Door den heer Rombach zijn op de amendementen der commissie van rap porteurs, nopens het ontwerp van wet tot regeling van het hooger onder wijs, een aantal subamendementen voorgesteld: terwijl door den heer Teding van Berkhout op hetzelfde ontwerp verschillende nieuwe wijzigingen zijn voorgedragen. De heer Rombach wil o. a. aan de faculteit der geneeskunde toevoegen de tandheelkunde. Hij wil ook tot het afleggen der examina in de geneeskunde en de wis- en natuurkunde toelaten het diploma van het eindexamen der hoogere burgerschool met 5-jaiigen cursus; voorts eenige wijzigingen omtrent dé examina, met weglating of aanvulling van sommige vakken. De heer Teding van Berkhout wil art. 5 wijzigen met de bedoe ling om het voorbereidend karakter der gymnasia duidelijk te doen uitko men met nadere omschrijving van de vereischten voor de benoeming tot leeraar aan het gymnasium, liet is billijk en wenschelijk. dat dit onder wijs alleen gegeven worde door personen, die. zeiven aan eene universiteit gestudeerd hebbende, de cischen der voorbereiding kennen. Wijders strek ken deze amendementen om de examina, bedoeld in de artt. 94 en 95, «enigermate te wijzigen. 's GRAVENHAGE, 6 Maart. Z. M. heeft vergunning verleend aan den voor de dienst in Indië be stemden soldaat .1. Pfliiger, van het koloniaal werfdepot, tot het dragen van de zilveren dapperheids-medaille le ld. en van de krijgsmedaille, beide hem door den keizer van Oostenrijk geschonken, benevens van de Oostenrijksche herinneringsmedaille voor het deelnemen aan de veldtogten tegen Denemarken in 1864 en tegen Italië in 1866. Bij het depart, van financien is bevorderd tot adjunct-commies de heer 0. Middelkoop, thans eerste klerk. Tot consul der Nederlanden voor de stalen Illinois en Michigan le Chi cago is benoemd de heer L. J. J. Nieuwenkamp. en tot consulair agent te Grimsby is door den Nederl. consul te Huil aangesteld de heer E. P. Gramsberg. Z. K. H. prins Frcderik wordt heden avond ten 8 ure van zijne bui- lenlandsche reis in de residentie terugverwacht. De gezant van Frankrijk bij ons hof, de heer Target, is Zaturdag avond op zijn post alhier teruggekeerd. -- In de zitting van de tweede kamer van heden is de suiker conventie verworpen met 56 tegen 17 stemmen. De minister van financiën heelt daarop de suikeraccijns-wetten ingetrokken. De behandeling van het ont werp van den heer de Bruyn Kops is verdaagd lot na de behandeling van de wet op het hooger onderwijs, welke bepaald is op Woensdag aanst. Zaturdag had bij de arrond.-regtbank alhier eene bijzondere plegtigheid plaats, t. w. de installatie van vier regterlijke ambtenaren, de hh. mrs. J. C. E. baron van Lijnden en W. C. Olivier als regtefs, A. Teixeira de Mattos en jhr. E. N. de Brauw als plaatsvervangers. De officier van justitie, mr. Patijn, liet op zijn requisitoir volgen eene hartelijke toespraak tot het viertal juristen, over wier benoeming hij in het algemeen zijn genoegen aan den dag legde, omdat de regtbank daardoor de belangrijke plaats, die zij in ons vaderland inneemtzou handhaven. De president hield daarna eene uit voerige rede, waarin hij de verdiensten van de afgetreden heeren m". van de Kasleele, de Kempenaer. Vaillant en van der Linden herdacht. Aan zijn woord lot alscheid voegde hij een gelukwensch voor hen, die met zelfvol doening kunnen terugzien op de afgelegde regterlijke loopbaan. Aan de nicuwbenocmden betuigde hij zijne ingenomenheid met hun optreden. Deze toespraken werden beantwoord door den heer van Lijnden, ook namens den heer Olivier, en door den heer Teixeira, ook namens dén heer de Brauw. Namens de balie werden de benoemden begroet door den deken, mr. A. de Pinto. De hoop, die men vóór eenige dagen nopens het herstel van den heer Mackay koesterde, mogt zich niet verwezenlijken, lil den afgeloopen nacht is de waardige man in ruim 70-jarigen ouderdom overleden. M'. Aenaes