voorziening noodig is. Daartoe strekt het aangeboden ontwerp, dat de
minister van zijn ambtsvoorganger heeft overgenomen.
Ook is aangeboden een wets-ontwerp tot wijziging en aanvulling der
wetten omtrent de heffing en de verzekering van de invoerregten en accijn-
sen. De minister van financiën heeft bij zijn optreden dit wets-ontwerp van
zijnen ambtsvoorganger gevonden. De raad van state was reeds daaromtrent
gehoord. Daar hij zich met dat ontwerp in hoofdzaak geheel kon vereeni
gen, heeft hij het met eenige wijziging en aanvulling overgenomen. Tot
voorbereiding van eene grondige herziening der algemeene wet van 26 Aug.
1822 is bij art. 1 der wet van 4 April 1870 aan den koning tijdelijk de
bevoegdheid gegeven om onder de vereischte voorwaarden of bepalingen
legen misbruik, afwijkingen toe te staan van de voorschriften der belasting
wetten omtrent de formaliteiten in acht te nemen bij invoer, uitvoer, door
voer en vervoer van goederen, wanneer dit in het belang van handel, nij
verheid of scheepvaart noodig blijkt. Bij het thans aangeboden wets-ontwerp
wordt voorgesteld den voorloopigen toestand nog voor drie jaar te besten
digen en de bevoegdheid lot het vaststellen van proefregelingen eenigzins
uit te breiden. Dat ontwerp beval bovendien enkele andere bijzondere be
palingen, welke tot hetzelfde onderwerp behooren.
De begrooting van Ned. Indie voor het jaar 1880 bedraagt in ont
vangst ƒ146,163,487, en in uitgaaf 139,948,869, sluitende derhalve met
een tekort van 6,214,618. Tegenover het geraamd tekort over 1879 van
ƒ8,706,587 slaat dus voor 1880 een tekort van ƒ6,214,618. Deze betrek
kelijk gunstige uitkomst werd niet verkregen dan door strenge inkrimping
van uitgaven. Waar bezuiniging mogelijk scheen is die aangebragt, en elke
niet onvermijdelijke verhooging van uitgaven is zooveel doenlijk gekeerd.
Inachtneming van de meest mogelijke spaarzaamheid komt pligtmatig voor,
nu de Indische begrootingen van 1879 en 1880 met tekorten sluitenwaarin
niet anders dan door middel van leening zal kunnen worden voorzien. Deze
toestand der Indische geldmiddelen is een gevolg van drie zamenwerkende
oorzaken: 1°. de noodzakelijkheid om den aangevangen aanleg van de haven
werken bij Batavia en van de spoorwegen op Java voort te zetten; 2°. de
hoogere uitgaven, die nog ter zake van Atjeh worden vereischt, en 3°. den
betrekkelijk lagen stand der kolfij- en tinprijzen. Waarschijnlijk zal in den
loop van het volgend jaar een wets-ontwerp lot uitschrijving eener geld-
leeiiing tot dekking der tekorten worden aangewezen. Wat aangaat de
raining van den post: «kosten der bezetting van Atjeh". die is voor 1880
gesteld op 9,382.000 of ruim 338.000 hooger dan die van hel loopende
jaar. hetgeen bijna uilsluitend het gevolg is van de behoefte aan genie-
werken. Ofschoon de gang van zaken in Atjeh in de laatste maanden
zich gunstiger laat aanzien is het nogtans te verwachten, dat in 1880
nog groote uitgaven te doen zijnvoordat de toestand als gevestigd is te
beschouwen.
'sGRAVENIlAGE, 24 September.
Aan den heer F. M. .1. Ie Jay is, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend als burgemeester der gemeente Assendelft.
Tot notaris te Zuid-Scharwoude. arrond. Alkmaar, is benoemd de heer
P. G. Dukcr, thans notaris te Andijk, en lot notaris te Zuidlaren, arrond.
Assen, is benoemd de heer mr. R. Driessen ter Meulen, cand.-notaristhans
griffier bij liet kantongeregt te Emmen, zjjnde hem tevens eervol ontslag
verleend uit die betrekking.
Door Z. M. is de schout-bij-nacht J. van Gogh eervol ontslagen uit de
betrekking van directeur eu kommandant der marine te Amsterdam, onder
dankbetuiging voor zjjne in die betrekking bewezen diensten; en benoemd
tot directeur en kommandant der marine te Amsterdam, de schout-bij-nacht
W. U. F. Escher.
De luiit. ter zee 1« kl. M. A. Medenbach en Z. J. Cambier, tijdelijk
1' officieren aan boord van de opleidingschepen Anna Pauloivna en Admi
raal van ffassenaerworden op non-aciiviteit gesteld.
