spreker zich helder verklaren en hij maakt daarvan geen verwijt aan den heer Moens. Dat is een punt. dat hij met het volste vertrouwen overlaat aan de regeringszorg. Voor zoover het voorstel Moens strekt is het eene zaak van organisatie, de financiële qtiaestie die der uitvoering. Als zooda- j nig heeft hel kamerlid Moens wel degelijk zijn begrip omtrent de financiële j zijde in hel voorstel gelegd en daarom ontried spreker ten sterkste de af- keuring op dit punt door nr. Grashuis uitgedrukt. De lieer Dercksen deed vervolgens uitkomen, dat men hem de vorige vergadering onjuist verstaan hadzoo men meende dat zijn bezwaar tegen de motie lag in liet bijzonder onderwijs. Hoeveel sympathie hij ook daarvoor gevoelde, zijne afkeuring grondde zicli toch meer op de ontijdigheid en het onvolledige van het inge diende. Aan een \oorstel, door den minister van binnen!, zaken ingediend, zou deze spreker veel meer vertrouwen hechten, omdat daarbij zeker reke ning en overleg zou zijn gehouden met de financiële krachten des rijks en eene rigtige verdeeling van den druk zou zijn aangegeven, wat. z. i. hier volkomen was voorbijgezien. Prof. Kuenen voerde vervolgens liet woord met geestdrift daarop wijzende, dat hij liet voerde, omdat hij hier, spre kende in eene vergadering die deel uitmaakt, zij het dan ook een zeer klein deel, van hel Nederlandsclie volk als zoodanig, zijn hulde en zijn warme sympathie brengen mogt aan het initiatief van den heer Moens. zijn streven en doel. Stilstand is achteruitgang, heette liet verder, en zonder herziening en verbetering van de wet van 1857. regelende een der dierste belangen der natie, is die achteruitgang onmiskenbaar. De groote moeije- lijkheden in zulke reorganisatie ontveinzen deed hij niet, maar juist daarom huldigde hij den moed in den vertegenwoordiger, die haar dorst onder nemen. Op alle punten steunde de spreker prof. van Geer met kracht en met overtuiging, en zijne slem uitbrengendedrukte hij dea wensch uit. dal hel lager onderwijs de verbeteringen, waaraan liet in zoo liooge mate behoefte had cu waarin hel voorstel Moens trachtte tegemoet te komen, verwerven zou. overtuigd, dat liet //verstand der vertegenwoordiging de gelden daartoe zou weten te vinden en in staat was te heslissen, op welke wijze die door de Nederlandsclie natie zouden moeten opgebragt worden". Prof. Goudsmit betoogde vervolgens dat de letter der wel van 1857 volko men //gaal" was op het punt der omschrijving van den werkkring van liet genus /'kweekeling Die wet keilde den kweekeling enkel het regt toe op te treden als //behulpzaam" bij het onderwijs en hare bedoeling was, dat den jongeling van nog onrijpen leeftijd de gelegenheid om zich in het geven van onderwijs van lieverlede te bekwamen niet benomen werd, niets meer en niets minder. Zijne hulp was enkel mechanisch volgens die wet; al wat zij meer was lag buiten haar. Prof. van der Lith, prof. Goudsmit in zijn juridisch betoog volgende, erkende daarvan de juistheidmaar ontveinsde zich evenmin het misbruik, dat gemaakt werd van die bepaling. Om dit te voorkomen en tevens praclisclie opleiding van den aanstaanden hulponder wijzer niet onmogelijk te maken stelde deze spreker ais amendement, in de plaats van punt 1 door prof. van Geer voorgesteld, het volgende: «l». Niet toelaten van kweekelingen hij de berekening van gevorderde leerkrachten", een amendementdat onmiddellijk door prof. van Geer werd overgenomen. De hoofdonderwijzer Japikse. die alsnu liet woord erlangde, bragt den vori- gen spreker hulde voor dat amendement, dat zoo juist in zijne bedoeling de behoefte van het oogenblik uitdrukte. Het maakte z. i. den kweekeling onmogelijk als onderwijzer (en uit eigen ervaring wees hij op liet gevaar