baron Mackay van Ophemert en Zennewynen was den IS1'" January 1806 te Nijmegen geboren. Na met onderscheiding volhragte stu diën. werd hij in 1828 als advocaat bij het hoog geregtshol alhier inge schreven. In 1830 volgde hij de roepstem voor koning en vaderland en trok hij als 2° luitenant bij de 's Gravenhaagsche schutterij uit. Na verloop van eenige jaren, toen hel gevaar geweken was, herwaarts teruggekeerd, werd hij in 1840 als referendaris bij den raad van state aangesteld, en bleef tot in 1850 hij dal hoogc staatsligchaam werkzaam, waarvan hij een maal de leiding zou aanvaarden. Gedurende verscheiden jaren vervulde hij eene waardigheid in het huis van 11. M. de koningin Anna Paulownage malin van koning Willem II. In 1850—51 werd hij, onder de werking van de nieuwe kieswet naar de tweede kamer afgevaardigd voor het hoofdkiesdistrict Arnhem; en bleef daarin zitting houden lot in 1862. Den 2 Julij 1862 nam hij zijn ontslag als lid der tweede kamer, daar hij (bij kon. besluit van 27 Junij te voren), bij de invoering van de nieuwe wet nopens de regeling der zamenstclling en bevoegdheid van den raad van stale, tot vice-president van dat staats- collegie was benoemd. Die hooge betrekking heeft de overledene tot zijnen dood bekleed; hij nam in den raad van state ook liet voorzitterschap waar der afdeeling voor de geschillen van bestuur, die in het openbaar vergadert. In 1865 werd hij tot minister van staat verheven. Hij was begiftigd met het grootkruis der orde van den Nederlandschen Lceinveene onderscheiding die Z. M. den trouwen staatsdienaar op den dag van lid. 25-jarige regering vereerde, voorts met de ridderorde van St. Stanislaus en van St. Anna 2' kl. van Rusland en van dén Zahringcr Leeuw 2e kl. van Baden. Innig was baron Mackay aan Nederland en Oranje gehecht, en scheidde zich niet van beiden, toen hij, van Scholsche afkomst, door erfopvolging tot eene hooge betrekking in Engeland geroepen werd: met gansch zijn hart was hij aan liet Vaderland verbonden, en het welzijn van dit te bevor deren was zijn onvermoeid streven. Als mensch blonk hij uit door gemoe delijkheid, door godsdienstzin, door verdraagzaamheid, weldadig jegens den hulpbehoevende; minzaam en voorkomend, vast in zijne overtuiging, een man van karakter en trouwhartigheid: dit waren de trekken die Mackay sierden en die hem tot een waar edelman stempelden. Naar men verneemt zal het stoffelijk overschot te Ophemert in liet fami liegraf worden bijgezet. - Zaturdag avond is er in de Korte Kranestraatten huize van een han delaar in brandstoffenbrand ontstaan op eene achterkamer, bewoond door een gewezen militair. De brand werd gelukkig spoedig gebluscht, maar men verzekert dat de policie termen heeft gevonden den bewoner der kamer voorloopig in hechtenis te nemen. De kamer waarop de brand plaats had werd bewoond door een uit Atchin teruggekeerd en gepensioneerd militair. In het benedenge deelte werd eene turf- en houtnering gedreven. Toen men de deur der kamer wilde openen, werd dit door genoemden militair belet, die, met een mes gewapendiedereen dreigdedie mogt trachten binnen te dringen. Aan die bedreiging stoorde men zich echter niet en twee personen drongen k binnenmaar zij werden ook gewondwaarna men zich van den militair meester maakte, die erkend moet hebben bet plan te hebben gehad, om de woning en zich zelf te doen verbranden. Hij had daartoe aan de kruk der deur een touw bevestigd, dat hij stevig vast hieldten einde het binnenkomen te beletten. Het schijnt dat hij vooraf de geheele kamer met petroleum had ingesmeerd en brandende lucifers in zijn bed had nedergelegd. De bedoelde persoon, had, nadat hij vóór eenigen lijd uit de Indische militaire dienst was ontslagen, zijn beroep van verwer weder ter hand ge nomen. Sedert den korten tijd dat hij gehuwd wasleefde hij met zijne wederhelft in oneenigheid, welke tusschen