BUITENLANDSCIIE BEUIGTEN.
De commissie in zake de Dank van Icening bespreekt in haar rapport
behalve hel kapitaal der bank en de wijze waarop het wordt besleed, ook
uitvoerig de inbrengkantoren. Even als vele autoriteiten op dat gebied velt
zjj daarover een ongunstig oordeel. Wij mogen veilig beweren, zegt zij,
dat de praktijk volkomen de meeuing beeft gereglvaardigd dergenen, die
beweerden, dal opheffing der inbrengkantoren èn wenschelijk èn mogelijk
was. En met die uitspraak van de praktijk is het oordcel van de beoefe
naars der economische wetenschappen in volkomen harmonie. Althans wij
herinneren ons uit de laatste 20 jaren geen schrijver van gezag, die als
verdediger van de zoogenaamde pandjeshuizen optrad, terwijl daarentegen
de bestrijders schier overal te vinden zijn, waar het vraagstuk van de bank
van leening maar ter spraak komt.
Wat betrek de hoofdgebreken van de inbrengkantoren, de commissie
tracht die tot drie punten terug te brengen:
liet eerste gebrek is, volgens de commissie, dat deze kantoren natuurlijk
juist datgene bevorderen wal buiten alle tegenspraak de voornaamste scha
duwzijde is van elke bank van leening, namelijk de zucht tot verkwisting
onder de lagere volksklassen. Dat er eene instelling is bij welke de onver
mogende in bitteren nood althans eenig geld kan bekomen om onverbiddelijke
behoeften te bevredigen, niets beter dan dat: maar hel ongeluk is dal de
instelling, welke dien nood lenigt, ook open slaat en moet open staan voor
den verkwister, die zijn goed verkwanselt om op een gegeven oogenblik
meer te kunnen verteeren dan zijne middelen toelaten. Het ware type van
die slechte soort van beleeningen zijn de zoogenaamde weekpanden, dat wil
zeggen de goederen, welke 'sMaandags in de bank gebragt eiken Zalurdag
worden gelost, om, nadat men ze des Zondags beeft gebruikt, 's Maandags
m de bank terug te keeren. Door zijne goederen dus te gebruiken bezit
de werkman tijdelijk een schijnbaar grooler financieel vermogen dan hem
eigenlijk toekomt, maar dan ook een vermogen, dat helaas ten slotte abso
luut onvermogen inoet uitwerken. Welnu deze weekpanden, een waar kruis
voor de bank van leening, omdat zij zonder noemenswaardige rente af te
werpen, veelal een halve cent 'sweeks, een eindeloos boeken, royeren en
herboeken noodig maken, zij zijn aan den anderen kant het eigenlijke
ideaal van den inbrenger. En natuurlijk, want terwijl de rente aan de
bank vervalt, leeft hij van hetgeen hem voor hel inbrengen en lossen be
taald moet worden, 'liet pand, wekelijks ingebragt en gelost, beeft dus
voor hem jaarlijks vijftigmaal meer waarde dan een ander soortgelijk pand,
dat eenmaal ingebragl staan blijft.
Het tweede hoofdgebrek noemt de commissie dit. dat bij de inbrengkan
toren de deur voor allerlei soort van misbruiken wijd openstaat. Zulk een
sebrek nu moet te meer wegen, wanneer men in hel oog houdt, dat bijna
bel geheide bankbedrijf door lusschenkomst van de inbrengers wordt ge
voerd. Al kan men regtstreeks bij de bank leenen en lossen, en al is dit
voor den pandgever verreweg het voordeeligst, toch gebeurt het slechts bij
uitzonderingom tal van redenen zeker, maar niet hel minst 0111 deze, dat
de bank veel te weinig, veel te onregelmatig en vooral cp veel te onge
schikte uren voor het publiek toegankelijk is. Het hoofdbureau is feitel jk
niet veel meer dan de bewaarplaats der goederenelders ingebragt. De
eerste en misschien de voornaamste aanleiding tot misbruiken vindt .men
niet in een der wettelijke voorschriften, welke de banken van leening hiér
te lande beheerschenmaar in een ongelukkig besluit, ten jarc 1835 door
commissarissen van dé bank genomen en sedert altijd gehandhaafd: het be
sluit waarbij de inbrengers gemagtigd worden de zoogenaamde weekpanden
niet in de bank te brengen maar onder zich te houden en geheel voor eigen
rekening te bejeenen, mits zij in dit geval buiten het gewone inbrengloon
geen vergoeding voor rente vorderen. Dit besluit is lijnregt in strijd met
de organieke voorschriften van 182(1 en het daaruit voortgevloeide stedelijk
reglement, en druischt aan tegen het hoofdbeginsel van het koninklijk
besluit van 1826, dat juist het handelen voor eigen rekening van
de inbrengers vóór alles wilde keeren en het dan ook ten strengste verbood.
