LEIDSCIIE
C O ERA UT.
is?o.
ft0. 188.
VRIJDAG II AUGUSTUS,
STADS-HER ICHT EIV.
Ie Suppl. kohier der plaatselijke directe belasting 1876.
BINiNRiNLAlNDSCDK BKRIGTtëiN.
De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ3.franco p. p. f 3.50,
met het Ferslag der Handelingen van den Gemeenteraad j 3.35, franco p. p. ƒ3.85. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor 2.50
'sjaars, buiten de expeditiekosten. afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar vonr 5 Cents, franco, p. p. 6 Cents
De prijs der Advertentie» is van 1—4 regels 1.— iedere regel meer 25 cents.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
Gezien art. 8, le alinea, der wet van 2 Juni 1875 (Staatsblad n». 95),
tot regeling van liet toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke ge
vaar. schade of hinder kunnen veroorzaken
Brengen bij deze ter algemeene kennis, dat door ben vergunning is ver
leend aan de firma Jac*. Scheltema Janszoon tot uitbreiding van hare
fabriek aan de Prinsestceg.
En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door plaatsing in de Leidsche
Courant.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. O. BRANDELER, Burgemeester.
Leiden, 27/28 Juli 1876. E. KIST, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN.
Gezien art. 264 der Wet van den 29^'" Juni 1851 Staatsblad N°. 85);
Doen te weten, dat het le Suppletoir kohier der plaatselijke directe belas
ting over 1876 op lieden voorloopig is vastgesteld en van den llden tot en
met din 24,l'n Augustus 1876. ter Secretarie dezer gemeente (financiëele
afdeeling). van 9 tot 4 uren. voor een ieder ter lezing is nedergelegd.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
DE FREMERY, Weth. 1° Burgemeester.
Leiden, 10 Augustus 1876. E. KIST, Secretaris.
LEIDEN. 10 Augustus
Men meldt ons uit 'sllage: Na zijne terugkomst in de residentie heeft
de heer Kappeyne van de Coppello een onderhoud met den directeur van
het kabinet des konings gehad. Men verwacht dat hij weldra door Z. M.
zal worden geraadpleegd over de oplossing der ministeriële crisis.
Aan de zwem- en badinrigling Rhijnzicht had gisteren avond een treu
rig ongeluk plaats Een 9-jarig knaapje, dat hier ter slede logeerde, was
met zijn neelje naar deze uitspanningsplaats gegaan en speelde daar op
eenige balken in den Rijn gelegen, terzijde van het zwembassin. Het onge
luk wilde dat het kind afglipte van zijne gevaarlijke standplaats en onmid
dellijk verdween in het water, dat daar niet "eens zoo heel diep is, zonder
weer boven te komen. Up hel hulpgeroep be af zich de directeur der
zweminrigling dadelijk geheel gekleed te water en dook herhaaldelijk naar
den kleinen drenkeling. Nog een zestal ervaren zwemmers boden op het
zelfde oogenblik hulp en doken met den directeur meer dan een uur lang
naar de diepte, doch niets mogt baten. Het kind werd niet meer gevonden
en was verdwenen in het water, zonder dat het eenmaal opgekomen was
aan de oppervlakte. Eerst heden morgen werd hel lijkje een eind verder
uil dc rivier opgevischt. Men vooronderstelt dat hel kind zich ii| zijn doods
angst ergens aan den bodem heeft vastgehouden en later is weggedreven,
ile toestand van de familie, waar het knaapje, een eenig kind, logeerde,
laat zich beter gevoelen dan beschrijven.
De minister van marine heeft ter kennis van belanghebbenden gebragt
dat aan twee jongelieden, van een gezond gestel, onderwijs genietende
aan de polytechnische school le Delft, die vóór zij hun 24sle levensjaar
zijn ingetreden, in het bezit zijn van een der getuigschriften B, artl. 61-64
der wet van 2 Mei 1863 en zoo door beloonden ijver a's door lust in de
studie en aanleg den waarborg geven dat zij kundige en degelijke inge
nieurs zullen wordencene toezegging zal worden gegeven van eene benoe
ming tot adspirant-ingenieur der marine, nadat zij het diploma van scheeps
bouwkundig ingenieur zullen hebben verkregen. Daartoe behooren zij, die
daarvoor in aanmerking wenschen te komen tijdig een verzoekschrift aan
den minister van marine in te dienen.
De minister van binnenlandsche zaken heeft aan Z. M den koning in
gediend de uit de verschillende opgaven van Zr. M*. commissarissen in de
gewesten opgemaakte algemeene numerieke staten, aanduidende de sterkte
"van den eersten ban der schutterijen op 1 Januarij van dit jaar. De eerste
ban is geplitst in twee categoriën. De eerste categorie beval de leden van
den eersten ban die thans nog ongehuwdgehuwd of weduwenaars zjjn
zonder kind of kinderen. De tweede categorie de leden van den eersten
ban, die na hunne inlijving gehuwd en sedert in het bezit van kind of
kinderen gekomen zijn. Blijkens dezen staal was de sterkte van den eer
sten ban der dienstdoende schutterijen met inbegrip van de reserve, op 1
Januarij jl.die der eerste categorie 26729 man, die der tweede 14967
man, te zamen 41696 man. Van dit getal hebben 10174, derhalve nage
noeg van het geheel, vroeger, hetzij als onderofficier of korporaalhetzij
als gewoon soldaat of milicienbij het leger gediend.
