BIJVOEGSELbekoorende tot de Leidsche Courant van Maandag 3d Janu trij d88djV°. 25. BUITEN LAtNDSCHE BEUIGTEN. De /tmst. C. deelt omtrent de aanhouding van Ogier te Parijs nog de volgende bijzonderheden mede. De inspecteur van policie, de heer Diede- riks, begaf zich bij zijne aankomst Ie Parijs onmiddelijk naar den ./chef de la police de sureté ge'ne'rale", den heer Macé, die zich onmiddellijk bereid verklaarde den voortvlngtige persoonlijk te helpen opsporen. Den ganschen dag hadden zij, vergezeld van nog een commissaris, onverpoosd, doch vruchteloos, gezocht, toen men des avonds te 7 uren besloot de nasporingen te staken en, met een oog in het zeil natuurlijk, een kijkje te gaan nemen in «Folies Bergères." Het was even voor 8 ure toen de heeren aldaar aan kwamen, en de vermakelijkheden dus alle nog niet waren aangevangen. Men wandelde dus vertrouwelijk den wintertuin door, toen de heer [liederiks Ogier geheel alleen bij een pilaar zag staan, en den heer Macé met de onver wachte vondst in kennis stelde. Wat te doen? Indien men dadelijk arres teerde, liep men gevaar een groote opschudding te verwekken, onder welk tumult de man weder zou kunnen ontsnappen. Na bedaard overleabesloot men te wachten tot Ogier het zou goedvinden, deze plek, overigens voor een man als hij zoo vol aantrekkelijkheden, te verlaten. Maar het geduld werd wel een weinig te lang op de proef gesteld. Eindelijk was hij weder al wandelend digt bij een der deuren in de groole vestibule gekomen, toen de heer Diederiks hem zachtkens aan boord klampte, met liet verzoek, in de Hollandsche taal, hem even te willen volgen, waaraan goedwillig werd voldaan, maar wat ook bij een eventuele weigering zon zijn geschied, want de heer Macé had afgesproken, dat men hem anders op eene andere, doch gebruikelijke wijze zou trachten te arresteren. De heer Diederiks zou dan aan Ogier een klap hebben gegeven, een worsteling zou zijn ontstaan en de politie zou de vechtenden hebben ingerukt. Dit was nu echter niet noodig. Ogier logeert nog altijd in Parijs, op kosten der Nederlandsche justitie, totdat alle formaliteiten voor de uitlevering in acht genomen zijn, iets waarmede nog wel drie weken kunnen verloopen. Men meldt uit Renkum: Niettegenstaande de dooi is ingevallen, wordt het ijs zonder eenig gevaar te voet gepasseerd. Het opengaan der rivier zal nog wel eenige dagen op zich laten wachten, want daar het ijs bijeen lioogen rivierstand is vastgeraakt, en het water na dien tijd aanmerkelijk is gevallen, heeft de ijsbezetting een groote sterkte verkregen en zal het water minstens één meter moeten rijzeneer eenige beweging in de ijsmassa zal waar te nemen zijn. Men meldt ons uit Zwolle: Oe jaarlijksche algemeene vergadering der Séhippers-vereeniging //Schuttevaer" zal aanst. Woensdag 2 Ffebruarij alhier gehouden worden. De grijze stichter, die dezer dagen in goede gezondheid zfjilén 83éD verjaardag vierde, zal de vergadering als eere-voorzitter bijwo nen. In plaats van het overleden bestuurslid der afd. Zwolle, den heer J. de Graaf!is verkozen de heer D. J. H van Tussenbroek. De concessiehouders eener stoomtram-verbinding ZwolleCoevorden heb ben eenige verandering in hun traject gemaakt en zullen daardoor eerder den steun onzer goede stad erlangen, dan wel aanvankelijk gedacht werd. De zaak is in handen gesteld eener speciale commissie en zal spoedig in den raad tot definitive beslissing - behandeld worden. De lusschengelegen gemeenten hebbeu de gestelde eischen aangenomen. Omtrent de misdaad, die waarschijnlijk te de Leek gepleegd iswordt nader aan de /V. R. C. gemtld: Gisteren ochtend was onze heele buurt in opschudding. Het gerucht liep dat de nicht van den rentenier II. M., zijne huishoudster, zich had doodgeschoten. Spoedig vernam men het volgende: Woensdag ochtend omstreeks half zes hoorden sommige bewoners van Nietap (hét Drenfsche deel van de Leek,) drie scholen, die kort na elkander gelost wérden. Te half acht vervoegde de bejaarde H. M. zich bij zijnen buurman en vérzócht dezen even met hem meê te gaan, wijl het niet goed was met zijne nicht. De buurman kwam niet, maar gaf, toen M. nog eens terug kwam, zijne bedienden last om eens te zien. Deze vonden het meisje dood. Er werd om den doctor gezonden, maar deze kon de levensgeesten niét weder opwekken. Een schot was den mond ingegaan cn door de hérsenen gedrongen. Men verdiepte zich in gissingen. II a. verhaalde men ddt dé oom Zondag jl. gedreigd had haar en haar beminde te zullen dooden. De politie gaf last, den oom des nachts te bewaken. In den ochtend