PER TELEGRAAF,
Door Louis Blanc is zijn ontwerp tot het verleenen eener volledige am
nestie ter tafel gelegd. Men meende dat het door meer dan 80 afgevaardig
den onderteekend zou zijn. Slechts 49 hebben er bunnen naam onder gezet.
De voorsteller vroeg de urgent-verklaring voor zijn voorstel, waartoe de
kamer besloot.
De minister Fevry heeft, zooals gemeld is, een wets-ontwerp iugediend
om het lager onderwijs kosteloos en verpligtend te stellen. Onderscheidene
bladen betreuren het, dat de minister niet een stap verder is gegaan door
het onderwas neutraal en onafhankelijk van de geestelijkheid te maken.
Komt de minister niet in dien zin op de zaak terug, dan moet, meent
men, de kamer daartoe het initiatief nemen.
De vereeniging voor de verdediging der handelsvrijheid heeft in het
Grand Hotel eene vergadering gehouden, waarin met algemeene stemmen
het volgende voorstel van den heer Raoul Duval is aangenomen: De ver
eeniging verklaart zich krachtig voor de vernieuwing der handelsverdragen
en de vermindering der regten, bij het conventionele tarief van 1860 be
paald. Zij protesteert tegen elke verhooging van die regten bij de vast
stelling van het algemeen tarief.
De begrafenis van het stoffelijk overschot van den heer Favre heeft
op eenvoudige wijze plaats gehad; de deelneming was echter groot. Het
sterfhuis was te klein om al de vrienden, die naar Versailles gekomen
waren, te bevatten. De slippen van het lijkkleed werden gedragen door
de ministers Ferry en Magnin en door Emmanuel Arago en Allon. De
president der republiek had zich laten vertegenwoordigen door een ordon-
nance-officier. De balie te Parijs was vertegenwoordigd door een vijftigtal
advocaten. Voorts merkte men een groot aantal senatoren, afgevaardigden
en letterkundigen op.
De bijdragen voor een standbeeld van Thiers te Saint-Germain-en-Laye,
waar bij overleden is, bedragen tot dusver 51005 f. Den beeldhouwer
Antonin Mercie is de vervaardiging van het monument opgedragen. Thiers
wordt zittende voorgesteldde kaart van Frankrijk op de knieën.
De eerst voor weinige dagen voltooide wegruiming van de sneeuw in
de stad Parijs heeft aan uitgaven voor gewone dienst van werklieden en
wagens en voor buitengewone werkkrachten 1,173,000 frs. gekost. Aan
werkloon werd daarvan uitbelaald 427,000, voor karren 62500 en voor
paarden 107,000 (rs. In het geheel werd 1,008,600 kub. meter sneeuw
weggeruimd.
Eene tooneelspeelster te Parijs, Zondag 11. naar hare woning, eene
villa te Neuilly, terugkeerende, was zeer verbaasd hare vensters verlicht te
zien, en nog meer toen zij eene handkar voor hare deur vond staan, met
een deel van hare meuhelen beladen. Hare pianino stond in den tuin. Blijk
baar waren de dieven met de grootste onbschaamdheid bezig geweest hel
huis uit te plunderen en op de nadering van haar rijtuig gevlugt, echter
niet zonder allerlei zaken-, pendules, schilderijen, linnengoed enz. mede te
nemen.
SPAlfJE.
In de cortes heeft het wetsontwerp tot vrijverklaring der slaven op
Cuba, na acht jaren leertijd, 231 stemmen verkregen, zijnde uitsluitend
de stemmen der conservatieven en van een lid der commissie, een Cu-
baansch vertegenwoordiger. Al de leden der minderheid namen aan de
stemming geen deel, en ook de vrienden van den maarschalk Martinez
Campos onthielden zich. Het geheele aantal leden, dat zich aan de stem
ming onttrok bedraagt 178. Het geschil tusschen de minderheid der wet
gevende magt en de regering duurt voort. De crisis wordt verergerd
door de weigering van het kabinet, om aan de West-Indische koloniën de
hervormingen te geven, welke vooral op handelsgebied dringend worden
verlangd. Het thans door de kamer aangenomen ontwerp op de vrijver
klaring der slaven voldoet evenmin aan de kolonisten, die aan het vroe
gere meer vrijzinnige ontwerp van Martinez Campos de voorkeur gaven.
D UIT Si C II L, A Hf D.
