BIJVOEGSELbehoorende tot de Leidsche Courant 3
van Maandag 6 October d#76, V°. 244.
- "n"—i ww>B|
STA DS-BERICHTEN
P ATEWTB1ABEI.
De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet
te weten, dat de ingevulde patentbladen over het dienstjaar 1876/7, voor
je wijken 7, 8 en 9, bij het College van Zetters, in een der vertrekken van
het Raadhuis dezer gemeente verkrijgbaar zijn, even als ook de restanten
voorkomende onder de Arlt. 3100 tot en met 3140, van de wijken 1,
3,4, 5, 6 en 7, en zulks dagelijks, behalve den Zondag, van den lid"»
tot den 18dtn dezer, des namiddags tusschen e'én en drie uren, op, vertoon
van het aanslagbiljet terwijl na het verstrijken van den genoemden termijn,
je onafgehaalde paUntbladen ter uitreiking moeten worden afgegeven aan
Je deurwaarders der directe belastingen alhier, die voor hunne moeite mogen
eisehen tien cents, zonder meer.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd.
De Burgemeester voornoemd
Leiden, 10 October 1876. v. d. BRANDELER.
Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag den 19dcn
October 1876.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
LEIDEN, 14 October.
Voor het natuurkundig examen voor hulp-apothekers en het eerste
natuurkundig examen voor aanstaande artsen, dat dezer dagen alhier door
eene staatscommissie is afgenomen, hadden zich 58 candidaten aangemeld.
Daarvan hebben zich 5 vóór, 11 gedurende het examen teruggetrokken.
Toegelaten werden de hh. J. G. DriessenM. A. Mendes de LeonJ. F.
piet, Th. H. Wilkens, S. B. Selhorst, R. J. Koppenol, A. G. H. Muller, J.
Chr. Huysman. A. van de Velde en 11. Swart Sz. De overigen moesten wor
den afgewezen.
Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende
deze week dagelijks van 53 tot 71 volwassen personen en 11 tot 16 kinderen.
De Staatscourant bevat eene opgave (74e vervolg) van gewonde en ge
sneuvelde Europesche militairen van de expeditionaire magt in Atchinsedert
Jen 3i,n Augustus 1876. Als gesneuveld worden opgegeven: D. Journe'e,
j. Ramaekers, J. M. E. van SwietenL. F. Baudoin, P. J. C. de Bic, J.
Loos, G. M. Jansen. P. F. Geldof, J. Maubeck, J. A. Dimmers, K. Kaper,
e. Deschnyter, J. J. Kasteel, H. E. Donner, J. Wolters, F. J. van den Bos
sche, D. H. de Graaf, A. B. de Groef, J. D. 'de Vos, P. Jongens, J. Sacré,
6. T. Willemse, H. Hafeli11. Kruuk, G. T. Collasius, H. A. Lassueur, J.
A, van der Kruk. Als gewond: J. A. Bouwmans. F. Nuylten, K. Iloutsma.
J, W. van Vooren, A. G. Akkermans, H von Riss, T. van Althuis, P. de
Vos, J. Groeninckx, B. C. Abbenbroek (later overleden), II. de Wit, T. M.
Nieberg (later overleden)W. van der Marei (later overleden)J. C. Smits
J. Bauwens, G. Berger, L. Zijlstra.
Als verbetering eener vroegere opgave wordt als gewond opgegeven H.
A. Konings.
Bij de gisteren te 's Hage voortgezette acte-examens werden 8 candi
daten geëxamineerd voor het Fransch: 2 werden toegelaten, de nil. G. T.
Hoogerwerff, uit Rotterdam, en P. J. Verlee, uil Gorinchem.
De geneeskundige staatscommissie te Amsterdam heeft tot arts bevor
derd den heer A. C. 11. E. Riemsdijk, med. doctor, en den heer J. P. G.
van Mens. med. doctorandus; tot tandmeester H. A. L. Koenaart.
