Het departement der Aude staat bijna geheel onder water; een wolk breuk heeft aldaar groote verwoestingen aangerigt. De Aude, de Hers en andere slroomen zijn buiten de oevers getreden. Uit Toulouse worden daar omtrent treurige berigten ontvangen. Te Limoux staat het water van de Aude ruim 4 meters hooger dan gewoonlijk. De huizen staan tot aan de eerste verdieping onder water; molens zijn weggerukt en de oogst is ver nietigd. De schade wordt op meer dan een millioen frs. geschat. Te Bordeaux heeft, gelijk gemeld is, eene manifestatie voor Elzas en Lotharingen plaats gevonden. Een volkshoop trok, met een vaandel en onder het zingen der Marseillaise, door de straten en naar de prefectuur. Voor dit gebouw werd geschreeuwd en gefloten. In de rue Vital-Carle maande de hoofdcommissaris van policic het volk aanom rustig uiteen te gaan, het zingen te staken en hem het vaandel te geven. Toen men dit alles weigerde te doendrong hij op de menschenmassa innam het vaan del met geweld weg en den drager er van gevangen. Een gedeelte der menigte verstrooide zich toen. Er hadden eenige verdere inhechtenisnemin gen plaats, maar volgens de laatste berigten was de stad weder rustig. De vrouwelijke bevolking van het dorp Lachatre-Longrès, in het dep. der Indrc, is dezer dagen tegen haren pastoor opgestaan, omdat hij wei gerde eene processie te houden tot afwending van die gemeente der storm en onweersvlagen, hagelbuijen en hoozen, die in naburige en andere dorpen en steden groote verwoestingen hadden aangerigt. De pastoor had dit ver langen met den naam van //bijgeloof' bestempeld en zijne parochianen uit- genoodigd de openbare gebeden in de kerk te komen bijwonen. Toen hij gereed stond den kansel te beklimmen, drong een met stokken gewapende troep volk, meereudeels uit boerinnen bestaaude, het kerkgebouw binnen en wreekte zich zoo geducht op den pastoor, den abt Gandon, over eene hagelbui, die even te voren was gevallen en den te veld staanden oogst gedeeltelijk vernield had, dat hij de wijk naar de sacristie nemen en zich daarin barricaderen moest totdat de gendarmerie van St. Benoit-du-Sault hem kwam ontzetten. DU1T8CHLAND. De Prov. Corresp., een officieus blad, meent het publiek te moeten waarschuwen tegen onjuiste opvattingen omtrent de Fransche leening. Men moet zich door het hoog totaalcijfer der inschrijvingen op geen dwaalspoor laten brengen, liet cijfer van 44 milliard staat wel op het papier, maar is niet het bedrag, hetwelk de Europesche kapitalisten in vollen ernst ter be schikking van Frankrijk hebben gesteld. Het is bekend dat er van die lee ning op de beurzen eene buitengewone speculatie is gemaaktzoodat de inschrijvers vooruitzigt hadden op een hoog totaal en derhalve voor een buitengewoon hoog bedrag moesten inschrijven om een niet al te onbedui dend aandeel te verkrijgen. Daarbij komt dat een zeer groot gedeelte ge nomen is door inschrijvers, wien het niet te doen was om eene belegging van gelden, maar eenvoudig om eene spoedige winst doorspoedigen verkoop. Een tweede punt waarop men bedacht moet zijn, is dat men den uitslag der inschrijving niet moet toeschrijven aan politieke overwegingen. De oorzaak eener beweging bij de geldmarkt ligt niet daar buitenmaar in financiële aan gelegenheden. Bij speculatiën is winst het eenige doel, en ook in Frankrijk zal men dit moeten toestemmen, wanneer men er zich slechts herinnert dat nog onlangs een plan tot eene inschrijving met een louter vaderlandsch doel, eene bespoedigde betaling der oorlogs-contribulie, ten gevolge van on voldoende deelneming in duigen is gevallen. Wel beslaat er eenig verband tusschen den uitslag der leening en den politieken toestand, doch slechts in zeker opzigt. Kapitaal en speculatie zouden zekerlijk achterwege zijn ge bleven, wanneer er geen vooruitzigt op vrede bestond en het publiek niet overtuigd was, dat Frankrijk om geen andere