LEIDSCBE
COURANT.
DINGS DAG 19 JUiVIJ.
BINNENLANDSCIIK BEBIGTEN.
1877.
142.
Dc Courant verschijnt dagelijks, Zon- en kerstdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars f 3.franco p. p. /3.30,
met het Verslag der Handelingen van den Cmieenteraad f 3.35, franco p. p. f 3.85. liet verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor 2 .50
'sjaars, builen de expeditickosten. Afzonderlijke vommers der Courant zijn verkrijgbaar roor 5 Cents, franco p. p. fl Cents.
He prijs der Adverlentiön is van 14 regels fl. -, iedere regel meer 25 cents.
Bij deze Courant wordt verzonden btads. 37—38 der Handelingen
den Gemeeenteraad Ingekomen stukken).
van
LEIDEN, 18 Jnnij.
Ten gevolge van de invoering der nieuwe wet op liet liooger onder
wijs met 1 October aanst., werd gisteren morgen in de Pieterskerk de
laatste akaderoie-beurt vervuld door den hoogleeraar J. .1. Prins. Hij nam
tot grondslag zijner rede Jcsaja LV vs. 10 en 11 en sprak naar aanleiding
daarvan »over de vruchtbaarheid der Evangelieprediking", eene prediking,
gedurende 39 jaren de lust zijns levens, waarmede hij thans, niet zonder
aandoening, eindigde. Aan het slot zijner rede rigtle hij een treffend woord
tot dat deel der akademische jongelingschap, dat zich lot hel leeraarsambt
voorbereidt, om te wjjzen op het hooge gewigt van de evangeliebediening,
vooral m dezen tijd.
In de inleiding zijner rede sprak de hoogheraar over de opheffing der
zoogenaamde akademie-prediking. Vroeger, voor de scheiding van kerk en
staal, was een tweetal hoogleeraren belast met de dienst van één predi
kant, de overigen traden slechts nu en dan op. In 1815 kwam hierin ver
andering en werd bepaald dat de hoogleeraren in dc theologie wekelijks bij
beurten zouden optreden. Men noemde dit //akademie-prediking"; waarom?
dit was voor den spreker niet helder. Het kon toch niet zijn om het
onderwjjs in de predikkunde door voorbeelden te steunen: dal onderwas
was slechts aan een der hoogleeraren opgedragen, en de kweekelingen
der boogescbool maakten niet dan een klein gedeelte der hoorders uit. Zijns
inziens was de instelling der akademie-prediking eene navolging van de ge
woonte, die in vroegeren tijd plaats had, dat de hoogleeraren in het aka-
deuiie-gebouw eene godsdienstoefening hielden in de Lalijnsche laai. voor
de vreemdelingen, die onze taal niet magtig waren. De spreker herdaclr
nog eenigen der mannen, die na 1815 als akademie-predikers waren opgetre
den, wie de oudsten in jaren zich nog wel zouden herinneren, van Voorst,
van der Palm, borger, Clarisse, van Hengel, van Oordt en spreker's voor
ganger Niermeijer. In den laatsten tijd was die betrekking vervuld door
zijne ambtgenoolcn, door den hoogleeraar Scholten gedurende 34 jaren, en
door hem. Had die prediking aan haar doel beantwoord, was zy gewaar
deerd geworden? Omtrent het eerste dacht spreker gunstig, omtrent het
tweede minder gunstig. Hij herinnerde zich uit zijnen akademietijd dal
slechts twee der hoogleeraarcnvan der Palm en Clarisse, tot op hel laatst
van hun optreden, zich in een talrijk gehoor hadden mogen verheugen; de
overigen hadden in de gunst en de oi gunst der tijden moeten deelen. In
den laatsten tijd liet de opkomst der gemeente veel te wenschen over. De
spreker meende dit op rekening Ie moeten stellen van de verdeeldheid, die
in de kerk heerschte, maar vooral van het afnemen van den kerkdijken
zin en gebrek aan belangstelling. Tegen dit laatste meende hij een krach
tig waarschuwend woord te moeten doen hoi ren: zoo dat gebrek aan be
langstelling op een volgend geslacht in toenemende mate moest overgaan,
dan waren daarvan de meest verderfelijke gevolgen te wachten. Bij de
nieuwe wet op hel hoogcr onderwijs was de akademie-prediking stilzwij
gend afgeschaft; men meende dat die moeijelijk was overeen te brengen
met het karakter der hoogleerarcnals staatsambtenaren. De akademie-
prediking werd dus thans voor het laatst door hem verrigt.
Het was zeker voor den hoogleeraar een groot genoegen hij deze afscheids
rede nog onder zijn gehoor te zien zjjnen grijzen vader, den zoo hoog be
jaarden Amslerdamschen emeritus-predikant Prins.
Door het studenten-corps alhier is, wegens het overlijden van H. M.
de koninginbesloten tot het voor zes weken aannemen van den corps-
rouw. Een brief van rouwbeklag namens het corps is reeds aan Z. M. den
koning opgezonden. Het adres, dat eerst na het voltrekken der begrafenis-
plegtigheid aan Z. M. zal worden toesezondenwaarvan in ons vorig nom-
mer melding werd gemaakt, betrelt bepalingen omtrent de examens, die by
de invoering der nieuwe wet op het ouderwijs in werking zullen komen.
