BIJVOEGSEL, behoorende tot de Leidsche Courant van Maandag 2 Februarij Ó874, ft0. 27. STADS-BE RICH TE IV. De VOORZITTER van den Gemeenteraad van Leiden noodigt bij deze, krachlens art. 7, 2e alinea, der Wet van 4 Juli 1850 [Staatsbladn°. 37), de inwoners dezer gemeente uit om, zoo zij elders in de directe belastin gen zijn aangeslagen, daarvan vóór den 15d|,n Februari ek., door overleg ging der aanslagbiljetten ter Secretarie dezer gemeente, te doen blijken, ten einde zoo noodig hun recht te bewijzen om, bij de jaarlijksche herzie ning der lijsten van kiesbevoegdendaarop te worden geplaatst. En geschiedt hiervan afkondiging door plaatsing in de Leidsche Courant. De Voorzitter voornoemd, Leiden, 31 Januari 1874. v. d. BRANDELER. De BURGEMEESTER der gemeente LEIDEN, Ontvangen hebbende eene opgave aanwijzende de uitkomsten der meting en sóhalting van gebouwde en ongebouwde eigendommen, bedoeld in deartt. 15, 23 en 43 der Wet van den 26slen Mei 1870 [Staatsblad n°. 82), betrek kelijk de grondbelasting; Doet te weten, dat die opgave gedurende dertig dagen, ter Secretarie dezer gemeente, ter inzage van de belanghebbenden is nedergelegd. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd. De Burgemeester voornoemd, Leiden, 31 Januari 1874. v. d. BRANDELER. BINNENLANDSCHË BEBIGTEN. LEIDEN, 31 Januarij. Van Reut. off. ontvingen wij heden het volgende telegram; Penang, 30 Januarij. De voormalige eerste minister van Atchin constateert op positieve wijze dat het tractaat van 1857 lusschen Holland en Atchin een gefabriceerd stuk is. Een van den gouverneur-generaal van Nederlandsch Indië bij het dep. van koloniën ontvangen telegram, hetwelk overigens niets omtrent dekrijgs- verrigtingen in Atchin bevat, vermeldt dat de val van den kraton algemeen in Indië een grooten en goeden indruk maakt. Omtrent het //zeer gering verlies", waarvan het laatste telegram van den luitenant-generaal van Swieten melding maakte, zijn nog geene nadere berigten uit Indië ontvangen. Gisteren avond werd in het gebouw tot Nut van 't Algemeen de alge- meene vergadering der leden van de Leidsche vereeniging lot bevordering van geregeld schoolbezoek gehouden. Uit de verslagen der secretarissen van de aldeelingen blijkt, dat het eigen lijke schoolverzuim hier ter stede zeer gering is te noemen. Evenwel blijft het aantal kinderen, dat de school óf in het geheel niet bezoekt óf die te vroeg verlaat om eenige vrncht van het onderwijs te kunnen hebbennog zeer groot. Reeds op een jeugdigen leeftijd worden zij in fabrieken of werkplaatsen toegelaten, tot groot nadeel van hunne zedelijke en stoffelijke ontwikkeling. Mogten heeren industriëlen toch inzien dat hierdoor zoowel hunne eigen belangen als die van de werklieden worden benadeeld. Per soonlijke toespraak heeft bij enkelen reeds gunstig gewerkt; van sommigen heeft men de verzekering ontvangen dat zij geen kinderen in dienst zuilen nemen, die niet behoorlijk onderwijs hebben genoten. Wanneer het wets voorstel van den heer van Houten bij de staten-generaal in behandeling zal komen, heeft de vereeniging het voornemen krachtig hare adhaesie uit te spreken, doch alleen wat het werken van kinderen in fabrieken betreft. Het uitreiken van getuigschriften aan kinderen, die na geregeld vier jaren de school te hebben bezocht aan het werk gaanwerd mede ter sprake gebragt en besloten namens de vereeniging zoodanige getuigschriften af te geven. Ten slotte sprak de aftredende voorzitter, prof. Rauwenhoff, een ernstig woord over het doel der vereeniging; hij wees op de reeds verkregen resul taten en verwachtte dat' in de toekomst veel goeds door haar tot stand zal worden gebragt. Vooral achtte hij het een merkwaardig verschijnsel dat in deze vereeniging de meest uiteenloopende rigtingen zoo eendragtig tot een goed doel zamenwerken. In plaats van de aftredende leden van het hoofdbestuur, de heeren A. G. Quant, dr. L. W. E. Rauwenhoff, C. Blansjaar en N. J. Sanders, werden gekozen de heeren dr. H. W. van der Mey, J. L. A. Desertine, A. G. Hes sels en dr. H. G. Hagen. Men verneemt, dal in de openbare bijeenkomst der Leidsche afdeeling van het Nederlandschc zendelinggenootschap, te houden op aanstaanden Maandag avond ten 7 ure in de Luthersche kerk alhier, als spreker zal optreden dc heer 11. J. Tendeloo, van hier geboortig, leerling indertijd van d'. Brownen thans sedert vele jaren met vrucht werkzaam in de dienst des genoolschaps op Celebes. In den loop dezer week mogt weder een der werklieden van de firma D. Sala en Zonen Arnoldus de Bolsterhet voorregt genieten 25 jaren bij die firma werkzaam te zijn geweest. Zijn patroon vereerde hem bij die gelegenheid een zilveren horlogie en een geschenk in geld, met eene harte lijke toespraak, waarin hij te kennen gaf dat hij op zoodanigen werkman trotsch was, die 25 jaren onvermoeid en met ijver zijnen pligt had betracht en op die wijze had medegewerkt lot welzijn van zijn gezin en den bloei der fabriek. Ook zijne mede-werklieden boden hem een aandenken in zilver aan. Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 118 tot 133 volwassen personen en 48 lot 64 kinderen. Men meldt ons uit Oegslgeest: De verloting van dames-handwerken enz., ten behoeve der Ned. hervormde armen alhier op 22 December 1873 gehouden, heeft, na aftrek der onvermijdelijke kosten, opgebragt de som van ƒ826.25. Men meldt ons uit Sassenheim: Ook hier heeft zich eene commissie gevormd voor de aanstaande feestviering in de maand Mei a. s., tevens belast met het inzamelen van bijdragen voor het Z. M. den koning aan te bieden geschenk en beslaande uit de heeren: II. Fortuyn, eere-voorzitter, van liee- keren, voorzitter, P. van üuyvendijk, secretaris, dr. C. W. H. van Kaatho- ven Je, penningmeester, dr. J. van der Vlist, J. L. Roest, K. Kruyfl en J. van der Kwaak. -- Aan de Midd. Cour. wordt gemeld dat bij de laatste operatie tegen den kraton te Atchin de le luit. J. P. Smith, van het corps mariniers, door een kogel aan den linkerarm is gewond. Dc wond is echter niet gevaarlijk. Volgens het V. D. is eene quaestie lusschen de Utreclitsclie en Groningsche studentencorpsen, ten gevolge van het aanstellen van een kastelein uit de Groningsche sociëteit bij die te Utrecht, waardoor de vriendschappelijke be trekkingen sedert 7 Dec. 1871 waren afgebroken, in der minne beslecht door bemiddeling van het Leidsche studentencorps. Met de eerstvertrekkende Indische post op den 6den Februarij aanst. en verder van veertien lol veertien dagenwordt uit Nederland regtstreeks over Rrindisi en met de Britsche pakketboolen over Penang, eene brieven maal verzonden aan het veldpostkantoor Atchin, bevattende de brieven, gedrukte stukken en monsters voor de expeditionaire troepen in Atchin, voor het personeel behoorende'tot de maritime middelen in de wateren van Atchin. en voor het verdere personeel in Atchin. Het port en de verdere voorwaarden van verzending zijn dezelfde als die. welke voor de verzendin gen tusschen Nederland en Nederl. Indië over Brindisi van kracht zijn. De brieven kunnen dus gefrankeerd tot bestemming tegen een port van 60 cent per 15 grammen of ongefrankeerd wo:den verzonden. Eene aanwijzing op iiet adres «via Brindisi", //via Penang" of dergelijke is noodzakelijk. Er wordt omgekeerd mede langs denzelfden weg eene brievenmaal door het veldposlkantoor Atchin naar Nederland verzonden. De minister van financiën heeft ter kennis van belanghebbenden gebragt: 1°. dal in het jaar i874 kunnen worden aangesteld 14 surnumerairs der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen: in één der laatste maanden van het jaar 1874, op nader vast te stellen plaats en dagen, zal worden afgenomen het daartoe gevorderd vergelijkend examen; de ver zoekschriften om toelating tot dat examen moeten vóór of uiterlijk op den 3Ö5ten September 1874 bij het dep. van financiën zijn ingekomen. De adres santen moeten minstens gedurende één jaar werkzaam zijn geweest op eene inspectie, controle of kantoor van ontvangst der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen. en van zoodanigen leeftijd zjjn, dat zij op 1 Julij 1874- den vollen ouderdom van 19 jaar hebben bereikt, en alsdan niet ouder zijn dan 25 jaar; 2°. dat in den loop van dit jaar zestig commiesen der vierde klasse der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen, kunnen worden aangesteld op eene bezoldiging van ƒ420 'sjaars, en eene gratificatie van f 75 voor uitrusting, nadat zij op de linie van toezigt zijn in dienst gesteld; in de maand Julij 1874 zal. op nader vast te stellen plaats en dagen, een Onderzoek worden ingesteld omtrent de sollicitanten voor die betrekking. Voor die betrekking kunnen in aanmerking komen zij die een gezond lig- chaamsgestel hebben, ongehuwd, niet beneden 23 en niet boven 28 jaren oud en voldoende ervaren zijn in het lezen, schrijven, en in de eerste gron den der rekenkunde; voor gepasporleerde onderofficieren, die minstens 12 jaren militaire dienst hebben, is het maximum van leeftijd op 34 jaar, en voor