DOC TRINA. PEK TELEGRAAF. den toebereidselen gemaakt om den 500ilen gedenkdag van Pelrarca's over lijden (18 Julij 1374) door letterkundige feesten te vieren. Hij bragt bet grootste gedeelte van zijn leven in het zuiden van Frankrijk door. DUITIC1ILAKD. Van officiële zijde wordt verzekerd dat de regering het voornemen" heeft opgevat, om, zoodra de voordragt betredende de kerkelijke dienaren door den rijksdag is aangenomen en door den keizer bekrachtigd, de thans gevangen gezette bisschoppen op vrije voeten te stellen. De regering is van gevoelen, dat zij met die wet in de hand een krachtiger middel bezit tot beteugeling der geestelijken, die zich blijven verzetten, dan in de zooge naamde Mei-wel ten. Te Bonn is in hooger beroep behandeld de zaak van bisschop Reinkens tegen de Deutsche Iieichszeitung. Dit blad had den oud-katholieken bisschop van een onzedclijken levenswandel beschuldigd en o. a. beweerd, dat een geneesheer te Wiesbaden den bisschop behandeld had in eene onge steldheid, die van de juistheid der beschuldiging het bewijs leveren zon. De redacteur van het blad. Emons geheelen, was deswege in eerste instantie veroordeeld tot vijf maanden gevangenisstraf en de uitgever Hauptmann tot 500 thaler geldboete. Thans is ook bedoelde geneesheer bij de behandeling der zaak in hooger beroep als getuige verschenen en heeft verklaard, dat dr. Reinkens hem ontslagen had van de verpligting om te zwijgen van de door hem aan den bisschop verleende geneeskundige behandeling, maar dat hij dr. Reinkens nooit behandeld had in eene ongesteldheid, waaromtrent zwijgen noodig was. liet openb. min. heeft geëischt vernietiging van bet eerste vonnis; veroordecling van den redacteur tot een jaar gevangenisstraf, van den uitgever tot 900 th. geldboete of 9 maanden gevangenisstraf en van beiden, ieder voor de helft, in de kosten; ontzegging van de bevoegdheid om ooit weder eene courant uit te geven aan llauptmann; vernietiging der betrokken nommers van de Iieichszeitung en magliging aan bisschop Rein- kens om hel vonnis op kosten der veroordeelden in twee dagbladen te plaatsen. Betredende het medegedeelde door den f'olksfreimdomtrent het ant woord van den keizer van Oostenrijk op den brief van den Paus over de constitutionele wetten, zegt de Weener Deutsche Zeit., uit eene goede bron te kunnen verzekeren dat die opgave wal de hoofdzaak betreft juist is; dat echter in den keizerlijken brief uitdrukkelijk gezegd wordt dat de be krachtiging der confessionele wetten onveranderlijk noodzakelijk is «dewijl de volken", en niet, gelijk de Folksfreund gezegd had «dewijl het parle ment' die wenschen. Het blad meent uitdrukkelijk te kunnen verzeke ren, dat de keizer juist met deze woorden de bewering der ultramontanen dat het volk niets van de confessionele wetten zou willen weten, heeft willen logenstraffen. Naar men uit Bern meldt heeft de uitslag van de volksstemming over de nieuwe constitutie aldaar groote vreugde verwekt. Eene aanzienlijke volksmenigte, van vlaggen en toortsen voorzien, en vergezeld van cenige muziekcorpsen, heeft zich 's avonds verzameld voor liet bondspaleis. waar zij met luide kreten haar blijdschap Ie kennen gaf. Namens de menigte werd de bondsraad door den heer Brunner begroet, waarna de president van de confederatie eene redevoering hield. Ilij sprak den wensch uit, dat de herziening der grondwet het welzijn van het vaderland zou bevorderen. Onder het zingen van hel volkslied ging de menigte uiteen. BERLIJN, 23 April. De rijksdag heeft paragraaf 1 van de wet, strek kende ter voorkoming van het uitoefenen van kerkelijke ambten door onbe voegden, aangenomen, doch met deze wijziging, dat een termijn van acht dagen wordt toegestaan orn tegen een besluit tot internering of uitzetting de beslissing des regters te kunnen inroepen. WEENEN. 