LEIDSC1IL COURANT. VRIJDAG 23 JA NU A RIJ. STADS-BERICHTEN. NATIONALE MILITIE. IJ INNEN L AN DSCIIE R E R !G T E N 1874. H°. 19. De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ3.— franco p. p. 3.50; met het er slag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35, franco p. p. ƒ3 85. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor f 2.50 's jaars, buiten de cap e dit ie kosten. Afzonderlijke nominees der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Centsfranco p. p. 6 Cents. De prijs der Adverlcnltén is van 1—4 regels 1.iedere regel meer 25 cents BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen te weten, dat ingevolge art. 18 der Wet van den 19dcn Augustus 1861 Staatsblad n°. 72) allen, die volgens art. 15 dier Wet voor de nationale militie belmoren te worden ingeschreven z-ij die op den lsleQ Januari hun 19de jaar waren ingetreden en alzoo de geborenen in fl H55), verplicht zijn zich daartoe hij Burgemeester en Weihouders aan te geven tussclieai ilea 3sten eji «Be« Sisten Ja.aies;ari; dat hij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis vau den mililïeplichlige, zijn vaderof. is deze overleden, zijne moeder, of, zijn heiden overleden, zijn voogd tot het doen van die aangifte verplicht is; en dat overtreding van het aangehaalde art. 18, krachtens art. 183 der meergemelde wet, wordt gestraft met van ƒ25 tot ƒ100. Voor hen, die verzuimden ziel» op de door het Gemeentebestuur bepaalde dagen ter inschrijving aan te melden, wordt mitsdien daartoe alsnog gelegenheid gegeven ter gemeente-secretarie, van 's voormiddags 10 lot 's namiddags 3 uren op iederen werk dag, lot en met den 31slen Januari aanstaande, op welken dag het register van inschrijving, des namiddags te 4 uren, voorloopig wordt gesloten. En wordt deze door plaatsing in de Leidsclie Courant afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BR AN DELER, Burgemeester. Leiden, 17 Januari 1874. E. KIST, Secretaris. LEIDEN22 Januarij. Van Reut. Off. ontvingen wij heden het volgende telegram: Atchin, 19 Januarij. De Hollanders zijn werkeloos, in afwach ting van versterking. Bij kon. besluit van 19 Jan. is benoemd tol hoogheemraad van Rijn land de heer A. van Lennep. Z. M. heeft benoemd de militaire leden en hunne plaatsvervangers van de militieraden in de onderscheidene provinciën; voor hel kanion Leiden: tot lid den luit.-kol baron van der Capellen van het le reg. huzaren; lot plaatsvervangend lid den kap. van der Plas, van het 4' reg. inf. In de heden gehouden zitting van den gemeenteraad is o. a. ingekomen een schrijven van de plaatselijke schoolcommissie, houdende verzoek de in structie van de te benoemen leeraren in de Engelsche en Duilsche talen hij hel middelbaar onderwijs zoodanig in te rigten dat hunne nog beschikbare uren worden aangewend ten bate van hel lager onderwijs, in het bijzonder uiet liet oog op de vormschool, alsmede een adres van dr. 11. W. Waalewijn, lccraar bij de gemeente-instellingen voor hoogcr en middelbaar onderwijs, om verhooging van jaarwedde. Door den voorzitter werd aan de vergadering medegedeeld dal de onder kassier der bank van leening J. Verbrngge zich vermoedelijk had schuldig gemaakt aan diefstal; waarvan het bedrag nog niorijelijk was op te geven. Door commissarissen der bank was de zaak in handen der reglerlijke magt gesteld en dientengevolge was die beambte gearresteerd. Na het goedkeuren der notulen vroeg de heer Le Poole hel woord tot het doen van ecne nirdcdecling en van cenc vraag. Die medcdeeling bestond daarin dat hij gezien had dal er reeds uitvoering werd gegeven aan het be sluit van den raad wat betreft de uitbreiding van liet Licrnur-slelsel, daar een stedelijk opzigter opname had gedaan