BUITENLANDSCIIK BE ft ÏG TEN. liet provinciaal geregtslióf ia Noordbrabanl heeft uitspraak gedaan in zake F. van Breda, huisvrouw van A. van Ileeswijk, wonende te Oirschot, 1°. haar schuldig verklaard aan diefstal in een bewoond huis door middel van builenbraak en inklimming, met verzachtende omstandigheden, en ver oordeeld tot 2 jaren cellulaire gevangenisstraf, en 2°. het tweede en derde feit als poging tot diefstal op den openbaren weg, met geweld en bedrei ging, niet wettig bewezen verklaard, en haar daarvan vrijgesproken. Zij is de vrouw, die zich het aangezigt zwart gemaakt en zich in manskleede ren vermomd had. Zekere Th. II. S., wonende onder de gemeente Slamproy (Limburg), op wildslroopcrij uit zijnde, zag bij toeval een persoon, zekeren" P. Meulen, in zijne nabijheid; in de meening dat deze een policie-agent was, legde hij zijn geweer op hem aan en gaf hem de volle lading hagel in het hoofd, zoodat de ongelukkige, deerlijk verwond, ter aarde viel. In de /V. R. C. wordt het volgende schrijven medegedeeld van een soldaat aan een vriend over zijne ontmoetingen bij de expeditie tegen Atchin. "Gij moet u niet voorstellen dat wij hier met inlandsch volk te doen hebben, maar het meest bestaat uit Europeeschten minste hun commando, hunne werken, hun doen en laten. Toen wij op de reede van Atchin kwamen hoorden wij het bombardement van de oorlogschepen; het geleek het bombardement van Frankrijk en Pruisscn wel. Toen de oorlogschepen de versterkingen voor aan den wal hadden bres geschotenwat verscheidene kogels heeft gekosttoen zijn wij allen aan wal gegaanook al weer met groolc moeite. Wij moesten tot onder de armen in het water. In prauwen gingen wij van boord, en toen wij wat digt onder wal kwamen kregen wij cenige honderden kogels op ons gerigt; gelukkig is er niemand van ons ge raakt: de kogels gingen tot den rand van de bootjes. Nu, wij kwamen aan wal. Daar begon hel. Geen vechtenmaar moorden. Die kerels hier zijn gewapend met 4 wapens, dat is: geweer, lans, kris en een langen sabel, die gij wel zult zien, want Mbrengt er cene mede. Schieten doen zij eerst, daarna komen zij tegen het schot in van ons en zij werpen dan hun geweer weg, dansende komen zij op ons af. Het zijn flinke kerels: zij bieden goed weerstand, zij hebben zoo een taai leven als katten; een paar schoten en steken doen hun niets, nog leven zij. Toen wij aan wal kwamenmoest dadelijk de vijfde en zesde compagnie van ons op hen af en de eerste, die sneuvelde, was uw goede vriend en landsman lleireygcrs. Ilij werd op militaire wijze begraven: waarna onze chef eene aanspraak hield, waarin voorkwam, hier ligt ons eerste slagtoffer, treurt over hem, zijne ziel zal gewioken worden, zijne ziel ruste in vrede, het zij zoo. Den eersten dag verloor de vijand p. m. 200 dooden. Daarna zijn wij opgerukt; zoo wat een half uur ver ontmoetten wij ecue benting waarin hun Tempel stond, de zoogenaamde Missigit; alweer moest ons bataiilou vooruit om deze in te nemen, wal ons ook gelukt is met verlies van verscheidene onzer kameraden; toen wij er in waren en een paar uren er in vertoefd hadden moesten wij er weer uit. niet door den vijand, maar op last van den gene raal. Op bel open veld hebben wij bivouak moeten houden en de vijand, zat in de benting, in hoornen en boschjes en heeft er ook weer velen van ons uitgepikt; wij lagen in carré en zijn op de vier hoeken aangevallen, waarbij ook weer dooden en gekwetsten vielen. Den dag daarop is dezelfde benting weer moeten genomen worden en weer door het 3Je bat. Officieren en kameraden vonden daar weer hun ongeluk; 2 dagen hielden wij daar rust, en 's morgens tegen 4% uur rukten wij op om den kraton in te nemen, maar dat gelukte ons niet. Veel gewonden en dooden zijn er gevallen, toen moesten wij terugtrekken en zijn weer teruggetrokken tot onze eerste plaats, dat is aan zeestrand. Wjj weten niet wat met ons gebeuren zal, of wij terugkceren of op versterking wachten." 'sGRAVENHAGE, 13 Junij. 