigter van
den waterstaat 3e kl., H. Portheine Jr., thans opzigter 4kl.
In den avond van 29 April jl,ongeveer 11 ure, had er in de Goud-
sche Wagenstraat te Rotterdam, gelijk reeds bekend is, een treurig feit
plaats. In eenigzins beschonken toestand passeerde de jeugdige pakhuis
knecht J. H.in gezelschap van zekeren B., de straat en ontmoette een
vreemdeling, die later bleek te zjjn J. K.als kok op Engelsche schepen
dienst doende. Door den beschonken staat, waarin H. verkeerde, liep hij
tegen het lijf van K. aanwaardoor aanvankelijk eene woordenwisseling
en later eene losse vechtpartij ontstond, waarin ook B. een werkdadig
aandeel nam. Op eens echter, toen Iv. zich bukte, om zijn hoed, die hem
van het hoofd geslagen was, op te rapen, trok II. zijn mes en bragt den
ander er een steek mede toe in de linkerzijde onder de borst, ten gevolge
waarvan deze na eenige oogenblikken in een nabij gelegen winkel den
geest gaf. H. had zich met het mes in de hand verwijderd met den uit-
I roep: ik heb hem toch het hart doorboord. Na den nacht ten huize van
zjjne ouders, wier verzorger hij is, te hebben doorgebragt, vernam hij,
dat het feit ruchtbaarheid had verkregen en ging op de vlugtdoch reeds
spoedig werd hij te Utrecht gearresteerd.
J. H. stond, onder beschuldiging van moedwilligen manslag, gisteren voor
het geregtshof alhier te regt. Hij bekende berouwvol zijne schuld, gaf
zelfs toe, dat hij de aanvaller was geweest, maar kon zich niet herinneren,
waarschijnlijk ten gevolge van zijne dronkenschap, dat hij zijn mes had
getrokken. Tot zijn schrik had hij dat later in zijn hand ontdekt. Hij ge-
loofde, dat ook de verslagene zijn mes had te voorschijn gehaald, ofschoon
de getuigen, die op de plaats des misdrijfs waren geweest, dat niet hadden
opgemerkt.
De gehoorde deskundigen verklaardendat de verslagene was overleden
aan inwendige verbloeding, veroorzaakt door eene verwonding in de hart-
l streek toegebragt.
Advocaat-generaal mr. Gregory was het niet onbekend, dat besch. steeds
goed van gedrag en de kostwinner zijner ouders was en hij berouw gevoelde
over zijne daad, maar niettegenstaande dat kon hij geen licht in deze zaak
i vinden. Een man, geregeld van gedrag en niet opgewonden, verlaat met
zijne aanstaande vrouw de woning harer ouders, brengt haar thuis, keert
terug en wordt op eens verraderlijk aangevallen, met een mes getroffen en
is onmiddellijk een lijk. Met vermetelheid beroemde besch. zich er op het
hart van dien man te hebben doorboord. Advocaat-generaal gelooide niet te
veel te zeggenwanneer hy dien aanval verraderlijk noemt. Hij heeft ge
zocht naar omstandigheden, die als verzachting zouden kunnen leiden, maar
die niet kunnen vinden. Hij geloofde, dat in deze eene tuchthuisstraf moest
worden toegepast boven het minimum. Zijn requisitoir strekte ten slotte
tot veroordeeling tot 8 jaren tuchthuisstraf.
Mr. Modderman, die voor het eerst als verdediger optrad, hoopte eenig
licht in de duisternis ten voordeele van den ongelukkigcn besch. te ont
steken. Hij gaf daartoe de meest gunstige hem door zijn patroon mede
gedeelde getuigenis, waaruit bleek, dat deze voor zijne gebrekkige ouders
met liefde zorgt, oppassend en gewillig is en zich niet te buiten gaat aan
sterken drank. Waarom hij in den bewusten avond verschillende herbergen
bezocht en borrels gedronken had, was pleiter niet bekend, maar dit kon
hem niet als een verwijt worden aangerekend. Ofschoon getuigen het niet
gezien hadden, meent de verdediger, dat het toch wel mogelijk is, dat de
verslagene zijn mes heeft getrokken en toen besch.om zich zelf te ver
dedigen, de wonde heeft toegebragt. Dit kon hem niet maken tol een
onverbeterlijken booswicht, neen, hij was z. i. ontweiend een doodslag te
hebben gepleegd. Na nog op provocatie van de zijde van den verslagene
gewezen te hebben, verzocht verdediger de vrijspraak van zijn cliënt. Hij
wees echter ten slotte, wanneer het hof zijne zienswijze niet mogt deelen,
op eenige verzachtende omstandighedenbeval den besch. in de clementie
van het hof aan en verzocht de op te leggen straf in afzondering te doen
ondergaan. De uitspraak is bepaald op aanst. Woensdag.
