„j ZWITSERLAND. am Het te Genève met toestemming der politie aangeplakte billet, houdende 01 .protest tegen het doodvonnis van llesse llelfman, te St. Petersburg, heeft zoodanig opzien gebaard en tot afkeuring aanleiding gegeven, dat de rCge- •sct ring het noodig achtte, eetiigc inlichting te geven. Ten dien einde word Is van regeringswege bij de dagbladen de volgende mededeeling ingezonden: ft vliet departement van justitie en politie, bij hetwelk de vertegenwoordigers van vcrsclullende Zwilsersche vereenigingen een protest hadden ingezonden gt tegen de slraflen van nihilisten in Rusland, heeft tweemaal de vergunning Di tot publicatie van dat stuk geweigerd en daarbij den eisch gesteld, dal het li; van alle onwettige of beleedigende uitdrukkingen zou worden gezuiverd, ril Het heeft gemeend, zich niet wettelijk te kunnen verzetten legen hel aan- st I plakken eener proclamatie, waarin de zaak in quaeslie niet uit een nihilis- j| I tisch, maar uit een humaan en algemeen oogpunt wordt beschouwd en I| j waarin alleen wordt gevraagd om gratie voor eene zwangere vrouw en afschaffing van zulke strafoefeningen. Het departement heeft aan de onder- teekenaars herhaaldelijk de manifestatie ontraden, onder herinnering aan hunne pligten jegens het Zwilsersche vaderland. Ook heeft liet luin uit het strafwetboek van bet bond de artikelen belreflende misdaden en misdrijven tegen vreemde staten doen voorlezen." Deze inlichtingen werden algemeen verre van afdoende beschouwd. De ei houding der regering vond sleeds afkeuring. RUSLAND. De Petersburgsche beul Frolowwiens onhandigheden bij de laatste executie zooveel ergernis gaven, is met 250 geeselslagen daarvoor gestraft. Het is nader gebleken dat hij bij de ten uitvoerlegging van het vonnis vol slagen dronken was. Toen de geneesheer hem bij de executie van den hoofdschuldige, Rissakow, opmerkzaam maakte op hel feit, dat de strop voor aan den hals in plaats van achter in den nek bevestigd was, ant woordde hij: «Och. liet doet er minder toe; maar als ik u eens ophangen moet, zal ik den slrop wel andersom aanleggen". De Kö'n. Zeit meldt nog dat vrouw Uelfmann eerst niet wilde gelooven, dat al hare medevcroordeelden waren opgehangen, daar zij vast geloofd had dat ten minste Softe Perowska gratie ontvangen zou hebben. Maar toen men haar de dagbladen gaf, waarin het feit vermeld stond, viel zij flaauw. Toen zij was bijgekomen, werd haar voorgehouden, dat eene volledige be kentenis haar voor hetzelfde lot zou kunnen vrijwaren. Zij moet daarop cenigen lijd om zich le bedenken gevraagd en daarna belangrijke inlich tingen gegeven hebben, ten gevolge waarvan één der voornaamste nihilislen in hechtenis genomen werd. TURKIJE. Uil Konstantinopel wordt gemeld, dat vier personen zijn gevat, die vroeger bedienden waren in bet paleis van den Sultan, onder beschuldiging, dat zij Abdul-Aziz hebben vermoord Zjj moeten reeds bekend hebben, dat zij hem hebben gesmooid, waarna zij zijne aderen geopend hebben om den schijn te doen ontstaan, dat de Sultan zelfmoord had gepleegd. Twee vroe gere ambtenaren' in hel paleis en een ex-minister van oorlog moeten in het complot betrokken zijn geweest. Betreffende den toestand op Chios luiden de berigten nog hartver scheurend. Volgens de geloolwaardigste raming zijn 8000 personen om hel leven gekomen, terwijl 100j0 gekwetst zijn. Het gclieele eiland is een tooneel van dood en verwoesting. Met uitzondering van een tiental huizen welker half ingestorte gevels een droevig tafereel opleveren, liggen alle woningen in puin. Hier en daar ziet men afzigieiijke stukken van men- schclijke ligchamen uit de puinlioopeu uitsteken. Nog altijd is de grond in beweging, terwijl zicli een onder.iardsch gerommel doet hnoreu. I)e bodem van het eiland is aanmerkelijk gezonken, lerwijl de zee-engte tusschen Chios en de westkust van Ktein-Azië ondieper geworden is. Aan de andere