BIJVOEGSELbehoorende tot de Leidsohe Courant - van Maandag 05 Maart ÓS75, ft0. Gó. BUITENLANDSCHE BEKIGTEN. Uit Utrecht meldt men dat Donderdag morgen bij de zieke dierendie in de polikliniek aan 's rijks veeartsenijschool waren aangebragt, te midden van kweekelingen der school en hoeders der dieren, twee honden stonden; de kliniek gevende leeraar verklaarde, dat de eene hond leed aan razende en de andere aan stille dolheid, en liet beide dieren afzonderen, ten ge- bruike bij het onderwijs. Gelukkig was, zoover men weet, nog slechts één persoon door die honden gebeten. Vrijdag ochtend zijn nog 3 honden aan de veeartsenijschool gebragt en wegens hun lijden aan hondsdolheid afgemaakt. Te Doetinehem heeft op nieuw inbraak plaats gehad in het kantoor van den heer Ketjen; de beide nachtwakers, die den dief tijdig bemerkt hadden, posteerden zich zoodanig dat hij, welken uitweg hij ook koos, door een hunner gevat moest worden, hetgeen ook werkelijk geschiedde: doch spoedig wist hijdoor van zich at te slaante ontkomen. Men meldt uit Leeuwarden: De marktdag van gisteren leverde, integen- stelling met de laatstvoorgaanden, een levendig en daardoor een aangenaam schouwspel op. Niet alleen dal de gewone stoombootjes de stad bezochten maar ook de beurt- en veerschepenzells die uit de meest verwijderde stre ken van dit gewest, waren opgekomen. Wel een bewijs, dat het ijs, hetwelk voor een paar dagen nog het verkeer gestremd hield, spoedig is verdwenen. De waterstand, hoewel niet buitengewoon, is echter hoog te noemen en veel hooger dan om dezen tijd in het vorige jaar; de peilschaal alhier wijst heden nagenoeg 50 centimeter boven zomerpeil aan tegen 28 centimeter op den 12deD Maart 1874. De laag gelegen landerijen staan grootendeels nog onder water. De prijs der boter aan de waag alhier was: le soort ƒ61.50 a ƒ59.50; 2e soort ƒ54.— per ton. Voor het prof. geregtshof in Zeeland is een aanvang gemaakt met de be handeling van de zaak der 33 personen nit S'. Philipsland, beschuldigd van rebellie, gepleegd door meer dan twintig personen, alsmede van den bur gemeester dier gemeente, beschuldigd van medepligtigheid aan die rebellie, j De zaak betreft de bemoeijelijking van een geregtelijke ontruiming eener j woning. 's GRAVENHAGE, 13 Maart. De dirigerende officier van gezondheid J. A. C. von Königslöw, ge plaatst in de maritime directie te Hellcvoetsluis, wordt op non-activiteit ge steld en vervangen door den dirigerenden officier van gezondheid W. C. A. Hajenius. Door den minister van financiën zijn, na afgelegd vergelijkend examen benoemd tot adspirant-landmeter bij het kadaster, de hh.: F. Bos,_te Deven ter; N. C. Wetselaar, te 's Hage; A. Bos, te Tiel; C. W. Hoffmann, te Steenbergen; J. G. Allaries, te Rotterdam; A. M. de Koningh, te Amers foort; J. Appel, te Middelburg; J. J. Boumeester, tijdelijk te 's Hage; G. Hoogland, te Dordrecht; C. Jongkces, te Alkmaar; H. J. Guise, te Alk maar; W. Vruggink, te Leiden; J. G. Pompe, te 'sBosch; H. M. L. Bingen, te Helmond; J. Mulder, te Onderdendam, en J. van Os, te Gorinchem. Z. K. H. de prins van Oranje is heden ochtend ten 8 ure naar Arn hem vertrokken. Z. D. H. de prins zu Wied heeft heden ochtend de resi dentie verlaten en zich naar Neuwied begeven, om den 24"ena. s. herwaarts terug te keeren. In de zitting van den hoogen raad van gisteren heeft de adv.-gen. Smits conclusie genomen in de revisie-zaak tusschen den staat der Nederl. eischer, tegen de Hollandsche ijzeren spoorwegmaatschappij te Amsterdam, verweerderesse. Het betrof hier weder de vroeger meermalen behandelde quaestie, of de staat vergoeding verschuldigd was voor het doen ophouden der overeenkomst tusschen de regering en de maatschappij over het brieven vervoer en de toepassing van art. 39 der spoorwegwet op de maatschappij. Laatstgemelde vorderde oorspronkelijk eene som van ƒ1,600,000. De hooge raad had indertijd deskundigen benoemd, om de geledene schade te bere kenen. Adv.