PKIt TELEGRAAF.
nister van oorlog, heeft hem verzocht in haar midden té verschijnen, ten
einde haar zijne gedachten omtrent die zaak mede te deelen. De minister
moet hierop geantwoord hebben, dal hij daaraan niet kan voldoen. Voor
eerst kan hij zich niet ter beschikking stellen van iemand, die zijn onder
geschikte geweest is; ten anderen beroept zich Labordère op feiten, wier
echtheid nog bewezen moet worden. Men ziet nu in de kamer eene be
langrijke discussie over deze petitie te gemoet.
De akademie heeft den grooten Gobet-prijs voor het beste werk over
de Fransche geschiedenis dit jaar toegekend aan den heer Chantelauze, voor
zijn werk: "Le cardinal de Retz et l'aflaire du Chapeau"; voorts een prijs
van 5000 fr. voor het boek van den heer Forncron over "l'Ilistoire des
Guise".
-- Op 27 April had in de Sorbonnc de prijsuitdeeliug van de "Societé de
Lettres" plaats. De minister Bardoux hield bij deze gelegenheid een rede,
sprak over de tentoonstelling en over de verbetering van het onderwijs in
Frankrijk sedert 1872, en verzekerde dat de tijd naderde, waarin elk ge
hucht in Frankrijk zijn school zou bezitten. Gij zijt op hel punt, voegde
de minister er bij, in de provincie terug te keeren, met de vaste overtuiging,
dat het vaderland alles doel om zich weder op te heffen, en dal de republiek
de menigvuldige behoeften begrijpt, die bevredigd moeten worden. Op allen
rust dan ook de eerste zorg. Frankrijk een vreedzame, liberale toekomst te
bezorgen.
De gouverneur der Seychellen-eilanden heelt aan den acclimatatie-tuin
te Parijs drie monster-schildpadden gezonden, die elk meer dan eene eeuw
oud zijn. Een er van, van het mannelijk geslacht, is de grootste, die ooit
in Europa gezien is. Acht kleine schildpadden, ieder omstreeks een jaar
oud. maken hun gezelschap uit.
DiriTICHLAWD.
Ook op binnenlandsch politiek gebied oefent de toestandwaarin de
lieer von liismarck zich bevindt, een ongunstigen invloed uit. Men houdt
zich overtuigd, dat de leden van den rijksdag het oogenhlik als volslagen
ongeschikt zullen beschouwen, om bij de hervatting der beraadslagingen in
den rijksdag de hangende groote vraagstukken in behandeling te nemen;
hiertoe behoort in de eerste plaats de quaestie der enquête op den tabak.
Naar men verneemt zullen pogingen in het werk worden gesteld, om de
beraadslagingen over dit wetsvoorstel eerst na verloop van eenige weken
te doen plaats hebben, dewijl er dan minstens uitzigl bestaat, dat de rijks
kanselier de discussiên over dit onderwerp zal kunnen bijwonen.
Eiken ochtend ontvangt de keizer een uitvoerig telegraphisch berigt
betreffende den toestand van den heer von Bismarck.
Naar wij vernemen, meldt de Biirsenzeit.wordt er bij het Pruissische
ministerie een wets-ontwerp ter wederinvoering der ijzerregten gereed ge
maakt. Dit ontwerp, hetwelk als een voorstel van Pruissen binnen kort
bij den bondsraad zal worden ingediend, zal bij den rijksdag nog in de
tegenwoordige zitting ter tafel worden gebragt, tenzij de ziekte van den
rijkskanselier in de zaak eene vertraging mogt teweeg brengen. Met ze
kerheid kan men aannemendat de rijkskanselier voornemens is al zijn
invloed ten gunste der ijzerregten aan te wenden en dat hij, wanneer zijn
gezondheidstoestand het toelaat, zelf het ontwerp by het parlement zal
verdedigen.
Dezer dagen is hel Moravische dorp Zdiar door een zware ramp ge
troffen. In eene kleine woning, midden in het dorp, ontstond brand. Door
feilen wind aangewakkerkhebben de vlammen binnen een uur 53 wontn-
gen in de asch gelegd van de 78. die het dorp telt. Bovendien zijn alle
schuren en stallen bij de verbrande huizen mede door het vuur vernield.
