voor het land in het algemeen. Voor enkele commissie-huizen en makelaars in ko loniale waren zou die splitsing der markt vermindering hunner particuliere winsten j kunnen ten gevolge hebben. Doch groote winsten aan enkele particuliere belang- j hebbenden te verzekeren is toch zekerlijk nooit het doel van het consignatie-stelsel geweest. Integendeel; hoe minder dc onkosten-rekening van het gouvernement be- zwaard wordt, des te voordeeliger voor het land. Wat de schade voor de algemeene bedrijvigheid door de koloniale markt hier te lande in het leven geroepen betreft, kunnen wij met een enkel woord volstaan. Ieder die bekend is met het mechanisme van ouzen gouvernemems-bandel in koloniale producten weet, dat de algemeene be drijvigheidde scheepvaart bedrijvigheid nu daargelaten daarbij weinig of niet geïn teresseerd is. Zij profiteert daarbij zoo uiterst weinigdat zij er ook niet bij verliezen kan. Wordt echter niet juist onze scheepvaart-bedrijvigheid, worden niet onze reederijen met ondergang bedreigd, wanneer wij het consignatie-stelsel verlaten? Deze vraag is de telkens wedeikeerende vraag bij elke bescherming van een tak van bedrijf welke opgeheven wordt. Zij is gedaan bij de opheffing der beschermende scheepvaart-regtenzij is gedaan bij elke tariefs-verlaging. Telkens werd gevraagd: «zal bet beschermde bedrijf de mededinging kunnen volhouden, nadat zijne bescher- «ming heeft opgehouden?" Zulk eene vraag is a priori niet te beantwoorden. Alleen de ondervinding en de praktijk der vrije mededinging kan aantoonen, of een tak van bedrijf zonder pro tectie kan blijven bestaan en bloeijen of niet. In beginsel echter is het reeds sinds lang uitgemaakt, dat wanneer een algemeen, het gansche land betreffend belang vrijheid en onbeperkte mededinging eischt, het belang van eenen afzonderlijken tak van nijverheid daartegen niet mag wegen. En de ondervinding heeft tallooze malen bewezen, dat de prikkel der mededinging de bezorgde en aan bescherming gewende bedrijven gezonder en krachtiger gemaakt heeft dan zij het, tijdens de bescherming, waren. Hetzelfde verwachten wij van onze scheepvaart en reederijen. Wij ontken nen geenszins, dat het consignatie-stelsel onze vroeger kwijnende scheepvaart aan zienlijk ontwikkeld heeft; doch even weinig kan men ontkennen, dat het haar zeer eenzijdig ontwikkeld heeft. Het was alsof voor onze reeders geene andere havens in de wereld bestonden dan de nederlandsche en de nederlandsch indische havens en alsof met de regelmatige pakvaart tusschen AmsterdamRotterdam en Batavia alle behoeften van onzen handel bevredigd waren. Door de tegenwoordige wijze van bevrachtengunning bij inschrijving aan den laagsten inschrijveris het groot belang dat onze reeders vroeger konden hebben bij het behoud van het consignatie-stelsel reeds nagenoeg vervallen, en zijn zij verpligt geworden het oog ook op elders te behalen winsten te vestigen. De verkoop in Indië zalgelooven wijten slotte blijken eene nieuwe toekomst en nieuwe bronnen van vertier voor onze scheepvaart te hebben geopend, en de heilzame prikki-1 der mededinging zal krachtig kunnen medewerken om onze reeders zich in groothandelaren te doen vervormen. Eene hloeijende indische markt zal er toe bijdragen om daar meer en meer handelshuizen zich te doen vestigen, en de behoefte om van daar regtstreeks en langs den kortsten weg producten naar elders te vervoeren zal eene drukke scheepvaart-beweging in het leven roepen. Is eenmaal, gelijk thans eene groote waarschijnlijkheid geworden is, het kanaal van Suez voor de groote scheepvaart opengesteld, dan zullen ook wij ons van dien nieuwen waterweg moeten gaan bedienen om onze verbruikers zoo spoedig en zoo goedkoop mogelijk te helpen. Voor onze groote koffijverbruikers in Zuid- Dnitschland is dan de aanvoer regtstreeks uit Indië door de Roode Zee naar Triëst eéne noodzakelijkheid geworden. Want indien wij ook