-gen. was nu van oordeel, dat alleen de schade kon worden berekend die geleden was op den dag der dagvaarding van 1—27 September 1872. dus over 27 dagen. Hij betoogde, dat de grondslagen van de bere kening door deskundigen niet konden worden aangenomen. Hij concludeerde mitsdien tot veroordeeling van den staat in de werkelijk geleden schade, nader op te maken bij staat, en subsidiair lot betaling van eene schadever goeding door den staat ten bedrage van ƒ1188. De uitspraak is bepaald op 14 Mei. ENGELAND. LONDEN12 Maart. Door de regering werd onlangs bij het parlement een wets-ontwerp] in gediend tot bescherming van het leven van zeeliedenwaarop luide werd aangedrongen. Die voordragt wordt door velen als onvoldoende beschouwd. Daarom heeft de heer Plimsoll een tegen-voorstel ingediend. Hij wil dat geen Engelsch schip in zee zal mogen steken zonder eerst onderzocht le zijn; op elk schip zal voorts eene laadlijn worden geteekenden een schip zal slechts een bepaalden diepgang mogen hebben. In het buitenland zal een en ander door de Engelsche consuls gecontroleerd worden. Op het dek zal slechts bij uitzondering lading mogen geborgen worden. Het oppertoe- zigt over een en ander zal worden opgedragen aan eene commissie, waar van drie leden zullen benoemd worden door de regering, en de vijf overigen door verschillende maritime corporatiën. Reeds is de dood medegedeeld van den heer Margarydie deel nam aan eene handels-expeditie in China. Daaromtrent wordt nog gemeld: Ten einde een handelsweg te banen tusschen Birma en Yunnan werd eene expe ditie gezonden, onder aanvoering van majoor Horace Browne, die zou worden bijgestaan door dr. Anderson en een zoon van generaal Margary, die, als consul te Pekingveel kennis had opgedaan van China. Margary, die met buitengewone moed en volharding er in geslaagd was zich bij de expeditie te voegendoor dwars door China van Peking naar de grenzen van Birma te reizen, schreef herhaaldelijk hoe beleefd en hoffelijk hij door de Chinesche mandarijnen en de bevolking bejegend geworden was. In de grensprovinciën schijnt de haat voor de vreemdelingen echter sterker te zijn geweest dan in het eigenlijke China. Den 22®ten Februarij toch is een leger van 3000 man op last van den gouverneur van Nomein de aardrijkskundige expeditie aangevallen. Bijtijds gewaarschuwd, wist het hoofdcorps té ont komen aan den verraderlijken aanvaldoch consul Margarydie met vijf Chinesche bedienden vooruit was gemarcheerd om de stad Mauwine te bezoe ken, werd gevangen genomen, gedood en zijn hoofd op een der stadspoorten geplant, als waarschuwing voor alle «vreemde duivels," om China niet binnen te dringen. De keizerlijke regering te Peking had aan de leden der expeditie vergunning gegegenden weg op te metenhad hun passen ter hand gesteld en had bovendien bevel gezonden aan de hoofden van provin ciën en steden, om de Engelschen als gasten te eeren en voort te helpen. Men schrijft den moord toe aan opruijing van den koning van Birma. Den 9den Junij 1873 is het Alexandra-paleis, op MusweU-hill, nabij Londen, na een kort bestaan van slechts 14 dagen tot den grond toe afge brand. Voordat de puinhoopen koud waren, stond reeds het plan voor een nieuw gebouw op het papier; in April 11. waren op het terrein 1800 werk lieden aan het werk; sedert is dat aantal zeer vermeerderd en op 1° Mei aanst. zal het nieuwe paleis voltooid zijn. Het zal veel grooter zijn dan het vorige gebouw. In het midden bevindt zich eene zaal, die 386 voeten lang en 184 voeten breed is, en waarin 12000 personen, benevens een orchest van 2000 personen, kunnen plaats vinden. Bij Ventnor op het eiland Whight is een haai op het strand geworpen. Deze visch is ruim 28 voet lang, 15 voet breed en heeft een kop, die ruim 6 voet beslaat. Men hield het voor een walvisch, maar