LEÏDSCHE
COURANT.
WOENSDAG 29 SEPTEMBER.
iV\ (56.
STADS-BER1GTEN.
binnenlandscuiï berigten.
1800.
De Courant verschijnt dagelijks. Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ3.franco p.p. 3.50;
met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35, franco p. p. ƒ3.85. He', verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor f 2.50
's jaars, buiten de expeditiekoslen. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p. 6 Cents.
Dc prijs der Advertentiën is van 14 regels f 1.iedere regel meer 25 cents.
Bij deze Courant wordt verzonden N'. 13 (blad 16) der Handelingen
van den Gemeenteraad.
Vergadering van den Gemeenteraad van Lcyden, Donderdag 30 September
1869, 's namiddags te drie uren.
Onderwerpen
1®. Benoeming van een lid en een voorzitter in de commissie van financiën.
2®. Benoeming van een commissaris in Stads-bank van leening
3®. Benoeming van eene hoofdonderwijzeres aan de openbare bewaarschool
in de Scheistraat.
LEYDEN, 28 September.
In het in ons vorig nommer voorkomende berigt betreffende de laatste
evangelieprediking, die van wege de Verceniging voor Christelijke belangen
11. Zondag plaats hadis eene onjuistheid ingeslopen. Het geschenkden
voorzitter des bestuurs aangeboden, was niet afkomstig van leden der ver-
eenigingmaar van hh. predikanten en andere sprekersdie van tijd tol tijd
voor de vereeniging optraden, als een aandenken aan de genoegelijke uren,
die zij, bij hun kortstondig verblijf alhier, bij hem mogten doorbrengen,
Ds. Koelman, pred. te Nieuwerkerk a. d. IJssel, heeft voor het beroep
tot predikant bij de hervormde gemeente te Leyderdorp bedankt.
De tentoonstelling in het Paleis voor Volksvlijt zal gedurende deze
week ook des avonds geopend zijn.
Door den minister van binnenl. zaken is aan de ged. staten der on
derscheidene provinciën een schrijven gerigt hoofdzakelijk van den volgen
den inhoud: /'Volgens art. 76 der grondwet moet de census ter verkiezing
van leden der tweede kamer overeenkomstig de plaatselijke gesteldheid wor
den vastgesteld. Aan dit voorschrift heeft de kieswet bij de tabel, bedoeld
in art. 1 dier wet, uitvoering gegeven. Bijna twintig jaren zijn sedert
verstreken en de plaatselijke gesteldheid zal in dat tijdsverloop wel niet de
zelfde zijn gebleven. Het schijnt daarom wenschelijk, dat eene herziening
van den census plaats hebbe en deze, overeenkomstig het grondwettig voor
schrift, in overeenstemming met de tegenwoordige plaatselijke omstandig
heden worde gebragt. Twee punten verdienen hierbij vooral de aandacht.
In de eerste plaats schijnt de census voor de gemeenten, die vroeger tot de
steden behoorden, vrij hoog in vergelijking van die, welke voor de lande
lijke gemeenten is vastgesteld. Ook ten aanzien der voormalige steden in
de verschillende provinciën bestaat ten opzigte van den census niet die
overeenstemming, welke men met het oog op dc tegenwoordige plaatselijke
gesteldheid zou wenschcn. Ten andere valt op te merken, dat, terwijl de
tabel der kiesdistricten ter verkiezing van leden der tweede kamer bij
wetten van 28 Dec. 1858, van 22 April 1864 en van 6 Mei 11. telkens is
herzien, de census voor elke gemeente, krachtens art. 3 dier wetten, de
zelfde is gebleven. Hierdoor is de somdie menom kiezer voor de leden
der tweede kamer te kunnen zijn, moet betalen, voor de verschillende kies
districten zeer uiteenloopend geworden. Meerdere harmonie hieromtrent ge
lijk die in de tabel, bjj art. 1 der kieswet bedoeld, gevonden wordt,
schijnt dus allezins wenschelijk. Er bestaat bovendien nog een grond
waarom eene herziening van den census noodzakelijk te achten is. Het is
het voornemen der regering, om de afschaffing der patentbelasting aan de
vertegenwoordiging voor te stellen. Komt die maatregel tot stand, dan zal
een der grondslagen ter bepaling van den census wegvallen, en daarvoor
in het vervolg alleen de aanslag in de grond- en personele belasting in aan
merking komen. Het personeel der kiezers zal daardoor, vooral in de
voormalige stedenaanzienlijk verminderenen verlaging van den census te
meer wenschelijk zijnten einde de kiesbevoegdheid zoo min mogelijk aan
hen, die er tegenwoordig in het genot van zijn, te ontnemen. Om tot die
herziening te kunnen overgaan, heb ik de voorlichting uwer vergadering,
die zoo van nabij met dc plaatselijke gesteldheid der gemeente van uwe
provincie bekend is, dringend noodig. Ik heb de eer die bij deze in te
roepen en u te verzoekendeze aangelegenheid tot een punt van naauw-
keurig onderzoek te maken en mij den uilslag er van vóór den 1S,CD Novem
ber aanstaande mede te deelcn. Gaarne ontving ik daarbij eene berede
neerde opgave der grondendie u tot het indienen van die voorstellen
hebben geleid."
