ISUITKlSLAINÜSCHE BEH1G I EN. de nakomelingschap op hare hoede moest zijn. Wat de redevoeringen be treft, men stond in twijfel, waarover men zich meer verwonderen moest, over het geduld der sprekers of over dat der hoorders. Geheel toepasselijk daarop was het bekende gezegde van Horalius: »Zoo Demokriet nog onder j de levenden was, wat zou hij 't uitschaterenZeker zou hij meenendat de sprekers zich bezig hielden met aan een dooven ezel een vertelseltje op te disschen", enz. De professor, die het eerst het spreekgestoelte beklom, redeneerde drie uren achtereen, zonder dat een levende ziel naar hem luisterde; en even zoo de anderen na hem. Een overgroot aantal vreemdelingen, en geleer den en ongelecrden, was van overal uit de Nederlanden te zamen gevloeid, maar voor de gasten werd niet de allerminste zorg gedragen. Aan de pro fessoren van andere akademiën was niet eenmaal een zitplaats aangewezen. Als zij wat hooren wilden, moesten zij zich lusschen de staande menigte indringen, met zeer twijfelachligen uitslag. Met het oog op deze en an dere verkeerdheden was Ruhnkenius gewoon te zeggen/'Men behoort de nakomelingschap opmerkzaam te maken, dat zulke dingen niet weder ge beuren; want feesten kunnen de hun eigenaardige opgewektheid niet heb ben, tenzij men in alles met mate en op een geschikte wijze te werk ga, en verscheidenheid met sierlijkheid en bovenal met gastvrijheid pare." 's GRAVENHAGE, 28 Januarij. De heer W. J. Versfeit, thans surnumerair bij de administratie der directe belastingen in de inspectie Groningen, is benoemd tot commies ter inspectie bij gemelde administratie te Groningen. De heer T. J. Biicker, thans landmeter 2' klasse, is bevorderd tot landmeter le klasse.j Heden avond wordt door IIII. MM. den koning en de koningin het vroeger aangekondigde thé dansant gegeven. De soiree vangt kwart voor negen ure aan. Van 16 Mei tot 27 Junij zal in de zalen der leeken-akademie eene tentoonstelling plaats hebben van kunstwerken van levende meesters. De arrond.-regtbank te dezer stede behandelde heden een appel tegen een vonnis van den kantonregter, waarbij niet strafbaar is verklaard het aan een metselaar te Scheveningen ten laste gelegde feit van een huis op eigen grond op den hoek van de Wassenaarsche straat en de verlengde Radhuisstraat aldaar, buiten de aangegeven rooilijn te hebben opgetrokken. De kantonregter ontsloeg den beklaagde van alle regtsvervolging. Het openb. min. kwam van deze uitspraak in hooger beroep. Als getuigen werden thans voor de regtbank gehoord de inspecteur van de bouwpolitie en zijn adjunct, die verklaarden dat den bekl. op zijn verzoek rooijing was gege ven dat hij had moeten blijven op een afstand van 7 meter van den open baren weg, dal hij dien afstand 3.55 meter heeft overschreden en zich dus niet aan de gegeven rooijing had gehouden. Zij erkenden echter dat de 3.45 meter grond, gelegen tusschen den openbaren weg en het perceel, be- klaagdes eigendom is. De subst.-ofïieier mr. Roest kon de meening van den kantonregter niet deelen en requireerde eene veroordeeling tot geldboete van 10. Mr. van Stipriaan Luiscius, die voor bekl. optrad, kon zich met de inter pretatie van art. 39 door het openb. min. niet vereenigen, Volgens de leer van het openb. min. zouden de 7 meter grond, die bekl. niet mogt behouwen, vrijvallen en ten laatste puLliek of gemeente-eigendom worden. Z. i. was niet noodig in dit geval de aangegeven rooilijn te volgen; dit was wel het geval indien er was gebouwd direct aan de openbare straat, maar bekl. had gebouwd op eigen grond. Pleiter concludeerde tot bevestiging van het vonnis. De uitspraak is bepaald op 4 Febr. Gisteren avond genoot ons publiek het voorregt zijne voormalige stad- genoote mevr. Rosa de Vries, na eene afwezigheid eener reeks van jaren, wederom te mogen zien optreden. Het ruime gebouw voor kunsten en