reden geld leende, dan om zijne verpligtingen jegens Duitschland te vervullen en de laatste sporen van den toestand van oorlog te doen verdwijnen. Alleen aan die overtuiging meent het blad het te moeten toeschrijven dat de Fransche regering tot die financiële operatie zulk eene algemeene medewerking heeft gevonden. Te Berlijn is men vrij algemeen van gevoelen dat de policie bij de jongste aldaar voorgevallen ongeregeldheden vrij wat misbruik van magt heeft gemaakt. Een rapport van het commissariaat van policie over deze zaak versterkt deze raeening. Men wil weten dat in de eerstvolgende zit ting van den landdag door de regering zal worden voorgesteld afschaffing van de wet, welke bepaalt dat de schadebij oproer veroorzaaktvergoed moet worden door de gemeente, eene wet die men zonder oordeel uit hel Fransche wetboek had overgenomen. Uit Dai'um, een vlek in Hanover, wordt gemeld dat de protestantsche geestelijke aldaar zich op den kansel uitdrukkingen betreffende de nieuwe wet op het schooltoezigt heeft veroorloofd, welke de zaak in een zeer on gunstig licht plaatsen. Zoodra de minister van eeredienst daarvan was verwittligd, heeft hij den gemelden geestelijke ontslagen en hem zijn ont slag als inspecteur van het lager onderwijs toegezonden. Een ander katho- Iiek geestelijke, die op onbetamelijke wijze had gesproken over den Duit- schen keizer en den heer von Bismarck, heeft zich daardoor groote onaan genaamheden berokkend. Die geestelijke, pastoor te Seichau in Sïlesiëis door de militaire magt in verzekerde bewaring genomen, naar de hoofd wacht overgebragt en aldaar verhoord. Nadat dit had plaats gehad is hij voorloopig weder op vrije voeten gesteld, onder bepaling dat hij zich niet uit die plaats zal verwijderen. Onverwijld is met de instructie der zaal een aanvang gemaakt. Het Weener regeringsblad meldt dat de keizer het huzaren-regiment n°. 19 aan den Russisehen grootvorst Wladimir en hel infanlerie-regiment n°. 13 aan den grootvorst Alexis verleend heeft. TURKIJE. Onder de Bulgaren aan den Reneden-Donau openbaart zich weder een te groote ontevredenheid over de nog steeds voortdurende onderdrukking dn vo< Christenbevolking. Eene menigte van misbruiken zijn. in weerwil van alle ve' beloften en verordeningen der regering, nog in stand gebleven. De Bulgara ™e( hebben dezer dagen eene door notabelen uit de omstreken van Rustschirt ver en Tultscha onderleekende memorie aan Hamdi Paschaden gouverneur dei de provincie, afgezonden, waarin hij verzocht wordt een groot aantal grieven dei ter kennis van den grootvisier te brengen en op wegruiming daarvan aan ^e[ te dringen. Zij verlangen: volledige vrijheid om van godsdienstige belijden te veranderen; onbeperkte vrijheid van godsdienstoefening; invoering eene wettelijke bepaling, volgens welke Bulgaren voor de regtbanken als getuigen mogen optredenverkiezing der Bulgaarsche leden van de administratie» overheid door de Bulgaren zelve; aanstelling en medewerking van een Bul gaarschen ambtenaar bij het innen van belastingen in districten alwaar ook Bulgaren wonen; gebruik der Bulgaarsche taal naast de Turksche in alk van de overheid uitgaande verordeningen en andere stukken; afschaffing van de geschenken, welke de Bulgaarsche bevolking bij het sluiten van elk luiwc ma lijk verpligt is aan het Turksche hoofd der gemeente te geven; afschaffing een van het gebruik, volgens hetwelk de Turksche Bey's op hunne landgoederen )]ee de Christenboeren vroondiensten laten verrigten zonder eenige schadever ach goeding daarvoor te geven; eindelijk eene bepaling dat ook de Turksche be een volhing verpligt worde tot de vroondiensten voor openbare werkenwelki wa< dus ver alleen aan de Bulgaren opgelegd werden. de afdi afd ten I- - 1 Iciii Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE gro nab ver]

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1872 | | pagina 6