De commissie acht het ook een wezenlijk misbruik, meest overal en ook
hier ingeslopen, dat de pandbrief, het stuk waarmede de leener zyn regt
op het pand bewijzen moet, in handen blijft van den inbrenger. Vooreerst
verliest de leener daardoor het vermogen om zelf later zijn pand bij de
bank kosteloos te lossen en wordt hij verpligt ook voor dat lossen in elk
géval de dure hulp van den inbrenger te betalen. Maar in de tweede plaats:
heeft de leener 's Maandags zijn pand gebragt en verklaard dat hij het Za
lurdag zal komen lossen, dan moet de inbrenger, wanneer bij werkelijk dat
pand aan de bank overgeeft, bel Vrijdag, gewapend met den pandbrief,
terughalen, ten einde het goed den volgenden dag beschikbaar te hebben
voor den eigenaar. Nu gebeurt het natuurlijk vaak. dat die eigenaar des
Zaterdags zijne verklaring niet gestand kan doen, en in dat geval blijft er
niets anders over dan dat de inbrenger het goed des Maandags aan de bank
teruggeve. Met andere woorden: de eigenaar heeft het los- en inbrengloon
geheel doelloos verspeeld. Hierbij komt dan nog dat bij gemis van pandbrief
de leener zijne betrekking op het goed te zeer uil het oog verliest, te ligt
van de gedachte uitgaat, dat bet voor hem onherstelbaar verloren is.
'sGRAVENHAGE28 Maart.
Z. M. heeft vergunning verleend aan den korporaal P. Romyn, van
hel 4' reg. infanterie, thans gedetacheerd bij het koloniaal werfdepot, tot
hel dragen van het kruis fidei et virtuti, hem vroeger door den Paus ge
schonken.
De heer W. Ruitinga. thans ontvanger der directe belastingen te Bedtim
is als zondanig benoemd tot ontvanger te Appingedam c. a.
Aan den luit. ter zee t kl. T. Zegers Veeckens is, op zijn verzoek,
eervol ontslag uit de zeedienst verleenden de officier van gezondheid 3' kl.
.1. A. 0. Hulst, van de zeemagt in O. I. en van daar teruggekeerd, is op
non-activiteit gesteld.
Tol lc" luit. bij het 1' reg. huzaren is benoemd de 2e luit. C. M.
Sprengers, van het corps.
In de zitting van dc tweede kamer van lieden zijn de beraadslagingen
over het ontwerp eener nieuwe regterlijke organisatie voortgezet. Het
voorstel der regering tot benoeming der kanlonregters voor hun leven is
aangenomen, na verwerping der amendementen door de bh. VVintgens en
van der Does de Willebois tegen dat beginsel voorgedragen. Bij art. 14
(onvereenigbaarheid van betrekkingen met het regterlijk ambt) is de qnaesiie
van de geheele of gedeeltelijke afschaffing van procureurs ter sprake ge
bragt. De minister heeft toegezegd eene afzonderlijke wet daarover te zul
len indienen, waarna twee amendementen, om de quaestie zijdelings bij
art. 14 te beslissen, werden verworpen. Men is gevorderd tot de onder
deden dei' afdeeling regterlijke tucht en wel tot art. 35.
Maandag aansi. ten elf ure zal de interpellatie plaats hebben van den
heer van Zuylen. over de bezoeken der geestelijken in de militaire zieken-
inrigtingen.
Naar men verneemt zyn van de ingeleverde modellen voor een monu
ment te Ginneken, ter eere van de gesneuvelde krijgslieden op de citadel
van Antwerpenwaarvan onlangs in de teekenakademie de tentoonstelling
plaats had, die van onzen stadgenoot den heer H. P. Vogel, architect, en
den beeldhouwkundige Slracké, door de commissie van bcoordeeling de be
krooning waardig gekeurd.
Een.zesjarig jongentje viel gisteren aan den Z. W. Binnensingel in het
water. Het kind bevond zich reeds in zinkenden toestand, toen een twaalf
jarige knaap het gevaar bemerkte en geen oogenblik aarzelde zich te water
te hegeven. Hy mogt er in slagen het kind behouden aan wal te brengen.
ENGELAND.
LONDEN27 Maart
Blijkens berigten van de Kaap de Goede Hoop is de verzending van
diamanten afgenomen. Over het geheele jaar 1872 genomen is het verschil
met 1871 niet zoo groot geweest, 11I. 25 pCt.maar iu de laatste helft van
1872 heeft de teruggang groote sprongen gedaan, en in het laatste kwar
taal alleen beliep de uitvoer slechts 10 pCt. van dien van 1871. Dat de
opbrengst der mijnen beduidend afneemt, lijdt dus geen twijfel.
In den gezondheidstoestand van den heer Brand schijnt eene langzame
verbetering te komen, llij heeft dezer dagen naar Kaapstad geschreven, dal
hij zich beter gevoelt en hoop heeft op herstelling.
