treden ömlront de wijze, waarop eene gewenschte verhouding lusschen hel Nederi. Indische gouvernement en Atchin zon zijn lot stand te brengen. Binnen den voor het antwoord gestelden termijn van 24 ureu, in den avond van 23 Maart, bragt de tolk een schrijven van den Sultan terug. Daarin was van ophelderingen geen spoor, en werden de handelingen der Alchineschc gezanten zelfs niet ter sprake gebragt. De Sultan schreef alleen dat hij hel antwoord afwachtte op zijn brief aan Turkije. «Ware het ook niet zoo naar den wcnsch van het gouvernement", zoo drukte de Sultan zich uit, «het is tweemaal mijn wensch." Den 24'"° Maart zond de gouvernements-commissaris een tweeden brief aan den Sultan, waarin hij nader op de verlangde ophelderingen aandrong, onder opmerking dat, met het oog op de krijgstoerustingen die in Atchin gemaakt werden, geen genoegen kon worden genomen met cenig verwijl, en dat tot beslissende slappen zou moeten worden overgegaan, indien niet binnen 24 uren antwoord kwam. In den avond van den 25'tcn werd van den Sultan een antwoord ont vangen, waarbij hij zich wederom van elke opheldering onthield en zich er alleen over beklaagde dal men tol hem kwam vóór dat de 0 maanden, voor welke hij uitstel van liet vroeger aangekondigd bezoek van den resi dent van Rioiiw had gevraagd, verloopen waren. «Wat is de reden, zoo schreef de Sultan, dat het gouvernement komt vóór het einde van den ter mijn?" En nog eens: «liet gouvernement komt vóór dat de termijn verstre ken is." En nogmaals: «het gouvernement komt hier vóór dat de termijn geëindigd is." Te gelijker tijd met de brieven van den gouvernements-commissaris aan den Sultan, waren door twee aanzienlijke inlanders, die den gonvernements- commissaris hadden vergezeld, brieyen gezonden aan een der voornaamste Alchinesche rijksgroolenom hem aan te raden den afgevaardigde van het Nederi. Indisch gouvernement aan boord een bezoek te brengen, en de be stuurders van Atchin over te halen aan diens vcrloogen gehoor te geven. De bedoelde rijksgroote verontschuldigde zich wegens ziekte en gaf aan de briefschrijvers in overweging zich goed te bedenken, «want de menschen van Atchin handelen langzaam en niet ondoordacht." Daar de Sultan van Atchin alzoo weigerachtig bleef de verlangde ophel deringen te geven en blijkbaar slechts trachtte lijd te winnen om zich beter ten strijde te kunnen uitrusten en zich bondgenoolen tegen ons te verwer ven, werd hem den 26SUn Maart door den gouvernements-commissaris de oorlog verklaard, bij het manifest, dat in de Staatscourant van 13 Mei is, opgenomen. Zoodra dit stuk in des Sultans handen was, is met de vijan delijkheden een aanvang gemaakt. Volgens de inlichtingen, door onzen tolk aan den wal verkregen, was «én district (of vereeniging van moekims) zeer vijandig jegens ons gestemd en tot den oorlog genegen; was men het in een ander district over de wenschclijkheid van een oorlog niet eens; en was een derde district ons zeer wel gezind. Het hoofd van het laatstbedoelde districkt drong er in en brief aan den gouvernements-commissaris op aan dat men zijn schoon vader, den radja moeda van Troemon, zou laten overkomen. «Wat belrelt mijn land", schreef hij, «dat onder mijn bestuur is. ik heb het reeds aan SiHi Taliil gezegd, dat ik er erg naar verlang om mij bij de..kompagni? te voegen." (Staatse.) Uit een particulieren brief uit Atchin deelt de /V. ft. C. o. a. het vol gende mede: «Gij kunt u geen denkbeeld maken van dat snelvuur, waar mede wij