wetenschappen was met een zeer talrijk publiek bezet, dat bij de verschij ning van de gevierde zangeres haar met luide toejuichingen verwelkomde. Op nieuw mogt zij bij de verschillende zangnummers door haar voorgedragen den bijval van het publiek wegdragen, ook na het duo van don Juan, waarin de zich ontwikkelende talenten uitkwamen van den baryton, haar zoon Mauritz, die eveneens herhaalde malen werd teruggeroepen. In het air uit Norma vooral handhaafde de zangeres haar ouden roem. Het spel van den jeugdigen violist, den heer Petri, die dezen avond voor het eerst optrad, perste aller bewondering af en deed hem een onverdeelden bijval verwerven. De hoop, gisteren uitgedrukt dal de man, die, aan den Schcveningschen weg in een boom zittende, door het omstorten van eenen anderen boom be kneld was gemaakt, nog zou gered worden, is niet verwezenlijkt; hij is onder den zvvaren last bezweken. Zijn lijk is later, na veel moeite, uit den boom weggehaald en vervolgens onder geleide der politie naar het. gasthuis vervoerd. Dr. Vinkhuyzcn J'.die nog geneeskundige hulp trachtte te ver kenen, ontzag zich niet door middel van een ladder den ongelukkige in den boogen boom le bereiken. Drie kinderen hebben door dit ongeval den dood van hunnen vader te betreuren. BELfilE. De nieuwbenoemde gezant en gevolmagtigd minister van den koning der Nederlanden, de heef Gencke van Herwijnen, is heden te Brussel aan- gekomen en aan het hotel de Bellevue afgestapt. In datzelfde hotel zijn vertrekken besteld voor de leden van het buitengewoon gezantschap, dat Z. M. koning Willem zal vertegenwoordigen bij het huwelijk van prinses I Louise. Te Antwerpen is een diefstal gepleegd ten nadeelc van het huis van Gend C°. Twee klerken, zekere D.oud 21 jaren, en A., oud 19 jaren, zijn verdwenen met den inhoud der kas en verscheiden sommen gelds, die hun ter verzending waren toevertrouwd. Men schat hel bedrag der ver dwenen gelden op 20000 fr. De jongelieden hebben enkel eenige centimes en een photographisch vrouwenportret laten liggen. F R A Bi K R IJ H. I k g li 1 e 4 d k o V g c f f IPANJE. Uit Barcelona meldt men het volgende aan den Indépcndant des Py renees: De inneming van Granollers door de Carlisten behoort onder de verschrikkelijkste gebeurtenissen van den burgeroorlog. In den nacht van 19 op 20 Januarij vielen de troepen van Trislany, Miret en eenige andere cabecilla's, te zamen 3000 man sterk, op drie verschillende punten op de poorten van de stad aan, en drongen de stad binnen. Het zwakke garni zoen, dat er zich in bevond, trok zich in de kerk terug; de Carlisten ondervonden geen tegenstand en waren dus meester van de plaats. Men sluit de oogen om het verschrikkelijk tafereel, dat de daden der verdedigers van orde en godsdienst toen opleverden, niet te zien. Verkrachting, plun dering, brandstichting, moord, dat zijn de heldendaden door de Carlisten bedreven. Bij het aanbreken van den dag verlieten deze bandelooze troepen de stad en verwijderden zich in de rigting van Figaro, alle leden van het gemeentebestuur, eenige dames, o. a. de vrouw van den regter, en vele particulieren met zich medevoerende. In de stad vond men de lijken van vier soldaten, twee burgers en zeven Carlisten. ITALIË. Garibaldi heeft, volgens berigten uit Rome, zijne plaats in de kamer van afgevaardigden ingenomen. Dit heeft weder aanleiding gegeven lot eene luidruchtige demonstratie van de zijde der bevolking. De menigte verdrong zich op de straten om hem te begroeten, zoodat hij vier uren tijds noodig had om van zijn hotel naar het zittinglokaal te komen. In de kamer nam hij zitting op de banken der uiterste regterzijde en het publiekdat op de tribunes washief zulk een gejuich aandat de voorzitter moest dreigen met de ontruiming der zaal, ten einde eenige stilte te verkrijgen. DVITICHLAIVB. Het vrnnis, tegen den heer von Arnim