LEIDSCHE COURANT. 187». M°. 257 VRIJDAG 31 OCTOBER BINNENLANDSCHE RKRIGTEN. De Couraut verschijnt dagelijks, Zen- en Feestdagen uitgeionderd. De jrrijs der Courant is per vierendeel jaars f 3.franco p.p. f 3.80 mei het Verslag der Handelingen van den Cemeenteraail /'3.3b, franco p. p. f 3.88. liet verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor f 2JK> 'j jaarsbuiten de earpeditiekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Centsfranco p. p, 6 Cents, He prijs der Advertentiön is van 1—4 regels 1.iedere regel meer 25 cenls. LEIDEN, 30 October. In de zitting van den gemeenteraad van heden is ingekomen de mede- deeling van het overlijden van den onderwijzer D. II. Poelman. De heer J. Wuyster zegt bij die medcdccling, dat hel onderwijs door 'smans dood een gevoelig verlies lijdt. Hij toch was een man met warme liefde voor zjjn vak vervuld; en onder zijne leiding kon geen onverschillige onverschillig blijven. Tot onderwijzer 2e kl. aan de school n°. 3 voor minvermogenden werd benoemd E. Peters, hulponderwijzer te Velp. Voor de stemming deelde de voorzitter mede dat de eerste op de voordragt geplaatste hulponderwijzer zijne sollicitatie had ingetrokken, en voorts, op eene door den heer de Goejegevraagde inlichting, dal al de op de voordragt gcplaatste personen, bij het afleggen van een examen, uitstekend hadden voldaan. De voordragt tol het rooijen van een aantal hoornen werd goedgekeurd en op het verzoek van 11. M. D. van Gelder, lot het leggen van een stoep, werd gunstig beschikt. Aan de orde was verder de gemeente-begrooting voor 1880. De alge- mccne beschouwingen over die begrooting liepen ditmaal uitsluitend over de zaak van het onderwijs. De heer Le Poole gaf te kennen dat, ofschoon op vele hoofdstukken traclemcnts-vcrhoogingcn voorkwamenhij zich thans daarvoor zou verklarenook voor de verliooging van het iractement van den commissaris van policie. Wel was de straatschenderij toegenomen, maar hij wilde daarvoor de policie niet verantwoordelijk stellen. Dat de uitgaven voor de policie evenwel meer en meer uitgezet werden, kon zijne goedkeuring niet wegdragen. Als hij zich op het standpunt van liet onderwijs stelde, dan was het ontmoedigend. Naar mate de kosten voor het openbaar onderwijs werden uitgezet, moesten die voor kt hoofdstuk policie verminderen. En dat was niet het geval. In bijzon derheden loonde hij aan hoezeer de uitgaven voor het openhaar onderwijs toenamen die thans waren uitgetrokken tot een bedrag van ruim 132,000. Hij zou er echter niet tegenstemmenwant men stond op het punt van de invoering ccner nieuwe wet. Hij kon ze dus niet bestrijden, de inkomsten van de scholen waren echter niet in verhouding tot de uitgaven, llij zou daarom voornemens zijn later een voorstel te docu, niet om de schoolgelden te verhoogen, maar om eene commissie te benoemen, zamcngcstcld uit leden van den raad en van de plaatselijke schoolcommissie, om deze zaak nader le onderzoeken. De heer Douner kwam terug op hetgeen hij in de sectiën had gezegd, liet cjjfervoor het openbaar onderwijs uitgetrokkenloonde nog altijd de klimmende voorliefde van den raad voor dat onderwijs. Zoover hem bekend was, was er geen stad waar, in evenredigheid van het zielental, eene zoo groote uitgave voor het onderwijs werd gedaan. In een tijdvak van zeven jaren waren de uitgaven daarvoor met 97000 toegenomen. In dien tijd waren er slechts twee scholen en 700 leerlingen bijgekomenzoodat er zeker ƒ70,000 moet gevonden worden onder salaris enz. Hij had lof over voor een raad die het onderwijs bevorderde, maar hij geloofde dal er een ijver was die geen rekening hield met de beschikbare krachten, een ijver die het doel voorbij streefde. Er waren hierbij groote belangen op het spel. De bijzondere scholen waren op één na te niet gedaan door de wanverhouding die er bestaat tusschen de kosten en het schoolgeld. Daardoor wordt aan de burgers de gelegenheid ontnomen om de kinderen le zenden naar de school hunner keuze. Een regt van de ouders, dal verkort wordt, en nog gisteren avond werd alhier op welsprekende wijze hel regt der consciëntie bepleit. Men kon zeggen het behoort te huis in de tweede kamer. Maar de raad was de uitvoerder der wet. Er waren andere plaatsen waar die niet op die wjjze werd uitgevoerd, b. v. te Utrecht, alwaar nog vele openbare scholen zijnen te Rotterdam alwaar het getal openbare en bijzondere scholen gelijk staat. Op die gronden zou hij tegen hoofdstuk Vil der bcgrooling stemmen. Hij was niet voor den strijd; hij zocht dien niet; hel was van zijn kant geen godsdienstige bekrompenheid. Men mogt nog zeggen: wij krijgen later 30 pCl. der kosten terug, maar dan zou men ook weder twee scholen hebben en een getal secondanten, zoodal men er misschien nog schade bij zou hebben. De heer de Goeje besprak enkele hooldpunicndoor de vorige sprekers aangevoerd: 1" het verwijt dat de inaglige concurrentie de bijzondere scholen had doen verdwijnen. Die dat meende, raadpleegde de geschiedenis niet. Men moest opklimmen tot 1849; toen werd de concurrentie geopend, door de verleende vrijheid tot het opriglen van scholen. Toen kwamen er scholen te veel. In 1857 werd de wet ingevoerd en eerst in 1861 werd hier ter stede het openbaar onderwjjs geregeld; men had zich dus niet overhaast. De schoolgelden werden geregeld naar hetgeen in dien tijd hier ter stede gewoonlijk werd betaald. 