Aan het examen als apotheker, te Amsterdam gehouden, hebben zich
onderworpen 12 candidaten, van welke 8 zijn toegelaten, nl. de hh. J. E.
Scrimerius, geb. te Witmarsum; K. J. van Riesen, geb. te Grouw; F. M. G.
van Walsem J'., geb. te Hoorn; M, J. van der Plaats, geb. te Goenga; A.
Koek, geb. te Amsterdam; 11. J. Thorbecke, geb. te Zwartsluis; J. Tim
mer Jz.geb. te Harlingen; P. van Asperen. geb. te Leeuwarden.
Het stoomschip Stad Amsterdam, van Nieuwe Diep naar Batavia, is
op 12 Oct. van Napels vertrokken.
Onder zeer verdachte omstandigheden zijn te Haarlem op 3 Oct. jl.
door lusschenkomst van vier verschillende inbrengsters, even zoo vele gouden
vestkeltingen door «een en denzelfden" persoon in de stadsbank van leening
beleend, terwijl tenzelfden dage te Haarlem eene dergelijke ketting door
denzelfden onbekende, zich beurtelings Jansen of J. A. Klosser noemende,
verkocht is. De commissaris van politie te Haarlem verzoekt nadere inlich
tingen omtrent de vermoedelijke herkomst dier kettingen.
Men meldt uit Leiderdorp aan de 2V. R. C., dat een aldaar wonend
23-jarig meisje 19 dagen achtereen geslapen heeft. Voer eenige dagen naar
het academisch ziekenhuis te Leiden vervoerd, moet zij aldaar eergisteren
morgen zijn wakker- geworden. Zij gevoelt zich zeer wel en het is haar
of zij slechts eene gewone nachtrust genoten heeft. In het Ziekenhuis werd
zij kunstmatig gevoed.
Te Delft werd eergisteren, ten voordeele der Gustaaf-AdoIf-vereeniging,
in de Waalsche kerk, een muziek-uitvoering gegeven door de hh. J. A.
Klerk en A. J. Wetrens, met welwillende medewerking van mej. K. Gri
pekoven van Leiden. Een talrjjk publiek was tegenwoordig. Mej. Gri
pekoven toonde een zangeres te zijn van uitmuntende gaven en methode.
Het spel van de hh. Klerk en Wetrens was zooals men van deze voortref
felijke toonkunstenaars gewoon is. De opbrengst was netto 228.
Volgens de H. C. is de vierde persoon, die bij de stranding van de
zandpompen voor den mond van het Noordzee-kanaal op jl. Maandag ver
mist werd, niet verongelukt. Hij bevindt zich in goeden welstand. De
schade, die door deze ramp der Engelsche maatschappij is toegebragt
wordt begroot op p.m. ƒ50000.
Nabij Uitgeest zijn eergisteren nacht drie koeijen door den bliksem
gedood.
Door de arrond.-regtbank te Zwolle is een jongmensch uit Genemui-
denwegens hel afleggen van valsche getuigenis, tot 5 jaren tuchthuisstraf
veroordeeld.
Men schrijft ons uil Leeuwarden van 13 October: In den afgeloopen
nacht, tusschen 1 en 2 ure, woedde hier een plotseling opgekomen onweder.
Felle bliksemstralen doorkliefden onophoudelijk het luchtruim, door knette
rende donderslagen opgevolgd. Bij een hevigen stortregen viel er tevens eene
massa zware hagelsteenen. De boerenhuizinge en schuur, bewoond door
J. IJntema en gezin, staande aan den Sneeker trekweg bij Schenkeschans,
in de nabijheid van deze stad, werden door den bliksem getroffen en binnen
korten tijd geheel een prooi der vlammen. Van den inhoud heeft men met
de grootste moeite slechts weinig kunnen redden. Naar men verneemt was
een en ander tegen brandschade verzekerd. Gelukkig echter was het vee
nog in de weide.