Op 1 Januarij 1875 bedroeg de sterkte van den eersten ban der dienst
doende schutterijen 42119 man.
Zondag 27 Augustus e. k. zal het 60 jaren geleden zijn, datdeNederl.
vloot onder bevel van den admiraal baron van de Cappelle, vereenigd met
de Engelsehe zeemagt onder het bevel van lord Exmouth, de roemrijke
overwinning bevocht tegen de Algerijnen voor Algiers en meer dan duizend
christenen uit dc slavernij verloste. De étal-major van de schepen der
Nederl. vloot telde gezamenlijk 122 personen en naar wij vernemen zijn van
dit getal nu, na 60 jaren tijdsverloop, nog slechts 4 in leven; de oudste
dezer is de vice-admiraal Bijl de Vroc, adjudant van Z. M. in buitengewone
dienst; voorts de schout bij-nacht graaf van Limburg Slirumde kapitein-luit.-
ter-zee van der Schaaf en de oud-zee-officicr P. Damast van Citters. (ff. C.)
Bij de voortzetting van de algemeene vergadering der maatschappij tot
Nut van 't Algemeen op gisteren is besloten dc prijsvraag over Armverzor
ging op nieuw uil te schrijven. Het hoofdbestuur stelde nog voor het uit
schrijven van de volgende prijsvraag: "De maatschappij verlangt in een be
knopt geschrift, op aangename en bevattelijke wijze gesteld, aangewezen
te zien: vooreerst wat thans aan de ontwikkeling van hel schoonheidsge
voel op de lagere volksschool ontbreekt, en hoe dit verholpen kan worden;
vervolgens wat ook bij voortgezet onderwijs noodig. nuttig en uitvoerbaar
is om den kunstsmaak te vormen, de kunstvaardigheid te vermeerderen,
en de juiste toepassing van de kunst op voorwerpen van dageljjksch ge
bruik te bevorderen". Voor het te bekroonen prijsantwoord wordt uitge
loofd de gouden medaille der maatschappij of de geldswaarde daarvan, be
nevens eene premie van 300. De antwoorden zullen worden ingewacht
vóór 1 Maart 1877. Dit voorstel vond bestrijdingzoowel uit hel oogpunt
der kosten, als omdat men den plat getreden weg der prijsvragen wilde
verlaten en het raadzamer vond hel schrijven van het begeerde handboek
aan een deskundige op te dragen. In omvraag gebragt werd het voorstel
van het hoofdbestuur aangenomen met 419 legen 378 stemmen.
De vergadering nam daarop in behandeling het voorstel van het dep. Hin-
deloopen, strekkende om den bekenden volks-almanak, die door de maat
schappij wordt uitgegeven, aanmerkelijk te wijzigen, door het mengelwerk
in dien almanak te laten vervallen en daarvoor mededeelingen van verschil
lenden aard en vooral van practisch belang in de plaats te stellen. Na
langdurig debat werd door het dep. Boskoop als motie van orde voorgesteld;
aan het hoofdbestuur de behartiging van de uitgesproken wenschen ten
opzigle van den almanak aan te bevelen, opdat deze meer dan tot hiertoe
een echte volks-almanak moge worden, en voorts over te gaan lot de orde
van den dag. Deze motie werd bij acclamatie aangenomen.
Alsnu kwamen in bespreking de gecombineerde voorstellen VII en VIII
van het hoofdbestuur, betreffende dc uitgave en verspreiding onder de leden
der maatschappij van het algemeen jaarverslag en van de jaarboeken. Öeze
zaak zal tegen hel volgende jaar in nieuwen vorm op den beschrijvingsbrief
gebragt worden.
Voorts werd in behandeling genomen het voorstel van het dep. Deventer,
volgens hetwelk 1" de algem. vergadering besluite, dat de crèches een voor
werp der zorg uitmaken van de maatschappij tot Nut van 't Algemeen;
2° dat op de jaarlijksche begrooting gebragt worde eene som van ƒ3000.
om goede crèches te ondersteunen en te doen oprigten. Het hoofdbestuur
gaf te kennen dal het tegen het sub 1" uitgedrukte geen bezwaar zag,
maar dat het niet wenschelijk acht. een vasten post van 3000 voor crèches
op de bcgrooling te brengen. Wel stelde het hoofdbestuur voor, als amen
dement, voor het volgende dienstjaar de som van ƒ1500 op de hegrooting
le brengen, ten einde crèches, die zulks verdienen, met eene som in eens
en voor eens ter luilp te komen. Deventer nam dit amendement over,
waarop het gewijzigde voorstel, in stemming gebragt, met geringe meerder
heid van stemmen werd aangenomen.