23 April. Het heerenhuis heeft de credietwel voor IB74 defi nitief aangenomen. Vervolgens begonnen de algemeene beraadslagingen over het tweede confessionele wets-ontwerp. Vorst Lobkowilz en de kardinalen Rauscher en Schwarzenberg drongen cr op aan tot de orde van den dag over te gaan. Het huis besloot echter met 66 tegen 20 stemmen de artike len in behandeling te nemen. MADRID, 23 April. De Gaceta meldt, dat gisteren eene ligle canonnade tegen de Carlisten heeft plaats gehad, die met muske^vuur antwoordden. Malcampo is benoemd tol kapitein-generaal der Philippijnsche eilanden. De aanhouding van den Carlislischcn chef Samtes door zijne makkers wordt bevestigd. LONDEN, 24 April. Het lagerhuis heeft alle begrotingsvoorstellen aan genomen. VERSAILLES. 24 April. Ter zitting van de permanente commissie heeft lieden de hertog de Broglie, in antwoord op een interpellatie van den heer Lucet. gezegd, dat de regering thans overweegt wat door haar gedaan zal moeten worden, en hij dus op dezen oogenblik niet kan zeggen welke op lossing cr komen zal. De heer Mahy verklaarde, dal de minister van bin- nenlandsche zaken den algemeenen raad belecdigd heeft. Hiertegen werd geprotesteerd, en het incident had geen verder gevolg. BERLIJN, 23 April. De keizer is voornemens de plegtige sluiting van den rijksdag in de Witte zaal in persoon te verrigten. Vermoedelijk ge schiedt dit Zondag. Gisteren inspecteerde de keizer te paard gedurende twee uren de troepen; daarna was hij op de soiree bij graaf Hatzfeld, alwaar hij tot na midder nacht bleef. MADRID, 22 April, liet herstel van Primo de Rivera gaat goed vooruit. Gisteren kon hij het kamp verlaten om naar Madrid vervoerd te worden. Castelar heelt een manifest uitgevaardigd, dat door Salmeron en Pi y Margall zal worden beantwoord. NEW-YORK, 23 April. Al de bladen keuren het veto van den president op de financiële wet goed. ISrOEZONDEI. Mijnheer de Redacteur, In vele opzichten kan de schrijver van het ingezonden stuk van eenige bewoners der Breêstraat niet tegengesproken worden; het zou ook wensche- lijk zijn, dat de bewoners van Boter- en Vischmarkt, gedeeltelijk Nieuwen Rijn, enz. ontheven wierden van de aangezochte illuminatie. De heeren, die zich met de illuminatie belast hebben, zullen toch uit geen finantiëel oogpunt gekomen zijn en zullen er daarom, naar mijn inzien, welgenoegen in nemen; hoe kan men daaraan ook nog twijfelen, daar die bewoners nu dubbel belast zouden worden, nu en in October. Neen! laat ons wachten tot dien tijd, dan, ja dan zal men eene vrijwillige en algemeene illuminatie te wachten hebben en niet, zooals nu, eene opgedrongenewaar al vele klagten over ingekomen zijn. En wat voor moois zou er ook aan wezen nu en in October eene halve illuminatie, want dat zon er zeker uit voort- vloeijcn. A. Ter teregtzitting van de arrond.