dan wilden blijven vasthou den aan ons consignatie-stelsel, en onze consumenten dwingen wilden onze producten hier te komen koopen, zouden wij zeer veel gevaar loopen onze Java-koffij te zien verdringen door de direct uit de landen zijner productie aangevoerde Kaap- en Ceylon- koffij. De vraag, of de nederlandsche scheepvaart in deze nienwe toestanden de mededinging met de vreemde scheepvaart zal knnnen volhouden, is eigenlijk de vraag; «Verstaan onze reeders hun belang, en znllen zij wakker genoeg wezen «zich niet door de vreemden te laten overvleugelen?" Wij aarzelen niet die vraag bevestigend te beantwoorden. Wij zien in het verlaten van het consigDatie-stelsel bok voor onze reederijen, voordeel in plaats van nadeel. Hun werkkring zal wijder worden en met de nieuwe gelegenheden zullen zich nieuwe bronnen van winst openen. Op welken grónd het voor onze reeders zoo beschamend vermoeden kan rustendat zij niet verstandig en voortvarend genoeg wezen zonden hun eigenbelang te behartigen, hebben wij niet kunnen ontdekken. Ten slotte zullen wij nog een enkel woord zeggen over het punt dat voor de Kamer van Amsterdam bovenal de aanleiding tot het doen van haar voorstel schijnt geweest te zijn. Door allengs meerdere uitbreiding te geven aan den verkoop van producten in Indië zullen, zegt die Kamer, ter aanvulling van het administratief tekort aldaar, door het gouvernement minder wissels getrokken en minder specie overgezonden behoeven te worden. Wij gelooven dit ook, maar dit motief voor het voorstel geldt bij ons slechts in de tweede plaats. Wij beamen geheel hetgeen de Kamer van Amsterdam voor dit motief aanvoert, doch blijven meenendat grootere en meer algemeene beweegrede nen van staats- en handelsbelang aan de uitbreiding van den verkoop van gouverne- ments-prodneten in Indië moeten te gronde gelegd worden. Daarom hebben wij deze beweegredenen voorop gezet. Ten aanzien der wisseltrekkingen van het gouverne ment is de beste raad dien wij weten te geven deze, dat het nederlandsch gouver- nement, wanneer het als handelaar optreedt, ook in deze aangelegenheid handelen 1 moet gelijk eik handelaar, die zijne zaken verstaat, in zoodanig geval handelen zou. Het gouvernement moet het gewone handelsgebruik volgen en niet beproeven de markt te dwingen. Kunstmiddelen kunnen ook hier niet anders dan verwarring veroorzaken en zullen ten slotte hem die het kunstmiddel bezigt het meest benadee- len. Dat vermeerderde verkoop van gouvernements-producten in Indië een natuurlijk j en eenvoudig middel is om het geldelijk te-kort aldaar aan te vullen en verre ver kieselijk boven officiële wissel-speculatiën behoeft, na hetgeen daarover reeds, zoo wel door de Kamers van Amsterdam en Rotterdam als door andere deskundigen j gezegd isonzes inziens geen verder betoog. Op al deze gronden ondersteunen wij ten sterkste het voorstel tot uitbreiding van den verkoop van gouvernements-prodneten in Indië. Men meldt ons uit Katwijk aan Zee, dd. 25 Aug.: De eerste haring schuit, schipper L. van Duin, is alhier aangekomen met 13000 stuks slenr- haringwelke is verkocht voor 27 per 1000 De door dit vaartuig aan gevoerde pekelharing is opgehouden ad 20 per Ion. De heer L. Meerburg, cand. lot de It. dienst, is beroepen tot predikant der berv. gemeente te Aalst (prov. Gelderland). Uil Boskoop vernemen wij het volgende: De kweekerijen hebben de zen zomer betrekkelijk weinig door dc droogte geleden, daar de lage veen gronden lang vocht honden of. hij liet inlaten van water, spoedig vocht aannemen. Dit neemt niet weg dat regen altoos wenschelijk bleef. De aardbeziën hebben schoon gebloeid en overvloed van vruchten gegeven, doch wegens de hitte moest de pluk met overijling geschieden en was de verzen ding in vier weken afgeloopeu die andere jaren ongeveer zeven weken aan houdt. Omtrent alle andere vruchten is eene vroegtijdige rijpheid op te merken. Peren en appelen, van