Door den minister van binnenlandsche zaken is benoemd tot hortu-
lanus bij de rijks-universiteit te Groningen, A. Fiet. vaste knecht in den
horlns aldaar.
Door den heer Elout van Soeterwoude is voorgesteld 9 van het
adres van antwoord aldus te lezen: «Wij koesteren het vertrouwen dat de
herziene wet op het lager onderwijs zoo spoedig zal worden ingevoerd, als
de daartoe nog uoodige voorbereiding, ook lot toekenning der regten van
een aanzienlijk deel der natie, zal toelaten."
In de zitting van de tweede kamer van heden is de beraadslaging
over het adres iu antwoord op de troonrede voortgezet. De paragraaf Han
del werd, na discussie, aangenomen met 57 tegen 17 stemmen. De para- 1
graaf Onderwijs lokte een uitvoerig debat uit. De minister van Lynden
verdedigde tegenover antirevolutionairen zijne houding in de onderwjjs-
<|naestie. Steeds was hij. ofschoon evangeliebelijder, afgeweken van de
uiecning der antirevolHtionarendie van de wetgeving alles verwachten.
De nel van 1878 was hooger beroep op de wet van 1857. Een cassatie
beroep zou hen welligt nog minder bevredigen. Zijn standpunt was steeds
dat ook positief-christelrjken het openbaar onderwijs moesten verheffen.
De minister Six zou middelen voor de invoering van de schoolwet aanvra
gen zoodra de voorbereiding gereed was. De heer van der Hoeven con-
slateerde dal het kabinet is liberaal en aanvaardde een nieuwen strijd
leem de onderwijswet. Het amendement van den heer Elout werd ver-
worpen niet 57 legen 15 stemmen. De paragraaf Onderwijs werd aange- j
nomen met 43 tegen 29 stemmen, en ten slotte het geheele adres met 44
tegen 28 stemmen.
Voor de gisteren gehouden verkiezing voor een lid van den gemeente
raad in de plaats van jhr. G. J. G. Klerck, nieuw benoemd minister van
waterstaat enz., zijn ingeleverd 977 billetten. Van onwaarde werden ver
klaard 9 billetten. Er moet eene herstemming plaats hebben tusschen de
hh. Corn, de Groot, die 340, en jhr. P. O. H. Gevaerts van Simonshaven,
die 295 stemmen bekwam. Mr. F. Ailing Mees verkreeg 164 en mr. o,
baron Groeninx van Zoelen 137 stemmen,
i Het was jammer dat de regen gisteren avond het verblijf in de I(i
I smaakvol aangelegde dreven van den Kon. Zool. Tuin belette. Het best»
van het genootschap had groote toebereidselen gemaakt voor eene feesteljjk,
ontvangt van de officieren van het reg. grenadiers en jagers, huldebewij;#
wier welslagen echter voornamelijk afhankelijk was van het weder.
rijzige eereboog, uit welks frontespies den binnenlredenden het welkoi
werd toegeroepen en waarin de feestcijfers waren aangebragt, stond d!}
in duisternis aan den ingang van den tuin. Het hemelwater bluschlej,
levensgeesten van de talrijke lichtjes, welke het effect dezer ovatie zoude
hebben verhoogd. Uit dien hoofde kon aan het deel van het program»
groote soiree musicale in den feestelijk verlichten tuingeen gevolg vvorJn
gegeven. De koninklijke kapel gal nu uilvoering in de groote zaal van
gebouw, waar geen plaatsje onbezet bleef. De feeslmarsch, door den b#
Völlmar voor deze gelegenheid gecomponeerd, leidde het concert in en t#.
wierf grooten bijval. De kolonel, hoofd- en verdere officieren werdenm
hunne dames door het bestuur ontvangen in een der véranda's, welks
siering o. a. bestond iu een uit bloemen vervaardigd wapenbord.
Na afloop der soiree begaf kolonel van Bel, gevolgd door onderscheid#
hoofd- en verdere officieren, zich naar hel locaal «de Vereeniging",
voor de onder-officieren en oud-onderofficieren een bal werd gegeven,
alhier garnizoen houdende wapens, zoomede van de bataillons dd. schuit#
waren twee onderofficieren op deze partij genoodigd. De kolonel van li
regiment werd zoowel namens de onder-officieren als namens de oud-nap#
broeders met toespraken ontvangen, die getuigden van de achting wefc
men dien chef toedraagt, van de waardering zijner tegenwoordigheid enu
de erkentelijkheid jegens de regelings-commissie voor de organisatie
feestviering. De kolonel beantwoordde alle toespraken op hartelijke wij#
In een dronk op Z. M. den koning hei dacht de heer van Bel de welvi
leudheid van den kon. beschermheer van het corps ook in dezen kring.
