BUITËNLANDSCHE BEHIGTEN.
Hel rijtuig is nog niet uit het water kunnen gehaald worden. Men schrijft
dit ongeval toe aan den slaperigen toestand, waarin de koetsier verkeerde.
BELGIË.
De thans alhier geopende tentoonstelling van fraaije kunsten is de tal
rijkste, die ooit in België gehouden is. De veertien zalen van het tentoon
stellingsgebouw zijn ontoereikend geweest om al de ingezonden voorwerpen
te plaatsen; zoodat voor een driehonderdtal schilderijen nog een hulpgebouw
wordt in gereedheid gebrugthetwelk eerst over acht dagen voltooid
zal zijn.
E31GELA3I».
LONDEN1 Augustus.
Daar de koningin bij de troonsbeklimming o. a. heeft gezworen "de
Vereenigde kerk van Engeland en Ierland op den gevestigden voet te zullen
houden", zoo is in het lagerhuis aan de regering gevraagd, of zij thans, nu
de lersche tak van de vereenigde kerk afgerukt en geknot was, eene wij
ziging in de bewoordingen van den door den souverein af te leggen eed of
eene wettelijke duiding daarvan zou voordragen. Het antwoord der rege
ring kwam hierop neder: dat de souverein door dien eed enkel werd ge
bonden als bekleed met de uitvoerende magtmaar niet als bekleed met
een deel der wetgevende magt; dat het eedsformulier zonder raadpleging des
parlements meermalen gewijzigd was, en nog kon gewijzigd worden; en
dat er in deze zitting geen wetsvoorstel aangaande die zaak zou worden
gedaan.
Men is niet zonder vrees voor eene hotsing tusschen de geestelijken
en leeken der opgeheven staatskerk, en de voorstanders van het beginsel
om de leeken het overwigt te geven in het bestuur der kerkelijke aange
legenheden.
De Times, eenige bijzonderheden mededeelcnde betreffende de plcgtig-
lieid der huwelijksverbindtenis van de dochter van den koning van Zweden
met den Deenschen kroonprins, zegt omtrent die huwelijks-vereeniging o. a.
het volgende: Het huwelijk van prins Frederik met prinses Louise kan
geenszins worden beschouwd als eene gebeurtenis van politieke betcekenis;
wel heeft Karei XV, de koning van Zweden, gcene andere kinderen dan
prinses Louise; doch de overerving der Zweedsche kroon in de mannelijke
linie der Zweedsche dynastie is verzekerd door de omstandigheid dat prins
Oskar, 'skonings broeder, drie zonen heeft. Vereeniging der drie koning
rijken onder éénen schepter, al ware het ook maar op den voet eener per
soonlijke vereeniging, is dus iets waarop zelfs voor de toekomst gcene kans
beslaat. Ook zien wij niet, dat zulk eene vereeniging bevorderlijk voor het
welzijn en voor de onderlinge eendragt dier rijken zou zijn.
In het noorden van Schotland, te Stornoway, hebben de visschers een
buitenkansje gehad. Eene menigte walvisschen werd in de baai gezien.
Vijftig bóótenmet 140 manwisten het vlugten naar de open zee te be
letten en de visschen, naar het strand te drijven, |en na een strijd, welke 8
uren duurde, werden 195 der zeemonsters gedood. Zij waren niet van de
grootste soort, en bragten gezamenlijk 550 op.
Op den Erie-spoorweg30 mijlen van Port Jervis (Amerika)heeft een
vreeselijk ongeluk plaats gehad. Bij eene botsing van twee treinen zijn 15
personen gedood en een groot aantal gekwetst.
FRANHRIJH.
PARIJS, 1 Augustus.
De dagbladen gaan voort met het doen van mededeelingen omtrent den
inhoud van het te verwachten senaats-besluit. Die mededeelingen loopen
weinig uiteenmaar zijn over het algemeen voorbarig te achtenomdat het
ontwerp van bedoeld senaats-besluit nog niet is vastgestelden dc laatste
hand daaraan nog moet gelegd worden.
Dc opperbevelhebbers der militaire divisiên zijn dezer dagen door den
maarschalk Niel aangeschreven om de uiterste zorg en ijver aan de oplei
ding en oefening der soldaten van alle wapenen te wijden. De minister
zegt daarbijdat het land zich harde opofferingen getroost om een leger
van 400,000 man op de been te houden; dat het geene vruchtelooze opoffe
ringen mogen zijnen dat alzoo de troepen wezenlijk en in ernst voor al
de operatiën van den oorlog bereid zijn moeten.
