«Niels nieuws onder de zon"! zoo luidde de uitspraak van een wjjz'e der grijze oudheid. Wij beamen die len volle, maar voegen er gaarne in eenen adem bij, dat, wanneer ons, zij het ook niet geheel nieuwe, wordt opgedischt op eene wjjzc zooals de heer N. C. Balsem dat gisteren avond, in eene helaas! al ic schaars bezochte dames-vergadering van hel Nut, deed, men zich ook déaraan volop kan te goed doen. Wie kent niet Uildebrand's geestige schildering "Een onaangenaam mensch in den Haarlemmerhout"? Welnu, die teekening van zijn neet Robertas Nnrks, waaraan wij zoo menigmaal het hart ophaalden, werd ons als 't ware door den heer Balsem in lorsche lijnen, breede omtrekken en mees terlijke arceringen als tegenhanger voorgesteld in den persoon van zijn vriend Abraham Baer, dien Itjj, op een uitstapje naar den Drachonlels, toe vallig daar ontmoette. «Een praatje bij den Drachenfela" was dan ook meer een aanloop, om Ie zeggen wat hem op het hart lag. dan wel, zooals men bij den eersten in druk zon vermoeden, eene natuurschildering met ai hare toebehooren. Hij ontmoet daar dien vriend, die hem eensklaps zijne prettige met hem doorgebragte studentenjaren herinnert. Ma3r hoe is de levenslustige, jolige, alles van den zonkant beschouwenden jongeling in een somberen, iu zich zelf gekeerden man veranderd. Zells het wederzien, 11a zoo lange schei ding kan in die sombere trekkendien misanthropischen gemoedstoestand geen verandering brengen! Kort is de groei, ontmoedigend de ontvangst! Pessi misme en optimismehet laatste in de beste, bet eerste in de meest zwart gallige opvalling van hel woord, zou, dunkt ons, hel juiste opschrift zijn boven het gesprek dat bij den Drachenfels, tusschen die twee elkandéf plot seling ontmoetende vrienden, plaats had en waarvan de spreker nu zijne weinige, maar niettemin belangstellende hoorders, deelgenoot maakte.' Het hestek van ons blad gedoogt niet dat wij van deze, van geest en humor overvloeijende, voordragt ook zelfs een sclijraal overzigt geven. Als wij begonnen waar-zouden wij eindigen? Genoeg zij het te vermelden, dat de spreker, in de geïmproviseerde dialoog tusschen hem en zijn vriend Nurks wij bedoelen Baer, de kwalen waaraan onze tegenwoordige maatschappij lijdt tneêdoogenloos bloot lei, en. was de schilderij er van hier en daar misschien wat sterk gekleurd, de waarheid kwam er toch ook zoo zigtbaar door uit. dat zij in al hare naaktheid te voorschijn trad. Er was bij hem zoo min verschooning voor de speeltafel op de "Witte", als voor jencver-bacchanalifin waaraan helaas! "de liede" hare laatste centen opoflert. De z. g. «jciiiiessc dorde" maakt evenmin een goed figuur als hel verdierlijkke kroost van hen bij wien het gevoel van menschelijkheid door de ellende des levens verloren ging Waren er dan geen lichtpunten in Wel zeker. De optimist trachtte telkens den storm van zwartgallige bezwaren van zijn pessimisiischen vriend te bezweren. Hij wees er op wat er al zoo in onze «beschaafde" maat schappij ook voor dm minderen man wordt gedaan; hij loonde aan hoe. waar hier de onbuisselijkheid scheen toe te nemen," ginds het heilige fami lieven te weliger tierde. Hij verweet zijn vriend, en zeer zeker teregt. dat Goddank de groote steden nog de heele wereld niet zijn, en wat daarin hoogst laakbaar en aikettringswaardig voorvalt, geen maatstaf mag zijn om er de geheele tegenwoordige maatschappij naar te 6e-, veel minder te rcr-oordcelen. En toch scheen zijne bewijsvoering ons zwakja