2. M. heeft den heer J. D. Prenyl, burgemeester der gemeente Geer vlietbenoemd tol ridder der orde van den Ncdcrlandschen Leeuw. Tol hoogleeraar in dc faculteit van bespiegelende wijsbegeerte en Iet teren aan dc hoogeschool te Utrecht is benoemd de heer dr. J. A. Wijnne, rector van het gymnasium te Groningen. Door Z. 51. zijn hij het wapen der cavalerie benoemd, tot 2e°luitenant: bij het 2e reg. huzaren, de wachtmeester-titulair J. C. van Alphen, van het corps; l:ij het 4C reg. huzaren, de wachtmeesters-titulair J. G. baron van Sytzama en G. Stok, beiden van het corps; bij het wapen der artillerie, tot 2™ luit.: bij het lc reg. vesting-artillerie, de sergeant T. P. Almerood, van het corps; bij het 2C reg. vesting-artillerie, de sergeant T. II. A. Tromp, van het Ic reg. vesting-artillerie; bij het 3" reg. vesting-artillerie, de ser geanten K. J. van Bavenswaay, van het 2e, en J. 11. Gaade, van het lereg. vesting-artillerie. Bij gelegenheid van den verjaardag van Z. K. IJ. prins Hendrik had heden ten half 1 ure ten paleize van den prins eene receptie plaats, waar aan IIII. 31M. de koning en de koningin, benevens HH. KK. I1H. de prinsen van Oranje en Frederik deel namen. Ten 12 ure hield het garnizoen der residentie eene parade in de 5Ialiebaan. Bij het afmarcheren der verschil lende wapenen werden eenige leden van het koninklijk huis, die zich naar prins Hendrik 'begaven en de troepen ontmoettenmet de gebruikelijke eer bewijzen begroet. De burgerlijke kamer van den hoogen raad deed heden uitspraak in de zaak van dén heer mr. J. J. van Angelbeek. cischer, tegen den staat der Nederlanden, gedaagde, welke betreft eene vordering, strekkende tot uitbetaling van transportkosten en kostgelden voor den eischer en zijne oudste dochter voor hunne terugreis naar Ned. Oost-Indië. De hooge raad heeft bij zijn arrest den gedaagde acte verleend van zijn gedaan aanbod om den cischer voor overtogtskosten uit te betalen ƒ1100. Wijders heelt de raad bepaald dat de gedaagde met dit aanbod kan volstaan. Den eischer is het meerdere door hem gevorderde ƒ200 ontzegd, terwijl hij is veroor deeld tot betaling der kosten. Dezer dagen is aan hel hotel Paulez hier ter stede afgestapt de heer Stephan, hoofd van het postwezen in Pruissen. ENGEL&IVl}. LONDEN. 12 Junij. Te Limmerick is cene poging ontdekt om de spoorwegbrug, die nabij Foynes over de rivier Mulcan ligt, te verbranden. Er zijn twee stapels Iersche turf onder dc brug aangelegd en aangestoken geworden. Naar men aan de Times meldt zijn vier van dc gevangen genomen 51odoc-Indianen, die zich in het Amerikaansche kamp bevonden, door eenige vrijwilligers uit Oregon verraderlijk gedood. FRASKRIJ K. llet Joum. off. bevat het volgende besluit van den president der re publiek: De civile gouverneur-generaal van Algerië kan, zoo hij de voor het voeren van een militair-kommandement gestelde vereischten bezit, door eene speciale opdragt van de ministers van oorlog en van marine met het opperbevel over de land- en zcemagt worden bekleed, llet besluit van den 24sten October 1870 wordt, voor zoo veel het met het tegenwoordige besluit strijdt, ingetrokken. De divisie-generaal Chanzy, opperbevelhebber van het zevende legercorps en lid der nationale vergadering, wordt tijdelijk belast met de waarneming der funclien van civilcn gouverneur-generaal van Al- gerië, ter vervanging van den vice-admiraal graaf de Gueydon, welke tot eene andere betrekking wordt benoemd. Hij zal het opperbevel voeren over de land- en zecmagt. De heer Baude is benoemd tot gezant in België, in plaats van den heer Picard, wiens verzoek om ontslag aangenomen is. -• De heer Gambetta heeft in de nationale vergadering publiciteit gegeven aan eene vertrouwelijke depêche van den minister van binnenlandsche zaken aan de prefecten, in zake de dagbladen. De minister doet daarin het vol gend verzoek: Noem mij de conservative bladen of die er vatbaar voor zijn het te worden, welke overigens hunne kleur zij; hun financiëlen toe stand en welken prijs