COMESTIBLES. Paling en Sprot. HEEREN- EN KINDERKLEEDINGSTUKKEN 8. VLES, Hooigracht. WAKMOESLAND. im:k TKU-:r,H\.\r. ADVERTENT! EN. Mozaïk-, Galantine-Cervelaat-, Truffel-, Ton- gen-, Lever- en Knakworsten. Verduurzaamde Groenten enz., in puike qualiteit ontvangen bij WARME, GOEDKOOP E, SOLIDE VOORHANDEN BIJ Kleedingstukken op maat worden zoo noodig binnen 24 uur zonder eeuige verbooging van prijs geleverd. Te Trier is, volgens de Landeszeit., in een der nachlen van de afge- loopen week, een zuigeling in de wieg doodgevroren. De dienstbode, aan wier zorg het kind was toevertrouwd, vond het des ochtends dood in de stjjf bevroren kleederen, LONDEN. 30 December. Aangaande het verschrikkelijk spoorwegongeluk, ten gevulge van hel instorten van de brug over de Tay zijn nadere berigten ontvangen, waaruit blijkt, dat het aantal slagloffers 90 bedraagt. Nietnand és gered. Een onderzoek is gelast. KONSTANTINOPEL29 December. De heer Layard heelt aan de Porte uitstel gegeven tot aanstaanden Woensdag ter beantwoording zijner bezwaren ten opzigte van de inhechtenisneming van den Muzelmanschen priester Ahmed-Tewflk. Men gelooft, dal de Porie morgen zal antwoorden. r" r" LE1DSCHE SCHOUW Hl HG. (Voorstelling van 29 December 1879) „De armen van Parijs". Drama in 5 bedrijven (7 lafereelen) door Ed. Itrisebarre en Eugène Nns. Nieuwe vertaling van j-+R++. «1880 moge ons iets beters brengen", luidde het einde van onze laatste mededeeling betreffende den Leidschen Schouwburg, en zie, 1879 deed het nog; want die armen van Parijs" is een dier stukken welke wij altijd gaarne op het repertoire onzer tooneelgezelschappen zien, als eene herinne ring aan den tijd toen de niet altijd genoeg gewaardeerde Haagsche too- neelisten, onder directie »an Breedé en Valois. ons dikwijls kunstvoort brengselen te aanschouwen gaven, waarbij het niet aan handeling en kleur onlbrak. Als naar gewoonte beginnen wij met eene schels van hel drama, welks eerste gedeelte te Bordeaux in 1840 speelt, terwijl het laatste de 2' tot en met 7' lafereelen bevallende - ons ten jare 1855 binnen Parijs verplaatst. In dat eerste gedeelte zien wij den bankier Villebrun (J. Haspels) aan stalten maken tot een voor hem niet onvoordeelig faillissement. Reeds wordt de postchais gereed gemaakt, welke hem aan de beleedigingen zijner slachtoffers moet onttrekkrn. wanneer hij tot zijne verbazing bemerkt dat z(jn bediende Plautroos (Rosier Faassen) goedvond nog aan het werk te blijven, niettegenstaande de patroon, om den derden verjaardag van zijne dochter Alida te vieren, het kantoor vroeger dan gewoonlijk had doen slui ten. Plantroos wordt daarop bij hem ontboden, en nu blijkt dat de ge slepen bediende zjjn meester heeft doorzien en deel van den huit wil hebben. Inmiddels wordt de koopvaardijkapitein Bernier aangediend, die bij den gunstig bekenden bankier twechonderdvjjltjg duizend francs deponeert en hem dankt omdat die nog geaccepteerd worden; doch kort daarna weder keert met de verklaring, dat hij van gevoelen veranderd is en gaarne zijn geld wil terughebben. Dit wordt geweigerd en Bernier sterft aan eene be roerte; terwjjl Plantroos. ziende dat de ongelukkige het regu, door hem geschreven en door zijn meester ondericekend. uit de hand laat vallen, dit opraapt, onder hel uitspreken der verklaring dat /'men niets moet laten slingeren", en op deze wjjze een middel verkrijgt om den bankier nog iets meer af te dwingen dan de twintig duizend francs, waarvoor hij zijn stil zwijgen verkocht heeft. In het tweede gedeelte komen de armen van Parijs ten tooneele. Het zijn Fabien de Roqueleuil (W. Van Zuylen). Mevrouw Bernier (Cath. Beers- mans)., Andre, haar zoon (Cbrispijn) en Antoinette, hare dochter (mej. E. Van Rijk), die ons doen zien hoe fatsoenlijke armoede geleden wordt. Ook maken wij hij deze gelegenheid kennis met een merkwaardig soort van dienstboden; Reine Bigot (mevr. Faassen-Van Velzen), die de gewoonte heeft minder in rekening te hrengen dan zij werkelijk uitgeeft, om, dus doende, op kiesche wjjze. hare meesteres, wier geldgebrek zij geraden heelt, te ondersteunen Haar zoon, de handwerksgezel Bigot, is juist de tegen hanger der «armen", want hij is, dank zij zijn stand en zijn werk, waar lijk rijk. Hij geniet het leven, wordt niet door allerlei zorgen gekweld en is, in e'c'n woord, benijdenswaardig. Hel