Te Groningen heeft Donderdag 11. de hoogleeraar Sanger het rectoraat
der hoogeschool overgedragen aan den hoogleeraar Mees. Daarna hield hij
eene redevoering over de voorwaarden van den toekomstigen bloei der
hoogeschool, waaronder hij eene voorname plaats toekende aan den ver
meerderenden bloei der stad Groningen en de totstandbrenging van alles
wat uit een sanitair oogpunt nog te wenschen overblijft.
Door een welgesteld landbouwer werd dezer dagen te Tilburg ter sluiks
een koebeest ingevoerd, dat aan de kalfziekte was gestorven. De ambtenaar,
met het onderzoek der gedane aangifte belasttrok de bruikbaarheid van
het vleesch in twijfel en gaf daarvan ten gemeentehuize kennis. Uit een
onmiddellijk door een veearts ingesteld onderzoek is de onbruikbaarheid
van het vleesch geconstateerd en is het onschadelijk gemaakt. De invoerder
en de vleeschhouwer zullen zich voor den regter moeten verantwoorden.
In de gemeente Oostburg is een moord gepleegd door zekeren Izaak
Timmerman op zijne huisvrouw Adriana Lievens. Timmerman, die eenige
jaren geleden geruimen tijd preventief gevangen zat onder verdenking van
medepligtigheid aan den manslag op zekeren Vonck was in het voorjaar
uit de cellulaire gevangenis, waar hij voor een ander feit een jaar had
doorgebragt, ontslagen. Ook vroeger was hij meermalen in handen der
justitie en sedert zijne laatste straf leefde hij nu eens in vrede, dan weder
in oneenigheid met zijne vrouw. Woensdag' nu schijnt hij omstreeks uro
in den namiddag beschonken te zijn te huis gekomen. Tusschen de echte
lingen schijnt weder een hevige twist te zijn ontstaanwaarvan het ver
brijzelde huisraad ten bewijze kan strekken. Waarschijnlijk is het van
woorden tot daden gekomen en heeft Timmerman zich van een mes bediend,
waarmede hij de vrouw doodelijke steken heeft toegebragt. De dader is in
hechtenis genomen.
-- In een brief uit Philadelphia, door de H. C. medegedeeld, wordt ver
slag gegeven van de op 27 Sept. gehouden prijsuitdeeling aan de bekroonden
op de tentoonstelling. Het feest had plaats in Judge's Hall, dat verre van
schitterend gedecoreerd was. De plegtigheid werd door muziek opgeluisterd.
Generaal Ifawley deelde de lijsten der bekrooningen rond, voor vieemde lan
den aan hunne hoofdvertegenwoordigers, voor Amerikaansche bekroonden aan
generaal Goshorn. Voor elk land was een tal van lijstenwaarop de namen
der bekroonden geschreven waren, in een driekleurig lintje opgerold, op eene
tafel aanwezig. Men scheen bij den aanvang er nog niet meê klaar te zijn,
want telkens holden de bedienden met nieuwe rolletjes binnen. Alphabetisch
werden de landen opgeroepen. Uit handen van generaal Hawley werd door
de verschillende presidenten het hun toegekende deel van de medaillesbuit
ontvangen. Toen al deze bundeltjes, gelijk verjaringswenschen opgerold en
versierd, uitgedeeld waren, was spoedig het feest geëindigd. Elkeen wilde
natuurlijk zien wie wel en wie niet hunner inzenders den juryleden had
kunnen behagen, maar hoe groot was de verwondering van velen, te aan
schouwen, dal hun bundeltje eene verzameling bevatte van bekrooningen
van alle landen. Nederland toch was met een paar bladen van Zweden en
Frankrijk vereenigd. Nog sterker was het bij anderen het geval; zoo werd
de Luxemburgsche commissie met een onbeschreven lolletje papier vereerd.
Dat men geheel onvoorbereid het feest had aangekondigd, bleek ten duide
lijkste. Tevens bleek het dat de hoofdcommissie nog met een 4000-tal niet
gereed was; medailles voor likeuren en andere spiritualiën werden dus niet
bekend.
