heeft mij zeer verwonderd, dat een zoo verlicht prelaat als gij een oogen- blik heeft kunnen denken dat aan die verhalen een greintje waarheid ten grondslag ligt. Onze soldaten hebben nooit de gevangenen gefusilleerdnoch de gewonden afgemaakt. Dat zij in de hitte van den strijd van hunne wa pens gebruik hebben gemaakt tegen lieden, welke hunne generaals vermoor den en er niet tegen opzien om op de verschrikkingen van den buiteuland- schen krijg de verschrikkingen van den burgeroorlog|te doen volgen, dit is mogelijk. Maar zoodra het gevecht geëindigd is, kenmerken zij zich weer door de edelmoedigheid, welke een karaktertrek onzer natie is, en hiervan hebben wij in alle opzigten de handtastelijke bewijzen. In de hospitalen te Versailles zijn tal van gekwetsten opgenomendie tot de opstandelingen be- hooren en die met dezelfde zorg verpleegd w orden als de verdedigers der orde. Hierbjj blijft het niet: wij hebben 1600 gevangenen gehad, die naar Beile-lsle en naar eenige maritime posten vervoerd zijn. waar zjj behandeld worden als gewone krijgsgevangenenen zelfs eene veel betere behandeling ondervinden dan aan de onzen, indien wij het ongeluk hadden soldaten in handen van de opstandelingen te latenzou te beurt vallen. Volgens den correspondent van de Daily Telegr.% heeft de Commune den volgenden losprijs gesteld voor de door haar gevangen genomen geeste lijken: De aartsbisschop van Parijs 500,000 fr.de bisschop van Suze, en Lagarde, eerste vicaris-generaal, elk 200,000 fr.; Petit, tweede vicaris-gene raal 100,000 fr.vijf pastoors, elk 25000 fr. F RIJIëSENf. BERLIJN. 21 April. Onder de voordragtenwelke gedurende deze zitting nog door) den rijksdag zullen behandeld worden behoort o. a. een ontwerp om eene nieuwe dotatie aan den heer von Bismarck toe te kennen. Hiervan is reeds vroe ger gesprokendaar zjjne bezoldiging met vele duizend tb. per jaar zal ver minderen, indien Lauenburg bij Pruissen wordt ingelijfd, want sedert 13 September 1865 is hij minister voor dat hertogdom; deze betrekking houdt op, zoodra het stadje wordt opgenomen in het koningrijk, en ook daarvoor wenscht de regering den rijkskanselier schadeloosstelling toe te kennen. Het voorstel om het hertogdom bij Pruissen in te lijven zal in de eerst volgende week bij den landdag van Lauenburg worden ingediend. Uit Muhlhausen wordt het volgende gemeldals een bewijs van de on verdraagzaamheid van de Fransche regering ten opzigte van Duitschland. Tijdens de stad Belfort en omstreken, thans aan Frankrijk weder afgestaan, door Duitsche troepen waren bezet, bleven twee brievenbestellers op hun post. Naauwelijks was Beliort overgegaanof zijdie aan de bevolking dier streek groote diensten hadden bewezen, werden onverwijld ontslagen, omdat zij bij de bezetting dier stad hunne diensten niet hadden geweigerd. De Duitsche post-administratie, het feit vernemende, heeft zich die zaak der beide slagtoflers van den volkshaat aangetrokken. Niettegenslaande zij uit sluitend de Fransche taal magtig zijn, zullen zij op de een of andere wijze in dienst worden gesteld. De bisschop van Ermeland heeft van den minister van onderwijs en eeredienst de ondersteuning van het staatsgezag verzocht ter uitvoering van de maatregelen, welke hij tegen den directeur van het onderwijzers-semi narie, dr. Treibel, en den godsdienstleeraar bij het gymnasium. dr. Woll- mannte Braunsberg genomen had in verband met de onfeilbaarheids-quaestie. Dit aanzoek is formeel afgewezen. Daar de bisschop evenwel aan de ge noemde heeren de uitoefening hunner ambtsbetrekking verboden 'en de schorsing legen hen uitgesproken had, is door