boord der Amalia overgesprongen personen weder van die boot afhalen, doch zag hiervan af door den drang van de zijde der passagiers om direct naar IJmuiden terug te keeren. Aldaar aangekomen werd terstond genees kundige hulp verstrekt aan de gewondenen dezealsook het lijk van den gedoode naar het hötel Willem Barends getransporteerd, alwaar spoedig alles voor eene goede verpleging werd ingerigt. Be goede bediening en hulpvaardigheid van het personeel van dit hötel staken zeer gunstig af bij het gedrag van een veldwachter, die het eenigen der heeren zeer lastig maakte. Nader meldt genoemd blad nog: Het onheil is een gevolg geweest van de te groote bereidwilligheid van kapitein Bakker, van dc sleepboot Hercules, om de vrienden van hen, die op de Amalia de reis naar Indië aanvaardden, in de gelegenheid te stellen, hun van nabij nog een laatst vaarwel toe te roepen. Op verzoek van eenige heeren, voornamelijk studenten, stoomde de Hercules tot op een bootslengte afstand langs zijde de Prinses Amalia. Op dat oogenblik drongen allen aan boord der sleepboot naar de voorzijde die het digtst bij de mailboot was. Hierdoor kreeg de Hercules slagzijde, d. i. hjj helde over en gelijk in zulk geval pleegt te geschieden, luisterde hij hierdoor niet scl erp meer naar het roer. Een reusachtige boot als de Prinses Amalia wekt een ontzaglijke zuiging in het water en de Hercules, niet aan het roer gehoorzamende, werd langszijde tegen de Prinses Amalia aangetrok ken gelijk een stuk staal tegen een magneet. De hercules geraakte eerst met de raderkasl en daarna met den voorsteven onder den achtersteven van de Prinses Amalia en bekwam eenige schade. De studenten die bijeen stonden zouden ongedeerd zijn geblevenindien ze rustig op hun plaats gebleven waren. Doch vertrouwende op hun jonge kracht en vlugheid poogden ze zich te redden aan boord van de mailboot. De heer t. C. was schrijlings gaan zitten op een der davits, waaraan de sloepen hangen, meenende daar in veiligheid te zjjn, doch de davits draaiden hij den schok, en verpletterden Item te,"en de mailboot. Aan de gevolgen dier kneuzing overleed de jongeman, wiens treurig lot algemeene deelneming wekt. In den Kunstbode leest men: Het Leidsel) munt- cn penningkabinet wordt niet opgeheven, doch zal met ingang van 1 Januarij 1881 geene af zonderlijke administratie meer hebben. De heer Roest, tijdelijk directeur, wordt met dien dag eervol ontslagen, en het beheer wordt toevertrouwd aan den directeur van 's rijks elhnographisch museum te Leiden. Voorts zal dit kabinet alleen omvatten de munten en penningen aan de universiteit ge schonken of gelegateerd: hierbij komt vooral in aanmerking hel legaat Pilaer, uitsluitend tot aankoop van Porlugesche penningen bestemd, en w aaraan het te danken is dat de Leidsche verzameling de rijkste der wereld is voor de kennis van numismatiek van Portugal. Al de overige munten worden naar hel tlaagsche penningkabinet overgebragt, en wel in eene nieuwe zaal, die. ten gevolge van den aankoop van een aan de kon. biblio theek grenzend huis, aan dit kabinet is toegevoegd. Bij de Zalurdag te 's llage gehouden acte-examens voor het lager oii- derwjjs werden voor. de acte in de Fransche taal toegelaten: m.ej* :J. ÏJ. M. E. Asmus, L. F. Billon, W. i. Commijs, allen uit 'sHage; C. B. Renaud, J. van Riel, beiden uit Leiden; E. L. C. Rijken en de heer F. Rochette beiden uit 'sllage. Voor de acte als hulponderwijzer werden toegelaten de hh. I'. A. de Lange, uit Dordrecht; J. Borstlap, uit Dordrecht; H. Ouder kerk, uit Gouda; J. J. Lingeler, uil Rotterdam; B. A. E. van Dijk, uit Dordrecht; G. M. van Riemsdijk, uit Dordrecht, G. Helleman, uit Kinder dijk; H. Ludolph. uit Rotterdam; C. Lipjes, uil Dordrecht; C. VV. Gruys, uit Schiedam; G. de Groot, uil Dubbeldam; G. van Monlfoorl, uit Gouda; A. van llalewjjnuit Dubbeldam; J. van Scbie, uit Schiedam; H. van der Linden, uit Rotterdam, en J. van der Most, uit Schiedam: 1 vrouwelijke candidaal werd afgewezen. De examens zijn hiermede geëindigd. De geheele uilslag der acte-examens voor het lager onderwijs was als volgt. Hoolonderwijzers: toegelaten 27. afgewezen 48; hoofdonderwijzeres sen: tocg 10, afg. 6; hulponderwijzers: loeg. 05, alg, 31; hulponderwijze ressen: toeg. 37, afg. 18; Fransch, onderwijzers: loeg. 18, afg. 45; onder wijzeressen: toeg. 30. afg. 29: Engelsch, onderwijzerers: toeg. 8, alg. 15; onderwijzeressen: tocg. 33, afg. 13; Hoogduitsch, onderwijzers: toeg. 11, afg. 2; onderwijzeressen: toeg 20, afg. 1; wiskunde, onderwijzers: toeg. 22, afg. 17, onderwijzeressen: toeg. 5, afg. 0; teekenen, onderwijzers toeg. 15 afg. 4; onderwijzeressen: toeg. 5. afg. 1; handwerken, onder wijzeressen: loeg. 117, afg. 56; landbouwkunde, onderw jjzerstoeg. 