2°. Dat men de kosten te hoog opvoerde en dat er le veel weelde hcerscht. Uil de geschiedenis van den bouw der scholen toonde hjj aan dat die slechts langzamerhand en wanneer de nood er toe drong, waren opgerigt. Bjj hel bezoeken der scholen kon men zien dat men overal spaarzaam te werk ging. Alleen het noodige was er te vinden. 3". De behoeften voor de school. Spreker deed hieromtrent verschillende opgaven, waarvan het resultaat was dat de scholen voor on- en minvermogenden 63655, de scholen 2' kl. 23259 en de le kl. 4313 kostten. Die cijfers gaven geen regt om te zeggenzooals in de sectiën was gezegdde gegoeden werden hevoorregt. De grootste uitgaven werden gedaan voor on- en minver mogenden. Voor ieder leerling betaalde de gemeente 25 en er waren er 2600. Voor de scholen 2' kl. betaalde de gemeente 37 maar zou men daarin verandering willen brengen? Zou, als de gemeente het niet deed. anderen zich die belangen aantrekken? Juist wordt het meeste betaald door de gegoede burgerij, die er het minst van profiteert. Zoo zij er ontevreden over was, had zij regt de voorstanders van ons tegenwoordig lager onderwjjs uit den raad te werpen. Er bestaat echter geen ontevre denheid. Eene zoodanige beschuldiging getuigde van laakbare ligtzinnigheid. De heer van der Lith achtte een goed bijzonder onderwijs eene weldaad. Er waren, volgens den heer Donner, nog 2200 kinderen die daarvan gebruik maakten, maar daartoe moeten verecnigingen bijpassen; dit was natuurlijk, want ook de anderen moeten betalen voor hunne kinderen. De wet spreekt van eene tegemoetkoming in de kosten en de gemeente doet niet anders dan hetgeen haar door de wet wordt voorgeschreven. Hjj had achting voor conscientie-bezwaren, maar niet voor hen die om pCt. minder hoofdeljj- ken omslag het onderwjjs wilden dooden. Zou men mogen aannemen, dat de draagkracht der gemeente sinds 1848 niet is toegenomen? Werd het openbaar onderwjjs een slag toegebragt dan zou de stad veel van hare be volking verliezen. Den heer Donner herinnerde spreker dat juist te Rotter dam, blijkens de gehouden beraadslagingen in den raad, de toestand als onvoldoende is aangeduid. Op het gesprokene werd nog door de bh. Donner en Le Poole gerepli ceerd om nader hunne meening te verduidelijken. Daarna werd overgegaan lot de behandeling van de verschillende posten der uilgavenwaarmede men gevorderd is tot hoofdstuk 9. Heden avond wordt de behandeling voortgezet. Rij de behandeling van n°. 100, rente-garantie voor de duinwaterleiding deelde de lieer de Laat de Kanter mede dat dezer dagen, na een naauw- kcurig onderzoek van de directie, gebleken was dat die garantie van f 22500 met ƒ4500 kon verminderd worden. De zevende Nederlandsche Protcstanlendagdie, door de Woensdag avond in de Pieterskerk gehouden godsdienstoefening, hare wjjdiug ontving, hield gisteren avond in de groote stads-zaal eene openbare zamenkomst. Eene groote schare belangstellenden, zoowel dames als heeren uit verschil lende maatschappelijke standen, had zich reeds tjjdig in hel locaal verza meld, waar ook welJra de talrijke afgevaardigden, uit alle oorden des lands, de voor hen bestemde zitplaatsen innamen. Op den platform had het bestuur, met prof. Buys als eere-voorzitter en den Zwilserschen afge vaardigde dr. Wizart in zjjn midden, plaats genomen. Te half acht opende de ecrc-voorzitler deze zamenkomst met eene rede, zooals men van dien spreker verwachten mogt, en die, waar zij niet in haar geheel kan opge nomen worden, zóó weinig voor stuksgewijze mededceling vatbaar is, dat uit den rijken overvloed van diepzinnige gedachten, enkelen, builen ver band met het geheel, moeijelijk kunnen worden genoten. De reden voor zijn optreden moest gezocht worden in het ook voor hem aan trekkelijk beginsel van den Bond, dat den strijd over en voor het pro testantisme niet binnen de grenztn der kerk bepaalde, maar daarbuiten ook hulptroepen zocht te werven, die de groote beginselen van hel protes tantisme zijn toegedaan, en welke ook hunne godsdienstige overtuiging zij in leven eu bedrijf daarvoor willen ijveren. Zelden werd zeker in eene rede klajrder uiteengezet hoe de waarachtig prolcstanlsche beginselen ook die van den slaat moeten zijn, en het ge-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1879 | | pagina 1