Dingsdag 11. heeft zich een bejaard man van den zuidertoren van de
Nötre-Dame naar beneden gestort. Vóór de in aanbouw zijnde woning van
den aartspriester nedergevallenis hij op de plaats dood gebleven. Als eene
bijzonderheid wordt vermeld, dat wel de armen en de beenen van den on
gelukkige gebroken zijn en zijn ligchaam inwendig geducht bezeerd is,
maar dat zijn hoofd geene de minste kwetsuur bekomen heeft.
In de badinrigting te Enghien is een groot ongeluk gebeurd; een der
buizen, door welke het water der zwavelbronnen loopt, was verstopt; de
werkman die gezonden werd om in den put het noodige herstel aan te
brengen, had naauwelijks den voet op den tweeden sport van de ladder ge
zet of hij viel, door de opstijgende zwaveldampen bedwelmd, in den put.
Een ander werkmandie hem ter hulp sneldeonderging hetzelfde lot, en
zoo tot een getal van elf. Eindelijk werd de hulp beter georganiseerd, en
slaagde men er in om de tien personen uit den put te halen; vier hunner
waren echter reeds overleden. Drie dezer personen waren gehuwd en laten
kinderen na. Van de levend opgehaalden verkeeren verscheiden in zorg-
wekkenden toestand.
Te Douai heeft weder een verschrikkelijk ongeluk in eene der mijnen
plaats gehad. Te half 3 ure in den namiddag zou men twaalf werklieden
in een mijnwerkerskooi naar boven hijschen. Naauwelijks was de kooi tot
op eene hoogte van ongeveer 60 voeten boven den bodem der mijn gekomen,
toen 150 voeten hooger een stuk metselwerk van een kub. meter inhoud
losraakte en op een der bovenste hoeken van de kooi nederkwam, die daar
door omsloeg. De werkliedendie er zich in bevondenvielen er uit en
kwamen in een bassin teregt, dat vol water was. Tot overmaat van ramp
geraakte de kooi ten gevolge van deze beweging los van de touwen, waar
aan zij bevestigd was, en het ontzaggelijke ligchaam. 4000 kilogrammen
zwaar stortte op de ongelukkigen neder. De uitwerking laat zich denken.
Half verdronken, half door liet gevaarte verpletterd, waren deze beklagens-
waardigen een ellendigen dood gestorven, nog voordat hunne makkers, die
in de mijn aanwezig waren, hun ter hulpe konden snellen. Slechts één
hunner, Blanquet genaamd, is als door een wonder aan den dood ontkomen.
Met wonden overdekt, heeft men hem uit den kuil gehaald; des avonds te
10 ure had hij het vermogen om te spreken nog niet herkregen. Hartver
scheurend was het gezigt der 6 vrouwen met hare kinderen, die, wanho
pig jammerende, bij het opgraven der lijken hunne mannen en vaders zochten
en niets dan verstrooide ledematen daarvoor in de plaats vonden.
SPANJE
De Imparcial meldt dat in de provinciën Toledo en Giudad Real meer
dan 3000 manschappen voor het Carlistische leger aangeworven en gewa
pend zijn, en dat deze slechts op een bevel van hun hoofd wachten, om
ten strijde te trekken. Het blad dringt bij de regering aan op het nemen
van spoedige en krachtdadige maatregelen.
De berigten uit de provinciën door de regering openbaar gemaakt lui
den gunstig.
Eene bende Carlisten, in het gebergte van Toledo, gedrongen wordt ijverig
vervolgd.
PRÜISSEN.
BERLIJN, 1 Augustus.
Men verzekert dat de regering het besluit heeft genomen, om het
kanaal ter verbinding van de Noord- met de Oostzee op hare kosten te
doen graven. De kosten van aanleg zijn geraamd op 30 millioen tb.
De werkstaking onder de metselaars loopt ten einde. Met 117 patroons
is eene schikking getroffen, zoodat 2000 werklieden den arbeid hebben
hervat.