1, afg. 1; -- gymnastiek, onderwijzers: toeg. 1, afg. 9. Onder alle voorbehoud deelt het Hb>. hel gerncht mede, dat de gou verneur-generaal van Ned. Indië, de heer van Lansberge, met nadruk het verlangen zou hebben te kennen gegeven om van zijn hoog ambt te worden ontheven en ten spoedigste naar Europa te vertrekken. Als zijn opvolger zou dan sprake zijn van den vorigen minister van marine jhr. Wichcrs, die zieh thans reeds als divisie-kommandent in Indië bevindt. Te Hellevoetsluis is Vrijdag II. bij het exerceren met de zeilen aan boord van het wachtschip te Hellevoetsluis een matroos uit dc marsra ge vallen. Hij kwam met de borst op het dek teregt en is kort daarna overleden. De kinderen van den landbouw er v. O.te Leerdameen meisje van 2 jaren en een jongentje van vier maanden, waren dezer dagen eenigen tijd alleen in het woonvertrek, liet meisje stak toen haar broertje spelende een raauwen aardappel in den mond en drukte dien zoo ver in de keel, dat het kind er door is gestikt. Het misbruik maken van sigarenbons in den vorm van bankbillet- ten houdt nog aan. Een jongentje liep op den Dam te Amsterdam; daar sprak hem eene jufvrouw aandie hem verzocht om voor haar een bank- billet van ƒ40 te wisselen bij den kruidenier in de Molsteeg; ƒ2 zou hij voor belooning ontvangen. De jongen, in zijn schik over dit buitenkansje, gaat naar den aangewezen kruidenier; daar wordt hem het geld natuurlijk geweigerd, en ondervraagd, vertelt hij, dat eene hem onbekende jufvrouw, die hem met die laak belast had. op den Dam wachtte. De politie wordi er kennis van gegevenen de jongen bleek waarheid gesproken te hebben. Eene jufvrouw stond te wachten. Zij werd gearresteerd. Zij bekende, dal zij uit geldgebrek zoo gehandeld had, omdat zjj als naaister te weinig ver diende om in haar ondeihoud te kunnen voorzien. Te Jutphaas, nabij Utrecht, heeft eene verkooping plaats gehad van curiositeiten en antiquiteiten. Ten bewijze van de groote waarde dezer collectie wordt vermeld, dat een Saksisch tafelservies den buitengewonen prijs opbragt van 4000. Een prachtig Fransch porseleinen (Sèvres) déjeu ner, beslaande uit 5 stuks, een landschap voorstellende, dat op de ver kooping voor 120 werd toegewezen, werd later onder de kooplieden voor 1800 verkocht. De heer Boermans, r. k. pastoor te Lutle, gemeente Losser, is Woens dag morgen dood in den vischvijver bij zijn huis gevonden. Men vermoedt, dat hij, gewoon eiken morgen zijn goudvisschen te voeden, door eene dui zeling overvallen te water is geraakt. Door wijlen den heer J. Dierks, te Wouw, is aan het r.k. par. arm bestuur aldaar, de bloote eigendom vermaakt van eene schuldvordering ten laste der gemeente Hoeven, groot ƒ1000, rentende 4 pCt. In dc memorie van antwoord van burg. en wetli. op het sectie-verslag van den gemeenteraad wordt, wat betreft de Inkomsten gezegd, dat zij zich met den wensch van een der leden om weder in den vorm van een liggeld eene belasting te hellen voor het lossen en laden der schepen niet kunnen vereenigen. Vooreerst is de schade aan de kaden en wallen door het lossen en laden teweeggehragl van uitermate weinig belang, maar bo vendien zoude de inningmet het oog op het herhaaldelijk lossen en laden, aan groote bezwaren onderhevig zjjn, terwijl ook de opbrengst niet in ver- i houding zoude wezen met dc kosten van inning. Er wordt reeds een lig- i geld geheven voor vaartuigen, welke dienen tol hel uilstallen eu verkoo- pen van warenzoomede van vaartuigen aan welke eene vaste ligplaats is aangewezen. De opbrengst van het schoolgeld van de inrigling tot opleiding van O. I. ambtenaren kan thans op 1600 worden gesteld; het aantal leerlingen be draagt thans 16. Voor zooverre burg. cn weth. bekend is, worden de scholen voor oiivermogenden niet bezocht door kinderen, wier ouders niet gerekend kunnen worden tot de klasse der onvermogende» te behooren. Door de hoofonderwijzers wordt daarop naauwkeurig gelet. Eene verhoo ging van schoolgeld op dc scholen voor minvermogenden zouden burg. en wetli. bepaaldelijk afkeuren. Overeenkomstig het medegedeelde in de algemeene beschouwingen wordt voorgesteld een nieuw artikel op te nemen volgn. 