gewezen dooreet Sladlgëricht, is thans den verdediger des beschuldigden ter hand gesteld. Het is een zeer uitvoerig stuk en beslaat 27 bladzijden schrift. Daarin zijn vele stukken opgenomenop last van den rijkskanselier aan den heer von Arnim indertijd toegezonden, of door laatstgenoemde zeiven aan hem in den vorm van instrnctièn gerigt. Uit bedoeld vonnis blijkt nog deze bijzonderheid. In de geheime zitting door het Stadtgerichl bij de behandeling dezer zaak gehoudenheeft hel openbaar ministerie geëischtdat de rijkskanselier als getuige zou worden gehoord. Het Sladlgericht heeft dien eisch verworpen, uithoofde de politiek met de quaestie in onderzoek niet was gemengd. De bemanning der brik Gustav, uitgezonderd de kapitein en drie matrozen, is te Keulen aangekomen en heeft van daar de reis naar Mecklen burg voortgezet, waartoe van regeringswege het reisgeld werd verstrekt. Naar men zegt, zijn van de vier in Spanje achtergebleven personen alleen de kapitein en een stuurman nog te Zarauz. De kapitein had die plaats eerst verlaten en was, niettegenstaande eene dringende waarschuwing van het Duitsch consulaat, teruggekeerd, naar men vermoedt om te beproeven nog zooveel mogcijjk van het schip, waarvan hij voor gedeelte eigenaar is, te redden. In de nationale vergadering werd eergisteren de regering geïnterpel leerd over de ontbinding van den gemeenteraad van Marseille. De interpel- lanten, de hh. Rouvier, Boucher en Lockroy, ontvingen echter op hunne vraag een onbeduidend antwoord en trokken hunne interpellatie in. De commissie van dertigen heeft Maandag 11. beraadslaagd over ver schillende amendementen, op het constitutionele wets-ontwerp ingediend, en daarbij o. a. beraadslaagd over den titel van //president der republiek". Tegenover de hh. Lefèvre-Pontalis en Laboulaye hield de heer Lambert de Sainle-Croix staande, dat in dien titel wel degelijk verandering kon wor den gebragt. Nadat de argumenten voor en tegen de vraag, of wijziging in den titel, na de wetten van 31 Augustus 1871 en die van 20 November 1873, al dan niet geoorloofd ware, nam de commissie een voorstel aan om het eerste artikel van het ontwerp van den heer de Ventavon te schrappen, als luidende: »De maarschalk de Mac-Mahon, president der republiek, blijft met dezen titel het uitvoerend gezag uitoefenen, waarmede hij door de wet van 20 November 1873 bekleed is". De aanhef van art. 2, nu art. 1, werd daarop vastgesteld als volgt: «De maarschalk de Mac-Mahon, president der republiek, is slechts in gevallen van hoogverraad verantwoordelijk". De commissie voor de civile lijst van het huis des keizers heeft, ten einde voor den staat den eigendom te behouden der museën le Pierrefonds en te Fontainebleaubeslist, dat de schatkist een som van 4,400,000 fr. aan de civile lijst betalen moet. De minister van openbare werken kon zich hiermede niet vereenigen en wil aan de vergadering een billijker over eenkomst voorleggen. Volgens de Patrie is de minderheid der commissie van plan, aan de vergadering voor te stellen, niets aan de erfgenamen van Napoleon III te voldoen. Men verhaalt dat de ex-keizerin reeds tweemalen in Engeland eene leening heeft gesloten, ieder van 500,000 Daarbij is bepaald, dat die leeningen geen rente zullen geven; maar na de troonsbestijging van den keizerlijken prins zullen zij afgelost worden met het tiendubbele bedrag. Omtrent de leening der stad Parijs wordt het volgende gemeld: Aan- deelen groot 500 fr., prijs van uitgifte 440 fr. Storting: bij de inschrijving 40 fr., bij de verdeeling 70, in de eerste helft van October, alsook in April 1876 en in October daaraanvolgende, telkenmale 110 fr. Rente 20 fr. Aflos sing in 75 jaren, in driemaandelijksche trekkingen van 225,000, waaronder eene premie van 100,000. Eerste trekking 5 Mei.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1875 | | pagina 2