LMOSCHE COURANT. 1867. VRIJDAG 11 OCTOBER. STADS-BER1GTEN. Leyden, 10 October 1867. v. PUTTKAMMER, Secretaris. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant wordt MaandagIVoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag avond. 4- 'J&'j'tfr-. - V /jr- 'Aieti. -■ N". 122. a*-. De prijs der Courant is f 3.per vierendeel jaars. Afzonderlijke nommers zijn tegen 10 Cents verkrijgbaar. Bij deze Courant wordt verzonden /V'°. 22 (blad 37 en 38) en Nc. 23 blad 39) der Handelingen van den Gemeenteraad. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEY DEN brengen ter kennis van belanghebbenden, dat de gewone weekmarkt voor rundvee binnen deze gemeente weder wordt opengesteld, te beginnen met Vrjjdag 18 October ek. Burgemeester en Wethouders voornoemd, STOFFELS Weth. I. B. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN, Gezien de adressen van: 1°. David Machiel Speyer, vleeschhouweralhier woon achtig, houdende verzoek om het pand op de Mare, hoek Brandewijnsteeggetee- kend wijk VI n°. 1210, tot slaytplaats te mogen inrigten en bezigen; 2°. Her manos Gerardos Sonders, meubelmaker en winkelier, wonende binnen deze gemeente, waarbij hij toestemming vraagt tot het doen plaatsen van een schoorsteenter uitoefening van zijn beroep, in het in aanbouw zijnde perceel op de Hooigracht, hoek Koorsteeg, wijk VII n°. 792 en 793; Gelet op het Koninklijk besluit van den 31s'cn Januarij 1824, rakende vergunnin gen ter oprigting van sommige fabrieken en trafieken Doen te wetendat tot het hooren der eigenaars en bewoners van de naastbijge- legene en belendende pandenten opzigte der information de commodo et incom- modo, door Burgemeester en Wethouders zal worden gevaceerd op het Raad huis dezer Gemeente, op Maandag den li1100 October aanst.'s voormiddags te elf nren; zullende de belanghebbenden verpligt zijn, hunne bezwaren tegen die verzoeken op dien tijd in te brengen, terwijl, bij verzuim daarvan; zij gehouden zullen worden zich tegen de inwilliging niet te hebben verzet. Burgemeester en Wethouders voornoemd STOFFELS, Wethr. 1. B. Leyden, 7 October 1867. v. PUTTKAMMER, Secretaris. LEYDEN, 10 October. In de zitting van den gemeenteraad van heden is benoemd lot lecraar in de wiskunde aan de gemeente-instellingen voor hooger en middelbaar onder wijs de heer H. Brongersma, reeds bij die instellingen werkzaam, en lot leeraar in de Nederl. taal- en letterkunde en de geschiedenis bij genoemde instellingen de heer W. P. Woliers, pred. te Harlingen. Betreffende de tractementen van den tweeden en van den derden leeraar in de wiskunde bij die instellingen is tevens besloten die gelijk te stellen en op 1600 te bepalen. Eene voordragt tot het in gebruik geven van eenige localen aan het garnizoenom te dienen tot kleederroagazijn voor het hier in bezetting komende eskadron huzarenis goedgekeurden op het adres van Dros en Gebr. Tieleman, tot het leggen van een duiker, gunstig beschikt. Omtrent het verzoek van M. van den Dop, tot onderhandsche huur van het voormalige Galgeveld, kon geen besluit genomen worden, omdat bij de stemming over een voorstel, om die huur voor slechts een jaar aan te gaan, de stemmen staakten. Daarna is de behandeling voortgezet van de algemeene policie-ver- ordening, waarmede men in deze zitting genaderd is tot art. 80. Het droo- gen van vachtengaren- en wolleristoffen of van andere voorwerpen aan de leuningen der bruggen is thans afhankelijk gesteld van de vergunning van den gemeenteraad. Voorts is o. a. nog besloten tot het opheffen van de op ver schillende plaatsen zich bevindende hoefslagen tot het nederleggen van puin. Door den heer van Heukelom is, in het belang van het behoud van de open bare straat, waarvan het onderhoud zooveel kosten veroorzaaktvoorgesteld bet schrobben der straten te verbieden. Dit voorstel komt bij de verdere behandeling der verordening aan de orde. Door den voorzitter werd medegedeeld dat hij een schrijven had ontvan gen van de commissie van fabricage, waarbij deze te kennen gaf, dat het bij onderzoek gebleken was dat de brug over den Ouden Rijn bij de Hoog- landschekerkgracht in eenen hoogst gevaarlijken toestand verkeerde en drin gend herstel vorderde. Hij had reeds last gegeven om, Ier voorkoming van ongelukken, de passage te sluiten, en in de volgende vergadering zou eene voordragt tot herstel dier brug worden gedaan. Naar wij vernemen ontving de hoogleeraar G. C. B. Suringar dezer dagen, uit handen van hb. curatoren van de Leydsche Hoogeschool, een prachtige zilveren vaas, in gegraveerde letters dit opschrift dragende: G. C. B. SVRINGARIO V. C. IN F AC. MED. ACAD. L. B. PROF. ORD. INSIGNI MVNIFICENTIA IN MVSEVM ANATOMICVM B. M. CVRATORES ACAD. LVGD. BAT. D. D. MDCCCLXVII. hetwelk bij omschrijving beteekent: De verzorgers van de Leydsche