-regtbank te Leiden, van 24 April, zijn de volgende vonnissen uitgesproken; G. J. d. W., te Oegslgeest, wegens mis handeling, tot cellulaire gevangenisstraf van 15 dagen en geldboete van ƒ8. subsidiair 1 dag cellulaire gevangenisstraf; A. W., te Voorschoten, wegens mishandeling, tol cellulaire gevangenisstraf van 8 dagen; A. S.te Leider dorp: wegens hoon, tot geldboete van ƒ8, subsidiair 1 dag gevangenisstraf; H. J. P., te Woerden, wegens ontduiking der plaatselijke belasting op de honden te Woerden, lot geldboete van ƒ6, subsidiair 2 dagen gevangenis straf; J. v. P., zonder vaste woonplaats, wegens bedelarij, tot gevangenis straf van 14 dagen en opzending naar de bedelaarskolonie. PISOGRAMM4 VAN MDZIEKC2TVOERIKGEA. Musis Sacrum. Zondag 26 April, 's namiddags ten 2 ure, door het Muziekcorps van het 4e Reg. Infanterie, onder directie van den heer A. .Grentzius. I' Afd.: 1. Marsch: «de eer der Vlag", Grentzins; 2. Ouverture: «l'Alricaine", Langlois; 3. «Am Schonen Rhein gedenk ich dein", Walzer, Strauss; 4. Fanlaisie sur l'opéra: «l'Africaine", Element. 2e Afd.: 5. Ouver ture: «Robin des mers", Milioul; 6. «Ein Malirchen aus schoner Zeit", Wal zer, Fausl; 7. «lleimliche Licbe", Lied, Miiller, gearrangeerd door Grent zius; 8. Fanlaisie «La Fille de Mad® Angol", Christophe; 9. Concert-Polka, Wagner. OPGAVE VAJ1 BRIEVEN, welke in de tweede helft der maand Maart door het postkantoor te Leiden zijn verzonden cn die niet besteld zijn, omdat de personen, aan wie zij geadresseerd warenop de aangewezen plaatsen onbekend waren. Geadresseerd aan: de Vries, T. G. Strengers, G. Bijdendijk, M. Coetenier, C. Verba, Verboom, Heus, mej. A. Hespen, allen te Amsterdam; Beek, mej. IN. C. de Wit, E. J. Kebink, B. Bakker, de Groot, allen te 'sGravenhage; 'H. van Houten, te llarlingen; wed. Rib, geb. Graaf, te Heusden; J. M. Poes, te Leiden; Bakker, te Oegslgeest; P. Dranger, L. Gillemans. wed. M. C. Kepke, J. Smolders, W. Delmeet, allen te Rotterdam; M. Heemskerk, te Utrecht; mej. M. Mariet. te Voorschoten; S. Belt, te Zoeterwoude; brief kaarten: mej. Hoog, te Leiden; Joannée, te Rotterdam. ADVËltTËNTtiO. Heden overleed, tot onze groole droefheid, onze innig geliefde jongste Dochter AGNES SOPHIA, in den jeugdigen leeftijd van bijna veertien jaar. F. L. BERRÉ. Leiden, 23 April 1874. A. M. BERRE, geb. Breedevelt. Heden overleed, ift den ouderdom van ruim 83 jaren, tol diepe droefheid van zijne kinderen, de Heer JEAN JAQUES BRUTEL DE LA RIV'IERE, Ridder der Orde van den Nederlaiidscheu Leeuw, Oud-Referendaris bij het Kabinet van Z. M. Willem 1 en Secretaris van 11. M. zijne Gemalin. Leiden, 23 April 1874. Heden overleed ons jongste kindje GERARDINA HENDRIKA, ruim negen maanden oud. Eenige kennisgeving. II. BURGERS01JK. Visites worden niet afgewacht. L. J. BURGERSDIJK, Blanken. Leiden, 23 April 1874. Voor de menigvuldige bewijzen van deelneming, mij beloond bij het overlijden van mijn geliefden Echtgenoot Mr. FRANS CANTER ALTA, betuig ik bij deze mijn hartelijkstcn dank. Leiden, 23 April 1874. Wed. Mr. F. CANTER ALTA, Luzac. De lieer en Mevrouw G. D. L. HUET betuigen bij deze hunnen harlelnkeu dank voor de vele bewijzen van deelneming, ondervonden bij het overlijden van hunnen Broeder, den ll«cr L. A. BIENFA1T. Leiden, 23 April 1874. Het Bestuur maakt bekend dat het beperkt aantal Inlroductiekaarten voor de Vergadering van 27 April a. s.waarover 't te beschikken had, tot op de laatste toe is uitgegeven, zoodat 't iu de onmogelijkheid verkeert om aan verdere aanvragen om toegangsbewijzen te voldoen. Namens 't Bestuur. W. VAN DER VLUGT, h. t. ab-actis.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 3