gepasporleerde onderofficieren of andere militairen, die minstens 6 jaren militaire dienst hebben, op 30 jaren bepaald. Dc verzoekschriften om toe lating tot het voorschreven onderzoek moeten vóór 15 Junij aanst. bij het depart, van financiën zijn ingekomen, des verkiezende door lussGhenkomst van de controleurs der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen. Hel centraal-comité voor het kindergeschenk aau den koning heeft aan dc comité's medegedeeld dat prof. T. A. Slraeké een ontwerp voor het ge schenk in klei heeft geboetseerd. De ontwerper heeft den Tijd, het denkbeeld van het feest is in den grond een begrip van lijd. voorgesteld door een uurwerk, dat door vier zwevende geniën gedragen wordt. Om niet in con ventionele vormen te vallen, heeft hij de kast er van bolvormig gemaakt; de wijzerplaat wordt op de voorzijde aangebragt, aan de achterzijde een inscriptie. Op beide halfronden kunnen dan nog bandelieren en heraldische ïguren aangebragt worden, waardoor de strekking van het geheel nader w ordt toegelicht. Deze vorm wordt gekroond met de Muze der geschiedenis, die het feit der 25-jarige regering zal opteekenen. De Tjjd zweeft boven een oranjeboom, aan welks voet kinderen in verschillende standen geplaatst zijn. Aan de voorzijde een oplogt, waarvan het middelpunt gevormd wordt door een groep van vier jongens, die een draagbaar torschen, waarop een meisje gezeten is, dat een model van hel geschenk in de hand houdt. Een der vier dragenden is als Javaan voorgesteld. Dé voor- en achterhoede vor men eenige jongensdie palmtakken, het symbool der vreedzame regering en andere, die de leekenen der koninklijke waardigheid dragen. Aan den voet van den boom, aan de achterzijde, heeft de ontwerper een Europeschen jongen geplaatst, die een portret van den koning toont aan een negerjongen, wien dc boeijen van de handen gevallen zijn een herinnering aan de Vrij making der negerslaven in Suriname. De zittende figuren aan dc voorste hoeken van het voetstuk stellen stroomgoden voor, personificatiën van Maas en Waal. en brengen de menschlievendheid des konings in herinnering bij gelegenheid der overstrooming in den Bommelerwaard. Dit laatste feit wordt nog in het bijzonder op het voorvlak van het voetstuk aangewezen. De ontwerper wil den koning voorstellen, staande aan den oever en redding- booten uitzendende naar hen, die in gevaar verkeeren. Op de drie overige zijden van het voetstuk kunnen allegorische of historische reliefs aangebragt worden, waarvan het onderwerp bij nader overleg kan worden Vastgesteld. Zekere graal de Laubier heeft zich dezer dagen le Parijs uit de voeten gemaakt met verduistering, ten nadeele eener firma aldaar, van een halssie raad van briilanlen, te zaaien wegende ongeveer 100 karaat en van een paar briilanlen oorhangers, van ongeveer 30 karaat. Hij is gesignaleerd in het I'olicieblad en bij ontdekking wordt bij hel dep. van justitie berigt ingewacht. -— Behalve de vroeger vermelde door nu wijlen mejufvr. A. C. Broen aan verschillende instellingen te Amsterdam vermaakte legaten, is door haar aan de Israëlitische armen aldaar eene erfstelling vermaaktbestaande in 3 cer tificaten, ieder a ƒ1000 2ya pCt. Nat. Werk. Schuld. Dezer dagen is een 13-jarig jongeling, werkzaam in eene der glasbla zerijen tc Nieuw-Buinenonder Borger, door een der arbeiders, wegens eeii kleinigheid, zoo zwaar mishandeld, dat hij kort daarna overleed. De dader is naar Pruissisch grondgebied ontvlugt. 's GRAVENHAGE 31 Januarij. De heer W. N. Muskeynthans ontvanger van de belastingen te Sas van Gent, is als zoodanig benoemd te I.lzcndijke c. a. Door den minister van koloniën is de heer F. Fokkens Jr. gesteld ter beschikking van den gouverneur-generaal van Nederl. Indië, om tc worden benoemd tot ambtenaar bij de burgerlijke dienst daar te lande. 1111. MM. de koning en koningin en till, KK. 1111. prins Hendrik en Frederik hebben aan de daartoe bestemde commissie aanzienlijke bijdragen doen toekomen voor de weezen van den in 's lands dienst vermoorden adsistent-resident Ploos van Amstel. Dc soirée, gisteren avond door den minister van koloniën gegeven, hij gelegenheid der overwinning op Atchin was zeer luisterrijk. Een groot aan tal genoodigden bewoog zich in de schitterend verlichte en keurig met bloe- i men versierde zaal. In het achtergedeelte van den tuin, waarop de balzaal uitzigt geeft, prijkte een fraai transparent, op welks donkerblaauw fond het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 5