soms uiterst zwak loc. en dachten wij onwillekeurig na de pauzetoen de strijd nog onver moeid werd voorlcezel«hoe zal dut eindigen?" tot op eens de spreker een sprong, echter geen halsbrekeuden sprong, nam. die hem niet alleen op zijne voeten, maar tevens op hel éénig ware terrein lerugbragt, waarop hij zijn tegenstander als het ware met één slag versloeg. lie sage van den Drachenfels bood Item hiertoe het middel en w apen levens. Naar luid der overoude overleveringen huisde op of iu dien berg een mon ster; een draak, wiens woede en vraatzucht slechts door menschenollérs .was te stillen. De bewoners van dm omtrek waren gewoon hunne in den krijg buit gemaakte gevangenen daartoe te bestemmen. Dit lot moest ook een jong beeldschoon meisje treffen. Er was niets aan te doen. Zij zou ten offer strekken. Haar laatste verzoek echter om, zooals zij daar in het wit gekleed was, het ondier ten prooi te worden gegeven, wordt ingewil ligd Zij treedt het hol van den draak tegen. Reeds spert hij zijne moord zuchtige kaken open. reeds waait zijn' onreinen adem haar legen! Maar zie, daar haalt de maagd van or.der haar rein wit gewaadhet kruisbeeld Ie voorschijn en houdt dit Int monster tegen. Op het gezigt er van krimpt het weg en verdwijnt Zoover de sage. En nu dc leering Alleen het Christendom is in slaat de kwalen onzer maatschappij te genezen; alleen het geloof in het ware en goede dal hei Christendom ons brengt, niet met den mond alleen bele den maar in leven c.t wandel toegepast, kan, ook bij de nteest donkere schildering van hel hedende hoep op eene betere toekomst levendig honden Ziedaar Dei resumé dezer lezing. Doet r<cds de kennismaking hiermede ons den spreker onwillekeurig een «toe weerziens"! toeroepen, hoeveel te meer zjjn zij gisteren avond met dien wensch huiswaarts gegaan die liet genot hadden hem te hooren. 'sGRAVENHAGE. 11 Februarij. Door Z. M. is benoemd tot ridder der orde van den Nedcriandschen Leeuw de heer i'. M. Snickers, bisschop van Haarlem. Aan den voor de dienst in Indië bestemden soldaat G. K. A. Bilsing. van het koloniaal werfdepot, is. op zijn verzoek, vergunning verleend tot het dragen van de Duilsche medaille, ingesteld ter herinnering aan den vildtogt tegen Frankrijk in 1870—71. - Bij liet dep. van waterstaat, handel en nijverheid zijn benoemd: tot hoofdcommies, de commies C. van Vliet Cz.lot adjunct-commies, de eerste klerken II. YV. Claasen en ,1. van Assenbergh; tot bode, de adsistent boden YV. 0 Hart en J. R. Mallée. De luit ter zee 1' ki. 1. H. YVotiiers en de officier van administratie 2' kl. J. C. Kluitrespectivclijk uit YVcsl- en Oost-ludië teruggekeerdzijn op non activiteit gesteld. Het heelt Z. Jl. den koning behaagd sis blijk van ingenomenheid met het door II tagscli Mannenkoor gegeven vocaal- en instrumentaal concert teil voordcelc der slagloffers door den watersnood, alsnog voor dat doel eene hjjdrage van 50 te verieenen. lie gezamenlijke opbrengst is door de ont vangst van die koninklijke gift tot ƒ650 30 geklommen. Sir Stuart, gezant van Groot-Briilaiinië bij het Nedcrlandsche hof, is gisteren van zijne buitenlandsche reis op zijn post hier ter slede terug gekeerd. -- Voor het geregtshof te 'sGravenhage stonden gisteren als beschuldig den teregt M. A. M.. wonende tc Rotterdam, en Th. H.wonende te Schoon- deric o beiden matroos op het stoomschip Drenthe. Zij worden beschuldigd M i en avond van den 7,n December jl. de gelagkamer van het logement B llevue te Vlissingen. alwaar