LEIDSCHE) Yfll& 1871. Midm! X\ 296. tJm VRIJDAG 15 DECEMBER, ST A DS-BE RI G TEN. I Iy r Jgg& Ve Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel janrs f 3.franco p.p. f 3.50 met hei Ferslag der Handelingen van den Gemeenteraad ƒ3.35, franco p. p. 3.85. liet verslag afzonderlijk is verkrijgbaar roer t 2.50 'sjaars, buiten de expeditiekostcn. Afzonderlijke no turners der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p. 6 Cents. De prijs der Advertentien is van 14 ï'egcls 1.- iedere regel meer 25 cents. Advertentiën voor Huitschland, Oostenrijk en Zwitserland worden uitsluitend aangenomen door 11A A S li NS T E I'N YOG L1111Expeditie-Kantoor van Advertentiën te Hamburg, Lubeck, Frankfort a. M., Berlijn, Leipzig, Dresden, BreslauKeulen, Siuttgart, H'eenen, Praag, Bazel, Zurich, St. Gallen, Geneve en Lausanne. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN. Gezien art. 12, 2e aiin., der Verordening van 2 Julij 18G6 (Gemeenteblad ii'. 22) en art. 8, 2C alin., der Verordening van gelijke dagteekening (Ge meenteblad n". 25); Doen te weten, dat voor de openbare scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs, lot het laten inschrijven van nieuwe leerlingen, waarvan, bij onderzoek, blijkt dat zij het onderwijs op eene der reeds bestaande klassen kunnen volgen, gelegenheid gegeven wordt: voor die der le klassevoor jongens, aan het schoolgebouw aan de Aalmarkt; voor die der le klasse, voor meisjes, aan het schoolgebouw aan de Boommarkt voor die der 2e klasse, voor jongens, aan het schoolgebouw in de Pie- terskerkstraat voor die der 2klasse, voor meisjes, aan het schoolgebouw op de Breé- straat en wel van den 4dcn tot en met den 16don December e. k., dagelijks (de Zondag uitgezonderd)des voormiddags van half negen tot negen urenen op Woensdagen Zaturdag, daarenboven, van twaalf tot twee oren des namiddags. En geschiedt hiervan afkondiging door plaatsing in de Leidsche Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. D. RRANDELER, Burgemeester. Leiden, 30 November 1871. v. PUTTIiAMMER, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen le weten, dat de Gemeenteraad, ingevolge art. 265 der wet van 29 Junij 1851 Staatsblad n". 85), in zijne vergadering van heden, het 2« suppletoir kohier van de plaatselijke directe belasting voor het jaar 1871 heeft vastgesteld en dat kohier alsnog ter Secretarie dezer gemeente, gedurende acht dagen, voor een ieder ter lezing is nedergelegd; terwijl binnen dien tijd elke op dat kohier aangeslagene, krachtens de 5e zinsnede van bovengenoemd wets artikel, zijne bezwaren tegen den aanslag, bij verzoekschrift op ongezegeld papier, bij Gedeputeerde Staten dezer provincie kan inbrengen. En geschiedt hiervan afkondiging door plaatsing in de Leidsche Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. RRANDELER, Burgemeester. Leiden. 14 December 1871. v. PUTTKAMMER, Secretaris. BINNKNLANISC 11B BE111GTEN, LEIDEN, 14 December. In de zitting van den gemeenteraad van lieden zijn tot leden van de plaatselijke schoolcommissie benoemd de bh. dr. P. L. Rijke, mr. J. E. Goudsmit, J. van Heukclom Jr., aftredende leden, en dr. J. II. G. Kern, in (Ie vacature ontstaan door liet eervol ontslag verleend aan den heer mr. F. B. Coninck Lielsting; tot lid van de commissie voor de bewaarscholen werd benoemd de lieer dr. D. Bierens de Haan: het aftredend lid dr. P. J. Velh had verzocht niet weder in aanmerking te komen. Tot hulponderwij zer 2e kl. aan de openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs lc kl. roor jongens werd benoemd S. P. Perdijk, en lot onderwijzer in de natuur kunde en natuurlijke historie bij het vormend onderwijs H. Japikse, phil. nat. cand. alhier. Ingevolge zijn verzoek werd aan jhr. mr. J. N. van Pult- kamtner op de meest eervolle wijze ontslag verleend als gemeente-secretaris, onder toekenning van een pensioen ten bedrage van ƒ2000. Ook werd, op haar verzoek, eervol ontslag verleend aan C. M. J. Dejardin, als hulponder- wijzeres aan de 2e afdeeling der openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs 2C kl. voor meisjes. Aan de orde was verder een concept-adres aan de ministers van binnen- landsche zaken en financiënin zake den aanleg eener duinwaterleiding. Dit concept-adres, waarbij verzocht wordt dat de hooge regering bij het afstaan van duiugronden aan 's Gravenhage, bedacht gelieve te z(jn op de belangen der gemeente Leiden, werd met aigemeene stemmen goedgekeurd. De voordragt om den toren der Mare-kerk, met het zich daarin bevindend uurwerk, ter voldoening aan art. 230 der gemeentewet, alsnog te verklaren ter openbare dienst niet meer bestemd te wezen, gaf aanleiding lot een debat tusschcn de leden Goudsmil en Buys. De heer Goudsmit achtte dit niet noodig. De bestemming van toren en uurwerk bleef toch dezelfde als zij lot nu toe geweest was, boe zou men dan kunnen verklaren dat zij niet meer ter openbare dienst bestemd waren. De lieer Buys meende dat de wet eene zoodanige verklaring uitdrukkelijk vorderde. Het was een algemeen voorschrift van de wet. De raad vervreemde en hij mogt dit niet doen zonder de bedoelde verklaring. De heer Goudsmit meende dat men zich op die wijze wel hield aan de letter maar niet aan den geest der wet, hetgeen bleek uit de memorie van toelichting. De heer Buys gaf toe dat men op den geest der wet moest letten, maar hier was het voorschrift te duidelijk; men mogt niet vervreemden zonder de bedoelde verklaring. Al nam men aan dat die zaken r.iel tot de publiek-reglelijke bezittingen der gemeente behoorden, dan lag er in die verklaring niets kwaads. 