BIJVOEGSEL, behoorende tot de Leidsche Courant van Maandag <0,5 Maart Ó878, iV°. 7ó. Uit het verslag der Noord- en Zuid-Hollandse/ie Redding-Maatschappij thans in het licht verschenen, blijkt, dat het redden van 159 schipbreuke lingen drie menschenlevens gekost heeft; op 23 November werden C. koning, te IJmuiden, en op 18 December D. Stein en D. Betlehem, te Nieuwe Diep, bij het omkantelen der volgeladen reddingboot, slagtoffers hunner edele po gingen om anderen te behouden. Overigens zijn de mededeelingen gunstig. Voor het legaat van den heer L. A. Buma, zal te Moddergat bij Pezum in Friesland een station worden opgericht. Het materieel der maatschappij is overal in goeden staat; de inventarissen zijn compleet; de roeijers hebben zich uitnemend gedragen en in eenige gevallen was, in oogenblikken van groot gevaar, hunne houding boven allen lof. De slotsom der statistiek is deze: 20 reddingen, 159 personen gered, en 13 pogingen gedaan. Het totaal der geredden sedert de oprigting der maatschappij is 2526. Het verslag maakt loffelijke melding van de heeren E. Smit, uit Noordwijk, en A. van Dttyn, uit Katwijk, leden der plaatselijke commissiën, die zich bijzonder onderscheiden hebben door zeiven in de booten plaats te nemen tot redding der bemanuing van de Groninger kof Reval, op 23 November. Te Utrecht werd dezer dagen door een ingezeten in een der bijbussen van het postkantoor een brief bezorgdwaarin een bankbillet van ƒ40 was gesloten. De brief bereikte zijne bestemming, doch zonder bankbillet. De policie. hiervan onderrigt, deed onmiddellijk onderzoek en deelde o. a.letter eu n". van het bankbillet ook mede aan het kantoor van den ontvanger der directe belastingen. Eenige oogenblikken later kwam eene vrouw bij dezen ambtenaar met het bewuste bankbillet. De policie nam haar in verhoor, waarbij zij mededeeldedat eenige uren te voren dit billet door haren man was ingewisseld. Toevallig kende men den persoon, van wien het was ontvangen. Hij was brievenbestellerwerd gearresteerd en heeft spoedig zijne misdaad bekend. Blijkens het 13llc jaarverslag van het gymnasium te Zettenbedroegen de ontvangsten in 1877 aan giften 2409.47% en aan contributiën 812.20. Het aantal leerlingen bedraagt 40, terwijl er 43 nog te Utrecht in de theologie studeren. Het voortbestaan van het gymnasium is zoo goed als verzekerd. De heer van Lingen zegt in het verslag: "Ons gymnasium moet een volkomen gymnasium worden, voor aanstaande theologen, juristen en literatoren." Te Steenbergen heerschte er Maandag morgen gelijktijdig in de woning en in den stal van een karreman groote drnkte, terwijl zijn vrouw hem 3 levende kinderen (1 zoon en 2 dochters) schonk, werd zijne geit evenzeer moeder van een 3-tal Het Memorial van het groothertogdom van Luxemburg maakt een decreet openbaar, waarbij de op 13 Febr. jl. tusschen de regering van het groothertogdom eenerzijds en de hh. Mommaert en Fermont van Brussel en de Luxemburgsche maatschappij van de Prins Hendrik-spoorwegen en berg werken anderzijds, gesloten overeenkomst betreflende de overdragt der aan genoemde maatschappij verleende concessiën aan de bovenbedoelde contrac tanten wordt goedgekeurd. Door dezen maatregel is het faillissement der maatschappij voorkomen en wordt de voltooijing van het eerste deel van het net en de voortzetting der exploitatie verzekerd. In afwachting van eene herziening der hypothecaire wetgeving op ruime schaal is thans, als maatregel van urgentie, voor eens eene vernieu wing van de hypothecaire inschrijvingen in een daartoe strekkend wets ontwerp aan de tweede kamer voorgesteld en wel op soortgelijke wijze als bij de wet van 4 Julij 1842 is geschied. De behoefte aan vernieuwing dei- te boek staande inschrijvingen doet zich levendig gevoelen, zoowel ter voor koming van administrative moeijelijkhcdenals opdat het publiek zich vol doende kunne verzekeren van de al of niet bezwaardheid der kadastrale perceelen. Tevens