van die zijde) en liet toch volkomen vrijheid tot opleiding. Vervolgens komende op het amendement van den lieer Grashuis, drukte die spreker er op. dat deze zaak altijd, wierd zij verbeterd, geld kosten zou. En verbe tering was noodig. In het naburige Noordwijk b v. moest dezer dagen nog 's avonds en 's middags dc onderwijzer van Noordwijk-Buiten den onderwij zer van Noordwijk-Binnen te littlp komen, die daar alleen stond, alléén voor eene school van 260 kinderen. Spreker stelde de vraag, of het tegen woordige geslacht, dat ruim genoot van het uitnemende middelbaar en hoo- ser onderwijs, liet regt had beschaving te onthouden aan anderen; hen te la'en verdierlijken en zoo langzamerhand een klove te graven, die hoe lan ger hoe dieper verschillend ontwikkelden van elkander scheiden zou; of het tegenwoordige geslacht met het oog op de groote gevolgen het regt had, enkel om de financiële quaestie der zaak, tegenover liet nageslacht de groote verantwoordelijkheid op zich te laden aan de eene zijde alles voor bescha ving en ontwikkeling te hebben verrigt, aan de andere zoo goed als niets. Dat woord werd met warmte toegejuicht. Dc heer van Dijk sprak vervol gens uitvoerig niet het oog op de groote ingrijpende regeling, over de kos ten en de opleiding der onderwijzersen df. Hageneen blik slaande op de schatten, die onze verdediging eischle. eene verdediging, die jaarlijks tnil- lioenen verslond en ten slotte, volgens deskundigen, er toe leiden zou dat Nederland in tijd van nood zieli een 8 dagen lang tegen een overmagtigen vijand staande zou kunnen houd"n. vroeg, of die vijand, dien men dan zon bespringen, zoo gevaarlijk was als die der onkunde, der zedeloosheid en der verdierlijkingtot welker bestrijding thans sedert jaren geregeld tien ja, honderdmaal minder wordt opgeofferd. Neen art. 194 der Grondwet zeide: »er wordt in het rijk overal van overheidswege voldoend openbaar lager onderwijs gegeven"; hij noemde dat een leugen, als hij den werke- lijken toestand vergeleek. Nadat vervolgens nog eenige sprekers het woord hadden gevoerd, o a. het kamerlid van der Ivaay, die de motie met betoog op de bijzondere school in meer algemceiie strekking zou willen geredigeerd zien. als ook op deze toepasselijk, werd zij, na verwerping van de amende menten van mr. Grashuis en aanneming van het amendement van prol. van der Lith, aangenomen met 47 tegen 4 stemmen: vüe vergadering, hulde brengende aan den lieer Moens voor liet genomen initiatief, acht de aanne ming van zijn wets-outwerp met de noodige wijzigingen wenschelijk wat de volgende hoofdzaken betreft: 1°. niet toelaten van kweekelingen bij dc berekening van gevorderde leerkrachten; 2°. betere regeling van het aantal onderwijzers naar liet aantal schoolgaande knderen; 3'. meerdere gelegen heid tot opleiding van onderwijzers; 4". verhooging van het minimum der bezoldiging van de onderwijzers". Bij de Donderdag en Vrijdag 11. gehouden verkiezing van zeven nota belen voor het beheer der kerkelijke goederen en fondsen van de Ned. herv. gemeente alhierzijn als zoodanig gekozen de lili. dr. VV. H. D. Suringar met 713, N. van Rossen met 705, Joh. van der Togt met 701. A. A. Nie- meijer niet 695. A .1 Verhoog tnet 687 en C. V. Visser met 582 stemmen. Voorts moet er eene herstemming plaats hebben tusschen de hh. H. de Nie, die 402. en J. F. R. de Ralhiandie 297 stemmen verkreeg. De volstrekte meerderheid was 430 stemmen. Voor het eerstvolgend geneeskundig staats-examen, dat in Junjj alhier zal aanvangen, hebben zich aangemeld 25 candidaal-arlsen van de militaire geneeskundige dienst, zoowel voor het geheele als voor het eerste gedeelte. Voor het natuurkundig staats-examen mede in Junij en wel te Utrecht aanvan gende, hebben