POTPOUR RIETJES.
de orde aan hel gouvernement, gevenmaar zij moest vatbaar voor volma
king blijven zoolang 's lands gesteldheid nog niet veroorloofde de volks
vrijheden op hechte grondslagen 1c vestigen. Thans nu achtereenvolgende
veranderingen hebben geleid tot de stichting cener constitutionele staats
huishouding m overeenstemming met de grondslagen van het plebisciet,
waardoor in 1852 het keizerrijk is gevestigd, is het van belang, al wat
meer bijzonder tol de laak des wetgevers behoort weder in het gebied der
wet te brengen, het karakter van definitive beslissingen aan de jongste
hervormingen te geven de constitutie geheel boven den strijd tusschcn ver
schillende gevoelens te plaatsen, en den senaat, dat groote staatsligchaam
met zooveel wijs inzigt, te roepen tot onderstenning der nieuwe staatshuis
houding door het verleenen eener meer afdoende medewerking. Ik verzoek
u derhalve, om u met uwe ambtgenooten te verstaan over een mij voor te
leggen ontwerp van senaatsbesluit, hetwelk de uit liet plebisciet van 1852
voorlvloeijende grondbepalingen onveranderlijk vaststellede wetgevende
magl tusschen de twee kamers verdeele, en aan de natie het deel der
grondwetgevende magt, hetwelk zij aan hare gelastigden overgedragen had,
hergeve."
Dit schrijven des keizers heeft een zeer gunstigen indruk teweeg gebragt.
Le /'ublic wil weten dat de linkerzijde van het wetgevend ligchaam
heeft afgezien van het plan tot liet houden eener interpellatie over de aan
gelegenheid van het concilie. Op de vraag van dat bladof dit aan beleefd
heid dan wel aan onverschilligheid inoct worden toegeschrevenmeent le
Siècle te kunnen antwoordendat de minister Daru niet vreemd is aan het
door de linkerzijde in dit opzigt genomen besluit. De oppositie, zegt zij, is
echter in geenen deele onverschillig omtrent de besluitendie liet concilie
zal nemenzij acht evenwel een debat over de kerkelijke aangelegenheden
op dit oogenblik ontijdig.
Volgens de Patrie heeft de heer de Banneville het antwoord van den
Paus op de bekende depêche van den minister Daru medegebragt. Omtrent
den inhoud was nog niets bekendmaar men had grond te verwachten dat
daarbij zwarigheden worden opgeworpen tot het toelaten op dit oogenblik
van een gevolmagtigde bij het concilie.
De Frangnis meldt als zeker dat de maarschalk Mac Mahon als gou
verneur generaal van Algerie zal optreden.
De ongeregeldheden te Creuzot schijnen weder van ernstigen aard le
zijn;, want men heeft van daar aanvrage om troepen gedaan. Na bij den
keizer een bezoek te hebben afgelegd, is de lieer Schneider derwaarts ver
trokken. De voornaamste aanlegger der beweging aldaar, welke geheel van
staatkundigen aard is, is weder de bij vorige gelegenheden genoemde Assy.
De werkstaking was het gevolg van bedreigingen en gewelddadigheden der
aanvoerders van de beweging. Eene bende deed driemalen vergeefschc po
gingen om in de machinekamers en de smederij het werk te stakenzij
werd echter door de werkende bevolking teruggedreven.
ITALI K.
Naar men uit Rome aan het Journ. de Brux. meldt, werd hel voor
zeker gehoudendat de discussie over de omgewerkte voordragt betreffende
geloofszaken spoedig zou afloopenen dat er eene openbare zitting op den
25-ten dezer, den feestdag van Maria-boodschapzou kunnen worden belegd.
Aan 9 bisschoppen is de gevraagde vergunning verleend om naar hunne
dioccesen terug te keeren.
Volgens een ander schrijven uit Rome zouden bisschoppen van verschil
lende nationaliteiten schriftelijk aan de voorzitters van het concilie ver
zocht hebben dat er vóór de discussie over de onfeilbaarheidslecr in comité-
generaal, alwaar de sprekers moeijelijk te verstaan zjjn, elders eene theo
logische conferentie tusschen voor- en tegenstanders der vaststelling van
dat leerstuk zou worden gehouden. De nieuwe aartsbisschop van Lyon,
mgr. Ginoulhiac, behoort onder de onderteekenaren van dat verzoek.
PEK TELEGRAAF.
PARIJS, 23 Maart Naar aanleiding van het gesprokene door den heel
de Kératry, heeft in het wetgevend ligchaam de generaal Leboenf geant
woord, dat de regering de mobile garde ten krachtigste zal handhaven.
Men moest, beweerde hij, op alles voorbereid zijn. De generaal keurde het
ook af, dat aan de soldaten meerdere vrijheid lot huwen werd geschonken.