in de bepaalde buurtten einde aan den lieer Lieruur de noodige gegevens te verschaffen. Zijne vraag belrol de tegenwoordige riolen, tol de verbetering waarvan reeds gelden waren uit getrokken, maar waarbij de quacstie was in liet midden gelaten in hoe verre de eigenaars der woningen verpligt konden worden in die zaak te voorzienvoorts of die zaak ai of niet in eigen beheer moest worden ten uitvoer gebragt. Gaarne wilde hij welen hoe liet met de zaak stond. De voorzitter antwoordde hierop dat deze zaak aanleiding gaf tot een uitgebreid onderzoek; zij was gesteld in handen van den stads-advocaal, en onderscheidene stukken uit liet archief moesten worden geraadpleegd. De zaak was niet zoo eenvoudig als men dachtDe lieer Stoffels voegde hierbij dal op verschillende plaatsen de riolen waren opgebroken en van den toestand, toen ontdekt, kon men zich geen denkbeeld vormen. De riolen waren meestal vol en hier en daar ingevallen. Aanbesteding kon hier moi'ijclijk worden toegepast; en bet was wcnschelijk met de zaak voort te gaan, wan! de toestand was allertreurigst. Aan de orde was de benoeming van een leeraar voor de Engelsche taal en letterkunde en van een leeraar voor de Hoogduitsebe laai en letterkunde aan de gemeente-instellingen voor hoogcr en middelbaar onderwijs. Op voorstel van den voorzitter werd besloten, mei liet oog op hel boven ver melde ingekomen stuk. deze benoemingen aan te houden. Tot leeraar voor de Fransche laai en letterkunde aan genoemde instellingen werd benoemd L. M. Gouay, van Maarssen. De voordragt tot afstand aan het rijk van een gedeelte der slads-kwee- kerij gaf aanleiding lot eenige discussie; de commissie van financiën kon zich met dezen afstand, door burg. en weth. voorgesteld, niet vercenigen. De heer Stoffels was van meening dat de gemeente er belang bjj had in deze hel rijk le gemoet te komen; hel rijk had voor het groote garnizoen behoefte aan een stal tot afzondering van van ziekte verdachte paarden. Hij wees op hel vele dal het rijk hier ten behoeve van het garnizoen deed. o. a. op het bouwen eener groote infirmerie; de afstand van dezen grond mogUwel geacht worden in hel belang der gemeente te zjjn. Die plek zou ook hij het bouwen van woningen wel niet in aanmerking komen. De bh. du Rieu en van Ileukelom meenden dat het rijk op den grond, thans in zijn bezit, nog wel gelegenheid had een stal le bouwen. De heer Krantz kon zich met de voordragt van burg. en weth. vereenigen. De heer Buys verdedigde de zienswijze der commissie, die zich uitsluitend op het standpunt van het gemeentebelang hadj geplaatst. Vroeger was ook wel grond aan het rijk afgestaanmaar thans waren de omstandigheden veranderd; men had te weinig bouwgrond meer over, om een d:el daarvan weg le geven voor het bouwen van een stal. Door ecu par ticulier was daar ook grond gevraagd, naar hij gehoord had ook voor een stal; zou men dien kunnen weigeren wat men aan het rijk toestond? De voorzitter en de heer Stoflcls verdedigden nog kort de voordragt. Hel door den heer van den Berg aangevraagde stuk grond had gcene waarde voor de bebouwing, het was een hoek nabij dc villa van den heer Wiggers van Kerehcm; overigens bleef er nog een genoegzame grond om lebouwen over. In stemming gebragt werd bet afwijzend advies der commissie met 13 tegen 7 stemmen verworpen en de voordragt van bttrg. en well), met 13 legen 7 stemmen aangenomen. Het verzoek van de fabrikanten van llartrop en Zoon, om een spoelvlot te leggen in bet Galgewaler, werd aangehoudenten gevolge eener opmerking van den lieer. Veelkind, waarbij bleek dat de gemeente geene eigenaresse was van bedoeld water en dus aan die vergunning bet betalen van recog nitie, zoo als voorgesteld was, niet kon