zich 68 studenten van de militaire geneeskundige dienst voor het geheel en voor liet eerste gedeelte aangemeld. Door de prov. commissie te 's liagc zijn Zaturdag voor de vrouwelijke bindwerken geëxamineerd 11 candidate!), 3 weiden afgewezen en 3 toege laten. te weten: mejufvrouwenII. A. Diepen bach, uit Moordrecht, voor nut en smaak, E. C. L. var Echten, uit Gouda, voor smaak; A. E. de Graaff, uit Oudshoorn. J. C. van der Grijp, uit Woerden, voor nut en smaak; MM. Hageman. E. Hartman, uit Dordrecht, voor nut; A. M. van Schravendijk uit Rijnsaterwondevoor nut en smaak; J. J. Vriens, uit Dordrecht, voor smaak. De voorjaars-examens waren daarmede geëindigd. De geheele uitslag van die examens is geweest als volgt: Voor de acte als hoofdonderwijzers toegelaten 19. afgewezen 42: hoofdonderwijzeressen 5 toegel., 1 afgew.hulponderwijzers 47 toegel.24 afgew.; hulponderwijzeressen 31 toegel.. 11 afgew.; in hel Fransch 7 onderwijzers toegel., 26 afgew.; onderwijzeressen 23 toegel., 10 afgew.; Engelse!)onderwijzers 6 toegel., 4 afgew.; onderwijzeressen 12 toegel.. 10 afgew.; Iloogduitsch9 toegel., 4 afgew.; onderwijzeressen 9 loegel., 2 afgew.; wiskunde, onderwijzers 16 loegel., 22 afgew.; onderwijzeressen 1 afgew; teekenen, onderwijzers 5 tocgel.. 2 afgew.handwerken, onderwijzeressen 36 toegel., 14 afgew.land bouwkunde, 6 tocgel., 1 afgew.; gymnastiek, onderwijzers 7 toegel., 2 afgew. De Staatscourant bevat het verslag betreffende den slaat van het rijks archief over 1875 Daarin komt o. a. liet volgende voor: Het meest van allen is weder onze zegelverzameling verrijkt. De maatschappij der Neder landsclie lederkunde te Leiden bezat sedert jaren eene zegelverzameling, in der tijd door den bekenden oudheidkundige dr. Janssen gesticht en van tijd tot tijd verrijkt. Daar die collectie echter sedert aldaar mindere belang stelling ondervond, kwam men op liet gelukkige denkbeeld, die in haar geheel aan liet rijksarchief af te staan, waar die met de meeste dankbaar heid ontvangen en voor zooveel de oude gemeenlezegels betreft bij onze ver zameling is ingelijfd en beschreven, het overige zal allengs mede geordend worden. Voor deze ongemeene liberaliteit in liet belang der wetenschap, zeel de rijks-archivaris, spreek ik gaarne een woord van hulde en erken telijkheid uit. Blijkens berigt van den consul-generaal der Nederlanden te Londen is. bij besluit van den Privy-Council, te rekenen van 18 dezer, de invoerverbo den van vee uit den vreemde in de havens van Dover, Folkestone en Newhaven. In de Zaturdag 11. te Utrecht, gehouden jaarlijksclic algemeene verga dering van de Vereeniging //Volksonderwijs" vroeg, na afloop der werk zaamheden. de heer mr. J. A. Levy het woord. Ik acht het voegzaam, zeide hij. dat deze vergadering niet gesloten worde, eer uit haar midden - met opzet zeg ik uit den boezem dezer vergadering eene stem opga om te betreuren dat Nederland een zijner groote zonen verloren heeft. Het is hei kenmerk der rigting, die wjj voorstaan, dat zij strijd, krachtigen strijd tegen beginselen weet ie vereenigen met hoogachting voor de personen van tegenstanders. Daartoe gal Tliorbecke liet voorbeeld, vooral waar het gold zijn //ouden vriendEn dien eerbied verdiende mr. Guiliaume Groen van Prinsterer ten volle. Een grootsche, indrukwekkende figuur, het oog onop houdelijk gerigt op wat hem goed, waar. heilig scheen, doch opregt in zijn middelen, al wat naar zijwegen zweemde versmadend en verachtend. Een man. die wist alleen Ie staan, niet om de alzonderirig te doen strekken tot voetstuk voor zich zelf. maar omdat hij volgelingen wcnschte, met hem volkomen eenstemmig. Een man. aan wien, hoe men over zijne beginselen oordeele. niets onhollandsch was dan zijn voornaam. Ook