Verder bestreed hij de vermindering van het contingent als ontijdig. Ilij
noemde bet in stand houden van de keizerlijke garde noodzakelijk, bijwijze
van reserve. De beer Pages vroeg, of met het handhaven van de mobile
garde een vermindering van het effectief des legers zou gepaard gaan. Hierop
antwoordde de minister ontkennend. De kamer heeft ten slotte hel voorstel
van de Keratry verworpen.
TOURS, 23 Maart. Heden werd het verhoor der getuigen van de civiele
partij voortgezet.
De heer Rochefort verklaarde, dat de beschuldigde hem op een grove ma
nier en tegen de regels van het duel heeft uitgedaagd. Mad. Louis Noir
merkte, diep bewogen, op, hoc Victor zeer naauvv passende handschoenen
aan had, die zeker, zoo hij den prins een slag had gegeven, zouden ge
scheurd zijn. Vele getuigen, waaronder Cavalier, Santoir, Milliere, Habc-
neck en Claretie, gewaagden van de zachtheid en de gematigdheid van
Victor Noir's karakter. Daar de heer Rochefort zich onwel gevoelde, ver
wijderde bij zich spoedig, begeleid door drie gendarmen.
Hierop werden de getuigen a décharge gehoord. Op de verklaring van
zekeren Clary, dat de -beschuldigde altoos wapenen bij zich droeg, ant
woordde Leroux, dal hij daartoe gemagligd was.
CREUZOT, 23 Maart, 's avonds. Eene bende van 200 muitelingen is naar
Montchaneu getrokken, om de mijnwerkers, die aan de oproerige bewe
ging nog geen deel hadden genomente dwingen den arbeid te staken.
Een bataillon jagers, met den prefect, heelt de bende achtervolgd en ze
ven man gevangen genomen. In de andere gedeelten der door den lieer
Schneider bezochte werkplaats wordt den arbeid voortgezet. Een hartelijke
ontvangst viel hem daar ten deel. Twee der eerste mijnwerkers zijn op
bevel van het openbaar ministerie te Autun in hechtenis genomen.
IV.
Amice.
Uw twijfel aan den goeden staat mijner gezondheid is mij volstrekt niet
vreemd voorgekomenwant ik heb ook waarlijk al te lang op mij doen
wachten en uw geduld stellig wel op langen, zeer langen proef gesteld; doch
in Nederland is men dit wel gewoon mijn vriendde slakkengang in rechts
zaken, het wachten op opengevallene betrekkingen en liet streelendc voor
uitzicht dat na jaren wachten» en jaren hopens niet gij maar een of andere
brutale rijke piet de opengevallen post verkrijgt, is zoo iets algemeens, dat
men er zich over verwonderen moest indien er eens eene uilzondering op
dien regel plaats heeften iu trouwe is er een grooter voordeel in gelegen
dan gij dit met uw oppervlakkig menschen-verstand doorzien kunt; vooreerst
toch ondervindt gij telkens liet genot om te hopen en de hoop doel leven
dit zien wij bij den zieke en bij zoovele andere omstandighedenom van
den drenkeling en den stroohalm niet eens te spreken. Terwijl nu die hoop
op zich zelf reeds een genot is. heeft het toch ook zijne nuttige z[jde dat
men die soms. in uwe kortzichtigeoogenwreedaardigden bodem in slaat,
want daardoor leert g(j juist de ware beteckenis van de hoop kennen. Hoe
ellendig toch zou het leven van menige jeugdige jongejufvrouw zijnindien
zij niet hoopte op(vul dit in uwe gedachten in). Hoe diep rampzalig
zou de toekomst zijn van een jongmensch, die aan het einde b. v. zijner
theologische studieën gekomen, niet de hoop koesterde om ook eens een
maal op een allerellendigst dorpje voor stomme boeren en buitenlui met de
verkregene talenten te schitteren en te woekeren en wanneer gij dan nu
die hopende jongejufvrouw en die hopende theologant bij elkander voegt,
o dan is het een ware wegsmeltende harmonie van hopen en verlangen
Geloof mijmijn vrienddie hoop is zóó heerlijkzoo genotvol voor die
beide gelieven, vooral wanneer gij er een beetje rozengeur en maneschijn
bij denkt. Verbeeld u een eigen pastorie, een eigen tuin, eigen kropsla en
andijvie, misschien met eisten hand gewied en elkanders naam in tuinkers
gezaaid! o wie zou daar niet naar verlangen, wie zou niet hopen dit doel te
hereiken, wanneer zoo menigeen streeft, om als één-oog, koning te zijn in
het land der blinden. Dat het er op beginselenniet aankomt in onze begin-
sellooze eeuw, spreekt van zelf, daar dit reeds op zich zelf een stelsel van
