LEIDSC1E COURANT. 1874 N°« 205. WOENSDAG 2 SEPTEMBER. STADS-BERICHT EN. BINNËNLANDSCHE BERIGTEiN. De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars f 3.franco p. p. f 3.50; met het F er slag der handelingen van den Gemeenteraad t 3.35, franco p. p. ƒ3.85. Bet verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor f 2.50 'sjaars, buiten de expeditiehosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Gents, franco p. p. 0 Cents. De prijs der Advertentiën is van 1—4 regels f 1.— iedere regel meer 25 cents. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag3September 1874. 's namiddags te twee uren. 1». Benoeming van leden in de vaste commissiën, als: o. drie leden van de commissie van financiën, en uit dezen van den voorzitter; b. twee leden van de commissie belast met het ontwerpen van en her zien der plaatselijke verordeningen tegen wier overtreding straf is bedreigd; c. drie leden van de commissie tot het ontwerpen van en herzien der plaatselijke verordeningen betreffende de huishouding der gemeente, en uit dezen van den voorzitter; d. twee leden in de commissie van fabricage. 2°. Idem van eeue onderwijzeres der Ist" klasse aan de meisjesschool 2lle klasse. (213) 3". Verzoek van K. Visser, ter bekoming van gemeentegrond. (212 en 217) 4®. Idem van Mej. 11. P. Werst, om ontslag als onderwijzeres der 2de klasse aan de meisjesschool 2de klasse. (216) 5. Staat van af- en overschrijving op de begrooling, dienst 1874. (Subsidie aan de Commissie voor de volksvoorlezingen.) (214) 6°. Voordracht betrekkelijk de aanvrage van de militaire autoriteit om kos- telooze verstrekking van duinwater ten behoeve van het garnizoen. (215) 7°. Verdeeling van den ltaad in sectiën. LEIDEN, 1 September. Gisteren avond had in de Stads-Gehoorzaal de uitreiking plaats van de prjjzen en de getuigschriften aan de bekroonde inzenders van de tentoon stelling van bloemen en planten door den werkman gekweekt. Dr. W. C. van den Brandeler, ecre-voorzitter van de commissie voor de volksvoorlezin gen, sprak bij den aanvang tot de talrijke belangstellenden over de betee- kenis dezer zaak, waarna de uitdeeling plaats had. Vervolgens voerde de ecre-voorzitter nogmaals het woord tot lof aan de bekroonden en hen die de zaak hadden tot stand helpen brengen hetwelk volgens den spreker als bewijs mogt strekken, dat in Leiden iets goeds ook wel slagen konde tot opwekking aan den werkman en zijn vele huisgenooten daar tegenwoor dig, om voort te gaan op dien weg en zich niet te laten ontmoedigen, mogt hij thans geen bekrooning hebben verworven. Luide waren de toejuichingen op de hartelijke woorden van dezen spreker, waarna ds. Riimke het woord nam en er o. a. op wees dat de commissie voor de volksvoorlezingen, steu nende op de verworven gunstige resultaten, het voornemen koesterde het volgende jaar weder eene dergelijke tentoonstelling te houden. Vervolgens bragt hij aan verschillende personen, wier medewerking van overwegend be lang was geweest, niet het minst den bekwamen kruidkundige H. Witte, namens de commissie zijn dank. Vervolgens werd de tentoonstelling geslo ten, waarna de bezoekers den afloop bleven bijwonen van het concert der schutterjj-muziek, dat reeds eenige nommers in den vooravond had doen hooren. De tentoonstelling is op den afgeloopen Zondag door meer dan 800 personen bezocht geworden. Omtrent de aanstaande viering van het 300-jarig feest van Leidens ontzet vernemen wij nog, dat reeds voor eenigen tijd door de diaconie der Ned. herv. gemeente besloten is, op 3 October aan al hare zomer-, winter en tijdelijk bedeelden, als ook aan de gealimenteerden in bet Minnehuis, haring en witte brood uit te deelen, en op een nader te bepalen dag hutspot. Met het oog op de eeuwfeesten van Leidens ontzet en van de vesti ging der hoogeschool, die in dit jaar en in het volgende zullen gevierd wor den, mag het eene gelukkige gedachte genoemd worden van de uitgevers de Breuk en Smits alhier om een /'Wegwijzer voor vreemdeling en stadge noot" het licht te doen zien, onder den titel van «Korte beschrijving van Leiden." Aan den hand van den schrijver, den heer J. M. E. Dercksen, doet men eene geleidelijke wandeling door de stad en wordt men opmerkzaam gemaakt op alles wat zij merkwaardigs te bezigtigen geeft, onder toevoe ging van vele historische mededcelingen, die, zonder de perken te overschrij den die men zich bij de zamenstelling van een zoodanig werkje moet stel len, voor vreemdelingen vooral van veel waarde zijn. Bij hel werkje zijn gevoegd een nieuwe platte grond der stad en eene aanwijzing barer open bare gebouwen eu inrigtingen. Uithoofde men hetgeen van dien aard bestond wel eenigzins als verouderd mag