LEIDSCHE
COURANT.
1877.
88.
ZATURDAG 14 APRIL.
19
BliNNENLANDSCHE BER1GTEN,
Sire I
De Courant verschynt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaart f'i.franco p. p. j 3.50,
met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad ƒ3.35, franco p. ƒ3.85. Het verslap afzonderlijk is verkrijgbaar voor f 2.50
'sjaari, buiten de expeditiekotten. Afzonderlijke Hommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Centsfranco p. p. 6 Cents.]
De prjjs der Advertentiën is van 1—4 regels iedere regel meer 25 cents.
LEIDEN. 13 April.
Met genoegen vernemen wij dat op den 24',en u 25s1'11 Mei a. s. door de
l.eidsciie Zangverceniging Itaar achtste muziekfeest zal gehouden worden in
de Hooglandsche kerk. Mej. Wilhelmina Gips heelt hare medewerking toe
gezegd voor de enorm zware sopraan-partij in de Christus am Oelberge,
terwijl Fraulein Amalia Kling (alt) en Gura (bas) ook medewerking beloofd
hebben. Zoo nu een flinke tenor de solisten completeert, dan belooft dit
muziekfeest een der schoonste van de acht te worden.
Bij de examens voor het lager onderwijs te 's Ilage zijn gisteren voor
de acte in de Fransche taal 9 candidaten geëxamineerd; 1 werd afgewezen
en 8 toegelaten, zijnde de bh.: F. Allan, A. M. F. Brinkman; J. J. Herman,
A. Mielart, A. M. Mink, C. Pannekoeken J. Vreeburg, uit 's Hage, en H. P.
Teeuwisse. uit Scheveningen.
Voor de acte van hoofdonderwijzer werden van de 16 candidaten 11 af
gewezen en 5 toegelaten, te weten de hh.S. van der Loo, uit Overschie,
J. W. Schootemcyer en C. Spruit, uit Rotterdam, II. W. te Winkel, uit
Leiden, en G. van der Wolf, uit Kralingen.
Tot 1 April waren bij de Nederlandsche hoofdcommissie voor de ten
toonstelling te Parijs in 1878, 448 inschrijvingen van inzenders ingekomen,
waaronder van 130 kunstenaars. Bovendien zijn door de ministers van
binnenl. zaken en koloniën Ier beschikking van de commissie gesteld de
voorwerpen, die aan het rijk toebehooren en uit Philadelphia zijn terug
ontvangen.
Evenals voor de tentoonstelling te Philadelphia zal door den heer van
Kerkwijk een overzigl, in het Fransch, van de openbare werken in Neder-
land worden gegeven, terwijl de heer D. J. Steyn Parvé zich belast heeft
met het zamenslellen van een overzigl, in dezelfde taal, van de drie tak
ken van het onderwijs in Nederlanden de heer mr. de Bosch Kemper met
dat van een statistieke beschrijving van ons vaderland.
Voorts ligt o. a. in de plannen der hoofdcommissie om zoo mogelijk een
onderwijstentoonstelling te arrangeren, bestaande uit een gemeubeld en van a
al het noodige voorzien lokaal van een school voor lager onderwijs.
De Staatscourant bevat het verslag aangaande de kon. bibliotheek te
's Gravenhage gedurende 1876, en het rapport omtrent de voorwerpen uit
liet legaat van wijlen jhr. mr. J. de Witte van Citters, in het Nederlandsch
museum.
Het stoomschip Conrad, van Batavia naar Nieuwe Diep, is op 12 April
Aden gepasseerd.
De kadetien der koninklijke militaire akadeqiie zullen van 15 Junij
lol 15 Julij a. s. het nabij Breda gelegen kamp op de Tetcringsche heide
betrekken.
De plegtige opening van de internationale tninbouw-tentoonstelling te
Amsterdam had gisteren plaats. Z. M. de koning, H. M. de koningin, HH.
KK. 1111. de prinsen Alexander, Frederik en Hendrik, reden kort voor twee
Hre, in gala-rijtuigen, naar de tentoonstelling. Het was juist twee ure, toen
de vorstelijke personen de zaal binnentraden, en onder de toonen van hel
j Wilhelmus door de muziek der schutterij, onder leiding van den officier-
kapelmeester Coenenop de voor de fontein opgerigte tribune plaats namen.
Door de ministers, den burgemeester en eenige commissarissen des konings,
de leden der commissie, werden zij aan den ingang der groote vestibule I
opgewacht en ontvangen. Toen de plaatsen waren ingenomen, nam Z. K. II.
prins Hendrik het woord, en zeide als eere-voorzilter der tentoonstelling
■het volgende:
Als eere-voorzitler der internationale luinbouw-tentoonslelling in 1877 te
Amsterdam, is mij de eer gegund om Uwe Majesteit, II. M. de koningin,
de prinsen van hel kon. huis en verdere hooge genoodigdeneen hartelijk
welkom toe te roepen, vóórdat zij op plegtige wijze door Uwe Majesteit als
geopend wordt verklaard.
Als tolk van het hoofdbestuur dezer tentoonstelling breng ik hulde aan
den welwillendenkrachtigen steun, dien wij van zoovelen uit Nederland
en uit den vreemde hebben ontvangen, om de zeer omvatlende laak aan
cene internationale uitgebreide tentoonstelling verbonden te schragen.
