In de zitting van de eerste kamer van gisteren zijn de beraadslagin- gen voortgezet over het wets-ontwerp lot regeling der schntierijen. Onder scheidene leden, de hh. Hengst, Fransen van de Putte, Cremers, Schot, van Sasse van Ysselt en Michiels van Kessenich, ontwikkelden bezwaren tegen de wet. Die bedenkingen waren geput uil de grondwet, welke, naar men oordeelde, iets anders had bedoeld, dan met dit ontwerp werd beoogd; men kwam op tegen den druk, welken de voorgedragen bepalingen op het grootste gedeelte der bevolking zon uitoefenen, en bepaaldelijk legen de be zwaren, welke voor de kleinere gemeenten daaruit zouden voorspruiten; men oordeelde dat de vrijstellingen niet behoorlijk geregeld waren en dat uit een financieel oogpunt aan de gemeenten belangrijke lasten zouden wor- j den opgelegd, welke de staat zoude belmoren te dragen. Aan de zijde der voorstanders, de hh. Messchert van Vollenhoven en Schimmelpenninek van der Oye, werd betoogd dat de voordragt was ingediend ter vervulling van een in de grondwet voorkomend voorschriftdat geheel dienovereenkomstig was gehandeld, en dat de daartegen aangevoerde bezwaren als overdreven te beschouwen waren, daar zij, naar uien oordeelde, niet onoverkomelijk waren te achten. Bij verwerping van het ontwerp zou de wet van 1827 in werking blijven, hetgeen men des te meer betreuren zou, omdat, na het mislukken ecner poging om in het gebrekkige verbetering aan te brengen, hel te voorzien was dat de regering, welke dan ook, niet spoedig genegen zou wezen, om eene nieuwe regeling ten deze te ontwerpen. De minister van binnenl. zaken heeft daarna de wet tegen de verschillende bedenkingen verdedigd. De minister bragt zijne rede in deze zitting niet ten ciude. In de zitting van heden zijn de beraadslagingen voortgezet. De minister van binnenl. zaken, zijne rede voortzettende, voerde nog eenige punten van verdediging aan. De minister van oorlog wederlegde de bezwaren der sprekers, voor zoover die van militairen aard waren. Hij drong aan op aanneming der wet, ten einde de verdediging des Vader lands op goede gronden te bouwen. De heer de Vos van Steenwijk verklaarde zich, niettegenstaande deze verdediging, tegen de wetdie hem niet genoeg waarborgen gaf voor de versterking onzer weerbaarheid. Replicerende, per sisteren de hh. Hein, Cremers, Michiels van Kessenich en Fransen van de Putte bij hunne nteening tesen de wet, terwijl de hh. Joost van Vollenho ven, van Beeck Vollenhoven en Messchert van Vollenhoven zich voor de j wet verklaren. j Na repliek des ministers wordt het ontwerp in stemming gebragl en ver- j worpen met 19 tegen 15 stemmen. Daarna is de kamer tot nadere bijeenroeping gescheiden. In de zitting van de prov. staten van heden heeft de commissie, belast met het onderzoek der geloofsbrieven van den heer D. van Weel, verzocht in het bezit te worden gesteld der stembilletten en der kiezerslijsten van de eerste stemming in het hoofdkiesdistrict Middelharnis. Hieraan zal gevolg gegeven worden. Achtereenvolgens zijn onderscheidene onderwerpen behandeld. Op het ver- j zoek van regenten van het r. k. wees- en oudeliedenhuis te Leyden om een voor- schot van 6000, tot verbouwing van het gesticht, is, overeenkomstig hel voorstel van ged. stalen, afwijzend beschikt. Toegestaan is een subsidie van ƒ32000 aan de gemeente Alkemade c. a. tot het verbeteren der wegen tusschen die gemeente en Leyden. Naar men verneemt zal Zondag aanst. het muziekcorps van het Paleis voor Volksvlijt, te Amsterdam, eene muziekuitvoering geven in de Societeits- tent, in het Bosch. Bij de heden aan het dep. van marine gehouden aanbesteding, waren de minste inschrijvers voor vlaggedoek de hh. van Hartrop en Zoon te Ley- den ad ƒ849.05 de 100 el, en voor laken de heer Scheltema Jz. te Leyden ad ƒ648 de 100 el. Naar men verneemt heeft een der boden van het alhier gevestigd be- grafenis-fonds «Let op uw Einde" zich uit de voeten gemaakt met eene som van ongeveer ƒ4000. Hij moet valsche quitantiën, valsche bewijzen van overlijden, enz. vervaardigd hebben, hetgeen eerst acht dagen geleden is ontdekt. Men vermoedt dat hij de wijk naar Engeland genomen heeft. Een der inspectetiren van politie heeft deu dader te Rotterdam trachten op te sporen, maar Item niet gevonden. BU1TENLANDSCHK BERIGTEN. ENGELAA Et. LONDEN. 