te deelen dat eene inkomsten-belasting de beste wijze van belasting was,
maar door dit principe te stellen was hij nog niet voor het voorstel van
den lieer Hartevelt. De voorzitter gaf mede te kennen dat hij zijne goed
keuring aan het plan hechtte, echter onder reserve. Hij zag mede bezwaar
in den ambtelijken aanslag zonder maatstaf, llij vertrouwde dat die maat
staf de brug zou leggenom zich met hel voorstel te vereenigen.
Onderscheidene leden traden nog in re- in duplieko a. nog uitvoerig de
lieer Goudsmit tegen den heer Bijleveld.. Wal betrof het anti-nationale der
belasting, betoogde hij, de trek lot geheimhouding lag in de natuur des
menschcnen zoo niet dan kon het een nationaal vooroordeel worden ge
noemd. De openbare meening zou wel degelijk controleren. Men vreesde
de inkomsten-belasting, omdat één enkele zon worden verdacht, maar
daarom ook verdacht men het geheel. De openbare meening zou zijn het
argus-oog dat allen bespiedt. Uit het stilzwijgen van den heer Bijleveld op
de hem gedane vraag, leidde hij af dat die heer hem daarop het antwoord
niet kon geven. Die heer had gehandeld als een bekwaam pleiter, om zich
door een behendig kunstmiddel van de zaak af te maken, liet antwoord
was toch niet moeijelijk geweest, daar hij van hem niet het noemen van
namen verlangd had. llij wees ook nog op de census-belasling in het oude
Home, die zoo lang bestaan had en nimmer reden tot klagten had gegeven.
De heer Bijleveld wilde nog antwoorden, maar zag van het woord af, ten
gevolge cener door den heer Buys gestelde motie van orde om de debatten
te sluiten, op grond dat men op die wijze voortgaande tot geen practisch
resultaat kwam. De algemeene beraadslagingen werden diensvolgens gesloten.
Thans ontstond er eene gedachteniswisseling over de verdere wijze van
behandeling der zaak. De heer Buys deed uitkomen dat er thans drie stel
sels tegenover elkander stonden: 1". dat van den heer Hartevelt, eigen'aan
gifte van het inkomen en ambtshalve aanslag als grondslagen. 2'. dat van
de commissie van financiënhet zuivere inkomen als eenige grondslag, en
3". dat van burg. en welh.. het inkomen als grondslag met een maatstaf
voor ambtshalven aanslag. Eene zuivere beslissing der quaestie volgens n". 2
achtte hij wenschelijk. Na uitvoerige discussie werd besloten onmiddelijk
met de behandeling der verordening, door den lieer Hartevelt ingediend,
voort te gaan. De heer Hartevelt gaf daarbij te kennen dat hij zich met
de meeste der door de commissie van financiën voorgestelde wijzigingen kon
vereenigen.
Ar!t. I en 2 gaven weinig aanleiding tot discussie. Voor art. 1 werd,
ingevolge liet voorstel van de commissie van financiën, in de plaats gesteld
art. I der vigerende verordening. Art. 2 werd gewijzigd mede aangenomen
ingevolge de aanmerking der commissie van financiën werden dientengevolge
aan de belasting onderworpen alle meerderjarige personen. Over art. 3
hadden uitvoerige discussiën plaats, aangezien het beginsel der zaak daarbij
moest beslist worden. De voordragt sprak van twee grondslageneigen
aangifte en ambtelijke aanslag; de commissie van financiën stelde voor:
pde grondslag van deze belasting is het zuiver inkomen van de belasting
schuldigen", terwijl de voorzitter voorstelde te lezen: "De grondslag der
belasting is eigen aangifte; waar die ontbreekt of onvolledig wordt ge
oordeeld, ambtshalve aanslag." De leden der commissie verlangden dat hun
voorstel hel eerst in behandeling zou worden gehragt, ten einde de quaestie
zuiver te beslissen, terwijl de voorzitter, op grond van het reglement van
orde, meende dat zijn voorstel de prioriteit moest hebben. Aan beide mee
ningen werd hardnekkig vastgehouden, totdat bij stemming, met J8 tegen
6 stemmenwerd uitgemaakt dat het voorstel van den voorzitter het eerst
in stemming zou worden gebr.igt. Dat voorstel (hierboven opgegeven) werd
daarop aangenomen met 14 tegen 10 stemmen, en daarmede was hel begin
sel dus beslist. Art. 4 (wat onder zuiver inkomen moet worden verstaan)
en 5 gaven tot geene discussie aanleiding; art. 4 werd met 17 tegen 7, en
art. 5 met 15 tegen 9 stemmen aangenomen. Bij art. 6 (de verdeeling in
klassen) werden de door de commissie van financiën voorgestelde wijzigin
gen overgenomenzoodat van elke klasse het middencijfer der daarbij be
paalde sommen als bedrag van het inkomen zal worden aangenomenen
van een zuiver inkomen 300 wordt afgetrokken en het overblijvende
als belastbaar inkomen wordt aangemerkt. Het artikel werd aangenomen
inel 10 legen 8 stemmen. Na art. 6 zal, op voorstel van den heer de Fre-
mery, ingevoegd worden art. 12 der vigerende verordening, waartoe met 19
tegen 7 stemmen werd besloten. Art. 7 werd opengehouden. Burg. en
weth. zullen daarvoor eene nadere voordragt doendie ten doel heeft hun
een maatstaf te geven om te dienen tot leiddraad bij ambtshalven aanslag,
strekkende dit mede tot wijziging van het tweede gedeelte van art. 3, dat
vervallen is. De voorzitter deelde mede dat men voornemens was tot
maatstaf te nemen de huurwaarde met een factor. Art. 8 (vermin
dering toe te kennen voor gezinnen uit meer dan 5 personen bestaande)
werd met 19 tegen 5 stemmen aangenomen. Art. 9 en 10 werden, inge
volge hel voorstel der commissie van financiën, overgebragt naar de ver
ordening op de invordering, waartoe niet 20 legen 4 stemmen werd besloten.