de laatste eene menigte, zijn niet groot van slok en vele onzuiver; late, fijne soorten, die anders tot October kun nen hangen, worden nu reeds gepinkt en tnen stelt zich voor dal die soor ten niet lang zullen duren De perziken, die vrij goed beladen zijn, heuben een minder aangename» smaakdan iu gematigden zomer het geval is. Van de tentoonstelling der pouinlogischc vereenigingdie gewoonlijk in September wordt gehouden heeft men dan ook eene minder gunstige verwachting. Omtrent die vroegrijpheid meldt men uil de Veenen, dat de snijboonen en augurken wel een buitengewoon gewas hebben opgeleverd, maar hel ook van zeer korten duur is geweest Die vruchten, wier groei niet getemperd wtrd door eenig gematigd weder, waren in weinige dagen ontwikkeld en moesten onverwijld geplukt worden of gingen verloren. Van daar dat er zulke voorbeeldelooze partijen te groot geworden angurkenvan geene waarde voor den inmaakvan de hand werden gedaan. De rekening js hierdoor uiinder winstgevend gebleven. Te Rijnsburg is het treurig gesteld met de hloemkoolteeltdie anders bjjna voor de geheele gemeente bestaan oplevert. Sommige tuinders spreken voor hun hoofd van ƒ8000 en meer schade, en een aantal arbeiders, door vol- komen misgewas reeds nu schier buiten verdiensten, zien den jwinter niet zonder kommer le gemoet. Op den 25e" dezer is op Schoonoord te Oosterbeek in den ouderdom van 66 jaren, overleden de heer mr. Jakcb van Lennep, kommandeur van de orde van den Sederi. Leeuw eu van de Eiken-Kroon, officier der Leo poldsorde, rijksadvocaat in de prov. Noordholland, enz. De Staatscourant beval de verslagen der commission in 1868 belast met het afnemen der examens van leerling-apotheker. In liet geheel wer- deu geëxamineerd 49 candidate», waarvan werden toegelaten 36 en afge wezen 13. Toegelaten werden: W. üreylW. F. Hammes, J. Heynis W. VV. H. Klimmer, J. Langebaerd Jr.D. B. Liedermooy, A.B. Pastoor' P. H. Beijers, J. Th. B. van der Hoest. J. F. Roost, G. C. Smith, a! van StappersliocfA. Visser, E. VV. VYollf, A. de Witte, A. T. Was, U, PeddemorsJ. T. A. Rtjkholt, VV D. Berghuis, L. Stcinmetjer, W. Bak- kerH. li. Smnige, F. de Haas, A. va» Laer Diuksrove, J H. Peel. VV. Meijeringh, J. E. Scri»erius, P. H. Boonzajer, J Poniie, K. van Giffen, J. K. van der iMeer, A. E. van der Mculetitl. VV. Wester, J. J. Lan' tinga; en mejufvrouwen A. M. Tobbe en A. Wygcrs Visser. De commissaris des kouings in deze provincie heeft aan hh. burge meesters der geoieenten kennis gegeven, dat hij naar aanleiding van het zich te Noord-Wadditixveen voorgedaan hebbende geval van vee-lyphus, den minister van binneiil. zaken heeft voorgesteld een deskundige te benoemen om le worden geraadpleegd bij onverhoopt verder voorkomende gevallen van dien aard en dat genoemde minister hem daarop kennis heeft gegeven dat Z. M. daartoe voorloopig beschikbaar had gesteld den lieer .1. A. Alers rijks-veearts le kl. te 'sHage. Voorts verzoekt de heer commissaris bh. burgemeesters om, wanneer in eenige gemeente een geval van veeziekte zicli mogt openbaren, terstond per telegram, of, zoo dit niet mogelijk is, per expresse daarvan kennis te geven aan den minister van burnetii, zaken aan hem en aan den heer J. A. Alcrs, Fagelsiraatn°. 5, te 's IIage. Men verneemt dat de kweekelingen aan de school voor militaire ge neeskundigen te Utrecht aanschrijving hebben bekomen om zich op den jsten October a. s. ter beschikking le stellen van den eerst-aanwezenden officier van gezondheid te Amsttrdam, met opgaaf van hunne woonplaats daar ter stede. Alleen die kweekelingen van liet laatste studiejaar, welke in December a. s. staatsexamen moeten afleggen, zonden lot dien tijd te Utrecht hunne studiën blijven voortzetten. De luit.