*De synode der Hernhutters-gemeenten heeft thans, na eene zitting van
vijf weken, hare werkzaamheden ten einde gebragt. Er waren in de ver
gadering een groot aantal afgevaardigden uit alle deelen der wereld aan
wezig. De genomen besluiten strekken om aan de gemeenten meerdere
zelfstandigheid te geven en het in vele opzigten nog heerschende beginsel
van uitsluiting te doen ophouden. Rit de gedane mededeelingen bleek, dat
het aantal gemeenten in verschillende overzeesche gewesten sedert eenige
jaren bijzonder is vermeerderd en dat vooral in Zuid-Afrika de werkkring
der zendiag zich meer en meer uitbreidt.
Dezer dagen had op het landgoed Grunow, nabij Prenzlau, een vreese
lijk onheil plaats. In den nacht ontstond er brand in eene der groote
arbeiderswoningen, waarin vier huisgezinnen, tellende 24 personen, waren
gehuisvest. Ten gevolge van de langdurige droogte, werden de vlammen
door het rieten dak en de wanden der woning derwijze gevoed, dat schier
geen redding mogelijk was. Binnen weinig tijds stortte het dak in en
14 personen vonden in de puinhoopen hunnen dood; de overigen waren
met brandwonden overdekt en bevinden zich meerendeels in levensgevaar.
OOSTENRIJ K.
Het gebeurde in het Carmelieter-klooster te lfrakau heeft reeds gevol
gen gehad. Twee leden van den gemeenteraad te Weencn hebben een adres
bij dat ligchaam aan het ministerie voorgesteldwaarin dringend verzocht
wordt, bij den rijksraad eene wet in te dienen, strekkende 1». om de
kloosters en al de godsdienstige genootschappen, wier statuten en ordes-
voorschriften met de constitutionele wetten en de regtcn van het individu in
strijd zijnop te heffenen 2". om dc kloosters en godsdienstige genoot
schappen. die zich aan het onderwijs, aan de verpleging van zieken en
aan andere menschlievende doeleinden wijdeneven als alle vereenigingen
van burgers, die regtspersoonlijkhcid verworven hebben, onder het toeziet
van den staat te stellen.
Het voorloopig onderzoek in zake de non Barbara Ubryk, te Krakait,
wordt ijverig voortgezet. De in hechtenis gehouden nonnen zijn reeds ver
hoord. Het kostte zeer veel moeite, haar er toe over te halen, hare sluijers
O]) te ligten. De abdis, die ook ondervraagd werd en aanvankelijk insge
lijks weigerde haar gelaat te vertoonen, kon zich niet weerhoudenden
regter van instructie dr. Gebhardt op bitteren toon toe te voegenhoe dit
de eerste maal was. dat, sedert de Fransche onwenteling, eene non voor
den wereldlijken regter verscheen. Wij kunnen ons slechts verheugen, was
het antwoord van den regter, dat wij zoover gekomen zijn zonder revolutie,
en dat wij in een staat leven, waar de christelijke stelregel der gelijkheid
zoo stipt wordt in acht genomen.
Het lijk van zekere pater Lewkowicz, die het eerst ruchtbaarheid aan de
zaak heeft gegeven en die te Czerna plotseling is overleden, zal opgegraven
worden, omdat er vermoeden van vergiftiging bestaat.
Omtrent het leven van Barbara Ubryk deelt men de volgende bijzonder
heden mede: Zij werd in 1817 te Wengrow, in Russisch Polen, geboren,
genoot eene zeer goede opvoeding in het huis harer ouders te Warschau,
en werd in deze stad op een jong student verliefd. De ouders wilden ech
ter hunne toestemming tot den echt niet verleenen en Barbara Ubryk be
sloot in een nonnenklooster haar verder doelloos bestaan door te bren
gen. Dit geschiedde ongeveer 40 jaren geleden. In 1848 kwam haar oude
aanbidder, ten gevolge der politieke gebeurtenissen, met nog andere emi
granten, te Krakau aan. Men zegt, dat hij toen met Barbara eene geheime
briefwisseling onderhielden dat deze correspondentie de aanleiding was tot
eene poging van den kant van Barbara, om uit de kloostermuren te ont
snappen. Iets zekers is hieromtrent niet bekend, doch dit staat vast. dat in
1848 werkelijk eene mislukte poging tot ontvlugting in het klooster der
Garmelieter nonnen plaats had.