van heden wist hij zijne bewakers te misleiden cn een mes magtig te worden, waarmede hij zich dén hals afsneed. Dr. Schönfeldt, in alle haast ontboden legde échter een verband en verklaarde, dat de man niet in levensgevaar verkeerde. Het geregtshof te 's Hertogenbosch heeft J. W. S.oud 21 jarenwonende te Dommelen nabij Eindhoven, schuldig verklaard aan voorwaardelijke be dreiging met moord en brandstichting bij naamloos geschrift, en hem, met aanneming van verzachtende omstandigheden veroordeeld tot 9 maanden ge vangenisstraf. Te Haaften is dezer dagen een jongentje van drie jaar bijna verbrand. De moeder was even een boodschap wezen doen en had het knaapje met een ouden zieken man te huis gelaten. Een vonk uit de kagchel deed de kleertjes vuur vatten. Hoewel geneeskundige hulp is verleend, vreest men voor zijn leven. In het vorige jaar ontstond er brand bij een landbouwer onder Duiven; zware verdenking rustte op de dienstbode, doch voldoend bewijs ontbrak. De justitie had echter nog iets anders met haar te verrekenen, en na ver oordeeling werd zij haar dén Bosch gebragt. Aldaar was geene plaats voor haar in de gevangenis, zoodat zij naar Maastricht moest. Ernstig ongesteld geworden, bekende zij aan den directeur, te Duiven den brand aangestoken en bij de menschen waar zij gediend had opliglerijen gepleegd te hebben. Te Maastricht is een molenaarsknecht, die wegens voortdurende dron kenschap ontslagen was. in een stal gevonden met bevroren handen en voeten. Die ligchaamsdeelen zullen waarschijnlijk afgezet moeten worden. -- Te Muisberg in Limburg, is een kind van omstreeks 8 jaren door ko lendamp gestikt. De overige zich in hetzelfde vertrek bevindende personen werden nog in tijds gered. De oorzaak van het ongeval wordt toegeschre ven aan den gebrekkigen staat van een schoorsteeu. 'SGRAVENHAGE29 Januarij. Bij de directie der rijks postspaarbank zijn benoemd: tot commies W. van Esveldthans directeur van het post- en telegraafkantoor te Hengelo, uit welke betrekking hij eervol wordt ontslagen; tot commies H. M. Tatnm Zubli te Rotterdam en lot klerken C. H. Brouwer, thans 2' klerk bij het dep. van waterstaaten J. Kroon te Rotterdam. Naar aanleiding van Zr. M'. besluit van 19 dezer worden de rammo- nitórs Panter en Byena, liggende te Hellevoetsluismet den 29sleD daar aanvolgende in dienst gesteld, respectivelijk onder bevel van de luitt. ter zee le kl. J. O, Joekes en C. A. Le Bron de Vexela. De officier van administratie 2e bl. J. Vasseur, uit 0. I. teruggekeerd, is op non-activiteit gesteld. De collecte ten behoeve der watersnoodlijdenden heeft alhier opgebragt ruim 26000, waaronder een gift van 2000, die in een enveloppe werd overhandigd. - Morgen, Zondag, zal er in de Groote en de Nieuwe kerk alhier een bidstond worden gehouden met het oog op den watersnood. Onder beschuldiging van moedwilligen doodslag stond gisteren voor het geregtshof te 'sGravenhage teregt de schipper B. van Z., oud 27jaren, wonende te Rotterdam Aanleiding tot zijne tercgtstelling voor zulk een vreesselijk feit gaf de volgende treurige omstandigheid. Den ll<leD November van het vorige jaar, des namiddags omstreeks 2 ure, bevond v. Z. zich op het liglerschip ffilhelmina Elisabeth en hield zich bezig genoemd vaar tuig de Leuvehaven te Rotterdam uit te boomen, toen op eens een ander vaartuig, gevoerd door den schipper C. van B uit Bruinisse. achter eene stoomboot om, de haven binnenvoer. Hierdoor ontstond tusschen beide scheepjes eene aanvaring, die echter geene noemenswaardige schade veroor zaakte, maar waardoor de beide schippers zeer verstoord werden. Zij gaven elkander van het voorgevallene de schuld en geraakten in een vrij hevigen twist, die zoo hoog liep, dat beiden de hakenwaarmede zij hunne vaartuigen voortbewogenophieven en die. op beider hoofden gerigt, tegelijker- lijd neêrkwamèn. De slag door van Z. loegebragt trof ongelukkig zijn doel en van B. bekwam eene hevig bloedende wonde boven het linker oog. Ziende wat hij had gedaan sprong van Z. terstond op het andere vaartuig over en hielp zoo goed mogelijk zijne tegenpartij te verzorgen. In den loop van den middag werd de verwonde door tusschenkomst der politie in het ziekenhuis opgenomen en hoewel hij reeds in bcwusteloozen toestand verkeerde, werden alle middelen der kunst aangewend om den patiënt te behouden; het mogt echter niet baten, reeds den 16dtD November was v. B. overleden. Eene lievige hersenverwonding, volgens het gevoelen van heeren deskundigen loegebragt door een slag of sloot met een scherp hard voorwerp, dat zeer goed een schippershaak kon zijn, had den dood doen ontslaan. De besch. bekende ten volle, en blijkbaar diep geroerd, dat hij een slag had toegebragt, maar alleen om den slag af te weren, dien de verslagene had willen toebrengen; hij was door drilt vervoerd, maar het was volstrekt zijne bedoeling niet geweest v. B. te dooden. Na het getuigenverhoor, waaruit het bovenmedegedeelde bleek, bekwam de adv.