Bij de beraadslagingen in de sectiën van den gemeenteraad over de be-
grooling voor 1877 werd, wat betreft de kosten van loezigt en invordering
der plaatselijke belastingen, door een lid de vraag gedaan of de gemeente,
waar zij den ijk der botervaten verordende, wel bleef binnen de grenzen
harer bevoegdheid en of het behoud van dien ijk wel was in het belang
van den handel. Wat de wettigheid van den ijk betrof, dezé werd ook
door andere leden in twijfel getrokken, maar het nut werd door de meer
derheid verdedigd; zeker was het ook dat de handel den ijk verlangde.
Door een lid werd gewezen op de onregelmatigheid in de schatting van het
meubilair door de schatters voor de plaatselijke directe belasting; hij hoopte
dat daarin verandering mogt komen. Bij de kosten van openbare veilig
heid en brandweer vond de verhooging van den post voor jaarwedden van
de commissarissen van policie, van inspecteurs, dienaars enz. bij enkele
leden afkeuring, niet zoozeer omdat daarbij voorgedragen werd het salaris
van de minstbezoldigde agenten te verhoogenals wel omdat zij die ver-
hooging wilden verkrijgen door eene vermindering van het personeel. Een
lid was van gevoelen dat de kosten der policie te hoog waren opgevoerd.
In verhouding lot de meerdere kosten was de toestand, vergeleken bij vroe
ger, niet verbeterd. Onderscheidene leden toonden het wenschelijke aan van
het vestigen van hulp-stations van policie op verschillende uiteinden van de
stad. Men zou daardoor het verkrijgen van poiiciehulp voor het publiek
gemakkelijker maken en in voorkomende gevallen meer toezigt kunnen
houden. In antwoord daarop werd aangevoerd dat de zamensmelting der
agenten 3e en 4® kl. noodzakelijk was, omdat de werkzaamheden dezelfde
warenvan wege de lage bezoldiging was er in den laatsten tijd onder
de agenten 4e kl. veel mutatie, dat nadeelig voor de dienst was; voor
minder dan 450 kon men geen geschikte personen verkrijgen. Wat
het aantal agenten betrof, dat aantal was zeker niet te groot, wanneer
men de uitgestrektheid der gemeente en hare bewaking bij dag en nacht
in aanmerking nam. Tegen den post, uitgetrokken voor den torenwach
ter, verklaarden zich ook nu weder eenige leden, die deze betrekking doel
loos achten. - Bij het hoofdstuk onderwijs enz. waren enkele leden van
meening dat er geen grond bestond voor de voorgestelde verhooging van het
tractement van den onderwijzer in de gymnastiek. Wat betreft de uitrei
king van prijzen verklaarde de meerderheid zich vóór zoodanige uitdeeling,
maar daartegen waar hel de hoogere burgerschool en het gymnasium gold.
Het voorgedragen subsidie ad ƒ300 voor de volks- en burgerscholen alsmede
het verzoek om een subsidie van ƒ500 door de commissie voor de volks-
bijeenkomslen voor te houden tentoonstellingen vond bij enkele leden
tegenstand. Op de lagere scholen werd reeds onderwijs in het zingen ge
geven en verder behoefde men niet te gaan. Ter verdediging werd aange
voerd dat het zang-onderwijs op de scholen, weinig omvallend, werd aan
gevuld door dat van de volks-zangschool en dat deze inrigling reeds zoovele
goede diensten had bewezen. In eene sectie stond men het denkbeeld voor in eens
al eene som van 500 uil te trekken voor de kas van het Nutsdepartementonver
schillig tot welk doel dat geld zou worden besteed. Twee leden waren tegen het
subsidiëren van instellingen in het leven geroepen door eene maatschappij zoo
rijk als die tol Nut van 't Algemeen. Een lid verklaarde zich tegen het
geheele hoofdstuk, op grond dat van de openbare scholen gebruik werd
gemaakt door kinderen uit andere gemeentenwier ouders dus niets in de
pl. belasting betaalden. Daarop werd medegedeeld dat men op middelen