den vijand van hel lijf houden moeten, liet is alsof er een zware hagelbui valt. Men zag de vijanden dan ook bij menigte in het zand bijten. Den volgenden morgen ging het verder op. Men rigtle zich thans tegen den kraton, eene bijzonder sterke van klipsteen opgetrokken benting; zij is het verblijf van den Sultan. De Sultan evenwel was reeds naar het gebergte gevlu'gt, doch aan het bezit van dien kraton was ons zeer veel gelegen, daar zij de sleutel als het ware was tot het binnenland. Men marcheerde dan den volgenden dag naar den kraton. Men passeerde een kampong, van waar de wille vlag woei. en die dus ongedeerd werd gelaten; doch naau- wclijks waren wij dien kampong gepasseerd, of zij vielen ons verradelijk in de zij aan. Dat dingetje was evenwel spoedig geklaard, want in een oogwenk lag de heele boel in de asch. Nu trok men op de Missigit (de moskee) aan, waarin de vijand zich ook genesteld had, en die omgeven was door een lioogen muur. Ook om het bezit van dit gebouw werd scherp gevochten. Wij kregen hel niettemin, doch moesten het weer ruimen, en ten tweede male kwam het in onze magt, maar werd nu ook een prooi der vlammen. Bij den tweeden keer sneuvelde de generaal Kohier; hij kreeg ecu kogel achter den linkerbovenarm, welke voor den regterboven- ariu uitkwam; hij was onmiddellijk dood. De oudste kolonel nam nu het commando op zich. en nu ging men op den kraton los; door den vijand werd een levendig kruisvuur op de troepen onderhouden, zoodal men voor onderstelt dat er Europeanen bij aanwezig waren. De vijand was bij de nadering onzer troepen waarlijk stoutmoedig genoeg om in het open veld tegen ons te willen ageren; bij geheele drommen kwamen zij opzettenge wapend met donderbus en twee klewangs. Zij naderden onder hun krijgs geschreeuw onze troepen, schoten hunne donderbussen af. wierpen die tegen den grond, en kwamen toen met de klewangs zwaaijende er op in. liet snelvuur der Beaumont'sdeed weder zjjne vreeseüjkc werking, en talloos was dan ook het aantal slagtolfers. Toen de vijand eindelijk op de vlugt was gejaagdlag de grond niet alleen bezaaid met lijkenmaar zij lagen op hoopen. Geen open plek was er meer te vinden. De Madurezen hielden zich bij uitstek goed. Hun kapitein-adjudant sneuvelde en werd als het ware in stukken gehakt. Du deed hun moed aanwakkeren. Zij wierpen hunne geweren even als de vijand weg, want liet bataillon Madurezen was gewapend met trompladcrs, en trokken met gevelde kris op den vijand in'; een woedend gevecht volgde nu: man legen man, borst tegen horst werd gevochten, en van weerskanten met den moed der wanhoop;-doch de kra ton was nog niet in onze magt. Twee dagen en twee nachten duurde het bombardement voorl. terwijl cle troepen alstocn tevens nog den vijand van liet lijf moesten houden, die zich in liet bosch genesteld had. Onderwijl hadden wij reeds p. m, 5ÜO man buiten gevecht, zoo aan dooden als ge wonden. 's GHAVEN 11 AGE28 Mei. Z. M. heeft benoemd lot ridders der orde van (Jen Nederi. Leeuw prof. A. Uetocclii. secretaris der llaliaansche commissie en hoofddirecteur der internationale maritime tentoonstelling in U171 te Napels gehouden, en den kapitein der llaliaansche marine J. Seafali, lid der jury voor genoemde tentoonstelling. -- Z. M. heeft vergunning verleend aan den gepens. magazijnmeester le kl. der artillerie van het leger in O. I. 11. A. F. O. von Kurowski tot het aan nemen van den geden kpenning voor vrijwillige verpleging van gewonden en zie ken gedurende den oorlog van 1870/71, hem door den Duilschen keizer, koning van Pruissen, geschonken. Tot notaris te Cuyk arrond. 