wij, M. 11. mo gen verklaren: in het pantlicn van Neerland's roem zal uir. Guiliaume Groen van Prinsterer niet ontbreken. Deze woorden werden daverend toegejuicht. De Holl. maatschappij der wetenschappen te Haarlem heeft in hare Zaturdag II. gehouden algemeeue vergadering, op praeadvies van eene door directeuren benoemde commissie, beslist de groote gouden Boerhaave-medaille in liet vak der plantenkunde toetekennen aan den hooglceraar W. Ilofmeis- ter te Tubingen, op grond zijlier vergelijkende onderzoekingen over de ont wikkeling van hoogere cryplosamen en phanerogamen. welke een nieuw licht hebben verspreid over dit zeer belangrijk gedeelte der wetenschap. Op de uitgeschreven prijsvragen waren geene antwoorden ingekomen. Te Amsterdam heeft lieden nacht een soort van werkstaking plaats gehad van de zijde der nachtwakers Ongeveer 50 man kwamen niet op, zoodat 35 kwartieren onbezet bleven. Zij verlangen veriiooging van loon, een ondersclieidingsteeken en liet bewaken vaneen kwartier door twee man. Te Leeuwarden is in den nacht van Vrijdag op Zaturdag brand ont slaan in de werkplaats van den rijtuigschilder Piquer iu de Schrans. Een groot getal rijtuigenin de werkplaats aanwezigal dc voorhanden verw- stoflen en gereedschappen werdenevenals het pand zelf. door de vlammen vernield. De belendende huizen hebben mede iu meerdere of mindere mate geleden. De schade is aanzienlijk en wordt op f 15000 a 20000 begroot. 's GRaVENIIAGE. 22 Mei Dooi' Z. M. is aan den heer mr. P. Elias. op zijn verzoek, met 1 Juijj eervol ontslag verleend als raadheer in den lioogen read der Nederlanden, onder dankbetuiging voor de diensten door hem in regtcrlijke betrekkingen aan den lande bewezen. De kapitein-kwartiermeester l5 kl. bij het corps mariniers C. Deyll is bevorderd tot luit.-kolonel. intendant bij voormeld corps. Aan den heer W. L. Bruist is eervol ontslag verleend als ontvanger der directe belastingen te Almelo. De heer C. V. Balkema commies-verificateur voor de active dienst der directe belastingen, te Schiedam, is benoemd tot ontvanger te Bourtange tgenieenle Vlagtwedde). Door den minister van koloniën zijn de hh. C. E. S. Verschucren, J. B. F. L. Molenbroek, ingenieurs lc kl.en F. P. Schlosser, ingenieur 2C kl. bij den waterstaat in Nederl. Indië. thans met verlof hier te lande, benoemd tot leden der eommissie belast met liet afnemen van een examen van candi- daten voor de betrekking van opzigler 3' kl. bij genoemden tak van dienst. De minister van financiën en die van oorlog zullen Donderdag aanst. geen gehoor verleenen. In de zitting van de tweede kamer van heden heeft de interpellatie van den heer Fransen van de Putte omtrent de suikerquaestie plaats gehad. De regering heeft geen bezwaar in de voortzetting van de behandeling van het voorstel van den heer de Brtiyn Kops, tot afschaffing van den suikeraccijns. De discussie is geschorst totdat eenige aanhalingen uit diplomatieke stukken zullen zijn gedrukt. Tegen morgen zijn eenige onderwerpen aan de orde gesteld. Het examen voor het radicaal van candidaat-notaris is ook met gunsli- gen uitslag afgelegd door de lieeren: mr. C. W. van der Pot Jr.uit Rotter dam; M. den Bleker, uit Vianen. en J. M. de Vos, uit Rotterdam. Onze politiehoofden genoten de voldoening dat er gedurende de afge- loopen kermis van geen enkelen diefstal aangifte was gedaan, zelfs niet van zakkenrollerij of beurzensnijderijtot dat Vrijdag ter kennisse van een hun ner werd gebragt dat een wafelbakker, met zijn kraam bij het Tournooiveld gestaan hebbende en wien het gedurende de kermis zeer was tegengeloopen, aan gouden en zilveren voorwerpen was bestolen voor eene waarde van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1876 | | pagina 2