de kon. provinciale school commissie de volgende beschikking aan den directeur van het gymnasium, den hoogleeraar Braun, toegezonden: "Daar zoowel de aanstelling van den heer dr. Wollmann bij het gymnasium, als ook de regeling zijner ambts bezigheden aldaar van het staatsgezag is uitgegaanzoo heeft ook alleen het staatsgezag het regt om ten deze eenige beslissing te nemen en, zoo noo- dig, veranderingen te verordenen. De heer bisschop is ten eenen male on bevoegd om zich met de organisatie van het gymnasium te bemoeijen of eenen lee'aar daarbij te verbieden zijne ambtsbezigheden te verrigten. Gelooft de heer bisschop, hetgeen ons onwaarschijnlijk voorkomt, het bewijs te kunnen leveren dat de heer dr. Wollmann de geschiktheid tot het geven van godsdienst-onderwijs verloren heeft, dan moet hij zich deswege het allereerst tot de bevoegde staatsoverheid wenden. Maar in geen geval heeft de godsdienst-onderwijzer bevelen en dergelijke van iemand anders aan te nemen dan van de over hem gestelde staatsoverheid. Wij verwachten dus dat de heer dr. Wollmann de hem opgedragene lessen even als vroeger zal blijven geven, en wij verzoeken u hem op zijnen pligt in dezen opmerk zaam te willen maken." Eene soortgelijke beschikking heeft de directeur van het onderwijzers-seminarie ontvangen. Uit Munchen meldt men dat allerwege de verklaring, opgemaakt door de pastoors van Munchenstrekkende om de stellingen over Döllinger te be strijden van den kansel aan de geloovigen is voorgelezenen aan de hoofd deuren der kerken aangeplakt. Talrijk waren de nieuwsgierigendie elkander verdrongen, om het stuk te lezen, waarin o. a. gezegd wordt, dat het leer stuk der persoonlijke onfeilbaarheid van den Paus nimmer eenigen nadeeligen invloed op de regten van den staat kan uitoefenen; dat de onfeilbare Paus op wereldlijk gebied zich aan geen magtsoverschrijding kan schuldig maken; eu dat hij de regten van den staat ol het individu niet kan schendenomdat h|j onfeilbaar is. ÏNC^ËZOjVDÉN. Sierlijk plantsoen omgeeft Holland's stedenvan binnen vindt men stinkende grachten die door verpestende dampen do atmosfeer bederven. Holland in nood. Bovenstaande woorden klinken ons Hollanders onaangenaam in de ooren; zij verwekken gedachten die ons de zakdoeken onder den neus brengen (want wij zijn zoo zindelijk). Maar veel erger treH'en zij ons in het ge moedwij ontsteken in toorn en verontwaardigd verklaren wij die woorden, als ze een beeld van het llollandsche volksleven moeten beduiden, een leu gen. Hoe! wij knappe, trouwe, eerlijke van de zee en Spanje vrij gevochten Hollanders, wij martelaars en helden beurtelings, voor het geloof, wij libe ralen bij uitnemendheid, ons leven zou aan zulk een beeld beantwoorden? j Altijd hetzelfde refrein; en die herinnering aan hetgeen onze voorvaderen deden schijnt bij de natie geen andere uitwerking te hebbendan de adelijkc titel beërfd door een dommen jongen, die door vele mésalliances heen afstamt van een groot heer, die meent daarmee te kunnen volstaan en recht te heb ben op een leven vol gemak, weelde, eer en aanzien. Laat ons toorn en verontwaardiging ter zijde leggen, laten wij onze val- he schaamte overwinnen en naar de waarheid zoeken. Zal het ons iets baten, als wij de waarheid zullen gevonden hebben? of zullen wij haar brutaal onder de oogen zien en haar trotseren, om in onze traagheid te volharden Ik ben er bang voorwant hoewel wij iu onzen tijd zooveel van gemoeds- 1 bezwaren hooren dat het regeren er bezwaarlijk door wordt, zoo schijnt het gemoedsleven, wanneer het wezenlijk op besef en herstel van eigen fouten aankomt, te lijden aan