PER TELEGRAAF. het fscheij, [„(loud mede van de nola. waarbij de nieuwe grootvizier het aanzoek leringi schaal demo rheid i voori KDi een js, egen en gedood en twee zwaar gek west Werden. De gebouwen werden Ljk vernield, gedeeltelijk beschadigd. liet werkvolk was gelukkig, d oogenblik dat hel ongeluk plaats had, niet in liet gebouw aanwezig. I,et vallen van een stuk van den ketel werd een 6-jarig meisje op de p Ind. Beige meldt: Onze correspondent te Konslantinopel deelt ons jen pauselijkcn nuntius afgewezen heeft. De Porte weigert in cenige teden(jkoinst of schikking omtrent zaken harer katholieke onderdanen, cn lalrj uiers of anderen, met den Roomschen Stoel te treden; zij wil zich het jiemle regt voorbehouden om hunne onderlinge geschillen tot vcreflc- brengen door gelegenheid aan de partijen te geven om zich onder verstaan. De grootvizier gaat voort de algemeene administratie des i ian oude misbruikenovertollige instellingen cn noodclooze ambten te Zoo is de hofintendant Emin-bey, de alvermogende gunsteling des weggezonden en lol verantwoording van zijn geldelijk beheer ge- Mahmud-pascha heeft den vinger op de bloedende wonde van het 1-tnintLpe rijk gelegd, namelijk de gcldverkwislingen van het serail; hij maakt daardoor vele vijanden; doch het is van iemand van zijn karakter te alLpten dat hij volharden zal in de vervulling van de aanvaarde taak, taak om weder orde en spaarzaamheid in 's rijks bestuur te nl, 2i lome t h ten n zaak len. i er, dan ilaudi :n ten. e Iml den ii men t van Ie iperl bi: tscl lwijn ISti 't bj den. DIITSC1ILAN D. overeenkomst tusschen Frankrijk en Duitschland bepaalt, betrel- de ontruiming van Frankrijks grondgebied, dat de departementen Aube, Cöte d'Or, llaute Somme, Doubs en Jura zullen worden ont ginnen veertien dagen na de ratificatie zullen de overige bezetlings- n lot op DOOOO man moeten verminderd zijn. Frankrijk verbindt zich derde halve milliard en 150 milliocn rente te betalen van 15 Januarij Mei 1872 in vecrliendaagsche termijnen. Rlijft die betaling achler- l dan wordt het ontruimde grondgebied weder bezet, liet blijft intus- ecn soort neutraal gebied, waar Frankrijk slechts zóóveel troepen doen verblijven als noodig is voor de handhaving der openbare orde. itiflcalie moet binnen acht dagen plaats hebben. Het traclaat bepaalt dat de in den Elzas en Lotharingen vervaardigde goederen vrij van in Frankrijk zullen worden toegelaten van 1 Sept. tot 31 Dec. 1871; Junij 1872 tegen 54 van liet regt, cn tot 31 Dec. 1872 tegen van gt; daarvan zijn uitgesloten de voedingsmiddelen. Voor het geval dat mkrijk nieuwe reglen op grondstoffen en geverwde goederen, die bij actie in den Elzas cn Lotharingen invorderbaar zijn, werden inge- zullcn de bij de overeenkomst vastgestelde reglen in dezelde mate ;d worden. Fransclie fabrikaten, die in den Elzas en Lotharingen de He bewerking ondergahn, kunnen vrij van regten worden uitgevoerd; egoederen betalen bij wederinvoer in Frankrijk gelijke regten; Fran- Ifabrikaten, in den Elzas en Lotharingen tot het gereedmaken gebruikt, deol meei tot 31 Dec. 1871 vrij van reglen, en betalen tot 30 Jnnij 1872 54 van regt, cn tot 31 Dec. 1872 van het regt, zoolang deze overeenkomst 'kracht is, maar de voor die fabrikaten betaalde regten worden weder Ten einde bedrog te voorkomen worden in den Elzas en van koophandel aangesteld. zoi n ol die •ank, Hen hijzon('ere syndicaten en kamers roor of gedurende den oorlog gesloten leveringsverdragen genieten den bij lik" CTerecn'40msl vastgesteldcn vrijdom van reglencvenzoo de Fransclie l^e' Aatendie gedurende dien tijd in Frankrijk besteld zijn. Duitschland t de gemeente van Raon les Leau af, zoo ook Raon sur Plaine, Igney c een gedeelte van het district Avricourt. Het. Duitsch-Fransche verdrag ►venB Effende de fabriek- en handelsmerken wordt weder van kracht verklaard, lïlificalie van deze overeenkomst heeft plaats binnen cenc maand. De uitgaven voor het Pruissische contingent, met inbegrip van die voor iano,bondsstaten die voor de contingenten van Saksen, gen voor liet jaar 1872, zijn geraamd op 77,641,493 th. welke door de Pruissische regering zijn overgenomen, Wurtcmberg en de beide Mecklcn- Van dit bedrag Jen ten laste van Prnissen 67,587,624 th., van Saksen 