zij zouden kunnen stellen op de welwillende hulp der administratie; den naam hunner hoofdredacteurs, hunne vroegere over tuigingen en. hunne antecedenten. Indien gij hen spreekt, overtuig u dan of zij eene correspondentie zouden aannemen en in welken geest zij haar zouden wenschen. Wij gaan een bureau voor telegrafische en autografische berigten organiseren, die u regelmatig zullen worden toegezonden en waar van gij mededeelingen zult doen naar gelang van het vertrouwen, dat de bladen u inboezemen. Derhalve zult gij verstandig handelen om in uw kabinet een bureau voor drukpers-aangelegenheden te organiseren, buiten welen van de ondergeschikte ambtenaren. Meld mij uw gevoelen. Ik reken op uw beleid. De minister Beulé heeft de verantwoordelijkheid voor de circulaire op zich genomen,'hoewel hij verklaarde haar niet gesteld, geteekend of gelezen te hebben. Dit schrijven heeft in vele kringen eene groote afkcuriug ondervonden. De minister van justitie heelt aan de procnrcurs-gcncraal cene circu laire gezonden, waarin hij hun gelast een streng loczigl te houden op de radicale dagbladen en deze te vervolgen, zoodra zij de godsdienst, het familieleven of den eigendom aanranden. De wederoprigting van de Vendóme-kolom is dezer dagen aangevan gen. Volgens het door den architect Normand, aan wien de leiding dezer zaak is opgedragen, opgemaakte bestek, zal het werk in drie maanden tijds voltooid zijn en op niet meer dan 300,000 fr. te staan komen. Volgens cene specifieke opgave van de schadevergoeding, die aan par ticulieren zal worden verstrekt ter zake der brandstichtingen van de Com mune in het laatst van Mei 1871. beloopt het bedrag daarvan nagenoeg 73% millioen fr. Te Elbeuf zijn in dc vorige weck, ten gevolge van een zwaar onwe- dcr, hetwelk van een hevigen wervelwind vergezeld ging, twee huizen ingestort, onder welker puin twaalf menschen bedolven zijn geworden. Ondanks de grootste inspanning, is men er eerst na een geruim tijdsverloop in geslaagd tot de slagtoffcrs van dit onheil door te dringen. Vier hunner waren onmiddellijk dood; de overige zijn ól gewond öf hebben door den schrik en den angst veel geleden. De vier omgekomenen waren een gehuwd paar met twee kinderen; eene vijftienjarige dochter van dit gezin is in het leven gespaard gebleven en slechts ligt gekwetst geworden. Te Graye, in het departement der Bcneden-Seinc, is een dag te voren de toren der r. k. kerk ingestort, op een oogenblik dat daarin dienst werd gedaan. Dit onheil heelt slechts aan een enkel persoon hel leven gekost; verscheidene andere zijn echter zwaar gekwetst geworden, SPANJE. De intransigents of onverzoenüjken nemen eene stoute houding aan tegenover de gematigde republikeinen. Hun' voornaamste orgaan predikt onverholen hel onschendbare regt van verzet tegen dc regering en de cortes, ingeval zij hunne verpligtingen jegens de natie niet nakomen, met andere woorden indien zij niet onmiddellijk overgaan tot het uitroepen van de democratische federalistische republiek. Door te verkondigen, gelijk wij bij dezen pleglig doen, zoo leest men in dit blad, dat der natie het regt van verzet toekomt, volgen wij niet den weg, dien wij alleen betreden. Wij volgen daarin het moedige gedrag onzer tegenwoordige bewindslieden, toen zij Spanje in opstand bragten tegen de barbaarschheid van bet koningschap. Waunecr zij ons voor eenigen tjjd tot opstand tegen hel koningschap mogten aanzetten, dan hebben wij even zeer het regt van verzet tegen het koning schap van heden of van de toekomst, want dezelfde oorzaken hebben altijd dezelfde gevolgen. Door dus het onschendbare regt der revolutie af te kon digen, \olgen wij de lessen onzer regeerders, behooren wjj tot hunne school en onder hunne leerlingen. Waarover zouden zij zich dan beklagen? |j Dc kapitein-generaal van Catalonie, Velarde, heeft, ten gevolge van de desorganisatie zijner troepen, zijn ontslag verzocht, en het bevel aan zijnen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1873 | | pagina 2