PER TELEGRAAF, door den Icelijken trek, dien men mij gespeeld heeft, zonder dat ik iets van dien aard kon vermoeden, zoo ongeaannaam getroffen, dat ik, onmid dellijk nadat ik gestemd had, naar Parijs ben vertrokken. Eerst 's avonds wees een mijner officieren in liet Journ. off. mij op de woorden, die gij gesproken hebt. Ik dank er u hartelijk voor. Gij hebt voor mij gedaan, wat ik zelf voor mij niet heb kunnen doen, en wat gij gezegd hebt, is de juiste waarheid." Na zijn aftreden als president der republiek heeft maarschalk de Mac Mahon een groot aantal telegrammen ontvangen van alle Europesche Hoven. Wij kunnen niet genoeg wijzen, zegt le Monitcurop de soms hartelijke en altijd eerbiedige bewoordingen, waarin die getuigenissen zijn vervat van het vertrouwen en van de achting, welke hertog van Magenta den vreemden gouvernementen heeft ingeboezemd, en van het leedwezen over zijn aftreden. Uit deze manifestation blijkt, dat de maarschalk, door zijn karakter en door het prestige, hetwelk zijn naam omgeeft, te midden van keizers en koningen een plaats had ingenomen op den eersten rang en dit blijkt genoegzaam uit de hulde, hem sinds acht dagen gebragt, niet alleen door souvereinen. maar ook door de prinsen van de regerende vorstenhuizen en door al wat beroemd is ouder de politieke personen van Europa. Over de afkomst van mevr. Grévy loopen in Parijs de zonderlingste geruchten; men vertelt dat zij oorspronkelijk de dienstbode, de huishoud ster of zelfs de waschvrouw van den tegenwoordigen president der Fran- sche republiek was. Van een meer geloofwaardige zijde wordt echter ge meld, dat zij de dochter van een zeer bescheiden advocaat is. Allen zijn het er echter over eens dat zij vroeger wel nooit gedacht zal hebben tot eerste vrouw van Frankrijk verheven te zullen worden en dat de pligten, die thans voor haar uit deze positie voortvloeijenhaar heel wat zorg baren. DUITSCHLAHO. In slechts één district in Pruissen neemt de runderpest nog toe en overal elders gestadig af. Reeds zijn 10 plaatsen vrij van ziekte verklaard, doch werden nog 16 als besmet beschouwd, zoodat het vervoer nog steeds groote belemmering ondervindt. De handel is zeer gedrukt; de algemeene lage prijzen dragen hiertoe bij. RVSUAS9. De gouverneur van Astrakhan meldt dat in alle aangetaste plaatsen de ziekte verdwenen is, behalve te Selitrenny, waar op 18 January zich nog acht zieken bevonden. Op dezen dag stierven er twee. 14 Januarij waren er zes zieken, waarvan drie stierven. Op dien dag werden drie andere per sonen aangetast, zoodat er nog zes zieken bleven. De bewoners van de Stanitza Wetljanka worden naar andere plaatsen, binnen de quarantaine-lijn gelegen, overgebragt; zij worden van nieuw lin nengoed en kleederen voorzien, hunne eigendommen worden getaxeerd en hun vergoed, en de Stanitza Wetljanka wordt geheel verbrand, evenals al het zich daar bevindende papieren geld. De Peterburgsche Börsen-Zeit. meldt, dat de dit jaar voor de garde troepen der hoofdsteden uit Astrakhan en Jenotajewsk gerccruteerde man schappen op bevel van den keizer noch naar Moskounoch naar St. Peters burg gezonden zullen worden, doch naar het gouvernement Nowgorod, waar zij niet in aanraking met anderen komen. Te St. Petersburg is de kassier van de Russische maatschappij van wederkeerig grondcrediet, Juchanzew, door de gezworenen schuldig ver klaard aan verduistering van papieren van waarde en gelden der maat schappij, en veroordeeld tot deportatie naar Siberië, met verlies zijner bur gerlijke en burgerschapsregten. Ilij nam de gedeponeerde waarden uit de kelders der maatschappij en verkocht die ten eigen bate. TURKIJE. De Turksclie gezondheidsraad heeft besloten, dat schepen uit de Zwarte zee en de zee van Azof in de Turksche havens aan de Zwarte zee en te Kavak aan den ingang van den Bosporus, voor zoover zij naar Konstanti- nopel of de Aegeïsche zee bestemd zijnaan eene quarantaine van 24 uren en cene geneeskundige visitatie onderworpen zullen worden. Aan boord van voorbijvarende schepen worden van Kavak tot de Dardanellen saniteitsbe- ambten geplaatst. -y- De internationale commissie, welke volgens de bepalingen van het Berlijnsche verdrag de grenzen moest vaststellen tusschen Rumenië en Bul garije, had, op grond van art. 52 van dat verdrag, het fort Arab-Tabia, hoewel dit werk een deel uitmaakt van de bevestiging van Silistria, aan Rumenië toegewezen, opdat zoodoende eene verbinding tot stand gebragt zou worden met de Dobrudscha. De Rumeensche regering heeft daarop onop houdelijk de ontruiming van dit fort door de Russen verzocht. Deze