hetgeen men in het lichaam bloedarmoede zou noemen. Er is geen moed om het gevaar onder de oogen te zien, ei is geen veerkracht om het te bestrijden, er is slechts lauw- en flauwheij ou den sleur te volgen, waarbij men zachtkens indommelt. Deze droeve overdenkingen vinden voedsel in hetgeen er thans in on landje omgaat naar aanleiding van een brug over den Oceaan. Droevig voori omdat de mannen en instellingen die geacht mogen worden den volksgees te vertegenwoordigen en te leiden, in plaats van dien wakker te schudden nieuwe slaapmiddelen gaan toedienen. Hoe toch anders zal men de staats subsidie-leer noemen, die kamerleden, economisten, kamers van koophaudt en a. m. thans verkondigen nu men eindelijk begint te merken (fat Neder land geen stoompakket-vaart op Amerika heeft. En wonderlijk genoeg, g zoolang te hebben gewacht, is er nu een gejaagd verlangen naar de vervul ling van die pas ontdekte, toch reeds lang bestaande behoefte. Het is also de zaak geen dag kan worden uitgesteld zonder aan handel, nijverheid volkswelvaart enz. den doodslag te geven. Maar helaas! in den zondvloti van brochures, memories, rapporten enz. die allen lang en breed betooga dat de handel van Nederland behoefte heeft aan direct stoomboot-verkee met Amerikawordt het slaapmiddel aangeprezen door het zoogenaamd ontwerp 's Jacob aan de hand gedaan. Een en dertig jaren komen wij achter Engeland aan en in 1871 vraga de voorgangers van dat liberale Nederl. volk aan hunne regeering, wat di van Engeland in 1840 onder gansch andere voorwaarden verleende, 8 gebeurtenissen sedert 1840 op dit gebied schijnen dus niets geleerd I hebben. Subsidie! Subsidie van den staat voor een stoombooten-veer op Amerik is lieden de roep van hen die gisteren leed en jammer kreettcn over demi ralisatie door regeerings-beschcrming en bemoeienis. Gisteren doodde 4 regeering den ondernemingsgeest door hare bescherming van de Tweuthscl katoen-industrie, heden moet de regeering subsidie geven aan een pakkel vaart op Amerika om die kunstmatige industrie uit hare achterlijkheid t redden. Gisteren was regeerings-bemoeienis oorzaak van ziekelijken hande! heden moet staats-subsidie strekken tot verlevendiging van onzen handel t j vermeerdering der algemeene welvaart. Gisteren was het alsof de verte kerde beurtvaart tusschen Nederland en Ned. Indië, door het consignatie stelsel gevestigd, verlammend op den Ned. handel heeft gewerkt, heden moe staats-subsidie dienen om een Ned.-Amer. stoomvaartdienst op te richte: waardoor onze kwijnende handel met nieuwen geest zal worden beziel en zijn gezichtskring zal worden verruimd om hem nieuwe wegen en markta j te openen. Is het wel mogelijk dat zijdie blijkens hunne tijdschriftenrapporten j dagbladen enz. de ziekte-oorzaken van onzen handel juist wisten te karaktt riserendat zij thans nog hopen die kwalen homoopathisch te genezen Hi schijnt ongeloofelijkmaar wij zien het voor onze oogen en wel in den ot gunstigsten vorm waarin protectie-geest zich kan voordoen. Niet slecht schenkt men hij val aan het onzalige subsidie-idée, met voorbijziening vai hetgeen Stettin, Bremen, Hamburg en Engeland zonder subsidie leveret maar het eenige teeken van levendat in Nederland in deze zaak gegeve; wordt, ontvangt men met geringschatting. In plaats van de Rotterdamsck energie met vreugde te begroeten, en de mannen die reeds de handen ai heL werk geslagen hebben, voort te helpen, bestrijdt men hunne planna met theorien en sneers, en verliest zich in wjjdloopige bespiegelingen o\t zaken die voor de mannen van de praktijk van geen de minste beteekeui zijn. Heeft onze handel