strekt die vernieuwing om de verantwoordelijkheid der hypotheekbewaarders te verligten, terwijl daarin mede het middel is gevon den om te komen tot royement van regtswege van inschrijvingen, die fei telijk niet meer bestaan wegens het te niet gaan der hoofdvcrbindtenis, doch waarvan de doorhaling niet beeft plaats gehad. Het vierde of laatste concert, door de Maatschappij voor Toonkunst gegeven sloot waardig de rij der muziekuitvoeringen. Mej. Anna Kuhlmann, uit Keulenhad hare medewerking toegezegdiets dat wij met des te meer genoegen vernamenomdat diezelfde dame nog niet lang geleden ook een genotvollen avond had bezorgd. Wij hebben toen reeds geschreven dat mej. Kuhlmann een lief en zacht sopraan-geluid heeft en wij hebben dat gisteren bevestigd gevonden. Een raad meenen wij echter te moeten geven. Wij gelooven niet dat mej. Kuhlmann verstandig doet Oratorium-muziek te zingen. Hare stem en voordragt zijn veel beter "geeignet" voor liederen in het genre der 3 laatste, door haar meesterlijk gezongen. Teregt kwam er bijna geen einde aan het applaudissement, toen wij den liefelijken "Ros- signol" hoorden. Zoo ook werden de duelten door haar en mej. Gripekoven uitstekend gezongen. De aria voor sopraan"Jours de moil enfance", met accompagnement van mej. Lessig en den heer Wetrens, voldeed algemeen. Wat aangaat het spel van de pianiste en den violist behoeven wij hier niet meer te zeggen wat wij daarvan meermalen nederschreven. Aan dat tweetal zijn de door hen bespeelde instrumenten zoo goed toevertrouwd, dat alle lol hier overbodig wordt. Ook het orchest kweet zich bijzonder goed van zijne taak in de 4C symphonie van Meudelssohn en in de "Suite" van Canaille St.-Saëns. De lieve muziek van die Suite is reeds vooraf be sproken, zoodat wij daarop nu niet terugkomen. De wijze, waarop de marsch van den heer Couwenhoven ontvangen werd, bij den bijval, die hem ten deel viel na de uitvoering, zal dien heer zeker eene sterke aan moediging zijn. Wij wenschen nog iets in het algemeen belang te zeggen. Terwijl wlJ der commissie dank zeggen voor hare uitmuntende zorg, zouden wij gaarne, zien dat door haar toedoen veranderd werd wat ons gisteren als zeer hin derlijk werd medegedeeld. Het, is te wenschen dat bij volgende uitvoeringen de bediende, die de tekstboekjes verkoopt, daarvoor niet juist die oogen blikken kieze, waarin een solo gezongen wordt. Men heeft ons gevraagd dit te vermelden en wij voldoen gaarne aan dat billijk verzoek. 's GRAVENHAGE, 23 Maart. Door Z. M. zijn bij het personeel der militaire administratie benoemd: o. bij de militaire intendantentot onder-intendant le kl.de onder-inden- dant 2e kl. P. L. G. Doorman, toegevoegd aan den waarnemenden hoofd intendant; b. bij de kwartiermeesters, tot majoor-kwartiermeester: bij het 2e reg. vesting-artillerie, de kapitein-kwartiermeester C. T. Herckenrathvan het corps; bij het 8e reg. infanterie, de kapitein-kwartiermeester E. L. J. de Roy van Zuydewijn, van het le reg. huzaren, gedetacheerd bij het kolo niaal werfdepot; lot kapitein-kwartiermeester 2e kl.; bij den staf der infan terie, de le luit.-kwartiermeester B. C. Vermijne, van dien staf, werkzaam bij het dep. van oorlog; bij het reg. rijdende artillerie, de 1* luit.-kwartier- meester W. H. van der Meer, van het reg. grenadiers en jagers; bij het bataillon mineurs en sappeurs, de 1' luit.-kwartiermeester J. F. Gefken, van het 3e reg. infanterie; c. bij de directeuren en magazijnmeesters der rijks magazijnen van kleeding, uitrusting enz., tot luit.