zijde van die zee-engte hebben alle sleden en dorpen op de kust ook zwaar geleden en het aantal dooden en gekwetsten is ook daar zeer aanzienlijk. Overal in die geteisterde landstreek neemt de bevolking in wanhoop de vlugt, voortgejaagd door de vrees voor nieuwe rampen, lerwijl de gevaren nog vergroot worden door de besmettelijke ziekten, die uit de opeenhooping der lijken onder de ptiiuhoopeii kunnen voortspruiten. Er komt, wel is waar, van alle zijden hulp en wel in ruime mate, maar de te lenigen ellende is onmetelijk groot. Chios telde 70000 zielen. Men vreest voor het ver schijnen van een vulkaan in dit gedeelte der Middellandsche-zee. In de Aplitaria-haitdelswijk zijn weinig huizen op hunne grondvesten bigven staan; familiën van tien of vijftien personen zijn geheel omgekomen, o. a. die van den Belgischen consul, lerwijl de Grieksche consulaire ambtenaar en zijne vrouw ernstig gekwetst werden. Vooral hebben zich de gevolgen van het natuurverschijnsel ten plattelande vertoond. Oaar lelt mendeslagt- ofters bjj duizenden. In sommige dorpen is er geen steen op den ander gebleven: men heeft hier geen omvergeworpen huizen meer, het zijn velden van steen en van aardewaaronder alles is verdwenen en waar de boer niet meer de plaats kan herkennen waar hij woonde. Van de 250 familiën b v., die hel dorp Neorhori bewoonden, hebben maar 50 personen zich kunnen redden. Het beroemde klooster van Neomoni is geheel ingestort, onder zijne ptiinhoopen een zestigtal kluizenaars bedelvende. Te Calimassia moet een twintigtal familiën letterlijk zijn verpletterd; te Denita is geen huis staande gebleven en van de inwoners weet men niet eens wat er van hen is geworden. Volgens berigten uit ISagdad heeft de pest zich gelukkig niet uitge breid builen het getrokken cordon, doelt woedt zij nog steeds in hevige mate binnen de grenzen der besmette districten. Vierduizend hebben N'edjeb verlaten en de vvjjk genomen naar een gezondere streek. De sleden Nedjeb en Djubara zijn op 8 April verbrand. Oe ziekte heelt overal een kwaadaardig karakter. Wie door haar wordt aangetast, sterft bijna geregeld binnen tien uren tijils. PEK TELEGKAAF. ALGIERS, 24 April. Te Laghouat is berigt ontvangen, dat er 400 He- hari's waren uitgezonden om het overgeblevene der Fiatiers te hulp le komen. Zij hebben slechls twaalf personen gevonden en deze waren uitge put van honger en afmatting. Vijftien waren bezweken eer de uitgezonden hulp hen had bereikt. In het geheel zijn er twintig personen van de expe ditie behouden gebleven. LONDEN, 24 April. Eene dépêche van den onderkoning van Indië be vestigt, dat de ontruiming van Kandahar op vredelievende wijze heeft plaats gehad. PARIJS, 24 April. Berigten uit Tunis doen vermoeden, dat de overdre ven vrees der Europeanen aldaar een gevolg is van het antwoord van den Bcy, die zeide. dal hij niet voor de veiligheid der Europeanen kon instaan, zoo de Franschen binnenrukten. Kousian moet daarop, naar men zegt, ge antwoord hebbendat hij aan alle Europeanen, die zich al te beangst maken, cetie schuilplaats aanbood op liet Fransclte consulaat. LONDEN, 24 April. Het lijk van Reacousfield is heden ochtend per spoortrein naar llughenden vervoerd. LONDEN. 25 April. Daily .Xews meldt uit Durban van gisteren: «Eene sterke partij onder de Boeren dreigt de vijandelijkheden te hervallenindien niet geheel Tranvaal onvoorwaardelijk door Engeland afgestaan wordt. De koninklijke commissie komt waarschijnlijk in deze maand bijeen. Vele Transvaalsche kooplieden veriaten het land en begeven zich naar Natal, omdat zij een nieuwen oorlog vreezen. BONA, 24 April. De kolonne-Logerot is Tunis binnengerukt en thans gekampeerd bij Oued-Mellegue, hall weg tusschen de grens en El Kef. Tot dusver heeft zij geen wederstand ontmoet. Zware stortregens maken den bodem zeer glibberig. De zee staat reeds twee dagen zeer hoog en dus is voor het oogenblik