11e lieer Veefkind vroeg' opheldering of nu hij het contract bepaald was dat het uurwerk zou behouden blijvenzoo nietdan zou hij tegen de voordragt stemmen. De voorzitter verklaardeen toonde dit aan door voorlezing van een gedeelte van het contract, dat de kerkelijke gemeente, wat betreft het uurwerk, volkomen vrijheid van handelen had. De heer Goudsmit verklaarde toen dat, nu dit het geval was, zijn bezwaar verviel. Met 17 stemmen tegen 1, die van den heer Veefkind, werd de voordragt aangenomen. Nadat was goedgekeurd het tweede suppletoir kohier der plaatselijke directe belasting, kwam aan de orde de begrooting der diensld. schutterij voor 1872, in verband met een bezwaarschrift door den schuttersraad hij gedep. staten ingediend. Door de commissie van financiën was geadviseerdwat betreft de tractemenlen van den adjudant-onderofficier en van den korporaal- tamboer, zich te houden aan het eenmaal genomen besluit. Zoowel van den kommandant der schutterij als van den schuttersraad waren nader nog mis sives ingekomen, waarin de gronden, door de commissie van financiën voor haar advies opgegeven, nogmaals werden bestreden. In de missive van.den schuttersraad werd nog medegedeeld dat hij zich bij het eindbesluit van den raad zou nederleggen, maar dat de adjudant-onderofficier inmiddels zijn ontslag had gevraagd, hetgeen hem waarschijnlijk zou verleend wordenen dat, zoo de raad de toelage voor den korporaal-tamboer mogt weigerende schutters raad de toezegging had dat de majoor-liommandant die toelage uit zijne beurs zou verleenen. De heer du Rieu was van gevoelen dat de toelage voor den korporaal-tamboer wel kon verleend wordenen ook de heer Veefkind meende dat in het geheel wel aan het verlangen van den schut tersraad kon voldaan wordenindien aan dezen tevens werd voorgeschreven in verhouding lot de loegesiaue verhoogingen andere posten der begrooting. waaruit de gelden vroeger werden gevonden, te verhoogenhij had de overtuiging verkregen dat het verschil vooral moest worden toegeschreven aan eene minder juiste voorstelling der zaak, die de schuttersraad had kunnen voorkomen. De meerderheid van den raad was echter die zienswijze niet toegedaan zeifs leden die vroeger tol de minderheid hadden behoord, verklaarden dat hel nu een maal gevallen besluit moest gehandhaafd worden. De heide dcclen van de conclusie van het rapport der commissie van financiën werden aangenomen met IC legen 2 stemmen, die van de hh. du Uien en Veefkind. Vervolgens werden achtereenvolgens aangenomen: de voordragt tol onder- handsche verhuring van den zolder in de Smidstceg; de voordragt (cenigzins gewijzigd) tot openbare verpachting der iirecale stoffen, die verzameld wor den in dat gedeelte der stad waar het Liernurstelsel wordt toegepast; de voordragt tol tegemoetkoming van schultcrpligligen in de kosten hunner kleeding bij de schutterij, en de voordragt lol het verleenen van afschrijving van plaatselijke directe belasting aan onderscheidene personen. Op hel adres van M. Locher, tot teruggave van betaalde plaatselijke belasting, voor den aanslag van wijlen zijnen vader M. Locher, werd afwijzend beschikt. Voorts kwamen nog aan de orde de concept-verordeningen op de heffing en invordering eener plaatselijke belasting op de honden, waarvan de hoofd strekking was de bepaling, dat van het betalen der belasting moest blijken door het dragen van een kenlecken door de honden, in de bestaande ver ordening voorkomende, te doen vervallen. De commissie van financiën had geadviseerd die bepaling te behouden, omdat anders eene goede controle niet mogelijk is. Het ondoelmatige van het dragen van een kenteeken werd in het brecde aangetoond door den heer de Fremery en den voorzitter, waarhij de heer Le Dooie zich aansloot, terwijl de hh. Buys, Goudsmit, Bijlcvcld, Krantz en Ilartevelt die beweerde ondoelmatigheid bestreden. Ten slotte werd met 11 tegen 7 stemmen de conclusie van liet rapport der commissie van financiën, tot verwerping der voordragtaangenomen. Later zullen in de redactie van de beslaande verordeningen nog ccnigc wijzigingen, door enkele leden thans aangegeven, worden gebragi. Ten slotte werd nog op het ver zoek van pastoor J. Bots, om gemeentegrond, gunstig beschikt,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 1