41a.: Vergoeding van het rijk overeenkomstig art. 45 der wet van den 17d™ Augustus 1878 voor dertig ten honderd der bij art. 44 dier wet bedoelde kosten van het lager onderwijs, ƒ39307. De in art. 44 der wet bedoelde uitgaven bedragen ƒ131025, waarvan 30 pCt. uitmaakt ƒ39307. Verder wordt voorgesteld een nieuw artikel op te nemen, volgn. 41 b: Bijdrage van het rijk overeen komstig art. 12 der wet van 17 Augustus 1878 in de kosten van de kweek school van onderwijzers en onderwijzeressen, ƒ6500. Bij het bespreken der Uitgaven blijven burg. en weth. aandringen op de verhooging van de jaarwedde van den opziener der gemeentewerken 2J« kl. .Op de aanmerkingen omtrent de straten verklaren burg. en well)., dat deze ontegenzeggelijk veel geleden hebben door het opbreken ten behoeve van het leggen van gas- en duinwaterbuizen en van de rails der paarden spoorwegen. Voor de verstralingen ten behoeve van de gasfabriek en de duinwaterleiding wordt aan de gemeente voldaan een bedrag van 72 cents per vierk. meterterwijl door de concessionarissen van de paardenspoorwe gen de werkelijk ter zake gemaakte kosten worden vergoed, een en ander overeenkomstig gesloten overeenkomst. Dat wel eens stralen worden opge geven als aan de beurt liggende voor herstelling, zonder dal in den loop van het jaar daaraan gevolg wordt gegeven, kunnen zij niet ontkennen, doch dan is dit steeds het gevolg van noodzakelijke werkzaamheden in andere gedeelte der gemeente. Het voornemen heelt beslaan om het Lier- nurstelsel toe te passen op dc thans gedempt wordende Binnenvestgracht en Geeregraclit. lntussclien is het, zooals reeds is medegedeeld, bij nader onderzoek gebleken, dat de kosten meer zouden hedragen dan oorspronkelijk werd vermoed, zoodat tot den aanleg van eene gewone riolering is over gegaan. Overigens was opgemerkt, dat alleen is aanbesteed het dempen van de beide genoemde grachten met de riolering, doch dat tot het geheele plan van inrigling van bouwterrein, waarvoor 22000 is toegestaan, meer dere werken behooren. Tegen eene demping van dc Koolgracht bestaat o. a. dit bezwaar, dat daaraan enkele fabrieken zijn gelegen, waarvoor het behoud der gracht niet van belang ontbloot is. Gaarne zullen burg. en weth. in overleg treden met hel bestuur van Rjjnland over te nemen maat regelen tot verversching van de grachten in verband met het op te riglen stoomgemaal te Katwijk. Het snoeijen der boomen heeft in het vorige jaar plaats gehad op aanwijzing van een deskundige en de ondervinding heeft aangetoond, dat dit met den gewenschten uitslag is bekroond. Op de voorgestelde verhooging van het tractement van den commissaris van politie en die van de agenten blijven burg. en wete aandringen. Het aanschaffen van eene tweede stoombrandspuit heelt reeds meermalen een punt van overweging bij liet dagelijkscli bestuur uitgemaakt. Burg. en weth. handhaven ook hun voorstel lot verhooging van liet trac tement van den gemeente-apotheker en van zijn bediende. 'sGRAVENHAGE. 25 October. H. K. II. de prinses van Wied, dochter van Z. K. H. prins Frederik, is gisteren ochtend le Neuwied voorspoedig bevallen van eene dochter. Aan J. T. de Haan is, op zjjn verzoek, ontslag verleend als notaris te Wolvega. De minister van waterstaat enz. zal Donderdag aanst. geen gehoor verleenen. In de zitting van de tweede kamer van heden zijn de algemeene be raadslagingen over het wetboek van strafwet gesloten, na eene korte dis cussie, waarin voorn, door den heer Gratama de wet werd gelaakt, de heer Mackay op de inconsequenties wees in de toepassing van het gevolgde stel sel en de heer Heydenrijck betoogde dal niet genoeg op de regten der God heid was geltl. De minister van justitie bestreed die bezwaren, vooral het laatste. Het strafwetboek diende om de maatschappij en ook de godsdienst le beschermen. Dit deed hel. liet doel en de vorm van het ontwerp wer den nader door hem verdedigd. Art. 1—8 werden goedgekeurd. Morgen voortzetting.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1880 | | pagina 2