5,052,096 th van den f 3'630.208 l'i. en van de l)e'('c Mecklenburgen 1,311,565 th. W het Beijersche leger zjjn de uitgaven voor 1872 geraamd op ongeveer denJ00.0OO th.; het totaal der sommen, bcnoodigd voor het Duitsche leger, y™ voor de dienst van 1872 tot'ongeveer 90 millioen thaler, j - De keizerin heeft, de tijdens den jongslet! oorlog door Amerika bev e- deelneming dankbaar erkennende, ten behoeve der noodlijdenden wegens brand van Chicago eene som van 1000 th. beschikbaar gesteld. -Te Munchen is men vrij algemeen van gevoelen dat, naar aanleiding golf its li minister van justitie, de ontbinding der kamer niet kan uitblijven. (|i|| e wordt dan ook spoedig verwacht. Alleen de meest dringende werk- I mheden zullen door de tegenwoordige volksvertegenwoordiging worden beantwoording van de interpellatie nopens het kerkelijk vraagstuk door m. loor eenige leden der kamer is een voorstel ingediend om zoo spoedig iew#nlijk de betaling van schoolgelden aan alle volksscholen iu het land op rdt' f. doel te bestemmen. sjf - Volgens berigten uit Tromsöe, aan den heer Pelermann te Gotha ge- ler den, heeft kapitein a|)((ibla, 81» N. B. bereikt, nadat hij Tobiescn heeft de zee tusschen Spitsbergen en Nova Zembla doorkruist verscheidene nieuwe eilanden ontdekt, OOSTENRIJK, tefleii en van de thans bestaande gelegenheid gebruik te makenom een 'f. ooifonds te stichten uit het aan Beijeren toebehoorende gedeelte der Fran- oorlogschatting. In het ontwerp wordt voorgesteld, om 10 mill. 11. lot Mack, koers zetlende naar de oostkust van Nova door de Karische zee was gestevend. wat me«|ip dle" we& ing ig Jen verzekert dat graaf von Bcusl aan den keizer eene memorie heeft brhandigdwaarin hij met ernst en nadruk op de gevaren wijst, die het bijlMgeii van den door hel ministerie iugeslagenen weg, wat betreft de Czechische vorderingenvoor de Oostenrijksche monarchie na zich zou moe ten slepen. Zondag 11. is te Weenen iu de Salvalor-kerkwelke aan de stad be hoort, na verkregen toestemming van den gemeenteraad, voor de eerste maal eene godsdienstoefening der oud-katholieken gehouden. De bekende paler Anton bediende de mis en hield eene leerrede. De toevloed was zoo groot dat de kerk niet alle belangstellenden kon bevatten. l)e openbare orde is niet gestoord geworden. BERLIJN, 18 October. De Prov. Corr. schrijft het volgende: //De nieuwe overeenkomst met Frankrijk is; gelijk ook de troonrede aanduidt, vóór alles aan te merken als een nieuw teeken van het vertrouwen der Duitsche rege ring op de aanhoudende en toenemende ontwikkeling van Frankrijks inwen- digen toestand in den zin van bevrediging en bevestiging. Zonder zulk vertrouwen zou onze regering op politieke gronden evenmin als op gronden van financiële zekerheid er in kunnen toestemmen af te zien van het onder pand. dat zij in het bezet houden van zes departementen bezat, en dit pand voor bloote financiële waarborgen te ruilen. Bovendien zou zij de in het tractaat vastgestelde waarborgen als zoodanig niet erkend hebbenwanneer zij niet vertrouwen had in de goedgezindheid en tevens in de kracht en duurzaamheid van Frankrjjks tegenwoordige regering. LONDEN, 19 October. Het feestmaal op hel stadhuis alhier, ler eerevan den heer Léon Say, prefect van het Seine-departementgegeven, was zeer schitterend en werd door zeer vele aanzienlijke personen bijgewoond. De lórd-mayor bragt in herinnering dat voorheen tusschen de twee landen eene verwijdering heeft bestaan, wees op den tegen woord igen beteren toestand en zeide dat Frankrijkgedurende de vele beproevingen welke het heeft moeten verduren, het voorwerp van de meewarigheid der beschaafde wereld geweest is. De lieer Say betuigde Frankrijks erkentelijkheid aan hel En- gclsche volkcn zeide o. a. dat het een groot ongeluk zou zijn indien liet handelstractaat werd opgezegdmaar dat de Fransclie regering het wenscht te handhaven. Mogl het tractaat komen te vervallen, dan zou de protec tionistische partij vrij spel hebben en de gevolgen hiervan zouden voor beide landen nootlottig zijn. Volgens hem is de toestand waarin de voorstanders van hel vrijhandelstelsel verkeeren zeer netelig, doch zij vinden bescher ming in het tractaat. Zijne toespraak en die van den heer Vautrainvoor zitter van den Parijschen