9 legen C stemmen. De Jieer van Person bleef persisteren bij zijn amende ment, out in ile redactie eau art. 10, door burg. en weth. voorgesleld, daar waar sprake is van de tijdelijke opdragl door burg. en wetli. van de waar neming van enkele lessen, daarbij te voegen: «voor aooveel noodig onder goedkeuring van den gemeenteraad Dit amendement werd door den beer de Laat de Kanter bestreden. In stemming gebragt, werd het aangenomen met 10 legen 5 stemmen. Eene andere wijziging, vroeger door den heer van lterson voorgesleld, werd thans door hem ingetrokken, daar hij zich kon vereenigen met cene door curatoren voorgestelde nieuwe alinea, bepa lende dalwanneer het blijkt dat de tijdelijke waarneming langer dan drie maanden zal moeten duren, alsdan de tijdelijke benoeming de bekrachtiging van den gemeenteraad en de goedkeuring van den minister van binnenland- sclic zaken behoeft. Art. 16 werd daarop met 13 tegen 2 stemmen aange nomen en daarna de verordening in haar geheel met algemcene stemmen. üe concept-verordening regelende het aantal leeraren en het bedrag hun ner jaarwedden gaf slechts tot weinig bedenkingen aanleiding. Een voorstel van den heer llartevelt, om de periodieke verhooging der jaarwedden telkens na een tijdsverloop van 4, in plaats van 3 jaren, te doen plaats hebben, werd met 8 tegen 7 stemmen verworpen. Die verordening werd daarop mede met algemeenc stemmen goedgekeurd, alsmede het raadsbesluit tot helling van schoolgeld en de verordening regelende de invordering van het schoolgeld. Vervolgens werd voortgegaan met de herziening der algemeene policie- verordening. In de eerste plaats kwam in behandeling art. 12, waarin door de commissie voor de strafverordeningen, naar aanleiding van de ge maakte bedenkingen, eene wijziging was voorgesteld, t. w. om in de plaats van de derde alinea de volgende alinea's te stellen: «Bij het voorkomen van besmettelijke ziekten kunnen burg. en weth. het reinigen van de voor schreven voorwerpen beperken binnen den tjjd van 5 tot 8 uur 's mor gens. - Bovendien kunnen burg. en weth. den tyd van reiniging van voor schreven voorwerpen af komstig uit huizenwaar eene besmettelijke ziekte voorkomtzoodanig wijzigen als in hel belang der openbare gezondheid zal worden noodig geacht." De heer van lterson wilde verder gaan en aan burg. en weth. de bevoegdheid geven om de reiniging van bedoelde voor werpen tijdelijk te verbieden. De heer van der Lith verklaarde dat de commissie bezwaar had gehad zoover te gaan en dien last op de burgerij te leggenen dat soms wel voor een geruimen tijd. Er lag wel iets goeds in maar men zou burg. en weth. voor een te moeijelijk initiatief stellen. De voorzint r achtte hel beter die reiniging uitsluitend tot een nachtelijk uur te beperken. De heer van der Lith twijfelde of de geheele stad daartoe te brengen zou zijn. Een voorstel van den heer van lterson, om de bevoegd heid tot een tijdelijk vet bod aan burg. en weth. te verleenen, werd met 11 tegen 4 stemmen aangenomen. Bij de behandeling der overige artikelen (128—216) stelde de heer de Goeje bij art. 156 voor aan burg. en weth. de bevoegdheid te verleenen om de vergunning tot bel vestigen van een bordeel te geven of te weigeren en in allen gevalle te bepalen dat die huizen niet mogen geopend worden in de na', ijheid van scholen of godsbuizen. Over dit voorstel werd breedvoerig gediscussieerd. Ofschoon hij de bedoeling van den heer de Goeje toejuichte, bad de heer van der Lith een wettelijk bezwaar, ook door andere leden in meerdere of mindere mate gedeeld, of men wel bevoegdheid had vergun ning te weigeren voor een beroep dat erkend wordt. De beer de Goeje wees op een lal van plaatsenalwaar in de policie-vcrordeuing eene zoo danige bepalins voorkwam. De heer van der Lith deed uitkomen dat li'et eene individuele opvatting was, andere regtsgeleerden waren van meening dat men de bedoelde bevoegdheid had. IIcl eerste gedeelte van het voorstel van den heer de Goeje, betreffende de vergunningvond, om bet in stern-1 ming te brengen, niet de vereisebte ondersteuning. Het tweede gedeelte, dat bordeelcn niet mogen gevestigd worden in de nabijheid van kerken, scholen of buizen van opvoeding, werd aangenomen met 9 tegen 5 stemmen. Bjj art. 175, houdende verbod van het vervoeren van petroleum in grooter hoeveelheid dan van 500 liters zonder