In eene buitengewone vergadering van aandeelhouders in de maat
schappij tot exploitatie van staatsspoorwegen is, met 266 van de 268 aan
wezige stemmen, besloten, den directeur-generaal te magtigen, bij de rege
ring aanvrage te doen om de terugbetaling der leening van ƒ2,500,000 uit
te stellen tot 1 Julij 1870, en dc daartoe strekkende overeenkomst aan
te gaan.
Het transportschip met stoomvermogen Java, onder bevel van den
kapitein-luit. ter zee II. D. Slegt, is in den voormiddag van den 27sl,n dezer
van de reede van Texel naar zee vertrokkentot het volbrengen eener com
missie naar Engeland.
Men schrijft uit Londen aan de N. R. C. het volgende: Er zijn alhier
170 schapenen 107 varkens, per stoomboot Nora van Ilarlingen aangebragt,
bij de aankomst aangehouden, om aan de landingsplaats geslagt te worden,
doordien er eenige varkens bij waren, die aan tongblaar en klaauwzeer
lijdende waren. Dit is reeds dc tweede partij Hollandsche varkens, die
wegens dezelfde ziekte in de laatste 14 dagen alhier is aangehouden. Gis
teren is er een nieuw besluit van den Privy Council uitgevaardigdinhou
dende dat als er onder de lading een schaap is, aan bovenstaande ziekte
lijdende, alsdan de geheele lading schapen aan de landingsplaats geslagt
moet worden. Het is dus gevaarlijk voor afzenders om schapen te verzen
den met stoombooten, waar varkens mede verscheept worden.
Te Rotterdam is eergisteren avond ia de Janvanloonslaan door eene
vrouw een kind gevonden van het mannelijk geslacht, ongeveer 5 weken
oud. De vindster wenschte het kind te behouden en op te voeden. De
policie heeft zich de zaak aangetrokken.
Te Almelo hebben de spinners het loon der werklieden verlaagdwaar
door eene gisting onder de fabriekarbeiders is ontstaan. Reeds zijn op ver
scheidene plaatsen glazen ingeworpen. Er is een detachement huzaren uit
Deventer aangekomen om de orde te helpen handhaven.
Volgens berigt uit Batavia van 3 September zijn aldaar aangekomen:
de volgende schepen: Catharina Mariakapt. NoletCz.Elisabeth. Fcenstra;
Elizabeth <f' Jacoba, Bakker; Goede Verwachting, J. Hillcnius; Helena
Anna, M. v. d. Valk; Insulinde, J. H. J. Jollie; Kaap Hoorn, L. J.
Dik: Kinderdijk, J. Verdoes; Sperwer, P. Huisman; f Vilde man, A. J. Driest;
Erasmus, C. J. D. Hulshoff; Johanna, A. Verduin.
Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1870.
Iloofdst. VI is ƒ728,649.06 minder dan voor 1869. Het denkbeeld ook bij
deze begrooting is om voort te gaan met den aanbouw van monitors uit
eigen middelen; om dc op stapel staande houten schroefstoomschepen der
1® kl. af te werken en om den aanbouw van meer strijdvaardige schepen,
hetzij houten of gepantserde, tot een gunstiger tijdstip te verschuiven. Voor
1870 worden wederom 2 monitors in aanbouw gebragtzoodat, verder aldus
voortgaande, op het einde van 1872 negen dergelijke strijders beschikbaar
kunnen zijn. Met het oog evenwel op de wenschelijkheid om de voltooijing
der gepantserde flotille tegemoet te komen, waardoor zooveel te eerder met
den aanbouw van schependie m de plaats van schroefstoomschepen 1® kl.
moeten treden, en met dien van gepantserd materieel voor Oost-Indië, een
begin zal kunnen worden gemaakt, verdient het overweging het werkver
mogen van particuliere inrigtingen hier te lande te baat te nemen. De mi
nister heeft gemeend aan de mogelijkheid tot verwezenlijking van dit denk
beeld op de begrooting van 1870 eene plaats te moeten geven. Sterkte voor
1870, 5789 koppen zonder de zeemilitie die in 1869 600 koppen bedroeg.
Van die 5789 koppen zijn 3100 bestemd om in Ned. Indie te dienen; 193
voor Suriname; de overige 2495 worden verdeeld op de schepen, bestemd
voor de binnenlandsche dienst, kruislogten, opleiding en oefening enz. Het
auxiliair eskader zal beslaan uit 4 schepen bemand met 800 koppen. Op de
bemanningen der schepen van het auxiliair eskader worden 323, en uit die
der schepen van de Indische marine 128 koppen bespaard en daardoor be
zuinigd de Indische toelage van 461 officieren en minderen, en dit brengt
tevens besparing in de kosten van uitzending van officiereu en manschappen
bestemd voor de aflossing.
Iloofdst. VII A is ƒ280,508 meer dan voor 1869, veroorzaakt door uittrek
king eener som van 302,500 voor renten en kosten van uitgifte over zes
maanden berekend van een kapitaal van 11 millioen schatkistbilletten. De
bevoegdheid lot plaatsing van schatkistbilletten geeft gelegenheid tot tijde-