toeval wil dal Villebrun ook te Parijs woont en eigenaar is der woning door mevrouw Bernier betrokken. Hij doet haren boedel in beslag nemen voor achterstallige huurpenningen. Auilié tracht te werken, maar kan geen zwaren lichamelijke!) arbeid ver richten Zijne moeder en zuster beproeven een zelfmoord door kolendamp, uiaar worden bijtijds gered. Plantroos geeft aan Antoinette het schuldbe wijs over. dat, met de v< rschnldigdc rente, ongeveer liet dubbele der pri mitief gestorte som waard is. en stelt haar zoo in de gelegenheid met Fabieu le huwen, die reeds op het punt stond de gravinuekroou op hel hoold te zetten van Alida. die hem met haar geld wil knopen. Voeg hierbij eenige zeer aardige scènes lusscbcii Villebrun en Plantroos. eenige aandoenlijke litsscheu liet gezin Bernier en liet feil dat de eerste, dank zij zijn ex bediende, aan de justitie schijnt te zullen w orden overgeleverddan hebt j gij, waarde lezer, een, zij bet ook oppervlakkig, denkbeeld van het drama. welks strekking is te bewijzen dal onder den lalsoeiiljjken. kalen rok het mee.-te ellenue geleden wordt, en waaroij aan ons rechtsgevoel voldoening wordt gegeven door de straf des misdadigers, die zich door zijn eigen kind het verwijt hoort toevoegen dal bij beter had gedaan haar een onbevlekten naam dan schatten, met oneere gekocht, te verzekeren. Zulke stukken zijn belangwekkend, al wordt ook, ter wille der dramatische ontwikkeling, in bit laatste tafereel wel wat veel bijeengevoegd, wat beter gescheiden ware. He *eriooners kweten zich zeer goed van hunne taak, die waarlijk niet gemakkelijk kan genoemd worden. Het vooral moeilijke looneel of wil men liever de moeilijke tooneelen van liet zesde tafereel werden uitste kend afgespeeld; terwjjl wij met genoegen eene nieuwe actrice zagen op treden. die op liet biljet van rolverdeeliug den naam Helène draagt en de lol van Claudeiie op verdienstelijke wijze vervulde. En zoo kan men, met het oog op hel naderende einde des jaars en deze welgeslaagde voorstelling, zeggen; «Eind goed al goed." Voor de vele bewijzen van belangstelling, bij gelegenheid van ons huwe lijk ondervonden, betuigen wij, ook namens wederzgdsche betrekkingen, onzen hartelijken dank. J. VAN DER TOGT. Leiden, 30 December 1879. C. W. VAN DER TOGT, Van Dijk. C. W. VAN OVEREEM en Echtgenoote betuigen hunnen oprechten dank voor de vele en hartelijke bewijzen van deelneming en belangstelling, on dervonden bij hel overlijden hunner kinderen ANTON en LEO. Leiden, 30 December 1879. Voor de vele bewijzen van deelneming, ondervonden bij het overlijden van onze lieve ANNA EMERENTIA, betuigen wjj onzen innigen dank. W. HAANSTRA. Leiden, 30 December 1879. M. HAANSTRA, De Koningh. De rekening en verantwoording in het faillissement van J. L. LEEFERS J'. zal door den Ondergeteekende worden afgelegd op Woens dag den ldpt" Januari 1SSOdes voormiddags te elf uren, in een der localen van de Arrondissement-Rechtbank te 's Gravenhage. Mr. F. WAS, Curator. DIAKENEN DER NED. HERV. GEMEENTE berichten de ontvangst van eene gift van tOO om daarvan eene extra uitdeeling te doen aan de armen hunner gemeente. Moge dal voorbeeld vooral in dit jaargetijde veel navolging vinden. Namens Diakenen voornoemd, Leiden, 30 December 1879. A. WERNER, Voorz. T. J. VAN 'T HOOFT, Secr. De Commissie voor de Spljskokery van den H. Vlncentius, zooveel mogelijk wenschende te ge- moet te komen in de behoeften harer arme Stadgenooten, stelt de nog beschikbare warme spys verkrijgbaar a 9 Cents per portie. Bons zijn Vrijdags, voor den volgenden Maandag of Woensdag, bjj den Ondergeteekende verkrijgbaar. H. C. COEBERGHNieuwen Rijn 18. De Godsdienstoefening Oudejaarsavond in de Kerken op de HOOIGRACHT en HEERENGRACHT zullen niet te 5 uren, zooals op een der Kerkbriefjes slaat, maar te O nren aanvangen. Ongeveer (wee hectaren, gelegen in den Meerburgerpolder, zijn uit de hand TE HOOP. Te bevragen bij de Heeren C. H. FELIX, Breê- straat, en M'. J. L. KLAVERWIJDEN, Hecrengracht. IA Hoorsteeg. A. SOM ER WIL* OUDEJAARSAVOND ruim voorzien van versche gerookte Paling, tegen vermindering van prijs, groote Engelsche Sprot, 16 Cents en kleiner soort 5 Cents per bosje, en puike gerookte Bokking. J. VAN DEK PEAS, Haarlemmerstraat N". 17 a.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1879 | | pagina 3