bij onderzoek bleek het, dat het een haai is. Voor den visch wordt ƒ360 gevraagd. Te New-York heeft op 25 Febr. in de St. Andrewskerk een groot ongeluk plaats gehad. Onder de dienst stortte een gedeelte van het dak der kerk, waarop een stuk van een nabij staanden muur gevallen was, naar beneden. Verscheidene personen werden daarbij verpletterd, en ande ren bekwamen ernstige verwondingen. De schrik, die onder de menigte ontstond, en de moeite, welke men deed om zoo mogelijk het leven te be waren, hadden het ontstaan van een vreeselijk gedrang ten gevolge, waar door menigeen verwond werd. Vijf menschen hebben bij het ongeval het leven verloren, en 29 personen waren zoo zwaar gewond, dat zij naar het hospitaal vervoerd moesten worden. In den lUessager Franco Atner. komt een verhaal voor van den moord, die den 26llen Januarrj te Acapulco op de protestanten gepleegd is. In den avond van den dag had de dienst als naar gewoonte plaats, maar Hutchin son, hoofd van de Presbyteriaansche missie, door ziekte verhinderdwoonde die niet bij. Er had zich dien dag geen teelten van vijandigheid geopen baard; maar toen de familie, bij wie Hutchinson inwoonde, naar de kerk was gegaan, maakte zich een angstig voorgevoel van hem meester, en uit voorzorg sloot hij de deuren en vensters van het huis, waarin zich buiten hem een dienstbode en eenige kinderen bevonden. Dit voorgevoel was maar al te gegrond. Spoedig kwam een troep menschen aan het huis om te vragen wie er in waren; men antwoordde dat allen naar de kerk waren. In de kerk had een schrikkelijk tooneel plaats. De dienst was naauwelijks begonnen, of eenige lieden traden rustig de kerk binnen; onder hen was een jonge Indiaan, die met een tomahawk, dien hij zorgvuldig verbergde, naar de bank liepwaarin de heer Diasde uitgever van een dagbladzat en dien kwetste; de medgezellen van den Indiaan vielen op de andere aan wezigen aan en het grootste deel der aanvallers, die nog buiten stonden, begon de kerk binnen te dringen. De leden van de gemeente slaagden er in de deur te sluiten; een Amerikaan meende de menigte door een toespraak tot bedaren te brengen, maar hij werd op den dorpel van de deur gedood, evenals een ander, die zijn voorbeeld wilde volgen. Binnen de kerk duurde de strijd voort. De jonge Indiaan had op nieuw Dias aangevallen, die drie wonden aan het hoofd bekwam en twee vingers verloor. De vrouw van den vermoorden Amerikaan was de eerste die weerstand bood. Zij doodde den Indiaan met een pistoolschot en vocht verder als een tijgerin. Het verzet geschiedde langzamerhand in geregelde orde, en men hield den troep moordenaars in bedwang. Eindelijk snelde het garnizoen van de stad toe en maakte een einde aan de slagting50 der onverlaten werden gevangen genomen, de rest ontvlugtte. Het aantal slagtoffers bestond uit de 2 pro testanten die buiten de kerk vermoord waren en 4 binnen het gebouw- benevens 9 ernstig gekwetsten. De aanvallers verloren 3 dooden en hadden naar men zegt, 13 gewonden. FRANKRIJK. Het tot stand komen van het kabinet geeft het Journ. des Béb. aan leiding om hulde te brengen aan de hh. Renaultprefect van politie te Parijs, Andral, vice-president van den raad van state, d'IIarcourt, secretaris van Mac Mahon, en d'Haussonville, wegens de moeite, die zij zich gegeven hebben, om de mannen, die elkander reeds den rug toegekeerd hadden, weer tot elkander te brengen en hen om één en hetzelfde programma te scharen. Vooral ook verdienen de hh. Bocher en Decazes dank voor den ijverdien zij ontwikkeld hebben. Bocher wilde zelf geen portefeuille aan nemen. Hij noodigde Gambetta uit tot eene bijeenkomst, en beiden werden het zonder moeite eens, terwijl Gambetta op zijne beurt slechts lot dé leden der linkerzijde behoefde le sprekenom zijne inzigten ingang bij hen te doen vinden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1875 | | pagina 5