-gen. mr. Gregory het woord. Hij wees op het groot verschil van personen, die steeds voor het hof tereglstonden. Had men soms besch., die een toonbeeld van ongeregiigheid waren, er kwamen er ook met een onbesproken leven en bovendien met een diep berouw over het door hen bedreven kwaad. Tot deze laatsten kon hij gerust dezen besch. rekenen. Maar niettegenstaande diens antecedenten zeer gunstig waren, kon er bij hem van geen verzachtende omstandigheden sprake zijn, omdat er z. i. geen wettige aanleiding voor het toebrengen van den slag bestond. Zijn requisitoir strekte daarom tot 5 jaren tuchthuisstraf. De verdediger, mr. O. J. 11. graaf van Limburg Stirum, voor het eerst als zoodanig optredende, was van meening, dat besch. uit wettige zelfver dediging had gehandeld en alleen getracht had den hem toe te brengen slag al te weren. Op dien grond verzocht pleiter de vrijspraak van zijn cliënt. Mogt echter het hof zich met zijne zienswijze niet vereenigen, dan, geloofde hij. gaven de zeer gunstige antecedenten en het voorbeeldig gedrag van den besch. ruime aanleiding tot het in aanmerking nemen van verzachtende omstandigheden. Hel hof deed, na korten tijd in raadkamer te zijn vergaderd, uitspraak en veroordeelde B. van Z., wegens moedwilligen doodslag, maar met aan neming van verzachtende omstandigheden, tot 18 maanden eenzame op sluiting. ENGELAID. LONDEN, 28 Januarij. Een telegram aan de Times uit Durban meldt dat commodore Richards, de kolonels Deane en Ashburnham en 60 officieren van alle rangen de tegen de Transvaal optrekkende colonne vergezellen. De troep is zeer sterk aan artillerie. De cavalerie is meest bereden infanterie. De met de Euphrates aangebragle troepen zijn uitstekend in orde. Zij bestaan uit 722 man infan terie, 368 huzaren en 190 artilleristen met zes kanonnen. Onverwijld zou den zij per spoortrein naar Pietermaritzburg vertrekken. Generaal Colley seinde dat hij den 25slen zonder tegenstand Ingago bereikt had, en dat de patrouilles der Boeren op een uur alstands waren. Te Wigan, in het graafschap Lancaster, heeft eene meeting van20000 werkstakende mijnwerkers plaats gehad, die besloten 10 pC.t. vermeerdering van loon te eischen Na den afloop van de meeting werden allerlei onge regeldheden en geweldenarijen bedreven. Vier personen, die onder zware verdenking van dén moord op lord Mountmorrts gepleegd te hebben, gevangen genomen werden, zijn weder op vrije voeten gesteld, daar de getuigen niet tot het afleggen van verkla ringen tegen de beschuldigden te bewegen waren. FEAN&RIJH. In den senaat werd door den voorzitter medegedeeld dat hij van den heer de Gavardie een brief had ontvangen, waarin deze zijn verlangen te kennen geeft, om den voorzitter van den ministerraad te interpelleren 1". over het onwettig aanplakken van de bekende rede van Gambella in alle gemeenten des lands, gelijk de kamer besloten had; 2". over de geheime magt, die het bestuur van buiten- en binnenlandsche zaken en van oorlog leidt. De minister van financiën verklaarde dat de regering, voor wat het aan de orde stellen dier interpellatie betreft, zich houdt aan de beslissing van den senaat. De senaat besliste dat er na eene maand over gehandeld zou worden. De heer Gavardie gaf hierover zijne ontevredenheid te kennen op eené-wrjze, die vrij wat hilariteit uitlokte. De commissie van den senaat, belast met het onderzoek van de door de kamer van afgevaardigden aangenomene wet lot invoering van het kosteloos onderwijs, heeft met eenparige stemmen zich ten gnnste der voordragt verklaard. De houding der mogendheden, niet het minst die van Frankrijk, ten opzigte van Griekenland, wordt door den heer Lemoinne in het Journ. des Déb. op scherpe wijze gehekeld. De verlegenheid, zegt hij, waarin de groote mogendheden zich gebragt hebben, laat men nu uitsluitend op dat land nederkomen en dat acht hij onregtvaardig. De graaf van Chambord laat, om den nood der behoeftigen in dezen winter te lenigen, brood en brandstof te Parijs en elders uitdeelen. De bons voor de ondersteuning zijn voorzien van de koningskroon en de leliën.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1881 | | pagina 5