's Bosch, is benoemd de heer L. L. J. Snoeck, cam! -notaris aldaar. De lieer II. de Klerk Jen., thans ontvanger der directe belastingen- te Dordrecht, is benoemd tot ontvanger derzelfde middelen (vijfde kantoor) te Amsterdam. Door Z. M. zijn, op bun verzoek, de Iuitt, ter zee 2e kl. W. J. van Iloogenbuize en P. Meiman eervol uit de zeedienst ontslagen. Voorts is de officier van gezondheid 2' kl. J. C. D. Sleendijk bevorderd tot officier van gezondheid lc kl. bij de zeemagt, en de le luit. J. van den Bergli, van het wapen der infanterie, thans op non-activiteit, op zijne aanvrage op pensioen gesteld. De kapitein-luit. ter zee C. A. E. Fauchey, uit 0. I. teruggekeerd, is op non-activiteit gesteld. De minister van binnenlandsche zaken zal Zaturdag aanst. geen ge hoor verlecnen. De minister van financiën heeft bekend gemaakt dat bij hem is ont vangen een bankbillet groot 1000, door een onbekende onder het post merk 'sGravcnhage ten behoeve van 's rijks schatkist ingezonden. Naar men verneemt zal de geboortedag van II. M. de koningin dit jaar door de koninklijke'familie op het Huis ten Bosch gevierd worden. Z. M. tie koning is voornemens daags daarna, den 18den Junij, zich op reis naar Vevey (Zwitserland) te begeven. Gisteren had er op hel Huis ten Bosch, bij II. M. de koningin, een diner plaats, waarop sommige der ministers en eenige leden van de hof houding genoodigd waren. In de zitting van de tweede kamer van heden is het wets-voorslcl van den lieer Nicrstrasz, lot herziening der bepalingen omtrent de verhooging van militaire pensioenen bij de zeemagt, ter zake van verblijf binnen de keerkringen, na eenige discussie, verworpen met 32 tegen 25 stemmen. De minister van marine was legen partiële regeling, en in allen gevalle, zoo eene regel:ng noodzakelijk was, dan zou deze vooral de mindere schepelin gen moeten betreffen. De discussie in zake de kanaalmaatschappij is aan gevangen. In de gisteren gehouden zitting van den gemeenteraad alhier is aan den heer .1. H. van Sfllevoldt, directeur van de hoogere burgerschool, op zijn verzoek eervol ontslag uit gemelde betrekking verleendonder dankbe tuiging voor dc door hem bewezen diensten. Ter gelegenheid van den verjaardag van H. M. de koningin, op den 17{,r0 Junij aanst., zal van wege het gemeentebestuur in het Haagsche Bosch eene prachtige illuminatie worden ontstoken. Voor deze feestviering werd heden ten raadhuize de levering van minstens 20000 illumineerglazen aanbesteed. Van de vier ingekomen inschryvingsbillelten was het minste dat van de hh. Winkel en Wolff alhier voor ƒ5.19 de 100 stuks gevulde en ƒ3 de 100 stuks gebroken of vermiste glazen. De heer mr. G. de Vries Az. heeft, naar wij vernemen, gisteren avond aan eene deputatie uit het bestuur der kiesvereeniging «de Grondwet" le kennen gegeven dat hij de candidaluur voor de tweede kamer niet kon aannemen. In de eerste plaats achtte de lieer dc Vries het onvoegzaam eene candidaluur te aanvaarden zoolang door Z. M. nog niet op zijn verzoek om 'ontslag als minister was beschikt, doch afgescheiden daarvan verklaarde hij de candidaluur te moeten weigeren, omdjt hij het in beginsel en uit over tuiging afkeurde dat een gewezen minister terstond na zijne aftreding als lid der tweede kamer optrad. De kiesvereeniging zal thans Zaturdag avond eene vergadering houden tol hel verkiezen van een candidaat. Door