kennisgeving aan burg. en weth.. stelde de heer Wilhelmy Damslé voor die bepaling te doen ver vallen, omdat zij somtijds moeijelijkheid opleverde voor den handel. Het artikel werd echter met 11 tegen 2 stemmen goedgekeurd. De artt. 194 en volgende, betreffende de bouwpolicie. gaven tot verschillende bedenkingen aanleiding, waarvan ook enkele wijzigingen het gevolg waren. Bij art. 202, bepalende datwaar de toestand van een riool van eeltig perceel verbetering cischt en deze niet kan verkregen worden lenzjj de riolen in naburige per celen worden opaebroken, de bewoners der laatstgenoemde percelen verpligt zijn zulks te gedoogen, stelde de heer de Laat de Kanter voor tevens te bepalen dat, wanneer het riool in eenig perceel verbetering nocdig heeft, de eigenaar van dal perceel daartoe moet overgaan. Hij achtte eene derge lijke bepaling noodig. omdat er in geringe buurten dikwijls klagten rezen over den toestand der riolen en de huisbazen van de verbetering niets wil den weten. De mindere stand was tegenover dien onwil magleloos. Het voorstel vond bij vele leden by val. Ee heer van der Lith verklaarde dat de commissie gemeend had zooverre niet Ie moeten gaan, om eene dergelijke verpligling op te leggen. Bij haar was hel denkbeeld opgekomen om het loezigt meer te brengen onder één daartoe bevoegd persoonwelk denk beeld hjj burg. en ueth. aanbeval. De heer de Laat de Kanler stelde voor, de redactie gaarne aan de commissie overlatende, bij dit artikel te voegen dc bepalingen dat aan den eigenaar van een perceel de verpligling kan worden opgelegd een riool te verbeteren, met gebruikmaking van art. 180 tier gemeentewetwat betreft het betalen der kosten, en dat reparation moeten plaats hebben naar het oordeel van den gemeente architect en rooi meesters, nut beroep op burg en weth. De heer van der Lith verklaarde dat, ofschoon de commissie er niet mede ingenomen was. zij toch naar haar beste weten aan dc opdragt zou voldoen. Art. 202 werd daarop met 13 stemmen tegen 1 aangenomen. Van de overige artikelen werden nog de artt. 203, 204. 212 en 214, ten gevolge van gedane opmerkingen, aan dc commissie in nadere overweging gegeven. 'sGRAVENHAGE, 6 Junij. Aan den Oost-Indischen ambtenaar A. E. Smits, gewezen ambtenaar ter beschikking bij het binnenlandse!) bestuur in dc bezittingen buiten Java en Madura, laatstelijk met verlof in Europa, is eervol ontslag verleend uit 's lands dienst. Volgens de laatste uit Parijs ontvangen berigten is de toestand van Z. K. H. den prins van Oranje zeer voldoende. Voor de reglbank alhier werd heden behandeld hel ltooger beroep door Maarten de Klerk, te 's Gravenhageals vader zijner minderjarige dochter Geeriruida ingesteld, tegen een vonnis van liet kantongeregt te 's Graven hage. Daarbij was den heer Felix Bloemendalgrossier in manufacturen te Rotterdam, diens vordering tegen genoemde Geeriruida dc Klerk tot betaling van geleverde mode-artikelen toegewezen. Nadat de heer B. reeds bezig was dit vonnis te executeren, kwam genoemde Maarten de Klerk, namens luw zijne dochter, daarvan in hooger beroep, als eenigen grond aanvoe'rendedal prol zijn dochter minderjarig was en derhalve de nietigverklaring der overeen- ie komst vragende. Namens den heer B. werd het hooger beroep bestre- te den door den advocaat mr. D. S. van Emden, die in de eerste plaats zelfs in het brcede betoogde, dat nu de exceptie van minderjarigheid door hen,om cene hoogst immorele exceptie genoemd, niet in eersten aanleg was voorge-een steld, dit thans met beloog op art. 348 wetboek van burg. regtsvorderinghebl niet meer mogt geschieden. Voorts was pleiter van gevoelen dat waar,zo«zooz als in casu, de minderjarige patent had op eigen naam en haar bedrijf uit om oefende in het huis harer ouders, derhalve met hunne toestemming,de vader - niet meer de minderjarigheid mogt inroepen. Namens den appellant werdei zich deze bezwaren van den verkooper bestreden door den advocaat mr. 11. i, roen van Raalte. Tam BU1TENLANDSCIIE BERIGTEN. BELGIË. De minister van justitie heeft eene commissie benoemd, bestemd eene officiële vertaling in het Vlaamsch te maken van het burgerlyk wetboti Men meldt uit Frameries: Gedurende den nacht van Zaturdag op Zot dag heeft men uit den put n°. 