Zeer bijzonder breng ik ten deze eene dankbare hulde aan Uwe Majesteit
en aan de vorstelijke personenhetzij hier aanwezig of in gedachte met ons
heden verecnigddie daartoe zoo welwillend hebben medegewerkt.
liet zij mij echter vergund Uwe Majesteit, den geliefden beschermheer"
der planten- en tuinbouwontwikkeling in Nederland, den hooggeschatlen be
schermheer der internationale tentoonstelling in 1872, te Amsterdam, bui
tendien onze dankbare hulde te brengen voor de koninklijke wijze, waarop
zij heeft gelieven bij te dragen tot den luister van dezen internationalen
vrcedzamen strijd op hei gebied van tuin- en plantenbouw.
Bij het verwelkomen der feestvierenden op dezen dag, van zoovele landen
hier bijeengekomen, iu de gastvrije hoofdstad van Nederland, die gereed
zijn ook hunne hulde aan Uwe Majesteit te brengen, eindig ik met den
opregten wensch, dat de bezigtiging dezer internationale tentoonstelling het
bewjjs moge leverendat Nederland zijn ouden roem op plant- en tuin
bouwkundig gebied met eere heeft staande gehouden.
Z. M. betuigde zijn broeder met een hartelijken handdruk dank voor de
gesproken woorden.
De burgemeester van Amsterdam hield daarop nog eene rede, waarbij hfl
o. a. een overzigl gaf van hel merkwaardige, dat de tentoonstelling opleverde.
Van de 638 inzendingen belmoren er 316 tot Nederland, 121 tot Duitsch-
land, 67 tot België, 43 lot Frankrijk, 32 tot Italië, 23 lot Engeland, ter
wijl zelfs China, Japan en onze Ncderlandsch-lndische koloniën hebben
ingezonden. De namen der voornaamste inzenders hier mede te deelen,
zeide hijof de namen dergenen te noemendie door de jury eene beloo-
ning waardig gekeurd zijn, houd ik voor overbodig, en op dit oogenblik
minder wenschehjk. De uitspraak der jury moet nog als voorloopig wor
den aangemerkt, daar er vele voorwerpen zjjn, die op het laatste oogen
blik, of zelfs te Iaat zijn ingekomen, door geheel van den wil der afzen
ders onafhankelijke omstandigheden.
Vervolgens gingen de vorstelijke personen de tentoonstelling in oogen-
schouw nemen. Zij vertoefden met belangstelling bij de fraaije en belang
wekkende verzamelingen van verschillenden aard en lieten bijna geen plekje
onbezocht. Minzaamst onderhielden zij zich met vele der aanwezigen en
blijkbaar tooi.den zij zich hoogst voldaan over het vele schoone en merk
waardige, dat hier was vereenigd. Aan H. Mj was bij het binnenkomen
een keurige bloemruiker aangeboden.
Heden heeft 11. M. de koningin de tentoonstelling bezocht. H. M is ten
2 ure weder naar 's Hage vertrokken.
De omvangrijke arbeid van den jury zou waarschijnlijk heden gèreed
komen en het proces-verbaal kunnen geteekend worden. De bekend gewor
den bekrooningen zijn, behalve die van Z. M. den koning en Z. K. II. prins
Hendrik, dubbele gouden medailles aan de firma's V. Schertzer en Zoon te
Haarlem en B. A. Williams te Londengroote gouden medailles Schertzer
en Williams bovengenoemd; gouden medailles Groenewcgen, Kluppel en
Galesloot te Amsterdam en Witte te Leidenmet eere-diploma.
Te Zwolle is Woensdag gehouden de vergadering van predikanten en
gemeenteleden van de evangelische rigling. Zjj werd bijgewoond door 82
personen. De vergadering werd geopend door dp. T. K. M. von Baumhauer
als voorzitter, die in eene korte rede hoofdzakelijk aantoonde de noodwen
digheid eener belijdenis voor het bestaan eener kerk en, tegenover de be
schuldiging als zou de middenpartij zich hebben aangesloten bij de ortho
doxen. sprak over de Evangelische rigling, die alle partijvorming ver van
zich wierp, als onbestaanbaar met hel beginsel dier rigling, gelijk die met
name in den jongslen tijd zich had uilgesproken. Achtereenvolgens werden
de punten, op de agenda voorkomende, besproken.
Bij de voortzetting der werkzaamheden op den volgenden dag werd o. a.
met algemeene stemmen een besluit genomen een adres aan de tweede ka
mer te zenden, betrekking hebbende op het ingediende wets-ontwerp tot
regeling van hel lager onderwijs, waarin op 2 punten de aandacht werd
gevestigd: 1". dal adressanten het in den tegenwoordigen tjjd van hel hoogste
belang achten, dat het Christelijk beginsel, uitgesproken in art. 26, al. 1,
volgens hetwelk het schoolonderwijs dienstbaar gemaakt wordt aan de op
leiding tot alle maatschappelijke en Christelijke deugdenkrachtig worde
gehandhaafd2°. dat zij daarom waarderen de belangstelling door de rege
ring in hel godsdienstonderwijs aan den dag gelegd, blijkens de regeling
daarvan in artikel 2. alinea 2. De adressanten spreken daarbij den wensch
uitdat niet een bepaalde morgen voor dit doel worde bestemd, vooreerst
wijl een schooltijd ontoereikend zou zijn, ten anderen wjjl vele predikan»