Aangezien het reeds vrij laat was geworden (II uur), stelde de voorzitter
de vraag of de behandeling nog zou worden voortgezet. Met J7 tegen 7
stemmen werd daartoe besloten. De verordening op de invordering werd
toen in behandeling gebragt. De bij art. 1 voorgestelde wijzigingen in de
redactie lokte eene langdurige beraadslaging uit, zoodat, toen men met dit
artikel gereed was, de heer van Outeren het voorstel deed, aangezien het
bijna middernacht was, op het genomen besluit terug te komen en de ver
dere behandeling te verdagen. Hiertoe werd besloten en de voortzetting der
beraadslaging bepaald op Donderdag aanst.
Heden nacht omstreeks 1 ure barstte alhier een hevige brand uit in de
stoomhoutzagerfjhoulkooperij en kistenmakerij "hel Anker," van den heer
C. J. Boele. aan de Heerengracht. De brand had al dadelijk zulk een drei
gend aanzien, dat toen de brandweer op de plaats des onheils verscheen,
zij zich slechts kon bepalen tot het beschermen van de belendende percelen
hetgeen, niettegenstaande dei; verschrikkelijke!! vuurregen, waaronder dezen
prin
bege
der
taai'
de fi
lijst*
lood
voeti
beva
der
over!
beid
Hi
prin:
de r
zich bevonden, is mogen gelukken. Nadat gedurende eenigen tijd de laai)
vlammen in hunne felste kracht hadden gewoedstortte liet gebouw m«
een vreesselijk gekraak ineen. Zijn wij wel onderrigt, dan is er voor eend
groole waarde aan hout enz. verbrand, waarvan echter het grootstegedeelij
is verzekerd.
In de beide laatste weken is op de Zeevischmarkt eenige levendigheid
ontslaan door de aanwezigheid van schelvisch en kabeljaainv, met schuiten
van Zandvoort of Egmondof wel van het Nieuwe Diep aangebragt. Npgtam
blijft de aanvoer ter markt beperkt en ware het niet dat de lange ontbe-
ring van verschen visch den kooplust had aangemoedigd, de hooge prijzen
zouden daartoe geen aanleiding geven. Met het oog op meer gewin wordeij
er van genoemde plaatsen groote getallen schelvisch, gestript en ingepakt,
naar het buitenland verzonden. De haringvisscherij te Katwijk begint t(!
verminderen; de schuiten keeren langzamerhand naar huis terug. Tegen
Kersmis is, naar men hoopt, de gansche vloot weer voltallig op het strand
en volgt de rusttijd tol na Nieuwjaar, wanneer de schuiten weder voor dt|
gewone visscherij in gereedheid worden gebragt. Van de haringvisscherij
mogt men over het algemeen geen groote voordeelen behalen. Gelijk g<.
meld is, was de vloot laat gereed, ten gevolge van de staatkundige verwik
kelingen, terwijl zij daarna niet zoo gelukkig was op schoone vangsten
kunnen bogen.
De Staatscourant deelt mede hel kon. besluit, van 30 Nov. 1870, hog-|
dende wijziging van art. 3 van het kon. besluit van 22 Febr. 1805, betref
fende de regeling der bijzondere voorwaarden voor benoembaarheid vai|
onderwijzers in Ned.-Indië. Aan de uitzending uit Nederland zijn nu ver-
bonden de volgende voordeelen: eene gratificatie voor uitrusting, ten be-
drage van 800 voor liendie bestemd zijn om te worden benoemd tol;
onderwijzers der tweede klasse, en van ƒ500 voor hen, die bestemd zijn
om te worden benoemd tot onderwijzers der derde klasse; een voorloop!;
traetement, ingaande met den dag van aankomst te Batavia, ten bedra;
van ƒ150 'smaands, voor lien die bestemd zijn óm te worden benoemd t
onderwijzers der tweede klasse, en van i 00 'smaands voor lien die bi-
stemd zijn om te worden benoemd tot onderwijzers der derde klasse;
overtogt naar Batavia voor rekening van den lande, als passagier der eerstd
klasse op den gebruikelijken voet. Gehuwden genieten vrijen overtogt
denzelfden voet voor hunne echtgeiiooten en kinderen, wanneer deze hen
de reis vergezellen.
