HOOGHEEMRAADSCHAP VAN RIJNLAND ieiioenide korporaal, die vermeende zijn pligt te hebben vervuld, ging naar iet bureau van den Rappel om dit te verklaren, denkende hierdoor eene verontschuldiging uit te lokken. Men wees hem de deur en een der heeren an de redactie gaf hem een schop. De korporaal keerde zich om, greep 'jen redacteur van den Rappel bij den kraag en wierp hem het raam uit. ^"'icr ol vijf personen wilden hem den weg versperren, doch hij wist zich p an hen te bevrijden, na eenige gevoelige slagen te hebben uitgedeeld. :oe" p re u i s k i\. e« BERLIJN, 23 Mei. ulli j[eu verneemt uit Ilanover dat op 19 dezer op nieuw de quaestie be- Vellende het gedenkleeken ter eere van de hij Langcnsalza gevallen Hano- beranen door den regter is behandeld. De heer Winzlereen der 24 per sonen, die de plek, waar het monument werd geplaatst, tot dat einde '"'lebben doen inrigten en verfraaijen, heeft een eisch bij de reglbank inge steld, strekkende om der militaire autoriteit bij vonnis te gelasten de plek rsl'e ontruimen, zich te onthouden van elke poging om zich op nieuw in het feitelijke bezit daarvan te stellen en de schadevergoeding met interest enz., 11 'e betalen voor de nadeelenwelke zij aan de eigenaren van het terrein ij ^ecft toegebragt. Op verzoek der beklaagde partij heeft de reglbank de 'behandeling der. zaak uitgesteld tot 16 Junij e. k. en jjen pceft het plan opgevat lot het oprigten van eene maatschappij ijkjt redding van schipbreukelingen, onder voorzitting van prins Adalbert van missen. Men hoopt het geld bijeen te krijgen door vrijwillige bijdragen, "'an de regering is daartoe niets te verwachten. !scl OOSTENRIJK. lem afSI De Wi'ener Zeit. maakt twee op voordragt van den president-nnnis- li^jr uitgevaardigde keiz. besluiten openbaar, waarbij het huis van afgevaar digden van den rijksraad en al de provinciale landdagen, met uitzondering an den Boheemschenontbonden en nieuwe verkiezingen voor die verle- ,v .enwoordigende ligchamen uitgeschreven worden. )0O ■- Te Nagy Bun, in Zevenbergen, heeft een waterhoos verschrikkelijke Irwoestingen aangerigt. Een 80-tal huizen werden opgenomen en wegge- jngerd en achtereenvolgens de lijken van 200 personen van onder de puin- ^.„oopen gehaald, omi ïoej PER TELEGRAAF. 1 BERLIJN, 23 Mei. Bij de behandeling van het strafwetboek in den rijks- ig heeft de heer von Bismarck doen uitkomendat de bondsregeringen c'%izienlijke concessiën hebben gedaan voor het tot stand komen van een weuw strafwetboek. liet voorstel van den heer Planckbeperking der dood- jt iraf tot gevallen van gequalificcerden moord, en poging tot moord van het P'bofd des bonds of van een der bondsvorstenis onaanneembaar, omdat 'rdkt de regtseenheid verbreekt en twee klassen van Noord-Duitsche burgers 'n i het leven roept. De heer Planck heeft hierop zijn voorstel ingetrokken, j o| de rijksdag heeft vervolgens met 127 stemmen tegen 119 in het behan- I o|de artikel aangenomen de reeds eenmaal geschrapte woorden: »met den on<od", en daardoor de doodstraf in het wetboek weder opgenomen, et, LONDEN, 24 Mei. Het lagerhuis heeft al de artikelen der Icrsche land- trscll aangenomen. art- ;hjj !pd Een geringe hulde aan de waarheid. mst III 5 .St»Wel zes jaren," zegt de voorzitter van de Vereeniging van en voor f. '"id. Industriëelenis men in Engeland over dit punt «over het betreurens- "lardige dat het opkomend geslacht reeds vroegtijdig op de fabrieken werk- am is", bezig geweest. Waarlijk, wij weten niet hoe hem iets van de 'ictory movement" in zulk een kort bestek te leeren kennen wantgeen "ó'e( maar zestig jaren heeft deze geduurd. In de tweede helft der eeuw van groole ot 'vindingen, met Watt in 1704 begonnen, is zij hand aan hand gegaan met uitbreiding van het groote fabriekwezen en der industrie in het algemeen. aro' oude Sir Robert Peel bragt reeds