COURANT. STA DS-BERIGTEN. 1872. N°. 46. i)e Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant ir, per vierendeel jaars f 3.franco p.p. 13.50i „,et hel Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35, franco p. p. f 3.85. Eet verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor i 2.50 'tjaars, buiten de expeditie kosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p. 6 Cents. De prijs der Advertentiën is van 1 4 regels f 1.- iedere regel meer 25 cents. Advertentiën voor Dnitschland, Oostenrijk en Zwitserland worden nitsloitend aangenomen door IIAASENSTEIN VOGLER, Expeditie-Kantoor van Advertentiën te Hamburg, LubeckFrankfort a, M.Berlijn, LeipzigDresden, Bres/au, Keulen, Sluttgart, IVeenen, Praag, Bazel, Zurich, St, Gallen, Geneve en Lausanne, De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen te weten, dat door den Raad dier gemeente, in zijne vergadering van dien 28slel1 December 1871is vastgesteld het volgende RAADSBESLUIT regelende de heffing eener plaatselijke betasting op de honden te Leiden. De Raad der gemeente Leiden. Gezien artt. 240, 253 en artt. 232 en 233 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad n". 85); llccft besloten Art. I. Er zal, binnen deze gemeente, voor eiken hond, dien men houdt, eene belasting geheven worden van 3 in het jaar. Deze belasting bedraagt slechts f 1.50 voor honden, uitsluitend gehouden a. ten dienste van den landbouw of cenig bedrijf van nijverheid, b. ter bewaking van gebouwen, erven of vaartuigen, c. door jagers, welke de jagt als beroep uitoefenen. Art. 2. Van deze belasting zijn vrijgesteld: a. gepatenteerde kooplieden in bonden, doch alleen voor die welke het voorwerp zijn van bunnen handel, b. blinden, doch uitsluitend voor één hond, dienende om hen te leiden. Art. 3. Het belastingjaar vangt aan met 1 Januari). Art: 4. Wanneer men in den loop van het belastingjaar houder wordt van eenjof meer bonden, waarvoor nog geene aangifte is gedaan en de be lasting dus ook niet is betaaldis de belasting verschuldigd ten volle, wanneer dit plaats heelt in de eerste zes maanden van het jaar, en voor de helft, wanneer dit plaats heeft in de laatste zes maanden. Art. 5. Voor de heffing dezer belasting wordt als belastingschuldige aan gemerkt het hoofd van huisgezindoor een van welks leden de hond gehou den wordt. Zij die bij anderen inwonen, zijn persoonlijk de belasting verschuldigd. Gedaan te Leiden, ter openbare raadsvergadering van den 28sleD December 1871. De Burgemeester, v. d. RRANDELER. De Secretaris, v. PUTTKAMMER. Zijnde de heffing dezer belasting goedgekeurd bij Koninklijk besluit van den 3,|[,n Februarij 1872, n°. 7, waarbij tevens is aangehaald de verordening regelende de invordering uier belasting, van 28 December 1871 (Gemeente blad n". 4 van 1872). En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 22slD j Februarij 1872. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. RRANDELER, Burgemeester, v. PUTTKAMMER, Secretaris. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen te wetendat door den Raad dier gemeente, in zijne vergadering van den 28 ttn December 1871, is vastgesteld de volgende VERORDENI1VC regelende de invordering der plaatselijke belasting op de honden te Leiden. Art. 1. De invordering der belasting op de bonden geschiedt door den gemeente-ontvanger, overeenkomstig de artikelen 258 lot 2<i2 der gemeente wet en art. II der wet van 7 Julij 1865 (Staatsblad n°. 79). Art. 2. Iedere houder van een of meer honden, die aan de belasting onderhevig zijn, is verpligt daarvan jaarlijks vóór of op den 31,t,n Januarij bij den ontvanger aangifte te doen. Die aangifte geschiedt door de inleve ring van een behoorlijk ingevuld en door den aangever onderteekend billet, van den I5,1c° December des vorigen jaars af kosteloos ten kantore van den ontvanger verkrijgbaar. De betaling der belasting geschiedt dadelijk bij de aangifle, legen quitantie, onverminderd het regt om, zoo de aangifle later onjuist bevonden wordt, daarvan herziening en aanslag te doen plaats hebben. Art. 3. De aangifte en betaling wegens bonden, na' den 31slcn Januari) verkregen, geschiedt binnen acht dagen na liet verkrijgen. Art. 4. Bij de betaling wordt door den ontvanger, kosteloos, voor eiken hond een kenteeken uitgereikt, volgens een model door Burgemeester en Wethouders vast te stellen. Daarop Wordt liet jaar, waarvoor het uitge reikt wordt, en een doorloopend volgnommer uitgedrukt. Dit kenteeken wordt vastgemaakt en gedragen aan een halsband, waar van elke hond behoort voorzien te zijn. Art. 5. Het bij het vorig artikel bedoeld kenteeken wordt ieder jaar, bij de betaling der belasting, verwisseld. Tot op dat tijdstip blijft dat van het vorige jaar in waarde. Art. 6. Indien het