-kolonel, directeur van 'srijks magazijn van kleeding, uitrusting, enz., te Delft, de intendant 2° kl. P. van Harrevelt, toegevoegd aan den kommandant der 3e divisie infan terie; d. bij de directeuren der militaire hospitalen, tot kapitein-directeur van 'srijks hospitaal te Utrecht, de kapitein-kwartiermeesterS.C.Rijnbende, van het bataillon mineurs en sappeurs. Voorts is in rang en betrekking overgeplaatst, van Vlissingen naar 'sGravenhage, de kapitein-directeur van het garnizoens-hospitaal W. N. Kreyger, en is op de meest eervolle wijze ontheven van de functien van chef van het bureau "Militaire administratie" bij het dep. van oorlog, de intendant 2e kl. W. F. Meyl, die tevens wordt bestemd om te worden toegevoegd aan den kommandant der 3e divisie infanterie. De minister van buitenlandsche zaken gaf eergisteren een diner, waar aan onderscheidene leden der tweede kamer deelnamen. In de residentie bevindt zich Zr. M8. gezant te Brussel, baron Gericke van Herwijnen. Naar men verneemt staat zijne aankomst alhier in verband met het voorgenomen bezoek van Z. K. H. prins Hendrik, aan de koninklijke familie in België. Op 30 Maart a. s. zal wederom een detachement suppletietroepen uit Harderwijk naar Nieuwediep vertrekken. De straf van 3 maanden cellulaire gevangenisstraf en ƒ25 boete, door de Haagsehe regtbank uitgesproken tegen den logement- en koffijhuishouder B., aan den Z. O. Buitensingel alhier, wegens toelating van het bedrijven van ontucht door jongelieden in zijne woning, is door het geregtshof te 'sHage in hooger beroep in alle deelen gehandhaafd. BU1ÏENLAINDSCHE BERIGTEN, ïsïb«EI. Aar». LONDEN, 22 Maart. De Times beweert, dat de regering met de Oostersche telegraaf-maat- schappij eene overeenkomst heeft gesloten, ter uitbreiding van het telegra fisch verkeer in den Levant, tot aan Mitylene. Candia en de Besika-baai. Deze uitbreiding, zegt het blad, zal onzen gezant en den bevelhebber van de vloot voortaan onafhankelijk maken van buitenlandsche telegraafdiensten en een herhaling voorkomen van de moeijelijkhedenwelke de heer Layard ondervond, toen hij, door de storing in de inlandsche telegraafdienst, zijne depêches moest verzenden over Fao en Bombay, een afstand van ongeveer 20000 Engelsche mijlen. De Times bevat een zeer uitvoerig, uit Weenen ontvangen, overzigt van het vredes-tractaat. Daarin wordt o. a. gezegd: De ontruiming, van het Turksche gebied, met uitzondering van Bulgarije, moet drie maanden na den definitiven vrede afgeloopen zijn. Ten einde tijd te winnen en kosten van onderhoud der troepen in Turkije en Rumenië te sparen, zal een deel van het leger naar de havens der Zwarte Zee en der Zee der Marmora ge zonden worden, om te worden ingescheept in schepen, behoorende aan de Russische regering of met dit doel door haar gecharleerd. Ongetwijfeld ge schiedt het overeenkomstig deze voorwaarden, dat de Russen hunne troepen steeds meer zuidelijk concentreren, om in de nabijheid van Ivonstantinopel ingescheept te worden. Daar deze operaties onmiddellijk mogen beginnen en daar de ontruiming eerst afgeloopen moet zijn drie maanden na het sluiten van het definitive vredes-tractaat, heeft Rusland zich dus op die wijze het regt, althans de mogelijkheid verzekerd om steeds een goed deel zijner troepen rondom Konstantinopel te hebben, totdat de hangende quaes- tiën definitief geregeld zullen zijn. De Daily Telegr. heeft van zijnen correspondent te Weenen het vol gende berigt ontvangen: Ik meen te mogen gelooven, dat het kabinet van St. Petersburg weldra eene mededeeling van ongeveer dezen inhoud zal doen: "Rusland erkent hel regt van elke mogendheid afzonderlijk om dis cussie op het congres te vragen over elke bepaling van het tractaal, dat binnen een paar dagen officieel aan de mogendheden wordt medegedeeld en het eenige is, dat tusschen Rusland en Turkije bestaat; doch de Russische regering wenseht dat wel worde begrepen, dat zij zichzelve het regt voor behoudt om te weigeren eventueel zekere bepalingen aan de sanctie der mogendheden te onderwerpen, zelfs al mogt zij. zoo handelende, tegenover eene meerderheid staan. Ik kan niet zeggen, of deze mededeeling gedaan zal worden in den vorm van een antwoord aan Engeland of van eene cir culaire nota aan de mogendheden, doch eene mededeeling in dezen geest

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1878 | | pagina 5