hel jeugdige echtpaar eene feite lijke scheiding deed ontstaanzoodat de man thans alleen de kamer in de Kranestraat bewoonde, waarin de brand werd ontdekt. Kort na zijne arres tatie legde hij eene volledige bekentenis af. BUITKIN LA IN DSCHE BEBIGTEIN KNGEIiAND. LONDEN 5 Maart.. Don Carlos is Zaturdag avond ten half acht ure alhier aangekomen. Hij heeft zijn intrek genomen in Browns-holel in Doverstreet. Er waren weinig nieuwsgierigen op de been. De koning van Ashanti, CofH Calcalli. is, zooals men van vroeger weet, eene oorlogsschatting in goud schuldig aan Engeland. Onlangs zond hij, overeenkomstig zijn vorstelijk eerewoord, een termijn van 500 onsen naar Cape Coast Castle; doch bij onderzoek bleek, dat Z. M. het edel metaal in niet geringe mate met koper had doen vermengen. Volgens berigt uit Portland, in Oregon, is een regerings-vaartuigop de Coïumbia-rivier bezig met het wegruimen van zekere hindernissen bij de watervallen van Unadilla. in de lucht gevlogen, zooals sommigen willen door het springen van den ketel, gelijk anderen beweren ten gevolge van eene buskruidontploffing. Dertien personen kwamen daarbij om het leven en twee werden zwaar gewond. FHANKRIJK. Aan de Ind. Beige wordt uit Parijs gemeld: De onderhandelingen over de zamenstelling van het kabinet zijn zoo goed als afgebroken. De heer Casimir Perier, die vast op zijn standpunt blijft staan, trekt zich terug, daar de maarschalk Mac Mabon den lieer de Moniaignac als minister van marine wil behouden, terwijl de heer Casimir Perier de portefeuille van marine aan den admiraal Pothuan wil opdragen. Naar men verneemt heeft liet linker centrum in zijne Vrijdag gehouden, door veertig leden bijgewoonde bijeenkomst besloten, eene deputatie te zen den naar den minister Dufaure, ten einde bij dezen aan te dringen op de vorming van een homogeen kabinet en voorts op eene zuivering van het ambtenaarspersoneel binnen redelijke grenzen, doch zóó, dat diegenen onder de prefecten, die zich voor Bonapartistische candidaten hebben in de bres gesteld, worden verwijderd. Eindelijk verlangde de vergadering, dat aan gemeenten met meer dan vierduizend ingezetenen het regt zou worden her geven om hare burgemeesters te verkiezen. Eene officiëele kennisgeving aan de senatoren en afgevaardigden zegt. dat er den 7d<° dezer eene voorbereiden c bijeenkomst zal gehouden wor den, ten einde de leden aan te wijzen, die in het voorloopig bureau zullen zitting hebben, en de orde der werkzaamheden voor de eeisle openbare zit ting te bepalen. De senatoren en afgevaardigden zijn verzocht op den be paalden dag stipt te verschijnen. De kardinaal aartsbisschop van Parijs heeft den 3en Maart de kapel op Montmartre ingezegend. Ilij zeide bij die gelegenheid, dat de kerk zich met alle staatsvormen kan vereenigen. Indien de republiek niet een christelijk karakter heeft, dan zal zij niet duurzaam zijn. De Seine heeft eene ongekende hoogte bereikt. Boven en beneden Parijs haast men zich te verhuizen. De vlakten zijn overstroomd en in de lage gedeelten van Parijs zelf begint men bezorgd te zijn. In de kelders van de prefectuur van policie en van de munt begint zich kwelwater te vertoonen. Het grootste deel der kelders, in den omtrek der riolen, staat onder water. SPANJE. Generaal Quesada heeft een bevel uitgevaardigd, volgens hetwelk allen, die deel uitmaken van gewapende bendendie tbans in de onderworpen ge westen het rooverbedrijf opvatten, bijaldien zij in handen der troepen val len. zullen doodgeschoten worden. Bij kon. besluit is bepaald dat amnestie zal worden verleend aan alle Carlisten, die vóór den 15dtD Maart in onderwerping zullen gekomen zijn. ITALIË. Te Florence zijn huiszoekingen gedaan naar wissels, met de nagemaakte onderteekening des konings. Verscheidene dergelijke wissels zijn aldaar ten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1876 | | pagina 2