verbinden. Ilet verleenen van ver gunning in deze zou alleen knnnen voortvloeijcn uit de policie-verordening een artikel daaruit geeft daartoe aanleiding. Een verzoek van dezelfde firma tot hel leggen van een sloep enz. werd toegestaan. De verder aan de orde gestelde staten van af- en overschrijvingen, sttp- plcloire staat van begrooting en voordragt lot verkoop van inschrijving op het grootboek, werden goedgekeurd. Gisteren avond hield de Hollandsche maatschappij van fraaije kunsten en wetenschappen alhier hare vierde vergadering met dames, gedurende dit leessaizoen, waarin als spreker optrad dc heer dr. 11. J. A. M. Schacpman, hooglceraar aan het aartsbisschoppelijk seminarie te 11 ij sen burg, als dichter en redenaar zeer gunstig bii het letterkundig publiek hekend. Geen wonder dan ookdat een groot getal dames en heeren in de groote zaal van het Nut bijeenkwam, om den man le liooren, van wien zulk een gunstige roep uitgaat dat hij, hoe wel nog jong, thans reeds onder de keurdichters van Nederland wordt gerekend. En waarlijk hij beschaamde die verwachting niet. De voordragt van eenige fragmenten uil zijn jongste dichtstuk //Jeanne d'Arc", welke tol een volkomen geheel gevormd waren, door eene keurige impro visatie in prozahield dc verzamelde schare aan zijue lippen geboeid. Na eene prachtige natuurschildering voert hij de edele jonkvrouw ten tooneele, die, den psalm der natuur beluisterend, daar tevens een anderen klank verneemt, een /'Ten strijd, ten strijd, voor God en 't Vaderland!'' Eu nu volgt de hcerl(jke omschrijving van hetgeen het vaderland is voor den gevoelvollen mensch, dat vaderland, welks leven verzekerd is «zoolang één man by 't oude vaandel staat." De jonkvrouw ontvangt nu dc heerlijke roeping, zij volgt haar; het leger van Karei VII, door een moed bezield, welke het vroeger niet kende, werpt zich op den Engclschen veroveraar, en verwint onder den wapenkreet «Montjoye! Montjoye!", weldra door den triomlkrcet «Noël! Noël!" vervangen, waar Reims den nieuwen koning kroonen 2ict. Jeanne d'Arc, de Maagd van Orleans, slaat daarbij als Connetable van Frankrijk naast den troon cn brengt, «het was haar heerlijkste bclooning, haar Vorst den eersten huldegroet." Die zelfvoldoening, de dichter zeide het ons met weemoed, was, gelijk wij weten, de laatste, die zij hier heneden smaken mogt. De geestdrift maakte plaats voor koelheid; gelijkbleek, toen de edele jonkvrouw, gevangen genomen en aan de Engclschen overgeleverd, op zich door vorst cn volk heiden het woord zag toepassen: «Der Mohr hat seine Schuldigkeit gelhan, der Mohr kann gehen", gelijk de spreker met snerpende ironie citeerde. Geene poging toch wordt gewaagd om haar te verlossen en de vereerde heldindie als eene van God bezielde een leger ter overwinning had geleid, wordt als eene booze loovenaarsler door den laagharligen vijand ten vure gedoemd. Maar ook hier vreest zij'den dood niet, en wanneer zij met de woorden des dichters: «'k Ben de wereld moe!" van deze zich losmaakt, dan heeft zij laten voorafgaan «nog heden wacht mij 's Hoeren Eden" en worden in haar oor de «woeste kreten" harer vijanden reeds vervangen door het «Halleilicd" der Englen Gods. Wij danken den dichter voor zijn optreden te dezer plaatse en hopen hem in een volgend leessaisoen weder te zien. Gisteren avond gaf de kapel Slrauss-Langenbach in de stads-zaal een concertdal algemeen zeer voldeed. In de eersle plaats vcrwicrl de heer Félix Meijer, door zijn uitnemend voorgedragen viool-soli, warme toejuiching. In dc tweede afdee'ling werden de «Elegie" van Ernst en Raganini's «Mou vement perpétuel" herhaaldelijk gebisseerd, waardoor de bekwame arlist

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 1