Overmorgen, Woensdag, vertrekt vroegtijdig des morgens van het gar
nizoen alhier naar Delft een detachement van het 4' reg. huzaren en een
detachement veld-artillerieten einde in Delft mede te werken lot hand
having der orde hij de begrafenis. Onmiddelijk na afloop dier plegtigheid
keeren deze troepen naar Leiden terug.
In den Leidschen horlus bloeide dezer dagen weder een lirownea
grandiceps, iets hetwelk maar zelden gebeurt en dat men dan ook gewoon
is mede te deelen. Bieb
Bij de op heden gehouden openbare verkooping van cokes, bij pariyen
van 100, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen 34.00, ƒ3.60 en
ƒ1.75 en de laagste prijzen ƒ34.00. /3 50 en ƒ1.75.
Heden morgen ongeveer 8 ure is uit een sloot aan den singel tusschen
dc voormalige Koe- en Hoogewoerdspoorien hel lijk opgehaald van zekeren
M.die, naar wij vernemen, in den laatsten lijd blijken van verstandsver-
bijslering zou hebben gegeven.
Door de staatscommissie voor de geneeskundige examens is bevorderd
tot arts de heer C. P. 0. Lucht mans, med. doctor, en is hel getuigschrift
- voor het eerste gedeelte van hel examen uitgereikt aan den heer D. Walel-
bakker, candidaat-arts.
Het hoofdbestuur van de broederschap van candidaat-notarissen in
Nederland heeft besloten om voor den tijd van zes weken den rouw wegens
het overlijden van II. M. de koningin aan te nemen.
Het bestuur van het Nederl. weerbaarheidsbond heeft aan den chef
van het militaire huis des konings aangeboden deei Ie nemen aan de pleg-
tige teraardebestelling van II. M. de koningin. Het antwoord op die aan
bieding luidt, dat aan de vereenigingendie het verlangen te kennen mog-
ten geven om de teraardebestelling bij te wonen, slechts gelegenheid zal
worden gegeven, om zich door twee harer leden in de kerk te doen ver
tegenwoordigen
De onderofficieren van land- en zeemagt, die de kamerheeren-dragers
bij de plegtige begrafenis van II. M. de koningin zullen bijstaan, zijn van
de volgende corpsen1 onderofficier van de dienstd. schutterij van 's Gra-
venhage, 2 van de grenadiers en 2 van de jagers, 1 onderofficier van de
normaal-schietschool, 2 wachtmeesters van het 2' en 3e reg. huzaren; 1
wachtmeester van de veld-artillerie van het garnizoen te 'sHage, 1 sergeant
van het del. vesting-artillerie alhier, 1 wachtmeester van het reg. rijdende
artillerie, 1 sergeant van het 4' reg. infanterie, 1 van het bat. mineurs en
sappeurs, benevens 11 onderofficieren van de marine.
Het gemeentebestuur van Delft heeft eene aanschrijving ontvangen van
den commissaris des konings dezer provincie, dal op Woensdag 20 dezer,
den dag der begralenisplegtigheid van H. M. de koningin, na 11 uur voorm.
op de zijden der grachten en strateu. waar de stoet voorbijgaat, niemand
zich mag begeven, tenzij voorzien van eene bijzondere vergunning; dal
niemand, builen degenen die tot den begrafenisstoet belmoren, in de kerk
zal kunnen worden toegelaten; dat rijtuigen, van 'sHage komende, tot op
de hoogte der scheidpaal der gemeente gekomen den weg moeten volgen
van het zoogenaamde Kalverenbosch en verder langs den Oostsingel: dat de
straatweg van Delft naar 'sGravenhage 's morgens van 9.30 tot 2 uur na
middag is gesloten voor de passage van rijtuigen.
In den nacht van Vrijdag op Zatnrdag zijn van een te Rotterdam in
de Blaak liggend vaartuig, beladen met schapenwol in balen, niettegen
staande er wacht aan boord was, twee balen, ter waarde van p. m. ƒ500,
ontvreemd. Het schijnt dat de dieven met een boot langs de zijde van het
schip zijn gekomen, en de beide balen, zonder geruiseh te maken, in de
boot hebben overgeladen.
Zaturdag morgen omstreeks 3 uur is bij den heer V., te Tilburg, ern
poging tot diefstal aangewend. De heer V. ontdekte, dal zich iemand van
zijn kamer verwijderde; hij sprong uit het bed en achtervolgde den per
soon, die een lade met zich droeg, waarin eetie som van ƒ500 was. Dc
diet wierp de lade weg en zette het op een loopen. zoodat het geld terug
gevonden werd; de dader is onbekend gebleven.
Vrijdag morgen ontstond op hel ongeveer een uur van Tilburg gelegen
Reishof in het bosch van den heer A. Bogaers brand, vermoedelijk ontstaan
door het vuur eener voorbijstoomende locomotief. Nadat van genoemd bosch
ongeveer 20 are was vermeld, sloegen de vlammen over op het bosch van
den notaris van den Mortel, waarvan ongeveer 15 hectaren verbrandde, en
deelden zich daarna mede aan het uitgestrekte bosch van den heer Bansoma,