7 Julij. Lord Derby heeft in het hoogerhuis zijne vroeger medegedeelde opvat ting omtrent den waarborg van Luxemburgs onzijdigheid bij verdrag van 11 Mei bepaald, nader uiteengezet. Luxemburgs onzijdigheidzeide hij, rust op de gezamenlijke slem en op hel gemeene eergevoel van al de mo gendheden, die bet Londensche verdrag hebben onderteekend, Het gevolg eener collective waarborging is, dat elke borg voor zijne eer verpligt is de gewaarborgde onzijdigheid zelf te eerbiedigen, en bij schending dier onzij digheid door eenen anderen staat wel geregtigdmaar niet verpligt is deswege alleen en zonder de andere borgen oorlog te verklaren. Het zou eene onderneming in den geest van Don Quicholte zijn, zoo Engeland Luxemburgs onzijdigheid tegen Frankrijk bij voorbeeld, of tegen Pruissen of wel tegen beiden verdedigen wilde; tot zulk eene onderneming ver pligt het nieuwe verdrag niet. De waarborg voor Luxemburgs onzijdig heid ligt niet in de strijdkrachten van eene of andere mogendheid, maar in het eergevoel van al de waarborgende mogendheden te zamen. Faalt dat eergevoel bij eene van haar, dan heeft elke van de andere niet de verplig- ting, maar de vrijheid omzulks goed vindende, afzonderlijk of roet anderen stappen tot instandhouding der gewaarborgde onzijdigheid te doen. Lord Russell en anderen verklaarden zich met die zienswijze niet te kunnen veree nigen. Lord Russell legde veel gewigt op de zedelijke verpligting, voor eiken van de borgen voortvloeijende uit het verdrag. Engeland is op hel punt om Abyssinië den oorlog te verklaren, zoo verzekert de Morning Star. Kolonel Merewether, de laatste agent, die door de regering werd afgevaardigdom te trachten de Engelsche gevange nen in vrijheid te doen stellen, heeft keizer Theodorus een ultimatum doen toekomen. De beroemde Afrikaansche reiziger Ilohlfs, uit Bremen, over wiens lot men ernstig beducht was, is thans in welstand in Engeland aangekomen. Te Preston is de grootere weverij van de hh. Bashall en C°. afgebrand. De schade, die echter door assurantie is gedekt, wordt op 150,000 be groot. 900 werklieden zijn door dit ongeval tijdelijk van broodwinning utroofd. Naar men uit New-York meldt schijnt Juarez zeer weinig staal op de bestendigheid zijner regering te maken; want hij zendt heimelijk tafel zilver; jnweelen en geld naar de Vereenigde Staten, om daar voor hem be waard te worden. Kennelijk vreest hij dat Ortega of een ander van zijne mededingers bij de in Mexico heerschende regeringloosheid spoedig in staat zal zijn zich er meester van het bewind te maken. De voormalige dictator van Mexico Sanla-Anna is thans ook gefusil leerd; hij had getracht Mexico op nieuw binnen te sluipen, maar werd ge vangen genomen. Hij had reeds den 77jarigen ouderdom bereikt en stond wegens zijne vroegere handelingen, zeer ongunstig bekend. FKANHKMH. PARIJS, 7 Julij. Hoewel reeds gemeld is dat de Fransche gezant in Mexico aan boord van een Fransch oorlogsvaartuig is overgegaan, schijnt men echter op dat berigt niet zoo staat te maken dat men zonder ongerustheid is omtrent zijn lot. Volgens hier ontvangen berigten zijn met keizer Maximiliaan ook 26 Fransche olficieren, die in dienst des keizers waren gebleven doodgeschoten. Men zegt, dat eene aanvrage oui verlof tot eene interpellatie bij liet wetgevend ligchaam zal worden ingediendten doel hebbende van de rege ring te vragen, dat zij, met het oog op den dood van keizer Maximiliaan maatregelen neme, om het leven en den eigendom te beschermen van dé Franschen die zich in Mexico Jtevinden. Men wil weten dat alle Europesche regeringendie gezanten in Mexico hebben, in gemeenschappelijk overleg hebben besloten hare gezanten teru» te roepen. Ook zou aan den bevelhebber van het maritiem station te New- Y'ork bevel zijn gezonden het station in de Mexicaansche wateren te ver sterken. Een der uit Mexico teruggekeerde generaals heeft eene circulaire ver spreid, welke maarschalk Bazaine indertijd heeft uitgevaardigd en waarin met betrekking tot het decreet van 10 October 1865, dat van het Mexi caansche keizerlijk bestuur is uitgegaan, en waarbij alle Juaristen als buiten de wet staande worden verklaard, blijkt, dat die circulaire is uitgevaardigd geheel op aandrang van Bazaine, zoodal keizer Maximiliaan daaraan geheel onschuldig moet geweest zijn en zich er zelfs ernstig tegen aangekant moet hebbenterwijl Bazaine er zich op beroemd zou hebbendat hij het aan den keizer «ontrukt" had. De Moniteur had in een artikel over keizer Maximiliaan gezegd, dat Mexico zich ten opzigte van dien keizer had schuldig gemaakt aan gekwetste majesteit. Het Journ. des Uéb. zegt daaromtrent: Wij hebben te veel re- voluiiën doorworsteld, om een juist besef behouden te hebben van hetgeen de Moniteur een «misdaad van gekwetste majesteit" noemt, liet is, om de verontwaardiging op te weiken, genoeg, dat men in den dood van den ongelukkigen vorst eene misdaad van gekwetste menschheid ziet. La France berigt dat de Paus een lijkmis voor keizer Maximiliaan heeft gevierd, onder deelneming van al de te Rome vereenigde geestelijken. De sultan zal Donderdag deze hoofdstad verlaten en zich naar Enge land begeven. ITA LIE. Bij den aanvang der beraadslagingen in de Italiaansche kamer van af gevaardigden over de wet op de kerkelijke goederen heeft de heer Ratazzi verklaard dat de regering bereid was het door de commissie voorgestelde ontwerp, behoudens eenige wijzigingen, tot grondslag van de discussiën aan te nemen, met bijvoeging dat de bankiers, met welke het aan de ka mers voorgelegde contract gesloten was, verklaard hadden uit vrije bewe ging daarvan af te zien en het contract als opgeheven te beschouwen, ten einde aan de regering volkomen vrijheid bij de discussie te laten. De hoofdtrekken van het ontwerp der commissie zijn: 1°. verscherping der wet van 7 Julij 1866, wat betreft de opheffing van geestelijke corpora- tiën. Behalve de opheffing der monnikenorden verlangt men ook die der kanonikaten der beneficiën der kapellanijen en van een aantal sennnariën. Verder wenscht de commissie, dat de vacerende diocesen voorloopig in dien toestand worden gelaten, ten einde er eenige te kunnen opheffen. Al de goederen van deze opgeheven zedeljjke ligchamen worden even als die der monnikenorden, bij het domein gevoegd. In plaats echter van thans eene schatting te heffen gelijk in liet plan der regering was voorgesteld, worden in de verschillende gewesten regerings-comroissiën aangesteldbelast met den verkoop van het domein, en eene centrale commissie van loezigt en be heer, en in stede van, gelijk de regering, Erlanger c. s.te beschouwen als gevolmagtigde plaatsvervangers der regering, schijnt de commissie aan Erlanger alleen te willen opdragen de taak der plaatsing van pandbrieven, die door den staat zeiven zullen worden uitgegeven. Het bedrag schijnt tè zijn bepaald op 430 millioenwaarvan de helft in hel land zelf moet wor den geplaatst. Deze obligatiën zouden 7 pCt. rente dragen en binnen 25 jaren a pari moeten worden afgelost. De processie te Rome gehouden ter gelegenheid van het eeuwgetijde der apostolische martelaars en van de heiligverklaring der Gorkumsche mar telaren is zeer luisterrijk geweest. De optogt, waaraan 480 prelaten, 40 kardinalen en 440 bisschoppen deelnamen, duurde nagenoeg 2 uren. De laatste groep werd door den Paus (met den gouden mijter gedekt en op de sedia gestatoria gedragen) en zijne hooge hofbeambten gevormd. In de St. Pieterskerk gekomen, heeft de II. Vader plaats genomen op den daar opgerigten troon, en het formulier der canonisatie van de Gorkumsche mar telaren uilgesproken. Nadat die gebeurtenis door klokgelui, bazuingeschal en kanongebulder den volke bekend was gemaakt, heeft Pius IX de mis aan het pauselijk altaar bediend, lil en om de kerk waren niet minder dan 100,000 menschen vereenigd, terwijl in het schip omstreeks 20000 was kaarsen brandden. Des avonds is op liet plein del Popoio een prachtig vuurwerk ontstoken. Den vorigen avond waren de koepel, de gevel en de colonnade der St. Pieterskerk luisterrijk verlicht geweest. OOST 14 it 9.1 H. Te Weenen is het gerucht in omloop dat aan den vice-admiraal TegettholF is opgedragen, met een escader naar Mexico te stevenen, ten einde het stoffelijk overschot van keizer Maximiliaan op te eiscben. De jongste berigten uit Miramar, omtrent den toestand der keizerin Charlotte, luiden zeer ongunstig. De geneesheeren geven weinig hoop op herstel, en de lijderes doetzoowel in heldere als in benevelde oogenblik- ken, steeds pogingen om de hand aan zich zelve te slaan. Hare schoon zuster, de koningin der Belgen, is thans op weg naar Miramar, om haat te bezoeken. OOST-I N D I E. BATAVIA, 26 Mei. De heer mr. A. Loudon is als vice-president van den raad van Ned. Indie plegtig geinstalleerd. Door den gouverneur-generaal zijn o. a. benoemd: tot controleur 3»kl. bij de burg. dienst de ambtenaar ter beschikking van den resident van Rionw jhr. A. H. van der Does de Bije, met bepaling dal bij voorloopig zal blij ven dienen in Siak tot ass. res. van Moulrado (w -afd. van Borneo) C. K. A. dc Neve, onlangs van verlof uit Nederland teruggekeerd; tot hoofdcom mies bij het dep. van binnenl. bestuur de le commies A. A. Hoos.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1867 | | pagina 2