eene landing op Tabarka onmogelijk. RECLAMES. Burgerlijke St.mb. ONDERTBOUWD: G. C. L. de Gunst, jm. 22 j en G. van der Kaay, jd. 19 j. A. J. Momberg, jm. 23 j. en G. Tuorenhonl. jd. 21 j. - D. Cornet, jat. 22 j. en A. van Dnyvenbode, jd. 32 j. J. C. Deuss. jm. 27 j en 11 J Fischer, jd. 38 j. J. tl. Teljeur, jm 25 j. en M. C. Choulonr, jd 19 j. - A. de Joiih. jm. 34 j. en G. Arends, jd. 40 j. - P. H. M. Hink Meletibrink. jm. 21 j. en J. M J. Ruigrok, jd. 21 j. J. G. A, Fromman. jm. 29 j, en C. G, van der Pol, jd. 21 j. Middel ITUniVf A PtJOfRTP atlres 3, v. Meijerbeer, Parijs, aaR Ier V iaillliillluillijlu Fabrikant van Antl-Obesitas. INGEZONDEN. Geachte Redacteur, Vergun mij. u een plaatsje in uw blad te vragen voor een onderwerp, dat velen met mij voorzeker der bespreking waardig zullen oordeelen. Wij leven in een tijdvak, dat men gewoon is »de eeuw der beschaving" te noemen: welnu, zijn de onbeschaafde volken wreed, barbaarsch, men ver wacht van den door beschaving veredelden mcnsch het tegendeel: dat hij wars is van alle wreedheid, en is hel niet een wreedheid le noemen, zoo een vleeschhouwer zijne beesten martelttotdat ze langzamerhand den laats'en adem uitblazen? Of is men hier ter stede nog zoo achterlijk, dat men niet weet, dat er een middel bestaatom de arme slachtoffers met één slag te doodenzonder ze te doen lijden? Dat de HH. vleeschhouwers dan eens een lesje gaau nemen in andere steden, waar men zelfs tweeërlei wijzen kent, om de beesten in ééns af te maken, dan zoude mij de ergernis gespaard worden, van telkeus op nieuw, achter mijne woning, hel hartbrekende gesteun van onze zieltogende natuurgenooten aan te moeien hoorei). Met de plaatsing dezer regelen zal u verplichten Een beschermer der dieren. A! Bij hel schrijven van hel protest, dat ik in mijn vorige regelen heb neèr- gelegd, heb ik getracht, mij zeiven zooveel mogelijk le beheerschen en toch twijfel ik, of dit mij wel gehikt is. en of ik niet onwillekeurig scher per werd, dan wenschelijk was, waarop A. mij gewezen heeft. Indien sommige lezers dezen indruk mochten hebben gehad van mijn ge schrijf, dan verzoek ik hen te bedenken dat het een eerlijk en opregt vader lander somtijds moeite kan kosten zich volkomen te beheerschen, wanneer hij ziet. dat onze krachten door onbeholpen en scheeve voortellingen, door onbeduidende, bespottelijk worden gemaakt en gebruikt worden om de vooroordeelen te bevorderen tegen onze weerbaatheid en ons vaderlandse!) gevoel. Het geschrijf van A is voor mij zoo onbeduidend, dat ik mij verpligt acht hem hoegenaamd niet meer te antwoorden. Ik wil hem alleen nog verwijzen naar het ministerie van oorlog om zich te overtuigen hoevelen er in 70 vrijwillig geteekend hebben, die hunne schooue vaandels nimmer zou den verlaten hebben en hun vaderland met hun geoefend oog en vaste hand verdedigd zouden hebben. Wanneer onverhoopt, waarvoor God en de ontwikkeling van keizers en koningen ons mogen behoeden, een oorlog mogl uitbrekendan moet A. zich in de bres stellen met een groot bord op den schouder, waarop in alle talen geschreven staat: «Gij zult niet doodslaan". Dan slaat hun zeker de schrik om hel hait en zal hij den vijand ontzag inboezemen en als hazen op de loop jagen. Wij achten ons evenwel verplicht als staatsburgers ons te blijven oefenen in den wapenhandel om ons te kunnen verdedigenomdat ik nog nimmer heb gehoord of heb gelezen: «Gij zult u maar dood laten slaan". Wij hopen evenwel dat het nimmer noodig zal zgn; want welk land is gelukkiger dan dat waar vrede en welvaart is? En hiermede neem ik afscheid van A.om niet meer te antwoorden voor dat hij eens een degelijk schrijven tot mij zal gericht hebben. Mijnheer de Redacteur, u vriendelijk dank zeggende voor de vele plaats ruimte mij verleend, heb ik de eer te zijn, EEN SCHERPSCHUTTER.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1881 | | pagina 3