in 1802 de quaestie van fabriekarbeid eco'der de aandacht van het Parlement waarvan hij lid wasen in een memo- m 1 waarin hij zijn vijf en veertigjarige ondervinding over dit onderwerp 1)01 schrijft, in Mei 1816 aan het lagerhuis aangeboden, doet bij reeds de komlgende ernstige woorden hooren: "Zulk onberaden en onbeteugeld gebruik- °')ken van de arme inwoners uit de fabrieksdistricten zal voor het volgende '"klacht zulke ernstige en onrustbarende gevolgen hebben dat ik er niet dan ,:t de grootste bekommernis aan kan denken, en op die wijze zal dal "''"iolsche streven van het Engelsche vernuftdat de werktuigen tot een zoo 51"n.)ote volmaaktheid heeft gebragt, in plaats van de natie ten zegen te zijn prW ten bittersten vloek worden." En merkwaardig, hij was zelf een groot katoenspinner, die in zijn a'even om het kwaad dal hij vreesde af te wenden in verloop van tijd, ""'"e ijverige navolgers heeft gehad onder de industriëelen in Engeland. ot in de memorie, beschreven te hebben hoe de nieuwe uitvindingen het ;n 'st in groote gebouwen, in afgelegene streken waar veel kracht van water Cl"°'s, werden toegepasten hoeom bij die machines te werkenduizenden van ,r zideren overgevoerd werden uit London, Birmingham en andere volkrijke opeden, zegt hij "het huis waarin ik deel heb gebruikte op een tijd duizend t dergelijke kinderen. Daar ik vele andere werkzaamheden aan de hand had, pfi ik niet dikwijls de fabrieken bezoeken maar wanneer ik het deed, was ik §d getroffen enz. In den eersten tijd van het groote fabriekwezen ging het r ^'Engeland, onder andere omstandigheden, zooals we onlangs van Workum irdcn. Daar hadden tot nu toe de weesvoogden de weesjongens aan de de. 'rieken van dakpannen aldaar afgestaan. De ligchamelijke, verstandelijke zedelijke ellende waarin menig jongeling opgroeide, hebben echter de treat oogen dier weesvoogden geopend. Vroeger schenen de weesjongens uit de gestichten als een lastpost beschouwd te wordenwilden ouders hunne kinderen niet aan dien arbeid opofleren, de weesjongens waren er goed voor. Behalve dat er nu in die streken, door Peel beschreven niet genoeg jeugdige handen te krij gen waren, wilden de ouders hunne kinderen in Engelandinden eersten tijd, niet naar de fabrieken zenden en daarom maakten de fabrikanten contracten met de bestuurders van groote werkhuizen om hun kinderen te leveren die voorbuit arbeiden huisvesting, voedsel en kleeding, zouden krijgende zoogenaamde "parish-apprentices." Waren zij slechts goed behandeld geworden, zooals hij Peel en eenige anderen, voorzeker deze wijze om de overbevolking uit de groole steden af te leiden zou een mooi plan hebben kunnen genoemd wor den, maar spoedig bleek het dat deze kinderen zoo beestachtig behandeld werden dat Sir Robert Peel in 1802, met niet veel moeite, in het lagerhuis, er een wet door kreeg, om voor hunne gezondheid en hunne zeden te waken. Na dien tijd begonnen al langzamerhand de ouders bij het toenemend fabriekwezen hun bezwaar te overwinnen om hunne kinderen naar de fabrieken te zenden, zoodat Peel, in 1815, de quaestie weder op de groene tafel bragt, en in 1816, in bovengenoemde memorie, den veranderden toestand volgenderwijzc beschrijft: "Groote gebouwen zijn er nu niet alleen aan de oevers van stroomen maar in de volkrijke steden, en in plaats van ^parish-apprentices" worden nu kinderen van de daarbij wonende armen verkozen, wier meesters, vrij van de werking der wet van 1802, zonder eenige beperking van tijd hunne zaken drijven kunnen, hoewel kinderen van jeugdigen leeftjjd, 13 a 14 uren per dag aan het werk worden gehouden." Nadat in 181G voor eene commissie uit het lagerhuis en in 1818 voor eene uit het hoogerhuis een onderzoek was inge steld, kwam de wet van 1819, hoewel niet zoo gemakkelijk als de vroegere, tot stand. Aan het onderzoek voor die commissie