Ter aanbeveling van het bij den bondsraad ingekomen wetsontwerp
tot wijziging der rijkslegerwet wordt o. a. aangevoerd dat er wanverhou
ding bestaat tusschen de strijdkrachten van Duitschland en die van andere
groote mogendheden. In tijd van oorlog heeft Duitschland 923 bataillons
linie-, landweer- en reservetroepen, maar Frankrijk 1266 dergelijke batail
lons, benevens 20 compagnien jagers en 20 bataillons douaniers; Rusland
1484 bataillons linie-, reserve- en aanvullingstroepen. Dezelfde ongunstige
verhouding bestaat voor de veld-artillerie en daartegen weegt de betrekkelijk
talrijke cavalerie van het Duitsche leger niet op, want die is noodig wegens
Duitschlands centrale ligging, waardoor het gedwongen kan worden, tege
lijkertijd naar verschillende zijden offensive bewegingen te doen, die onuit
voerbaar zijn zonder eene groote massa cavalerie, welke de plannen des
vijands ontdekken en die van het eigen leger verbergen moet. Die centrale
ligging maakt ook het bezetten van vele vestingen noodig, waarom ook de
vestingartillerie en het corps pioniers versterkt moet worden. Van de ge
noemde uitgaven zouden bijna 33 millioen ten laste van Pruissen komen,
ruim 5 millioen ten laste van Saksenbijna 1 millioen ten laste van Wur-
temberg en bijna 5 millioen ten laste van Beijeren.
De regering van het groot-hertogdom Hessen zal eerlang een plan in
dienen tot het bouwen van een nieuwe vaste brug over den Rijn bij Mainz.
üp de tegenwoordige, een schipbrug, is het verkeer 2D a 30 malen per dag
gestremdwegens het doorvaren van booten. De kosten van de nieuwe brug
zullen ƒ2.160.000 bedragen.
LONDEN, 24 Januarij. De Times wijdt een artikel aan de vermeerdering
van de getalsterkte des Duilschen legers. Het blad ziet in den genomen
maatregel geen onrustbarend verschijnsel, maar slechts de outhuliing van
den verschrikkelijken toestand van wapenstilstand, dien Europa thans door
leeft. In zulk een tijd moet Engeland zoo veel mogelijk zich onthouden
van onnoodige verwikkelingen, ten einde, vereischt, in staat te zijn op het
critische oogenblik zijne stem te doen hooren. Met dit doel voor oogen moet
Engeland sterk zijn', ten einde tot handhaving van den vrede te kunnen
medewerken.
KONSTANTINOPEL22 Januarij, Sir Henry Layard heeft per telegram
aan lord Salisbury berigt dat dringende hulp noodig is in Mossul, waar men
zich in de noodzakelijkheid ziet gebragt de kinderen te verkoopen.
PARIJS, 23 Januarij. De republikeinsche linkerzijde heeft heden met
groote meerderheid van stemmen besloten, dat de leden van elke groep
der linkerzijde zich voortaan bij de republikeinsche linkerzijde kunnen
laten inschrijven. Daardoor vervalt de bepaling, volgens welke geen lid
eener andere groep tevens lid der republikeinsche linkerzijde kon zijn.
De volkomen vereeniging is echter van de hand gewezen.
De uiterste linkerzijde daarentegen heeft zich in beginsel vereenigd met
het plan eener volkomen vereeniging der linkerzijde en het linkercentrum.
LEID SCHE SCHOUWBURG.
(Fransche opera. Voorstelling van 23 Januari 1880.)
„Mlgnon", opéra comique en 3 actes et 5 tableaux, par Michel Carré
et Jules Barbier. Musique d'Ambroise Thomas.
Weder gaf het opera-gezelschap onder directie van den heer Ant. Voitus
van Hamme eene voorstelling, welke door een talrijk publiek werd bijge
woond. Geen wonder, de namen der dames Laville Ferminet en Fronty
stonden nevens die der heeren Lliérie, Fronty en De Beer op het looneel-
biljet vermeld en beloofden een avond zoo genotvol, als zang- en tooneel-
speelkunst vereenigd kunnen aanbieden. Die belofte bleek geene ijdele te
wezen; want niet slechts dat genoemde dames en heeren hunne taak op
de gewone dat is uitstekende wijze vervulden, ook Mme Fournier
oogste in hare min beteekenende rol van Frederic eenige niet verwerpelijke
lauweren in en werd verdienstelijk ter zijde gestaan door den heer Donval,
die Jarno voorstelde, terwijl de overige vertooners ook, naar de mate hun
ner krachtentot het welslagen van den avond medewerkten.
De opera /'Mignon" behoort tot de zoodanige, welke haar succes niet
enkel aan de talenten van den componist danken. Michel Carré en Jules
Barbier leverden daarvoor een tekst, die als dramatisch product zeer te
waardeeren zou wezen. Men oordeele.