Hoogeschool hebben ten jare 1867 deze vaas vereerd aan den heer G. C. B. Suringar, gewoon hoogleeraar inde medische faculteit, als hebbende zich zeer verdienstelijk gemaakt door een mild geschenk, ter verrijking strekkende van het anatomisch kabinet der Leydsche Hoogeschool. Wij verheugen ons dat de curatoren op zulk eene onbekrompen wijze een blijk hebben willen geven van hunne erkentelijkheid aan den hoogleeraar, die in het vorige jaar, ter bevordering van het pathologisch-auatomisch onderwijs, afstand gedaan had van zijne kostbare verzameling van belang rijke ziektekuudig-ontleedkundige voorwerpen, welke hij gedurende een tjjd- vak van 36 jaren deels zelf had bewerktdeels van elders bijeengebragt. Welke voorwerpen in de laatste zomer-vacantie in het gebouw van het museum anatomicum geplaatst zijn. De hoogleeraar had dit zijn geschenk doen vergezeld gaan van eenen gedrukten catalogus, die in 't Latijn geschreven is en eene wetenschappelijke beschrijving van die voorwerpen bevat. Van welken catalogus wjj vernemen dat aan de mannen van het vak en aan andere belangstellenden zoo hier als elders een exemplaar is toegezonden. De heer de Timmerman, majoor-kommandant der dd. schutterij alhier, raogt dezer dagen het voorregt smaken gedurende het vjerde van eene eeuw de schutterljjke dienst te hebben vervuld. Het corps officieren en vele oud officieren, die met en onder hem gediend hebben, vereerden ZflEG. eene eere-sabel met de volgende inscriptie: (aan de eene zijde) Aan P. F. IV. de Timmermanmajoor-kommandantXXV jarige dienst (aan de andere zijde) Aangeboden door de officieren en oud-officieren der Leydsche dd. schutterij. Zij is versierd met het eereteeken van 25-jarige dienst en met het familie wapen van den jubilaris. Zijr.e Majesteit onze geëerbiedigde koning had reeds gunstig beschikt op de aanvraag om die sabel in dienst te mogen dragen en tevens aan het dageljjksch bestuur dezer gemeente opgedragen aan den majoor-kommandant de Timmerman tloogstdeszelfs besluit uit te reiken, waarbij ZHEG. bevorderd werd tot luitenant-kolonel. Die plegtigheid had hedenmorgen plaats. De heer Stoffels (bij afwezigheid van den burgemeester) kweet zichvergezeld van de andere wethouders en den gemeente-secretaris, van den koninklijken last, waarna de heer Scheltema aan het hoofd van eene commissie van officieren en oud-officieren de eere sabel aanbood. Bij den uitgever A. W. Sijthoff alhier ziet het licht: liet zegelrecht der dagbladen in Nederland door Maurits II. van Leeeene verhandeling uitgesproken op het 9de Nederlandsch taal- en letterkundig congres, dat in Augustus jl. te Gent is gehouden. Men ontvangt hier een warm pleidooi voor de afschaffing van het dagbladzegel, waarbij de heer van Lee toont, dat hij de zaak, die hij voorstaat, wel doordacht heeft en volkomen mees- Ier is, terwijl hij in de ontwikkeling zijner argumenten blijk geeft dat de dagbladpers in hem een bekwaam verdediger heeft gevonden. In fiksche trekken schetst hij de gewigtige rol der drukpers en de belemmering, die de dagbladpers ondervindt, niet alleen door het eigenlijke dagbladzegel, dat eene grondbelasting der gedachten-uitdrukking, maar ook door hetzegelregt op de advertentiBndat eene onzer eeuw onwaardige en barhaarsche belas ting genoemd wordt. Voorts wordt betoogddat de afschaffing van het zegelregt geene zoo aanzienlijke opoffering voor de schatkist zou zijn, aangezien het voorbeeld van andere landen leerde, dat men, door het ver- Imcerderd debiet, in de toenemende frankeergelden schadeloosstelling vond. Eiudel()k wordt aangetoond, dal de wetgever hier te lande, in vergelijking met die van andere landen, de zwaarste offers van de dagbladpers eischt. Tot staving daarvan worden opmerkelijke cijfers gegeven en strekt een over- zigt van de zegelwetten in eenige stalen van Europa, aan de verhandeling toegevoegd. Het verwondert ons niet, dat deze rede op het congres met zooveel b(jval werd aangehoord, dat men den spreker vergunde den tjjd, aan de leden voor het doen hunner voordragten toegestaan; verre te over schrijden, en dat men besloot het gesprokene in ruimer kring bekend te maken. Het achteraan opgenomen verslag der beraadslagingen van het congres over deze zaak doet ons ziendat zij bij de leden algemeene sympathie ondervond. Of echter de verwachtingen van den heer van Lee wel geheel zullen worden verwezenlijkt en de afschaffing van het zegel op de dagbladen inderdaad die vruchten zal opleverenwelke hij zich daarvan voorstelt, zal de tijd moeien leeren, wanneer de zaak, waarvoor gestreden wordt, zal verkregen zijn. Uit deze omstreken wordt ons gemeld dat ten gevolge van hevigen regen en guur weder het gras in de weilanden veel is verminderd, terwijl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1867 | | pagina 1