-kolonel dr. A M. K. van Hasselt zou van rijkswege met het toezigt en militair chirurgisch onder wijs der kweekelingen belast zijn. Overigens zullen de kweekelingen de collegies aan de geneeskundige school te Amslerdam bijwonen. De docenten der opgeheven school zouden meerendeels te Utrecht bij liet rijks-hospitaal blijven. Aan de Israëlielische militairen is van 15 Sept. tot 14 Oct. a. s. verlof verleend om de in dal tijdvak invallende feesten in hunne haardsteden te vieren. Tot leeraar in de oude talen enz. aan het athenaeum te Deventer is benoemd de heer dr. H. G. A. Bakhuizen, conrector te Assen. De arrond.-regtbank te Utrecht heeft gisteren uitspraak gedaan in de zaak van het ongeluk op den Rijnspoorweg op 2 Junij II. De regtbauk heeft den machinist G. v. Z. vrijgesproken, van liet zonder opzet doen ont slaan van gevaar voor een spoortrein, dat hij had kunnen en moeten voorzien en waarvan verwondiug eu andere ligchamelijke letselen bij onderscheidene personen en verlies van menschenleven het gevolg is geweest. De kosten ie dragen door den staat. Terstond na die uitspraak verklaarde de officier van justitie in hooger beroep te zullen komen. Omtrent een brand, waardoor in de vorige week te Enspijk 7 huizen en 5 hooibergen een prooi der vlammen werden, verneemt men dat er vermoe den is gerezen dat aldaar opzettelijke brandstichting heeft plaats gehad en wel om zich uit geldelijke verlegenheid te redden. De rcglbank heeft zich met de zaak bemoeid. De vrouw des huizes, waar de brand ontstaan was, is preventief in hechtenis genomen en naar Tiel opgezonden. Zondag II. sloeg de bliksem in eene woning onder de gemeente Ou denhoorn. Door de schuur ingegaan zijnde, baande hij zich een weg door den muur der slaapkamer, verbrijzelde daar een bureau, wierp tafel, kagchel en andere meubelstukken omver en verdween door den schoorsteen, dieu hij »an den brandgevel losrukte en gedeeltelijk door hel dak slingerde. Door den schok werd de ballon eener lamp met zoo veel kracht legen de deuren van een daartegen overstaand kabinet geworpen dat daarin honder den stukjes glas als zoo vele diamanten schitterden. In liet huis werd eene sterke brandlucht waargenomen. Vrijdag 11. is te Ammerzoden zekere Jan Stelt door den bliksem doodge slagen. Hij had zich met een ander arbeider, Arie Vos, na alvorens met nog vier andere personen onder een hort geschuild te hebbenonder een boom hegeven denkende dat het onweder voorbij was. Hij werd daar zoo danig gedoffen, dat hij onmiddellijk een lijk was; zijne kleedereu waren van liet ligcliaam gescheurd. Zijn makker werd mede lievig getroffen en in eene sloot geworpen; zjju toestand is zorgelijk. Aangaanden den te Gulpen gepleegden kindermoord meldt men dat de vermoedelijke vader van het kind een bejaard weduwnaar is en de moe der eene weduwe. Beiden zijn in verzekerde bewaring genomen. De mis daad seliflnt door hen beiden gepleegd te zijn, en uit geregtelijk onderzoek en verklaring van deskundigen hlykt dat het in den kelder opgegraven lijkje levend is begraven. Te Brussel had dezer dagen een, met medewerking der regeringdoor den muziekhandelaar Sclioit en liet Belgische congres voor kerkmuziek ont worpen concours plaats, voor het vervaardigen eeuer mis voor drie man nenstemmen met begeleiding van orgel. De eerste prijs is toegewezen aan den lieer E. Kretschmer, organist te Dresden; de tweede aan den heer J. Lobman, directeur van liet kerk-orchest te Ostrilz in Saksen, en den der den aan den heer Summers, componist te Parijs. Door den lieer C. Lust, organist te Brussel, is de eerste prrjs behaald voor hel schrjjven van vier gewijde motetten. In den toestand van den kroonprins van België wordt, volgens dc uitge geven bulletins, eenige verbetering opgemerkt. 's GRAVENHAGE 27 Augustus. Tot regter in de arrond.-regtbank te Tiel is benoemd de heer mr. J. J- Smits, thans kamonregter te Eist, en tot substituut-officier bij genoemde regtbank jhr. mr. T. Serraris, thans griffier bij het kantongeregt te Rulst.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1868 | | pagina 2