Het eerste bedrijf verplaatst ons in den tuin eener Duitsche herberg,
waar eenige burgers den Zondag, voor een gedeelte althans, op hunne
wijze, bij//la bière brune et blanche" doorbrengen. Eenige zingari achten
plaats en tijd gunstig tot het geven eener voorstelling, waarbij het eieren-
dansen eene voorname plaats moet innemen. Mignon (Mevr. Laville Fermi
net), wier bepaalde roeping het is "Ie fameux pas des oeufsuit te voe
ren, weigert echter hieraan te voldoen, ondanks het aanmoedigende, beter
gezegd aansporende: "Danse Mignonméchant démon, ou mon baton, saura
te mettre a la raison", waarmede zij door Jarno, het opperhoofd der Zigeu
nerbende, wordt toegesproken. Dit tooneel wordt bijgewoond door Laërte
(De Beer) en Philine (Mme Fronty), leden van een tooneelgezelschap, welks
directeur tot het geslacht der "Roofvogels" schijnt te behooren, en die
daarom zonder emplooi zijnde, uit het balcon van een naburig huis het
schouwspel gadeslaan. Dan treedt Wilhelm Meister (Lhérie) op, die het
arme meisje beschermt en loskoopt, maar plotseling smoorlijk verliefd wor
dende op de wufte Philine, niet bepaald weet wat met het schoone kind, dat
hem niet meer verlaten wil, aan te vangen. Bijna te gelijker tijd ver
schijnt zekere Lothario (Fronty) ten tooneele, die nu en dan aanvallen van
waanzin heeft, welke hem zelfs tot brandstichter kunnen maken. Immers
wanneer de tooneelistenop verzoek van den Baron Von Rosemberg, zich
naar diens kasteel hebben begeven, om voor den Prins Von Tiefenbaeh eene
voorstelling te geven, waarbij de schoone Philine op hartstochtelijke wijze
wordt toegejuicht, steekt hij het slot in brand cn vlucht hij met Mignon,
die zijn edel hart gewonnen heelt, uit Duitschland, vergezeld door Wilhelm
Meister, die eindelijk den raad van Laërte opvolgt en zich aan den invloed
der Prima-Donna onttrekt. Hiermede eindigt het tweede bedrijf.
In het derde vinden wij dit uit Germunje vertrokken drietal weder aan
de boorden van een meer, "le lac"waarvan wij trouwens niets te zien
krijgen in Italië en in een oud kasteel dat door een Intendant, Antonio
genaamd, bewoond wordt, nadat het sedert vijftien jaren door den eigenaar is
verlaten; zoodat Antonio het recht schijnt te hebben over verkoop van dat
goed aan Meister te onderhandelen. Zij blijven er echter niet ongestoord,
want Philine, die ongaarne eene prooi ziet ontsnappen voordat hij het
behouden niet meer waard is, heeft Meisters spoor ontdekt, ondanks al de
pogingen van den goedharligen Laërte, die hem een bewijs van vriendschap
wil geven door eene opoffering, waarvan hij al de waarde kent. Hij neemt
zich namelijk voor Philine te huwen. Volgens het Libretto geeft deze ech
ter de voorkeur aan Frederic (Mme Fournier), ons reeds in het eerste be
drijf door haar voorgesteld als "Un petit écolier qui s'est échappé de l'Uni-
versité", natuurlijk om haar te volgen. Dat jonge mensch bereikt zoo op
eenmaal het ideaal zijner wenschen, il devient son mari. Of hem dat ge
luk goed bekomen heeft, wordt niet gemeld, wel vernemen wjj dat Mignon
eigenlijk Sperata heet, en de dochter is van Lothario, anders gezegd den
"Marquis de Cypriani", wiens verstand volkomen helder wordt, nu hij in
het kasteel zijner vaderen is teruggekeerd; hetzelfde slot dat Antonio op
het punt stond te verkoopen aan Meister, die er nu zijn intrek zal nemen,
als de echtgenoot van de adelijke jonkvrouw, wier liefde het loon is van
zijn edelmoedig gedrag, toen hij haar nog "Mignon" het Zigeuner kind
waande.
Slechts in vluchtige omtrekken konden wij den lezer eene schets geven
van den inhoud der geschiedenis, welke dit drama-zangspel ten grondslag
heeft, en waarin wij het génie van Goethe herkennen door Fransche gees
tigheid aangevuld en door uitstekende muzikale talenten ondersteund,
't Moge genoeg zijn ter inlichting of herinnering.
Nog hebben wij te gewagen van de "Pas des Bohémiennes" in de eerste
acte, welke door de dames Javanel, Ricci, Krola en Brizzi werd gedanst
op eene wijze, welke ons het gemis van Mme Zuliani vergoedde.
Ook het corps de ballet werkte mede tot het succes eener voorstelling,
welke wij met genoegen bijwoonden; al constateeren wij met eenig leed
wezen dat een der tableaux werd weggelaten, zoodat er slechts vier, in
stede van vijf, waren; terwijl ook Wilhelm Meister, zeker om aan den
eetlust van Laërte tegemoet te komen, het rondeau in de eerste acte ach
terwege liet.
j Aan de dames Laville—Ferminet en Fronty werden bloemruikers aange
boden terwijl den meesten vertooners de eer der terugroeping ten deel viel.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.