LMDSCME COURAN 1871. WOENSDAG 8 MAART. N\ £7. m s STA DS-RERIGTEN. le IN N li A L A A DSC 11 li II li 151GT li N De Courant verschijnt dagelijks. Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars f 3.franco p.p. 13.50 met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad 3.35franco p. j 3.8.1. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor f 2.50 's jaars, buiten de expeditiekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar Voor 5 Cents, franco p. p. 6 Cents.] De prijs der Advertentie» is van 14 regels f 1.- iedere regel meer 25 cents. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. 11, 2e alin.der Verordening van 30 Junij 1866, op de open bare scholen voor gewoon lager onderwijs voor on- en minvermogenden Gemeenteblad 11°. 19),; Doen te weten, dat de inschrijving van nieuwe leerlingen op de openbare scholen voor on- en minvermogenden zal plaats hebben van den 6'1,n tot en met den 18den Maart e. k.in de schoollocalen in de Rijnstraat, in de Brandewijnsteeg, op de Binnenvestgracht aan het plantsoen, en op de Oude Vest, des voormiddags van half negen tot negen uren en des namiddags van half ticee tot twee uren, behalve des Zaturdags namiddags en des Zondags. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRAXDELER, Burgemeester. Leiden, 1 Maart 1871. v. PUTTKAMMER, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN. In aanmerking nemende, dat zich in eene aangrenzende gemeente een ge val van hondsdolheid heeft voorgedaan en het daarom van hunnen pligt ach ten, die middelen aan te wenden, welke onder hun bereik liggen, om het gevaar, daaruit soms te duchten, zooveel mogelijk af te keeren; Gezien artt. 124 en volgg. der Algemeene Policie-Verordening van 24 Oc tober 1867 (Gemeenteblad n\ 12): Bepalen dat: honden niet anders dan behoorlijk gemuilband op de straat mogen worden gelaten. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoemd v. d. BRANDELER, Burgemeester. Leiden, 4 Maart 1871. v. PUTTKAMMER, Secretaris. stelde verbouwing der slads-gelioorzaal. Ter gemeente-secretarie zijn in druk verkrijgbaar, tegen 15 cents het exemplaar, de stukken betreffende de voorge LEIDEN, 7 Maart. Sedert de vorige opgave zijn alhier door pokken aangetast 1 persoon, door gewijzigde pokken 2als hersteld opgegeven 1 overleden 1zoodat nu in behandeling zijn 96. Gisteren avond had in de zaal van het deparlemenls-gebouw der maat schappij tot Nut van 't Algemeeningevolge gedane uitnoodiging van eenige ingezetenen, eene openbare bijeenkomst plaals, ter bespreking van het bij den gemeenteraad aanhangige plan tol verbouwing der stads-gehoorzaal. Als voorzitter van het bureau fungeerde de lieer Rauwenhoff. en hel secreta riaat w erd waargenomen door den heer II. N. Veef kind De voorzitter opende de bijeenkomst met eene toespraakwaarin hij verklaarde dat men hier eene commissie zag, die van niemand eene aanstelling had ontvangen, die zich zelve geconstitueerd had, gedreven door belangstelling in eene zaak van groot gewigt voor de Leidsche burgerij. Bekend was het dat burge meester en wethouders bij den raad het plan hadden ingediend tot het stich ten van een groot gebouw, ter vervanging van de tegenwoordige stads gehoorzaal, de behoefte waaraan algemeen gevoeld werd. In eene aan den Burg gehouden vergadering hadden reeds 123 ingezetenen van hunne -syts-- pathie met dit plan doen blijken. De commissie meende dat het in het belang was der burgerij van Leiden dat iedereen in de gelegenheid werd gesteld te verklaren, dat men iets dergelijks verlangt, als burgemeester en wethouders thans willen beproevendat men het plan waardeert en goed keurt. Dat het tegenwoordige lokaal te klein was. kwam vooral uit bij de zoo nuttige volksvoorlezingen, waarvan de bijwoning, ten gevolge van ge brek aan ruimte, aan zoo velen moest ontzegd worden; zou door een groo- ter lokaal hel volk gebaat worden, niet alleen echter zij, die men in de eersteplaats //het volk" noemt. Nergens toch was hier plaals voor het houden van tentoonstellingen, die zoo nuttig zijn voor de nijverheid; vrien den van de kunst klaagden het hardst, want bij een goed concert waren er hoogstens 300 zitplaatsen beschikbaar. De universiteit, van zoo groot belang voor Leidenzou over vier jaren haar 300-jarig bestaan vieren. Bui- tenlandsche geleerden zouden moeten worden genoodigden waar die te ontvangen; hij hoopte in betere localen dan de tegenwoordige gebouwen. Voor al de aanwezigen werd nu de gelegenheid geopend van gedachten te wisselen over de zaak. Bijaldien inlichtingen werden verlangd, de verdien stelijke gemeente-architect, die tegenwoordig was, had zich bereid verklaard die te geven. De heer Del Baerc