beginselen is dat met het geloof niets te maken heeft; immers het geloof
doel hopen en de hoop wcderkcerig gelooven; hoe langer men dus hoopt
des te krachtiger het geloof, en hieraan moet het stellig wel worden toege
schreven dal verlangend hopende theologanten met smachtend hopende jon-
gejufvrouwen eene vastheid van geloof ontwikkelen, die niet veel minder
is als die van den metalen vogel, die op den toren van het allerliefst dorps
kerkje (ter zijde: ellendig Nazareth) den geloovigen al draaiende de richting
van den wind aanwijst, waarnaar zij hunne meteorologische begrippen kun
nen inrichten. Of de mannen van liet geloof nu naar dat gepersonificecrde
beeld der kraaiers de kunst om met alle winden le draaien hebben afge
loerddaarover zijn de geleerden het nog niet eens; maar zeker is liet dat
de hoop hierop grootcn invloed kan uitoefenen, en dit is dair ook ongetwij
feld de schoone zijde van het wachtend hopen en het hopend wachten,
ondanks het beweren van anderen, die zeggen dat het tot de beginselen der
beginselloosheid en tot de beginselloosheid der beginselen leidt. Wanneer
men u wijs maakt dat de grootste kraaiers dikwijls ook de grootste draaiers
en de gevaarlijkste kemp/tonen zijn, och, stoor u daar niet aan en denk
slechts dat niet meer dan plicht isdat deze lui in alle mogelijke opzichten
den boventoon voerenwant zonder schreeuwen en lawaai maken zou het
in alle vereenigingenbij alle vergaderingenin grooter of kleiner kring,
bij alle debattenvan welken aard ookveel te rustigveel te stemmig
toegaan. De mcnschen moeten wakker geschreeuwd worden wanneer het
tijd van opstaan is. Wat zou de effectenbeurs zonder lawaai zijn! Zij, die
het hardst schreeuwen kunnen, komen altijd het verst! morbleti! waarom
schreeuwt men dan niet?; schreeuw met de anderen mè<- en ik verzeker u
dat gij geholpen zult worden, omdat men u verstaan kan; zwijgt gij en
meent gij dat men u, omdat gij gelooft aan uwe lieve hoop. wel teeeniger
tijd zult opmerken, och onnoozelc halskop! men laat u over uwe hoop
mijmeren en stuurt u wellicht met een kluitje iu 't riet. waarop gij zoolang
moogt zuigen als ge er smaak in vindt. Een schreeuwer, heeft nog dit
boven een trachtende en sa,achtende vooruit, dat hij niet eens een "hoog
vlieger" of «een bol" of een man van eerlijke beginselen behoeft te zijn.
volstrekt niet, als hij maar zooveel begrip heeft oui zich al schreeuwende
door alles heen te slaan als »malle jan onder de hoenders;" als hij maar
kan "Opsnijden" en bluffen als "een pruikenmaker met één klant", dan heelt
hij recht en aanspraak op de dankbaarheid der natie, dan heeft hjj kans
om geridderd te worden, omdat het ridderen onafhankelijk van «verdiensten"
is. Wanneer dus het wachten voor u werkelijk een genot geworden is
i welnu, blijf dan zoo lang genieten totdat ge er van verzadigt zijt en begint
het u dan eindelijk «de keel uit te hangen", word dan een schreeuwer,
maar laat u dan eerst goed «van de tongriem snijden", want zonder die
operatie zoudt ge er nog niet komen; maar zijt ge daarvoor eenmaal kant
en klaar, dan is uw toekomst verzekerd en kunt gij gerust op het voorbeeld
van zoo vele andere meesters, draaien met alle winden en huilen met alle
wolven. En zóó voortgaande wordt gij nog 'eeiimaal Ministerop zwart
zaad, ten minste gij kunt er op hopen!
t. t.
Af'Arsi.
OPGAVE VAN BRIEVEN,
welke in de maand November 1869 door het postkantoor le Leiden naar liet huiten-
land zijn verzonden en die niet besteld zijn, omdat de personen, aan wien
zjj geadresseerd waren, op de aangewezen plaatsen onbekend waren.
Geadresseerd aan: mcj. Prosman te Antwerpen Pieper en Preussner, te
Darmen; H. Witte, te Berlin: H. G. Hipp en Better, te Crefeld; wed. L.
Spanik Ruys, te London; madlle E. Kaarscmaker, te Paris.
ADV EIS TEA'Tl ES.
Bevallen van eene Dochter M. C. LAMPE, VAN L1TH.
Purmerend 23 Maart.
lieden overleed te Amsterdamin den ouderdom van 83 jarenonze har
telijk geliefde Moeder en Behnwd-moeder Mejufvrouw I. C. P. SCHEPPER
Wed. den Heer I. I. VAN BEETEN.
J. J. VAN BEETEN.
Leide.v20 Maart 1870, I. J. VAN BEETEN, Kiem.