aanmerken, gelooven wij dat aan de uitgave van dezen boeijend ge schreven en net uitgevoerden Wegwijzer een goed onthaal zal te beurt vallen. Gedurende de maand Augustus 1874 zijn in de Leidsche volksgaarkeuken afgeleverd: 2345 portiën warme spijs, 265 portiën vleesch, 27% portiën spek- totaal 2637% portiën. Men schrijft ons: In het begin der vorige week is de eerste sleurha- ring door schuilen van Katwijk aangevoerd, welke aanvoer nu vrij geregeld plaats heeft. Bokking in het warmste jaargetijde, in Augustus, was anders eertijds nooit gehoord, wel in October. Zooveel vroeger gaan thans ieder jaar de schuilen tol de vangst uit. Het buitenland ontvangt daarvan een groot deel en het bedrijf geeft rekening. Ten gevolge daarvan wordt de kuslvisschcrij gemiddeld slechts zes maanden gedreven, de andere maanden staal zij stil ot levert zeer weinig op. In den besten tijd van aanvoer is de fijne visch steeds buitengewoon duur, de gewone ver van goedkoop, en dan blijft er, zoo de markt ruim voorzien is, kleine, of die geen schijn van krimp meer heelt, alleen over. In den bokkingtijd blijft eene schuit te Katwijk bestemd om zeevisch te vangen, of men verlaat zich op aanvoer van andere plaatsenzooals van Zandvoort of het Nieuwe Diep. Op Noord- wijk, zooals vroeger, valt niet meer te rekenen, want ook daar gaan de schuiten ter haringvangst uit. Maar elders is de visch ook gewild, zoodat van andere plaatsen niet veel afkomt en als dan die eene schuit nog eens tamelijk wat besomd heeft, komt er maar eenig klein goed of rog aan de markt of zoo zij geen vangst doet is de markt volkomen verlaten. Zoo gaan er dan ook weken voorbij en de eertijds zoo bloeijcnde zeevischmarkt kan beschouwd worden als inderdaad lang haar naam te hebben verloren. Menigeen, die gehouden is zich naar onveranderlijke instellingen te schik ken zit dan met zoo'n markt geschoren. Maar er komt afwisselend zalm, baars, paling en bot in stad, en zoo kan men zich tegen goed geld weer red den, zegt men. Overigens is er het gehcele jaar door zoutevisch en haring, in den winter zelfs stokvisch te koop. De minister van binnenlandsche zaken, overwegende, dat de heer mr. W. baron van Gollstein op zijn eerder besluit tot aanneming zijner be noeming tot lid van de tweede kamer der staten-generaal in het hoofdkies- dislrict Amersfoort is teruggekomen, en alzoo eene nieuwe verkiezing in dat hoofdkiesdistrict moet plaats hebben; heeft goedgevonden te bepalen: dat. die verkiezing in gemeld hooldkiesdislrict zal geschieden op Donderdag 17 September 1874, en dat. zoo eene herslemming noodig is, die zal plaats hebben op Donderdag 1 October daaraanvolgende. De Staatscourant bevat het verslag van de Nederl. gedelegeerden naar de internationale sanitaire conferentie te Weenen. Daarin wordt o. a. ge zegd dat uit het resumé van de besluiten der conferentie omtrent het we tenschappelijk gedeelte der cholcra-quaeslie blijkt dat wij in de laatste jaren niet gewonnen hebben aan positive kennis omtrent den aard en de ver beeldingswijze der cholera en dal veel van hetgeen daaromtrent nog aange nomen wordt, geenszins als bewezen is aan te merken. Onze wetenschap bepaalt zich eigenlijk alleen lot deze twee punten: 1». de cholera ontstaat in Britsch-lndië, komt zij in andere landen voor, dan is zjj daar ingebragt; 2°. de cholera verbreidt zich door het menschelijk verkeer. In de conferentie is aangenomen een voorstel tot het instellen eener inter nationale sanitaire commissie, welke haren zetel te Weenen zal hebben en belast zal zijn met de studie van besmettelijke ziekten. Haar werkkring zal een zuiver wetenschappelijke zijn; zij zal over wetenschappelijke vraag stukken geraadpleegd kunnen worden. Bestudering der cholera uit het oog punt van aeliologie en prophylaxis is bovenal hare taak. Zjj leidt de onder zoekingen, die in alle landen omtrent dit onderwerp gedaan zullen worden en publiceert de uitkomsten van haren arbeid. Zjj kan voorstellen doen tot oproeping van internationale sanitaire conlercnlien en is alsdan belast met de zamenstelling van het programma voor deze confcrentiën. De Nederl. gedelegeerden zijn van meening dat Nederland zoowel voor zich zelf als voor zijne Oost- en West-Indische bezittingen aan de overeenkomst tot in stelling eener internationale sanitaire commissie behoort deel te nemen. Van zulk een ligchaam, dal den gang der studie van de cholera en van andere besmettelijke ziekten in de landen, waar zij voorkomen, bestuurtverwach ten zij veel voor de toekomst. De Twenlsche vereeniging tot bevordering van nijverheid en handel heeft zich na ontvangst van de door den directeur van financiën in Ned.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 1