verzocht, naar aanleiding daarvan, den heer Schaap eenige bijzonderheden mede te deelen omtrent de verhouding van de oude gebouwen tot de nieuwe, met andere woorden de aanwinst te doen uitko men, die de burgerij zou verkrijgen door de stichting van het nieuwe gebouw. De heer Schaap voldeed aan deze uitnoodiging, maar stelde daarbij op den voorgrond dat het hem niet zou voegen het plan met enthousiasme te verdedigen. De tegenwoordige zaal had slechts ruimte voor 300 of, zoo men digt opeenpakte, voor 350 zitplaatsen; hel was onaangenaam er lang te vertoeven, ten gevolge van te geringe hoogte en te weinig lucht. Ook de noodige bijlokalen, die niet gemist konden worden, ontbraken, voor muziekanten geen plaals, de kofïijkamer te klein. De groote zaal van het nieuwe gebouw zou ruimte aanbieden voor 1000 a 1200 zitplaatsen; de ver houding van de oude tot de nieuwe zaal kon men aannemen als 1: 3, of 400 plaatsen in de oude, 1200 in de nieuwe zaal. Men had misschien beter gedaan op nog grooter aantal plaatsen te rekenen, maar de situatie van het terrein liet dil niet toe; het getal plaatsen kon, zoo noodig, ook nog wel uitgebreid worden tot 1300, en dit mogt voldoende geacht worden voor deze stad. Hij w«;es op het voorbeeld van den Haagalwaar men een millioen had willen negocieren voor den bouw eencr zaal met 1800 zitplaat sen; de verhouding der bevolking, 40000 tot 80000, in aanmerking ne mende, mogt men veronderstellen dat hier 1000 plaatsen voldoende waren, vooral ook daar te 's Hage het publiek, dat gebruik van eene dergelijke plaats maakteaanmerkelijk grooter was dan hier. Men had gemeend aan de zaal te moeten toevoegen eene doorloopende gaanderij, zoowel voor lucht als met het oog op den welstand, van welke gaanderij men bij tentoonstel lingen enz. een ruim aspect in de zaal zou hebben. In een woord bij eene ruimte zoo groot, zoo kolossaal als men nu verkrijgen zou, zou het, met bescheidenheid gezegd, dwaasheid zijn aan eene grootere zaal te denken. Er was rijpelijk gedacht over het aanbrengen van een orchestnis. Daarover was geraadpleegd de heer Welrcns, en deze had gewezen op eene specia liteit in dat vak, den heer Bastiaans te Haarlem. Diens gevoelen was daarop ingewonnen en volgens zijn oordeel zou de hoogte en de breedte van het project aan de redelijke cischen der akouslick voldoen. Wel had de heer Bastiaans zich nog een ander denkbeeld gevormd van de inrigling eener muziekzaal, waarvan de spreker den hoorders eenig denkbeeld trachtte te gevenmaar nog nergens had men zich aan de stichting eener zaal, zooals hij zich die voorstelde, durven wagen. Volgens het nieuwe ontwerp zou men ook eene zaal behouden van de grootte als de tegenwoordige, want die kon niet gemist worden. Üok de zoogenaamde kleine zaal werd he- houdenmaar die werd tweemaal zoo breed als de nu bestaande. Voorts trad de spreker nog in eenige bijzonderheden omtrent de ventilatie en verwar mingstoestellen, om aan te toonen dat men in alle opzigten de meest bruik bare lokalen zou verkrjjgen. Op eene vraag van den heer Rollandet deed de heer Schaap nog eene opgave van de afmetingen der gaanderij en het aantal der daarop te verkrijgen zitplaatsen. De heer Veefkind vestigde de aandacht op een financieel punt. Er was gezegd dat men in den Haag een millioen had willen negocieren om goede lokalen te verkrijgen; hoe was het dan mogeljjk dat hier lot stand te bren gen voor eene som van ƒ45000? Reeds vroeger had hij den heer Schaap die opmerking gemaakt en die had hem daaromtrent inlichtingen gegeven, die hij hem verzocht ook thans hier aan het publiek mede te deelen. De heer Schaap was hiertoe terstond bereid. De opmerking was niet onjuist. Men moest echter niet vergeten dat onder het millioen te 's Ilage waren be grepen een prijs van ƒ250,000 en meer andere prijzen, zoodat de som tot een half millioen daalde, maar men had hier 1°. geen terrein te koopen zooals in den Haag, 2°. geen terrein in te sluiten zooals daar, 3'. geen tuin aan te leggen van ongeveer 100 hectaren groot; dit laatste mogt wcnsclielijk zijnmaar het kostte dan ook hier geen geld. In den Haag zou men fon damenten met een aantal grondwerken van allerlei aard moeten makendat hier het geval niet was. liet hooldriool was aanwezig, eindtnuren, balk lagen, lijstgolen enz. waren te gebruiken, de kofïijkamer stond bijna in haar geheel, en er was op de oude gebouwen lood genoeg aanwezig om er de nieuwe gebouwen van te voorzien; de voordeelen lagen hier in de afbraak en in de situatie. Voorts deelde de lieer Schaap hier nog, ingevolge eene opmerking van den heer Coninck Liefsting, een en ander mede betreffende

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 1