behoefte aan een pakketvaart eens, twee, drie, tienmaal in de week, zooals Engeland, vanwaar in 1869 ruim tien stoomschi pen per week uitklaardendan moet en zal de handel zorgen dat die t komt. De regeering heeft haar plicht gedaan wanneer zij de belemmeringe voor dergelijke ondernemingen heeft uit den weg geruimd, wanneer zij hl vens en spoorwegen tot in die havens heeft aangelegd, het overige moetaa de vrije ingezetenen worden overgelaten. Aan geld ontbreekt het niel milliarden hebben dejllollauders in allerlei insolide ellecten geplaatst en ze plaa sen er die nog dagelijks in. Maar een zaak waar geen coupons aan zii ten, neen,., dat is een gouveriiements-aangelegenheid, eerst zien of 't gqe gaat, dan zullen wij er ons met al de woede der begeerigheid op werpt en als het gouvernement de winsten dan niet loslaat, dan zullen wij h( gouvernement uitschelden en bewijzen dat het door zijne protectie op de ee of andere manier de natie verarmt, en het zal een variante zijn op de v« wijten van die economisten en andere schrijvers van dagbladen en brochure die a leur corps defendant vóór de bestendiging der difTerentiele rechten n Java spreken en schrijven, omdat, nu men eenmaal het ongeluk heeft geha de kunstmatige industrie door kunstmiddelen in 't leven te roepen er barbaarschheid noodig zou zijn om die met een slag te dooden. 6 zij sluiten de oogen voor hetgeen ligt aan het einde der tien subsidit jarenna verloop waarvan de landskas zes millioen zal hebben uitgi geven met nog minder resultaat, dan de difTerentiele rechten voor dp ki toen-industrie opleverdenwant men zal de énergie van Rotterdam teleui gesteld misschien geknakt hebben. Daar is leven, daar heeft men mot :j en veerkracht, daar wil men met uitsluiting van lastige gouvernement! i inmenging beproeven wat er worden kan door ijver en volharding, die uit muntende eigenschappen van den knappen koopman. Maar dat schijnt t veel, om aan te zien zelfs, voor de omzichtigen die berekenen, dat 4 eerste jaren in zulke onderneming geen winst geven. Zij hebben ge« moed en geen ondernemings-geest, Rotterdam mag die ook niet hebben, 0 daarom polemiserende over groote of kleine schepen, Vlissingen of een ander plaats als havenmoet den volke geleerd wordendat wat kloeke mann# op eigen gelegenheid beginnen, niet in de schaduw kan staan van de I lands geld steunende plannen waarover ettelijke uitverkorenen des volt: twisten. j Of de Rotterdamsche plannen in 'allen deele te roemen zijnweet ik nie te beoordeelen. Maar in dit eene opzicht zijn zij het zeker; zij getuig® van moedigen koopmansgeest en van lust om eigen kracht in te spannen j te oefenen, zij getuigen van echt liberalen geest. Geen lands-subsidie! Geen kastplantjcs, zij kunnen, de oudervinding leer het ons, de vrije lucht niet verdragen. Laat de Rotterdamsche ondernemiiï maar aan 't werk gaan, en als zij. in plaats van tegenwerking, de medt werking zal ondervinden die zij verdient, dan zal het na haar vierden t vijfden verjaardag aan concurrentie niet ontbreken. Maar geen subsidie ii 's hemels naamBewijzen de handelaren door hunne schepen diensten aai den lande, laten zij dan daarvoor goed beloond worden. Maar geen subsidit Was dit al noodig in 1840. dan moeten de jaren tusschen 1840 en 185 dat hebben leeren ontbeeren. De plannen der Rotterdamsche ondernemers, die hun eigen geld wagen, ver dienen daarom niet minder vertrouwen dan de theorien der subsidie-vragers Maar wat er ook gebeurelaat ons volk bewaard blijven voor die nood I lottige, geest en leven doodende staats-subsidie! D- H, Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 6