Een in het buitenland, vooral bij onze Engelsche naburen, in de voor
name kringen geldend gebruikwerd dezer dagen door een aanzienlijk inge
zetene op Haagschen bodem overgeplant. In de afgcloopen week werd door
baron v. B. op zijn buitengoed nabij de residentie een «servant-ball" gegeven
zijnde eene partij door den heer des huizes in de eerste plaats aangeboden
aan zijn eigen bedienend personeel en waarop verder genoodigd waren de
kamerjufvrouwenkeukenprinsessen, kameniers, de officianten, tafel
dienaars, hofmeesters, chefs de cuisines en bedienden van de alhier resi
derende diplomaten en de adellijke familiën dezer stad. Een genoegclijk
bal verbond allendie deze kolonie van de meest uileenloopende nationa-
lileiten vormen, tot laat in den nacht in de salons, door den gastheer
i welwillend aan de feestgenooten afgestaan. Dat de hooggeplaatste gastheer
het niet aan bewijzen van gulheid en gastvrijheid deed ontbreken en dat
alle gasten jegens hem met de meest dankbare gevoelens bezield waren
behoeft naauwelyks vermelding.
T. van der M., een gepensioneerd commies der belastingen, die reeds
twee veroordeelingen ten zijnen laste heeft, wegens onzedelijke handelingen
op kinderen en die steeds, zooveel doenlijk, door de politie werd gesurveil
leerd, is, ofschoon ruim zeventig jaren tellende, weder op heeterdaad be-
trapt. Hij werd aangehouden en opgebragt.
Een persoon, die zich in het Bosch te slapen had gelegd, ontdekte bij
zijne ontwaking dadelyk, dat hem zijn hoed en das waren ontstolen, ter
wijl hij later bespeurde, dat het geld, dat hij bij zich had toen hij zich te
rusten lag, gevlogen was. De dader wordt opgespoord.
Een straatjongen pleegde eergisteren avond de baldadigheid van met
steenen te werpen naar de eenden in den Vijver; drie er van werden daar
door doodelijk getroffen, waaronder een moeder-eend die zeven pijlen had.
De jongen is in hechtenis gesteld.
ENGELAND.
LONDEN, 22 Julij.
De heer Hicks-Bcach, minister van koloniën onder het vorige ministe
rie, heeft in het lagerhuis verklaard, dat hij zijne interpellatie betreffende
de Transvaal en zijne motie van afkeuring van het gedrag der regering
handhaaft en dus den Maandag, hem door den lieer Gladstone daarvoor aan
geboden, aannam, ofschoon hij den lijd wel wat ongelegen vond. Dit gaf
Gladstone aanleiding tot de verklaring, dat, wanneer de heer llicks bijgeval
liever een lateren dag had, de regering hem gaarne ter wille zou wezen.
Hierop kwam geen antwoord, en Maandag zal alzoo het Transvaalsch debat
plaats hebben.
De heer Bradlaugh heeft gisteren den dienstdoenden inspecteur van politie
van het lagerhuis medegedeeld, dat hij volstrekt niet van plan is den 3"
Augustus e. k. een volksoploop naar het parlement te lokken, maar dat hij
het niet zal kunnen verhinderenwauneer de mcnschen liefhebberij hebben
om uil eigen beweging daarheen te gaan. Naar aanleiding van deze ken
nisgeving, beeft dc politie maatregelen genomen om het publick op dien
dag op een eerbiedigen afstand van het parlement te houden.