hiel den zich doof, en de Rumeaiërs besloten daarop het desnoods gewapender hand te gaan bezetten. Dientengevolge vertoonde zich een Rumecnsch de tachement voor de poorten van het fort, maar werd afgewezen. Zij kwa men echter met versterking terug, waarop de Russische troepen de plaats ontruimden. De Russische gezant, baron Stuart, heeft toen eene nota over handigd, waarbij de Rumeensche regering gesommeerd wordt dit fort door hare troepen te doen ontruimen en geene hinderpalen in den weg te leggen aan de bezetting van dit verdedingswerk door Russische soldaten. Na ontvangst dier nota werd een ministerraad gehouden, waarin besloten is niet toe te geven aan de Russische vorderingen, daar dit grondgebied door het Berlijnsche tractaat aan Rumenië is afgestaan. Eene nota in dien geest zal aan baron Stuart overhandigd worden. Tevens is door de rege ring van Rumenië eene circulaire gerigt aan de mogendheden, die het tractaat van Berlijn onderteekend hebben. LONDEN, 7 Februarij. Een telegram uit Kopenhagen meldt aan de Pali Mall Gaz. dat de Duitsche gezant aan het Deensche hof, von Heydebrand, bevel ontving onmiddellijk zijne brieven van terugroeping aan te bieden. ROME, 7 Februarij. In de kamer van afgevaardigden heeft de minister, president Depretis het berigt tegengesprokendat te Salonika de pest zou uitgebroken zijn. LONDEN, 8 Februarij. De Morning-Post wcêrspreekt het gerucht, vol gens hetwelk Engeland in onderhandeling is over den verkoop van het eiland Helgoland. De Daily Telegr. meldt dat de Engelsche troepen bevel hebben gekregen naar Kandahar terug te keeren. LONDEN, 8 February. Markies Ilartington heeft gisteren te Liverpool in eene vergadering van liberalen het woord gevoerd. Hij betoogde dat de politiek der regering tegenover Rumenië, Servië en Griekenland niet groot moedig is. Engeland zou de ontwikkeling van die staten behooren te bevorderen, in plaats van zich te beijveren hunnen vooruitgang te beperken. Hij uitte de hoop dat de vereeniging van Bulgarije met Rumelië op vreed zame wijze moge tot stand komen. ASTRAKHAN, 8 Februarij. (Officieel.) Sedert eergisteren is in het gou- verncment van Astrakhan geen pestzieke meer voorgekomen. Ten gevolge van genomen maatregelen is de mogelijkheid van het lokaliseren der epide mie verzekerd. I G E 7. O A D E Mijnheer de Redacteur. Eenige heeren der gebuurten hebben met groot genoegen kennis genomen van het plan, opgevat door eenige heeren en dames dezer stad om eeue Soirée musicale te houden in de Stads-Gehoorzaal, op 21 Febr. aanst., ten einde de opbrengst te doen strekken tot eene bijzondere tegemoetkoming voor hen, welke door den langdurigen en strengen winter noodlijdend ge worden zijn; velen toch zijn door besloten water en strenge vorst niet in staat geweest hun bedrijf voort te zetten en dus in de behoeften van hun gezin te voorzien. Overtuigd als zij zijn dat buitengewone hulp ook hier ter stede dringend noodig is, juichen zij dit voornemen van ganscher harte toe en noodigen alle ingezetenen, welke daartoe kunnen medewerken, uit, dit goede werk door ruime inteekening op de lijstenwelke zullen worden aangeboden, met een uitslag te bekroonenwelke zoo mogelijk hunne verwachting verre te boven gaan zal. Zij twqfelen niet of alle heeren der gebuurten zullen, zoodra zij daartoe uitgenoodigd zijn, gaarne hunne medewerking verlccncn om hulp te ver kenen daar, waar zulks zal blijken het meest noodig te zqu. Poeta non fit sed nascitur. Menig menschen Zoude wenschen Dat het pad Der Ruïne Zoo wij ziene Vriezend niet zoo bobbels had, Dooiend niet zoo'n slik bevat, Zomers niet zoo'n zandwoestijn, Dat kon alles anders zijn, 't Is te doen Met fastoen, Door het pad flauw rond te flakken Steentjes plakken Onder zolen Goed bevolen Op het plad, Kunnen menschen Dan niet wenschen Beter pad. Gaat eenvoudig naar de man Die u steen verkopen kan Laat de werklui ze leggen, 'k Zou dan zegge Zoo komt alles goed gereed En uw geld is welbesteed. Dus heeren van de raad Geef burgers deze baad, Opdat zq goed passeren En gij goed kunt regeren. Thans zijn er gaten in het plein Nog grooter als het grootste zwijn, Oordeel nu geschikt en fijn Of dat langer zoo kan zqn. Komt men er des nachts langs henen Breekt men er haast hals en beencn, Want de bulten zijn zoo groot Dat men scheen en beenen stoot. Trapt men in zoo'n diepe pet Dat is dunkt mij lang geen pret, Want men valt ligt op zijn neus En dat is dunkt mij niet heus. d. V. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C, DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1879 | | pagina 6