De Staatscourant bevat de volgende kon. besluiten: 1° Besluit van 3t|
November jl.houdende regeling van het expresse- of bestelloon voor brie
ven, gedrukte stukken en monsters van koopwaren, en verdere bepalingall.yj
AI-I- —..11-- ---
■ie,
held
dia.
De
dat
ken ii
de F
Prui:
zijdi:
blad
kom
krijg
en li
en f
laten
Af
Arnii
Isclio'
spon
stral
De li
daartoe betrekkelijk, en zulks ter uitvoering van art. 7 der wet van J2|
Julij 1870 (Staatsblad n". 138): 2". besluit van 30 November jl., ter uitvoe
ring van art. 14 der wet van 22 Julij 1870 (Staatsblad n°. 138), betrekke!
lijk de bevoegdheid der afzenders van expresse-brieven en van gelden, die
door middel van postwissels zijn over te maken, om te verlangen dat hui
door tusschenkomst der postadministratie een berigt van ontvang van den dh
geadresseerde worde overgezonden; 3\ besluit van 30 November jl.. ter uit
voering van arl. 15 der wet van 22 Julij 1870 (Staatsblad n". 138), betrek
kelijk de sluiting der aangeleekende brieven en de uitreiking van aangete
kende stukken in het algemeen, alsmede van hel maximum-bedrag der
geldswaarde, waarvan de aangifte kan worden toegelaten; 4". besluit van!
30 November jl.ter uitvoering van art. 20 der wet van 22 Julij 187#
(Staatsblad n\ 138), betrekkelijk de geoorloofde bijvoegingen of veranderin
gen in gedrukte of daarmede gelijkgestelde stukken die op den voet van
art. 18 der gemelde wet ter verzending met de post worden aangeboden
5". besluit van 30 November jl.naar aanleiding van art. 21 der wet van
den 22-lf" Julij 1870 (Staatsblad li". 138), betrekkelijk de invoering van
briefkaarten.
In eene vergadering van hoofd-ingclanden van Delfland, is de volgende
voordragt opgemaakt van drie personen voor de betrekking van hoogheem
raad, ten gevolge van hel eervol ontslag, verleend aan jli'. J. F. van Vre-
denburch. die lot dijkgraaf is benoemd, de lib. M. Rodenburg te Overscllie,
D. van der Eyk te Kethel en H P. van der Mandele te Delft.
Uit Zwolle meldt men dat de verzending van geperst hooi uit den otra
trek in de laatste dagen ontzettend is toegenomen; duizenden bij duizenden
ponden worden langs de banen van den staatsspoorweg vervoerd. Ofschoon
de afzenders nog al geheim zijn omtrent de beslemming van het hooi, meent
men toch mét zekerheid te kunnen vermelden, dat het alles voor reke
ning van Duitsche leveranciers naar Frankrijk wordt verzondenten dienstel
der paarden voor de Duitsche legers. De landbouwers, en daarmede de
grondbezitters, maken goede rekening met de uitbreiding, die de hooihandel
ju den laalsten tijd onderging.
Men meldt uit Leeuwarden: Bij de opening der stembriefjes ter ver
kiezing van een lid der provinciale staten in het hoofdkiesdistrict Sneek
in de plaats van den heer ui'. S. van Weideren baron Bengers, overleden
is gebleken, dat zijn uitgebragt 794 geldige stemmen. Het getal kiezers
in dat district is p. m. 1909. Niemand de volstrekte meerderheid verkregi
hebbende, is eene herstemming, die bepaald is op den 2isl,n dezer, noodi;
geworden tussclieu de heeren J. F. van Wehleren baron Rengerste IJs-
brechtum, zoon van het overleden lid, die 210, en F. Z. Reueman, te Haricli,
die 169 stemmen bekomen heeft.
's GRAVENHAGE9 December.
Z. M heeft vergunning verleend aan den lieer A. Werthciui, te Ara-
sterdam, tol het dragen der versierselen van commandeur der orde va»
Karei den derde van Spanje, hem door den regent van Spanje geschonken,
Tot procureur hij de arrond.-regtbank te Almelo is benoemd de lieer
mr. W. ten Bruggencate, advocaat aldaar.
Tot ontvangers der registratie zijn benoemd: te Bergen op Zoom de
heer II. S. Poulie, thans te Winschoten; te Enschedé de heer J. de Graag,
thans ie Groenlo.
Na
cotni!
les
twee
geen
oude
aldas
laat
valle
.troep
de d
die
rnchi
vvinl
sedei
w ink
fen
van
avon
van
de f
iang
ker
maal
is ge
ler-1
wel
dat
overi
ging
geho
vang
te m
lie
ber
den
fesla
oude
zigen