BUITENLANDSCIIE BERIGTEN.
ENGELAND.
LONDEN, 23 September.
De onderkoning van Brilsch-Indië meldt het volgende, strekkende lil
bevestiging en aanvulling van vroegere mededeelingenDe Emir van Alp
nistan deelt onder dagteekening van den 16-1"1 den opstand der troep
mede en den moord op Fakir Ahmed-Khanburgerlijk gouverneur en mill
tair bevelhebber te Herat, benevens den afval van drie regimenten,
bevel hadden ontvangen om van Taklapul en Mazar Sheriff naar Ali Shaba
in Turkestan te gaan. In een brief van Ayoub-Khan aan den Emir wort
de opstand in Turkestan bevestigd en vraagt hij verlof om zijn post neis
te leggen. De Emir zegt, dat hjj spoedig zijn gezag hoopt te herwinou,
en van zijn magt en zijne hulpbronnen zal gebruik maken tot handham
der vriendschappelijke betrekkingen met de Britsche regering.
Volgens berigten van de Kaap is Cetawayo van Ulundi naar Pien
Maritzburg overgebragt met drie vrouwen en twee volgelingen. Van Por
Durnford zal hij naar Kaapstad worden ingescheept. Slechts weinige Zulu;
in het Noorden en Westen nemen nog eene vijandige houding aan. Kolom
Baker Russell vervolgt lien, onderslennd door de Zulu's, die zich aandr
Engelschen hebben onderworpen.
Volgens berigt uit New-York zijn in de afgeloopcn week Ie Mempbii
31 personen aan de gele koorts overleden. Ofschoon de ziekte in hevighei
vermindert, acht men het voor de personen, die de stad zijn ontvlugl
nog ongeraden terug te keeren.
De heer Edison heeft een nieuwen toestel uitgevonden, waardoor4
telephon meer algemeen zal kunnen worden gebruikt. Den lsl»° Sept. heelt
hij daarmede proeven genomen, die de stoutste verwachtingen overtrolfei
Zonder dat men gebruik maakte van klankhorens, waren woorden ti
liederen, die op grooten afstand gesproken of gezongen werden, voor it
aanwezigen even goed verstaanbaar, alsof de sprekenden of zingenden ziti
met hen in hetzelfde vertrek bevonden.
FRANKRIJ K.
Bjj het feestmaal, dat te Montbéliard gegeven werd, na de onthult
van het standbeeld van Denfert-Rochercau, heeft de minister van bint»
landsche zaken verklaarddat de regering in zake het onderwijs zich nj
zal houden van alle godsdienstige vervolging; maar hij eisclit voor is
staat alle regten die hem toekomen. Art. 7 van de onderwijswet heeft it
den ministerraad niet lot bet minste verschil van inzigten aanleiding gep
ven. De regering zal niet zwak worden bevonden, en de minister hoopt
dat de senaat het votum van de kamer van afgevaardigden zal bekrachtigd
Een der aanzienlijkste inrigtingen van onderwijs, het pensionaatd«
dames Bernardijnen te Rrjssel, is gedeeltelik door een brand vernield, i
afdeeling bestemd voor het muziekonderwijs is met den inhoud, waaronifl
40 piano's, geheel verbrand. De schade is aanzienljjk.
DUITHCHLASD.
Te Straatsburg is den keizer door eene deputatie, met den burgen»
ter aan het hoofd, in naam der stad, een gedenkpenning aangeboden,If
herinnering aan 's keizers bezoek in 1877 geslagen. Z. M., blijkbaar *8
rast, zeide dank in eene toespraak, waarin hjj o. a. verklaarde, allezit
het smartelijke te begrijpen, voor een land als de Elzas gelegen in
afscheuring van een groot geheel, waartoe het eenmaal behoorde, datbf
zijn wensch was den overgang tot een anderen toestand zoo zacht mogelj
te maken, dat ook de nieuwe regering in dezen geest zou handelen.
Ter eere van den keizer en de keizerin had er een optogt van landliedi
plaats. Hij werd geopend door muzikanten te paard in oudboersche dra?
gevolgd door 130 ruiters op fraaije paarden. Daarna kwamen 32 elk m