uit het lagerhuis hebben wij Peel's aangehaalde memorie te danken, want, niet tevreden met zijn mondeling getuigenis, daar hij ook als fabrikant gehoord was, bood hij zijne memorie ter herinnering aan zijne vijl en veertig-jarige ondervinding in schrift aan. Tol in 1833 bleven alleen de katoenfabrieken geregeld, had de wettelijke rege ling meer betrekking op Lancashire alleen, maar toen in de jaren 1829 en 30 ge heel Engeland over de afschaffing van de slaven in de West-lndiën in beweging was, en Henry Brougham in Yorkshire, voor welk district hij afgevaardigde was, zijn welsprekende stem deed hooren, toen werd door eenige kloeke mannen de aandacht op de wolspinnerijen in ditzelfde Yorkshire gevestigd alwaar kinderen 14, 15, 16 ja soms 18 uren per dag moesten werken. Van die dagen meer uitvoerig te kunnen schrijvenvan al hetgeen er in dagbla den en openbare volksvergaderingen, in het Parlementen in »Short-Time-Com- mittees" gezegd en gedaan werd, hoe onvolledig ook, maar eenige beschrijving te kunnen gevenzou ons eene vreugde zijn, maar voor onzen voorzitter der Vereeni ging van en voor Ned. Industriëelen willen we alleen conslateeren dat er op 22 November 1830 te Bradford in de Talbot Inn een talrijke en deftige vergade ring van de wolspinners aldaar plaats hadbijeengeroepen door drie en twin tig van de voornaamste firma's, met het doel om wettelijke bepaling uil te lokken, de werkuren te verminderen en andere regeling daar te stellen, ^en dat er op 5 Maart 1831, in Halifax, eene vergadering in tegenover gestelden zin belegd werd door Mr. Akroyd, van de welbekende firma, wiens zoon we later, bij de gevolgen van wettelijke regeling stilstaande, zullen hooren ver klaren dat hij en zijn vader in hunne oppositie gedwaald hadden. Genoeg, de wet van 1833 was de kroon op alle deze hemoeijingeneen wet op zich zelve, in vele opzigtennog onvolmaakt, maar later in 1844, nadat de leem ten waren aangetoond, veel uitgebreid en verbeterd. Tot in 1845, toen de Printworks-Act gemaakt werd, waren alleen de fabrieken van katoen, wol, haar, zijde, vlas. hennip en jute geregeld, maar in 1860 kwamen de hlcekerijen en verwerijen en in 1861 de kantfabrieken onder deze regeling. Tot dien tijd waren alleen dus fabrieken met weef goederen in verband en door kracht van water of stoom gedrevenonder toezigt, maar in 1864 kwamen daar vele andere bedrijven hij, vooral na de ernstige onderzoekingen der Children's Employment Commission, lol dat nu in 1867, hij de Workshop Regulation Act ook de huisindustrie gecontro leerd wordt. Van de welbekende Ten Hours Act van 1C47 hebben we in dit beknopt en vlugtig overzigt gezwegen, omdat daarbij het arbeiden van jongelieden van 13 tot 18 jaren en van vrouwen geregeld werd, en alzoo indirectelQk ook dat van volwassen mannen, zoodat de werktijd voor groote fabrieken nu 10% uur per dag is, met anderhalf uur voor rust.en etenstijd. Omtrent die wet verwijzen we den voorzitter der Vercciiiging van en voor Ned. In dustriëelen naar de welbekende speech van Lord Macaulay, welke groole staatsman, tot 1846 heftig tegenstander van deze wettelijke regeling, in dat jaar zich bekeerd en toen als voorstander zijne vroegere mecningen, als Edinburgh Reviewer uitgesproken, herroepen heeft. SAMUEL LE POOLE. ADVERT E.VB'l E De familie KAARSEMAKER bedankt allen, die zooveel belangstelling heb ben betoond, bij de ziekte en het overlijden hunner dierbare Moeder en Behuwd-moeder. J. P. KAARSEMAKER, uit aller naam. De DIJKGRAAF VAN RIJNLAND brengt ter kennis van de ingelanden van het Hoogheemraadschap dat er op Maandag den 30J™ Mei a. s. des voormiddags ten 10% ure, in het Gemeenlandshuis te Leiden eene Ver- «teEiïgtle ^"crgfulerisïsï zal worden gehouden. De Dijkgraaf van Rijnland H. C. J, HOOG,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1870 | | pagina 3