FRANKR IJ K.
De commission van rapporteurs over de nieuwe handelslractaten met
Engeland en België hebben besloten alle Fransche kamers van koophandel
door middel cener circulaire uit te noodigen hare bezwaren en opmerkingen
naar aanleiding dezer tractaten aan de commissie te willen mededeelen.
Volgens le Siècle kwamen de inlichtingen omtrent de zienswjjze der
regering, welke de minister de Goulard aan de commissie voor het kies
stelsel gegeven heeft, o. a. op het volgende neder: de regering was er niet
voor dat bet opmaken en bijwerken der kiezerslijsten uitsluitend aan de
maires wierd opgedragen, zij meende dat de maire zulks verrigten moest
met medewerking van eene commissie uit de ingezetenen, omtrent welker
zamenstelling zij echter nog niet tot een vast plan gekomen was; de rege
ring meende dat er slechts ééne kiezerslijst behoorde te bestaanwelke
zoowel bij de verkiezingen voor de nationale vergadering als bij die voor
den gemeenteraad gebruikt moest worden; aangaande den voor de kiesbe
voegdheid gevorderden leeftijd kwam het der regering het meest verkieslijk
voor dat die op 21 jaren wierd bepaald, en dat men voor de uitoefening
van het kiesregt geen langere duur van inwoning mogt vorderen dan van
twee jaren als uiterste grens, liever nog van één of anderhalf jaar, waarbij
dan tevens het lusschentijds aanvullen der kiezerslijsten behoorde te ver
vallen; de regering meende verder, en in die mcening deelde ook de com
missie, dat het getal der afgevaardigden behoorde verminderd te woiden in
de verhouding van één afgevaardigde op elke 70000 inwoners: ook omtrent
de wenschelijkheid om het deel nemen aan de stemming verpligt te stellen
was de regering het met de commissie eens.
De commissie der kamer heeft zich vereeuigd met het voorstel der
regering, waarbij aan de stad Parijs eene vergoeding van 140 millioen. te
betalen in 26 jaariijksche termijnen, zal worden toegekend voor de oorlogs
schatting, die, bij het sluiten van de wapenschorsing met Duitschlanddoor
baar aan de Pruissen voldaan zijn. Daarentegen moet de stad zich verbin
den de schade le herslcllcn, die te Parijs en in zijne omstreken is aange-
rigt door de militaire operatiën tijdens de heerschappij der Commune, welke
schade begroot wordt op 73 millioen; voorts om de ingezetenen vergoeding
te geven voor de schade, die hunne bezittingen regtstreeks van de Commune
geleden hebben. Om te voorzien in de meerdere uitgavendie ten gevolge
dezer schikking gedurende de eerste jaren ten laste der stad Parijs komen,
boven hetgeen zij van de schatkist ontvangt, wordt zjj gemagtigd, voor
den tijd van vijftien jaren 12 opcenten op ecnige belastingen en 5 op het
patentregt te'heffen.
I11 eene door de vereeniging der republikeinsche of gematigde linker
zijde gehouden bijeenkomst is ingekomen eene nieuwe reeks van door Ie
Siècle uit verschillende dcelen van Frankrijk ontvangen pclitiën, waarin
door ruim 192.000 onderleekenaars de ontbinding der nationale vergadering
wordt gevraagd. Door vele radicale leden dier vergadering worden insge
lijks van tijd tot tijd adressen van gelijke strekking overgelegd. Het aantal
handteekeningeii op eene door den lieer Gambetla dezer dagen ingediende
reeks van zoodanige adressen bedroeg ruim 66000.
I11 het Joum. off. werd dezer dagen de luciferwet openbaar gemaakt
Een doosje van 100 stuks kost 10 centimes. Halve doosjes kosten 5 centi
mes en wassenlucifers 10 centimes per doosje van 30 stuks.
Te Parijs wil men eene kapel ter eere van O. L. V. van Lourdes op-
rigten. De aartsbisschop Guibert heeft zijne toestemming daartoe verleend,
Ter gelegenheid van Maria boodschap is in de Madelaine door den abt Les-
coeur. van het üraloire, eene predicatie ter ondersteuning van dit werk
gehouden, gevolgd door eene inzameling, die door een aantal voorname
katholieke vrouwen, met de echtgenoote van den maarschalk Mac Malton
aan het hoofd, verrigt werd.
DlIITiClILAND.
De dagbladen deelen eene missive mede van den vrijheer von Scitwart-
Senbron, directeur-generaal der W'eener tentoonstelling, aan den Oostenrijk-
schen gezant te Berlijn. In dit schrijven geeft hij de verzekering, dat alle
ongunstige geruchten, die met betrekking tot dc tentoonstelling in omloop
zijn gebrast, tfii eenenmale ongegrond zijn. Wat helrelt dat de opening d"