de kiesvereeniging Vaderland en Koning is heden voor het lid maatschap der tweede kamer tot candidaat gesteld graal Schimmelpenninck, oud-minister van financiën. De overgang van militairen en liet zich verbinden van andere personen tot de koloniale dienst is in de laatste weken in dier mate toegenomen, dat het werfdepot te Harderwijk onvoldoende is om allen behoorlijk te ka zerneren, zoodat er tot andere garnizoensplaatsen de toevlngt is moeten genomen worden. Per Bijnspoor kwam heden morgen reeds een 80-tal koloniale militairen, onder bevel van een officier, hier ter stede aan, om voorloopig in een der kazernen te worden ingelegerd. nUITENLANDSClIE HEIJICTEN. FKASKS IJ H. (Iet Joitrn. ties Déb., het optreden van het nieuwe ministerie vermel dende. zegt: Eik der monarchaalgezinde partijen is er in vertegenwoordigd: een reactionair dagblad geeft zich zelfs de moeite om te doen opmerken dat de portefeuilles zoo billijk mogelijk zijn verdeeld in evenredigheid tol de krachten en den invloed van elke partij. De Bonaparlislen zijn niet vergelen; men heeft hun met edelmoedigheid eene portefeuille geschonken; maar wij betwijfelen liet of zij zich wel billijk behandeld en in hel bezit van den hun naar billijkheid toekomenden invloed zullen achten door het bezit van een negende gedeelte van den buit. Wij gelooven dat zij aanspraak maken op meer. Men zal echter opmerken dat een der ministers, die van corlog, slechts ad interim is benoemd. Dc generaal de Cissey zal spoedig vervangen wor den, en inmiddels geen deel van den ministerraad uitmaken. De spoed waar mede de monarchaalgezinde coalitie de regering omvergeworpen en op de bouwvallen eene nieuwe regering gevestigd heeft, welke in het geheim reeds was zamengestelddoet ons hopen dat zij spoedig haar programma zal doen kennen en de openbare meening zal geruststellen, welke zoo ondubbelzinnig den wensch naar zekerheid heeft 'te. kennen gegeven. Zij zal zich zeker le werk stellen om in de lang verwaarloosde belangen des lands naar belmoren te voorzien. Zij heeft stellig de overwinning niet behaald 0111 stil te zitten. Het gaat niet aan eene regering omver te werpen alleen om hare plaats in tc nemen; men neemt ernstige vcrpligtingen op zich met hare nalatenschap te aanvaarden. Wil men de behaalde overwinning gewettigd zien, dan moet men dc dingen niet eenvoudig anders doen. maar beter doen dan de overwonnen regering het gedaan heeft. Die taak is misschien moeijelijker dan zij geloofd hebbenwelke zich met die grooteVcrantwoordelijkheid heb ben belast. Men bedenke slechts dat de aanvoerders der coalitie niet lot overeenstemming kunnen geraken zoodra zij het terrein der republiek ver laten. Treden zij daar buiten, dan staan zij onmiddellijk verdeeld tegenover elkander Hunne wenscbrn kunnen niet te gelijker tijd bevredigd worden; zij kunnen alleen vcreenigd zijn t gen eeneu gemeenschappelijken vijand, de republiek, en dien vijand kunnen zij niet verslaan dan op straffe van onderlinge verdeeldheid. I liet Uien publichel officieuse orgaan van den heer Thiers, verze kert, dat hij den doorluchligcn overwonnene ook in het ongeluk zal vol gen, dal hij met hem zal zijn, ten einde toe. Dc ftdaclic wil tegen de j nieuwe regering een even eerlijke als krachtige oppositie voeren. In de dagbladen wordt medegedeeld dat de oud-minister Ilichard ter stond tra de optreding van het nieuwe ministerie, na met de ministers te

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1873 | | pagina 2