zij eenige borrels hadden gedronken, te heb ben verlaten met medeneming van ecu met ccti touw gesloten pak, dat door een logé op een stoel geiegd was en voor eene waarde van. kleedereu en snuisterijen inhield. Olschoon toen de politie een ol naar het ontvreemde instelde, de goederen reeds waren verdeeld en schillende plaatsen in hel stoomschip geborgen, gaven beschuldig! dat zij slechts uit een grap het pak hadden medegenomen en het ij hadden willen toeëigeuen. De vraag was derhalve iu deze: heston, beschuldigden arglist ja of neen? Advocaat-generaal mr. Grcgorj woordde haar bevestigend en vroeg eene veroordeeling. met aantier verzachtende omstandigheden, tot 3 maanden celstraf. De verdedi;, Struben. geloofde de vraag ontkennend te kunnen beantwoorden en deerde tot vrijspraak zijner cliënten; maar wees subsidiair den hove aanwezige verzachtende omstandigheden. Ook verscheen voor hel hof J. C. van V., verlaten luiisvr. van II, te Gouda, onder beschuldiging van valschheid in negen onderhand» schriften door liet verzinnen van verbindtenissen en het namaken vg teekeningen en het desbewtist gebruik maken van die gescliriltei vrouw beleed volmondig dat zij in het einde van 1879 en in den I» liet vorige jaar. gelden behoevende om schulden te betalen, ondersti briefjes heeft vervaardigd en valschelijk met andere dan haar eigei omierieekend. heeft aangeboden aan de personen, waaraan zij waren en zich voordoende als gezonden door de quasi-onderteekenaais, wijze in het bezit te zijn gekomen van vrij aanzienlijke geldsommen, van goederen. De gelden werden door haar verteerd cn de goederei hank van leeuing verpand. Hel onderzoek dezer zaak kenmerkte ziet een belangrijk verschil in de verklaringen der getuigen, maar dit kt geus adv.-gen. tnr. Gregory niets aldoen aan de schuld van de Z. E. G. A. was van meening, dal zij op zeer brutale wijze had gehj, en eene strenge bestraffing verdiende. Het requisitoir strekte tot i deeiing tol 3 jaren gevangenisstraf en 18 boeten van ƒ50. De veril» mr. van den Brandeler. kon niet ontkennen, dat hel misdrijf viel: termen der artt. 147 en 150 van den Code Pénal, maar meende, dal cliënte had gehandeld onder den invloed der eerste getuige en zij op. daarvan eene mindere straf verdiende dan door het O. M. was geëiscln al deze zaken is de uitspraak bepaald op Donderdag a. s. Door het hoog militair geregtshof is geapprobeerd liet navolgend den krijgsraad alhier, 1' militaire arrondissement (Zuidholland en Zetij standplaats 'sGravenhage. in de laatste helft der verleden maand gei vonnis: A. H. v. d. B 18 jaren, geb. te 's llertogenboschhoornblazer li, 5e reg. infanterie volgers engagement aangegaan 13 Nov. 1878 vo# jaren en A P. v. B 21 jaren, geb. te Amsterdam, mil. loteling fi liating van 1879, bij liet 4e reg. infanterie, beide laatstelijk gedetact hij het algemeen depót van discipline te Vlissingen, schuldig verklaar! insubordinatie door het plegen van daden van gew eld tegen hunnen t dere in rang in lijd van vrede (Deze soldaten kwamen op den 14llfllJi bij een korporaal in dc kazerne te Vlissingen cn vroegen hem galij hunne broeken te herstellen, dat door den korporaal aan hen werd strekt. Bij die gelegenheid sprak eerstgenoemde over het rapport, di van hen zou gemaakt hebben, en na eenige woordenwisselingen, loq korporaal hun gelast had naar zijn kamer te gaan, gaf v d. B. den ki raai een duw tegen den regterscliotnlerzeggende: teelijke vent. fit liep de tweede genoemde op den