2, der Agrappa-kolenmijn zeventig lijken, i gaai vergevorderden staat" van ontbindingen geheel onkenbaar, opgehaald. Mg heeft ze onmiddellijk begraven. EIGELAND. LONDEN 5 Junjj. Aan de Daily News wordt gemeld dat de hongersnood in Cashmtt de aandacht van het Indische bestuur ernstig bezig houdt. Officiële berigli melden, dat het moeijelijk zou zjjn, zich een juist denkbeeld te vormenvi de ellende, welke in geheele streken heerscht. Verscheidene sleden en dot pen zjjn ontvolkt. De maharajah van Cashmere gevolg gevende aan b; dringend verzoek van den onder-koningis naar Serinagur vertrokken oi b{j de maatregelen tot hufpverleening tegenwoordig te zjjn. De heer Fanshai adjunct-secretaris van het gouvernement Pundjad, is op weg om den Bril schen resident te gaan helpen. Er is thans eene hoeveelheid van 3500 toi granen naar Cashmere-vallei onderweg. Op het Eastonsquare te Londen werd eenigen tijd geleden in een steeg kolenkelder een lijk gevonden, dat reeds langen lijd daar moest gelegi hebben. Na veel gissing en onderzoek is men eindelijk tot de slotsom gi komen, dat het lijk dat van zekere jufvrouw Hacker moet zjjn, eene bi daagde dame, tot wier zonderlingheden het ook behoorde, dat zij geduri een anderen naam aannam. Dat zij vermoord is, heeft de jury als zekt verklaard, maar hare uitspraak voegt er bij: «door één of meer onbekenl^ personen". Zekere Hannah Dobbs is in hechtenis, op wie verdenking rui van den moord te hebben bedreven. Dezer dagen zjjn te Londen eenige tabakshandelaren wegens verral selling van hunne koopwaren lot eene boete van 50 het minimum des straf, veroordeeld. Uit het onderzoek was gebleken, dat de in beslag gi nomen tabak slechts voor een derde, soms voor een vjjfde deel, werkelij tabaksbladen bevatte en het overige uil een mengsel van kamille-bloeseit blaauwhout en zoethout bestond. Over het zeegevecht te Iquique tusschen de Peruanen en Chilianen k vatten de Engelsche bladen nadere bijzonderheden Het gevecht werd nil tusschen drie, maar tusschen vier schepen geleverd. De Peruanen haddt V ot rijki hav< offic verl omé lievi eeni schi «Hit I'S heb keli wet liep stee van Pya een twee ijzeren pantserschepen en wel de groote Independancia en den i nitor Huascar, de Chilianen twee houten schepen, de Esmeralda en Covadonga. Ook hier zegevierde het hout over het ijzer. De trotsche dependancia met haar reuzenkanonnen werd door de Covadonga in dl grond geschoten of geboord, terwijl dit veel kleinere houten schip vloti behouden bleef. Hel tweede schip der Chilianen, de Esmeralda, wei echter zoo gehavend dat de kommandant het in de lucht deed vliegen; de manschap behouden bleef of niet, weet men niet. FRANKRIJK. De president Grévy heeft eene nieuwe lijst geleekend. waarbij a verschillende personen gratie wordt geschonken. Men verzekert ook, d het kabinet heeft besloten aan Blanqui gratie te schenken. Door den a'gevaardigde Keller is op hel wets-ontwerp van den mini ter Ferry, aangaande hel onderwijs hel volgende amendement ingediend, vervanging van art. 7: Het regt om onderwjjs, te geven, dat elke Franse man bezit, die voldoet aan de bij de wet gestelde voorwaarden van leeflij bekwaamheid en zedelijk gedrag, kan niet preventief ontnomen worda cn kan slechts worden verbeurd krachtens eene beslissing der reglbank van de voor de zaken van het ouderwijs aangestelde overheid in de gen len, voorzien bij art. 26 der wet van 5 Maart 1850 en art. 8 der wet 12 Julij 1875. De regering heeft aan den kommandant van het adviesvaarluig Hun dat zich in Nieuw-Caledonië bevindt, bevel gegeven zich naar de eilandf groep de Nieuwe llebriden te begeven en die in bezit te nemen uit nai van Frankrijk. Volgens nader uit Algerië ontvangen berigten zijn de gebeurteniss in de provincie Conslantine zeer overdreven voorgesteld. Alles bepaalt zii tot een twist met de stammen ^luled-Daoud cn Ouled-Bouswhinawdie Caïd doodden en daarna ook een tweeden Caïd met zijn troependie k« men om hen tot rust te brengen. Daarop zijn troepen uit Conslantine vt trokken onder aanvoering van Setif Batna om de orde te herstellen. ITALIË. De bladen deelen een brief mede van Leo XIII aan de aarlsbisschopp en bisschoppen van Turijn, Vercelli cn Genua, naar aanleiding van het dei dagen aangenomen wets-ontwerp, waarbij bepaald is, dat de burgerlip stic dig' wa; eest gel' aar gen ▼öl «es eo gre de we ler oni

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1879 | | pagina 2