Een groot aantal stuks vee zijn in de vlammen omgekomen en het ergste
is, dat zes vrouwen en drie kinderen door den brand den dood gevonden
hebben.
T H K K 1.1 E.
De kracht van den opstand in Rumeiiê is nog verre van gebroken.
Hij heeft zich verspreid over eene uitgestrektheid van 400 Duitsche mijlen,
zoodat de Russen de handen vol krijgen. In Engeland is men daarmede
zeer ingenomen en de Timet zegt, met het oog daarop, dat Rusland niet
spoedig genoeg concessiën aan Engeland kan doen. Het vermoeden wint
veld dat de opstand door Engelsch goud is uitgelokt.
Naar men uil Bucharest meldt blijft de vorst volharden bij zijn be
sluit. niet te berusten in de bezetting des lands door de Russen. Hij heeft
aan den Itussischeii agent, baron Stuart, een brief gezondenwaarin hij
de hoop te kennen geeft, dat Europa niet de schending der reglen van
Rnmenië zal dulden. Er is besloten, dat de vorst Bucharest verlaten en
zich naar Krajova. in Klein-Walachijc, begeven zal. Het gouvernement en
de kamers zullen den vorst vergezellen. Bratiano en de minister van oor
log nemen maatregelen om het Rumeensche leger op 80000 man te brengen.
Voortdurend worden te Parijs en in Engeland wapenen aangekocht.
Onder den naam van "De flotille van het Roodc Kruis" is uitbreiding
gegeven aan den werkkring van het Roode Kruis in het oosten van Europa.
Op 17 April werd nl. te Giurgewo feestelijk ingezegend eene flotille van het
Roode Kruis, bestaande uit 2 stoombooten en 6 barken, die te zamen 1200
bedden bevatten De flotille kost 3000 De officieren en manschappen
worden door de Oostenrijksche Donauvaartmaatschappij verschaft De vloot
vaan van Sislowa naar Galatz vice-versa. Zij zal voorshands ongeveer
12000 zieken moeten overbrengen.
WEENEN, 29 April. De berigten in de avondbladen omtrent eene op
handen zijnde bezetting van grondgebied in Bosnië en de Herzegowina door
Oostenrijksche troepen zijn slechts gissingen. Er schijnt dienaangaande nog
niets te zijn vastgesteld.
CAIRO, 29 April. De gelden ter betaling van den Mei-coupon zijn ten volle
gestort.
WEENEN, 29 April. Aan de Pol. Corr. wordt uit Londen gemeld, dat
Engeland het nog altoos niet ondenkbaar acht, Rusland in vollen ernst zich
rekenschap te zien geven van zijne houding. In het tegenovergestelde geval
zal Engeland op eigen hand en op eigen gevaar eene rectificatie geven aan
de toestanden, welke Rusland op het schiereiland van den Balkan en langs
dc Aziatische kust der Zwarte Zee heeft te weeg gebragt. Intusschen blijft
de mogelijkheid bestaan dat Engeland, alvorens deze laatste phase te doen
intreden, een gewigtigen stap doet, waarbij men zou kunnen rekenen op
de mogelijkheid dat Engeland eene conferentie te Londen bijeenroept.
LONDEN, 30 April. De Times meldt uit St. Petersburg van gisteren:
"De regtsteekschc onderhandelingen tusschen Rusland en Engeland hebben
pas een aanvang genomen. Rusland wenscht bekend te worden met Enge-
lands denkwijze over een minnelijke schikking."
De koningin zal eerstdaags te Aldershott inspectie houden over het eerste
legercorpsdat thans voltallig is.
LONDEN, 30 April. Reeds achtduizend vrijwilligers hebben by het active
leger dienst genomen.
De heer Gathorne heeft te Bradford een rede gehoudenwaarin hij de
"verklaring van 1871als het uitgangspunt der regering aantoonde. Het
tractaat van San Stefano bevat z. i. geen element voor een duurzamen vrede.
De belangen der Muzelmannen en der Grieken eischen even goed bescher
ming als de belangen der Slaven. De maatregelen, welke Engeland neemt,
beleekenen niet dat Engeland oorlog wil, maar zij» voorzorgsmaatregelen.