uitgereikte kenteeken vóór het einde van liet jaar ver loren of onbruikbaar geworden is, wordt door den ontvanger, op aanvrage van den belastingschuldigelegen teruggave van het onbruikbare en betaling van 25 cent, een nieuw aigegeven. Art. 7. Honden, door ingezetenen gehouden en op de openbare straat of weg losloopende, zonder dat op den bepaalden termijn de belasting is vol daan, worden ter beschikking van de policie gesteld, welke verpligt is die honden drie dagen op kosten van den houder tol diens beschikking te houden. Art. 8. Honden, waarvan sprake is bij de letters ab en c van art. 1> en in art. 2 van het raadsbesluit van den 28 Dec. 1871. regelende de heffing eenei'plaatselijke belasting op de honden, moeten, op de openbare straat of weg komende, worden geleid en vastgehouden aan een louw of ketting, of vastgemaakt aan het voertuig dat zij trekken. Art. 9. Van alle overtredingen van deze verordening zal door plaatselijke ambtenaren proces-verbaal worden opgemaakt, op de wjjze, zooals bij art. 275 der gemeentewet is omschreven. Art. 10. De ontvanger houdt een register, waarin de gedane aangiften, met de namen en woonplaatsen van de houders der bondende volgnommers der uitgereikte kenteekenenzooveel mogelijk de soort der honden waarvoor die uitaereikt zijnen bet bedrag der betaalde belasting opgeleekend worden. Vastgesteld door den Gemeenteraad van Leiden, in zijne openbare ver gadering van den 28-111 December 1871. De Durgemeester, v. n. BRANDELER. De Secretaris, v. PUTTKAMMER. Zijnde deze verordening aangehaald bij Koninklijk besluit van den S11'" Februarij 1872. n°. 7 En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 22st« Februarij 1872. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. i). RRANDELER, Burgemeester, v. PUTTKAMMER. Secretaris. Bi i\ N KiS LA A OSOl i li BKÜIGTKiN LEIDEN, 22 Februarij. Aan den inspecteur van policie J. Kroon alhier is, op zijn verzoek, I eervol ontslag uit de dienst der gemeente verleend. i Het concert, dat gisteren avond in de stads-zaal, door de orchest-klasse van de muziekschool der Maatschappij voor Toonkunst en met de wclwil- lende medewerking van mej. Elsa Schneider, uit Rotterdam, werd uitge voerd, heeft over liet algemeen welvoldaan, en deze eerste uitvoering in liet I publiek, wij erkennen het gaarne, heeft bjj ons de overtuiging gevestigd, dat een onderwijs, dal op zulke resultaten kan wijzen als waarvan wij gis- teren avond getuigen waren, in den vollen zin des woords, uitstekend mag genoemd worden. De solo's voöï viool werden o. a. uitgevoerd door eencn omstreeks zestienjarigen jongeling, op eene wijze, die, bij zorgvuldige ont wikkeling. voor de toekomst ongetwijfeld een talent voorspelt, liet gevoel, de zuiverheid en zekerheid waarmede door hem de zwaarste passages wer den uitgevoerd, als b. v. in de Traumcrci, ar.s den Kinderscenen, van Schu mann maar vooral in de fantasie voor viool «Anna Bolena", van Allard wekten veler luide bewondering. Ook de jonge dilettantendie mentus- sclicn en naast mannen, doorkneed of grijs geworden in de kunst, rustig hunne partij zag vervullen, speelden reeds met eene bewonderenswaardige tact en geoefendheid. Moge het bij een gelukkigen aanleg niet moejjelijk zijn liet middelmatige te overschrijdenden onderwijzer mag het nog te meer als eene verdienste worden aangerekend, wanneer hij, den aanleg ontdek kende, dien op zulk eene wijze weet te ontwikkelen. Alle eer komt daarvan toe aan den lalentvollen directeur, den heer Welrens. Mejufvrouw' Elsa Schneider zong op verdienstelijke wijze de aria »Sei stille dem Herrn" uit de »EIias'\ eene arietta uit »Die Pilgrimme auf Mecca", van Gluck, en het lied voor alt uit de Mignonvan von Beethoven. Vooral dit laatste was wel geschikt om het zuivere geluid, dat deze nog zeer jeugdige zangeres bezit, te doen uitkomen, en wij vertrouwen dat, wat haar nog aan opvat ting en techniek moge ontbreken, ondervinding ook haar eene goede mees teres zal zijn. De Kon. Hollandsche tooneelislcnonder directie van den heer J. C. Valois, zullen Maandag aanst. alhier opvoeren het tooneelspel «Fernande", van Victoricn Sardou. Deze voorstelling zal plaats hebben ter benefice van Iden heer G. R. H. Spoor, die, gelijk men weet, dat stuk uit het Franseh I vertaald en de mise-en-scène geregeld heeft. Mogt dit stuk bij eene vroegere opvoering een talrijk publiek uitlokkenwij vertrouwen dat dit nu niet minder het geval zal zijn, en dat men den heer Spoor het bewijs zal geven dat men in hem den bekwamen bewerker niet alleen, maar ook den talent vollen acteur weet te waarderen. Hel stuk, levendig in karaktej'sehihle- I ring, maakt een goeden indruk en boeit den toeschouwer in mate.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1872 | | pagina 1