korporaal toe en bragl hem een slat het hoofd toe, zoodat deze op den grond viel. Door twee soldaten, diij liet voorgevallene tegenwoordig waren geweestwerden z.' in arrest p men. De veroordeelden, hierover gehoord, lubben tot hunne veiomsclil ging ingebragt, dat de korporaal hen op hel siaaije had geplaatst, on ze in de chambrée pappot hadden geroepen.) De eerste werd veroordeel^, eene militaire gevangenisstraf van vijf. de tweede tot eene gevang» straf van zes jaren en vervallen verklaard van den militairen stand. - Het stoffelijk overschot van den ottd-gouvernetir-generaal van Ned.lt en voormaligen minister van koloniën. mr. P. Mijer, werd lieden voortui! op de Algemeene Begraafplaats aan het Kanaal opgewacht door eene lain schare van vrienden en belangstellenden, die in een breeden sioet hel grafwaarts begeleiden Toen aller oogen staarden op de met een zestal mortellen-kransen overdekte lijkkist, waarop de kleinkinderen frissche M men strooiden, rigtle de zoon van den overledene ziclt tot de aanwetit rondom de groeve, om te verklaren, dat liet zijns vaders uitdrukkelijkr langen was, dat bij zijn graf niet zou worden gesproken, tl ij voegde liien ook namens de familie, eene dankbetuiging aan allen voor de laatste eerl overledene bewezen. liUlTKNLAiNDSCllK UKItlGTK V EN GEBAK». LONDEN. 10 Februarij, In de zitting van het lagerhuis van gisteren heeft de heer Gladst*' in antwoord aan den lieer Campbell, gezegd, dat lord Kimberley den 8* dezer maand aan generaal Coiiey den last gezonden heelt otn den preside! van den Oranje-Vrijstaat te verklaren, dal de regering den Boeren al billijke waarborgen verieenen wil voor Imnne behandeling na limine owle werping, voor het geval dat zij van verderen gewapenden tegenstand afziet en dat een voorstel ten aanzien van de Transvaal, met het oog open afdoende vriendschappelijke oplossing van alle morijelijkhedenzal wordt gedaan. Lord Ilarlington gaf in antwoord aan den heer YVorms ie kennel dat door de geheime Russische correspondentie het besluit der regeriii betredende Kandahar geene wijziging ondergaat. In het hoogerhuis heelt lord Granville, in antwoord op eene vraag vji lord Delaware, geweigerd een categorisch antwoord betredende de Grieksctn quaestie te geven. De oplossingj dezer qnaeslie is uitermate moeijelijk, t: reeds sedert bijna 3 jaren zijn de bezwaren daarvan duidelijk aan het liet: getreden. Eene stellige verklaring op dit oogenblik zou het gevaar vo» een oorlog tusschen Turkije en Griekenland slechts kunnen vermeerderd De hoop dal de oorlog nog kan worden afgewend, herust uitsluitend of het feil. dat alle mogendheden dien opregt vermeden willen zien. en verdt hierop, dat, naar 's ministers stellige weienschap, tusschen de mogeiidlieda geen enkel verschil van meening bestaat omtrent de beste methode om ld dit resultaat te geraken. Lord Shafiesbnry en lord Annesley interpelleerden Dingsdag in het hoogerhuis den minister van koloniën over het doodschieten van kapiieii Elliot en de voorgewende schending van de witte vlag door de Transvaal' sche Boeren. Lord Kimberley antwoordde, dat hij van een en ander niet! anders wist dan in de bladen gemeld was. Over het vermoorden van Elliol had Jouhert zijne verontwaardiging te kennen gegevenmet belolie d' schuldigen te zullen opsporen en strafl'en Overigens moest men voorzislij zijn met het onvoorwaat'deiyk aannemen van alles wat er zoo al verhaald

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1881 | | pagina 2