gemeenteraad, werden zeer toegejuicht. INtiEZONREN. Alleenspraak van een Amsterdamschen trekhond. {Afgeluisterd.) Noch mijnheer de burgemeester, noch de heeren van het gemeentebestuur schijnen kennis te hebben van honden. Dat is al heel ongelukkig voor ons, slachtoffers van de gewoonte om honden als trekdieren te misbruiken, en van de ongerijmdheid om juist de trekhonden tot den muilband te veroordeelen. Mij dunkt dat menschcii die wellen of polilie-verordeningen maken, ken nis moesten hebben van de wezens en de zaken die aan zulke bepalingen onderworpen zijn. En toch, 't blijkt dat de stedelijke raad niet weet dat wij, honden, geen andere zweclklicren hebben dan die welke de natuur ons hi tie tong heeft gelegd, zoodal wij alleen door den bek zweet kunnen loo- zeri. Iedereen kan dat toch gemakkelijk waarnemen als bij slechts oplet dal iu de felste hitte, bij de ergste vermoeienis en daar wordt hier zoo ietwat van ons gevergd! ons vel immer droog blijft, terwijl stralen water óns uit den bek loopen, als die niet is toegebonden, dat spreekt van zelf. Nu is het kwijt raken van 't zweet voor ons even noodzakelijk als voor paarden, ezels, menschen en tal van andere dieren, en toch weerhoudt die ellendige muilband dat niet alleen, maar dwingt ons T zweet in Ie slikken, waardoor het in de maag en later in ons bloed en andere vochten terecht komt en onze gezondheid zeer benadeelt. Bovendien verhindert de muilband ons om zwaar, diep adem te halen, dat toch bij hard werken altijd eene kleine verlichting is; en ook belet ons die nare riem rond den snoet om te blaflen, te ruiken, te likken; en niets van dat alles te kunnen doen, is ook al heel erg voor ons, honden. Ach, die dwang is zoo kwellend, zoo ondra gelijk, dat ze menigen hond heeft dolgemaakt. Welk heil zien de menschen er toch in om ons hard lot zoo vreeselijk tc verzwaren door het aanleggen van dat marteltuig? Moet de muilband die nen om ons 't bijlen te beletten Maar als wij bijten om ons te verdedi gen wanneer wij gesard, geplaagd, mishandeld worden, doen wij dat omdat bijten 't verdedigingsmiddel is van alle honden, niet enkel van ons, die tot trekhonden worden misbruikt, 't Is waar. sommige van ons geslacht, bijv. van die rijkelui's stal- of jachthonden willen nu en dan tegen paarden uil- schieten. menschen aanblaffen, samen vechten, of op andere wijze zich on behoorlijk gedragen, maar wij, de pariah's onder de honden, wjj, die ten eeuwigen dage met riemen of touwen aan of onder voertuigen zijn gespan nen, wij kunnen zulke dingen niet doen. Waarom moeten wij dan juist gemuilband zijn? Ik heb eens hooren zeggen dat men ons zoo mishandelt om hondsdolheid te voorkomen. Maar ik houd het voor onmogelijk dat de menschen die. al hebben ze weinig hondenkennis, toch zooveel versland hebben, zóó dom zouden handelen. Want dolheid, dat weet iedereen, is wel eene ziekte die op eenmaal in woede overgaat, maar die zich toch vooraf door den toe stand van geheel ons lichaam heeft aangekondigd. Ook staan alle houden bloot aan liet gevaar van dol Ie worden; uitsluitend den trekhond te muil banden kan dus in geen geval een behoedmiddel zijn tegen dal kwaad; in tegendeel, hevige dwang en benauwdheid werken het in de hand. Ja, hoe meer ik cr over nadenk, des te meer kom ik lot de overtuiging dat het alleen aan 's menschen onwetendheid cn onoplettendheid omtrent de dieren is te wijlen dal wij, arme trekhonden, zoo gemarteld worden. Ach, dat de burgemeester cn de andere leden van den stedeljjkcn raad ons ellendig lot toch eens indachtig mochten worden: maar ik gclool dat die voorname heeren nooit om ons denken, en als ze op straat enkele malen getuigen zijn van ons bitter lijden en van de mishandelingen die wij voort durend ondergaan, dan denken ze (ik heb het ecu hunner hooren zeggen) u'l is maar een hond." «Nu ja, wij zijn maar honden", en maken geen aanspraak om iets anders te worden, maar is dat eene reden om ons het leven zóó bitter te maken? Eu wat zouden de menschen //maar wezen" indien zij eertijds ons niet had den gehad en nu nog hadden? Als cr een wezen denkbaar was, nog verhevener dan de mensch, zouden wij dan in diens oogen ook zoo weinig beteekencn? Jndrocks

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 3