De regering heelt het vaste besluit genomenniet. af te wijken van de be
ginselen welke zij lot dusverre voorstond en verdedigde.
LONDEN, 29 April. De Londensche correspondent van den Manchester
Guardian meldt: Er is last gegeven tot het vormen van een tweede leger
corps, waarover sir Alfred Horsford het kommando zal voeren. Een afdeeling
van het eerste legercorps, tot welke een detachement gardetroepen behoort,
zal weldra, misschien nog deze week, naar Malta vertrekken.
PARIJS, 29 April. De kamer van afgevaardigden, heden weder bijeenge
komen, heeft met betrekking tot den vrijen toegang des Zondags op de
tentoonstelling een motie aangenomen, luidende: De kamer verlaat zich
volkomen op de maatregelen, welke de regering zal nemen om aan de werk
lieden en laag bezoldigde ambtenaren het bezoeken van de tentoonstelling
gemakkelijk te maken,
St. PETERSBURG, 29 April, 'savonds. De Ag. Rus.se meldt, dat de ge
zondheidstoestand van prins Gortschakoff verbeterd is. Zwakte en pjjnen
beletten echter den rijkskanselier te arbeiden.
PRIJSVRAGEN door Rector en Senaat der Universiteit
te Leiden den lsten Mei 1878 uitgeschreven.
Overeenkomstig Art. 49 der Wet op het Hooger Onderwijs worden de
studenten aan de Nederlandsche Universiteiten uitgenoodigd hunne krachten
te beproeven aan de behandeling der navolgende onderwerpen, opgegeven
door de
Faculteit der Letteren en (Pijsbegeerte.
I. Qiium inter viros doctos non satis constet utrum Laas Agesilai, quae
sub Xenophonlis nomine fertur, genuinus an spurius liber sit, quaeritur ut
ea controversiaponderatis in utramque partem argumentis. dirimatur.
II. Van welken aard zijn de betrekkingen, waarin de wetbundels, in
den Pentateuch vervat, staan tot de Kanaanietische en oud-Israëlictische
godsvereeringen
Faculteit der Godgeleerdheid.
I. Eene vergelijking tusschen de zondvloedsverhalen in het Oude Testa
ment en die bij andere volken.
II. Een onderzoek naar de verhouding van de schriften des Nieuwen Tes
taments tol de Gnostiek.
Faculteit der Rechtsgeleerdheid.
I. Crilische beschouwing van de verschillende wijzen, waarop naar het
romeinsche en het hedendaagsche recht bezit door derden verkregen en ver
loren wordt.
II. llistorisch-critisch onderzoek van de leer der oorlogscontrabande en
van hare toepassing in het Europeesche volkenrecht ook van den laatsten tyd.
Faculteit der Geneeskunde.
I. De micro-chemische veranderingen van kliercellen bij de secretie.
II. Experimenteele toelichting en, zoo mogelijk, verklaring van de wer
king der afvoermiddelen.
Faculteit der (Pis- en Natuurkunde.
I. Men verlangt eene uiteenzetting van al hetgeen bij den polarisatie-
stroom invloed uitoefent op de waarde van het potentiaal verschil, alsmede
een zooveel mogelijk critisch verslag van dc verschillende wijzen, waarop
men het ontstaan van dit potentiaal verschil heeft trachien te bepalen.
II. Men verlangt eene nauwkeurige beschrijving van de geslachtsorganen
bij de Bastaardspinnen (Phalangila), opgehelderd door albeeldingen en
praeparaten.
De vragen worden beantwoord in de taal, waarin ze zijn gesteld.
De antwoorden, geschreven met eene andere hand dan die van den
auteur, worden vóór 1 Mei 1879 toegezonden aan den Secretaris van den
Senaat der Universiteit. Zij worden geleekend met eene spreuk en gaan
vergezeld van een gezegeld briefje, dat dezelfde spreuk lot opschrift heeft
en den naam en het adres des schrijvers bevat.
Op den derden Dinsdag van de maand September 1879 wordt het oordeel
der Faculteiten over dc ingekomen verhandelingen afgekondigd en aan de
schrijvers der meest voldoende antwoorden, die door de Faculteiten der be-
krooning waardig zijn gekeurdde gouden eerepenning uitgereikt.