C U E A Y T.
LEYDSCHE
1867.
MAANDAG 4 MAART.
STADS-BERIGTEN.
De prijs der Courant is ƒ3.— per vierendeel
jaars. afzonderlijke nominees zijn tegen 10
Cents verkrijgbaar.
De Courant wordt Maandag IVoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
uil Zaturdag avond.
RATIONALE MIMT1E.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN doen te weten: dat de
eerste sitting van den militieraadvoor deze gemeente, overeenkomstig art. 86 der
Wet van den 19dcn Augustus 1861 (Staatsblad n°. 72), wordt gehouden:
Op Maandag den lld"n Maart 1867, voor die Lolelingen die de Nommers getrokken
hebben van 1 tot 80;
Op Dingsdag den 12',eD Maart 1867, voor heil die getrokken hebben van N». 81
l° Op Woensdag den 13de" Maart 1867, voor hen die getrokken hebben van N°. 161
lot N°. 230, en
Op Donderdag den 14den Maart 1867, voor hen die getrokken hebben van N°. 231 tot
telkens'des namiddags ten één uur,in het gebouw de Lakenhal, aan den Ouden Singel.
Zij berinneren voorts, dat in de gemelde zitting voor den militieraad moeten ver
schijnen
1». de vrijwilligers voor de militie;
2<>. de lolelingen, die vrijstelling verlangen wegens ziekelijke gesteldheid of gebre
ken, of gemis van de gevorderde lengte;
dat de lolelingen, die voor den Raad niet zijn verschenen, gehouden worden geene
redenen tot vrijstelling te hebben, voor de dienst worden aangewezen, terwijl ook
het niet ontvangen van een oproepingsbillet niet ontheft van de verpligting tot het
verschijnen voor den militieraad of tot het indienen van de tot staving der redenen
van vrijstelling gevorderde bewijsstukken.
Eu zal hiervan openbare kennisgeving geschieden door plaatsing in de Leydsche Cour.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. D BRANDELER, Burgemeester.
Leyden 2 Maart 1867. v. PUTTKAMMER, Secretaris.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN,
Gelet op art. 150 der Wet op de Nationale Militie van den 19 Augustus 1861
Staatsblad N°. 72);
Noodigen de Lotelingen dezer Gemeente uit, die verlangen bij de Zee-Militie te
dienen, zich daartoe aan te melden vóór den lsten April aanstaande, op alle werk
dagen. van des voormiddags tien tot des namiddags drie uren, ter Secretarie
dezer gemeente.
En zal deze door plaatsing in de Leydsche Courant worden afgekondigd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Letden, 2 Maart 1867. v. d. BRANDELER, Burgemeester.
v. PUTTKAMMER, Secretaris.
JAGT EN V1SSCHERIJ.
De BURGEMEESTER van LEYDEN brengt bij deze ter kennis van hen,
die zich voor het aanstaande saizoen 1867/8 in liet bezit wenschen te zien
van jagt of vlschacten, of wel van eene kostelooze vergunning tot
uitoefening der visscherijdal de blanco verzoekschriften ter bekoming
daarvan gratis verkrijgbaar zijn ter genieeme-secretariealwaar zybe-
lioorljjk ingevuld en onderleekendvóór den 15de" April dezes jaars moeten
terug bezorgd zijn, ten einde alsdan aan den Commissaris des Konings in
de provincie Znidholland te worden ingezonden.
l)e Burgemeester voornoemd
Leyden, 2 Maart 1867. v. d. BR AN DELER.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN,
Gezien het adres van Frans Kdypers, huidenzouter te Rotterdam, waarbij hij
verzoekt hel pakhuis, gelegen aan het Galgewaler of den nedergelegden Vestwal,
wijk I. n". 68 Avoorloopig als bergplaats van gezouten huiden en schapen
vellen te mogen bezigen
Gelet op het Koninklijk besluit van den 31stcn Januarij 1824, rakende vergunnin
gen ter oprigting van sommige fabrieken en trafieken;
Doen te weten dat tot het hooren der eigenaars en bewoners van de naastbijge-
legene en belendende pandenten opzigte der informaliën de commodo et incom-
modo, door Burgemeester en Wethouders zal worden gevaceerd op het Raad
huis dezer Gemeente, op Maandag den 4den Maart aanst.des voormiddags te
elf uren; zullende de belanghebbenden verpligt zijn, hunne bezwaren tegen dat
verzoek op dien tijd in te brengen, terwijl, bij verzuim daarvan, zij gehouden
zullen worden zich tegen de inwilliging niet te hebben verzet.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
V. D. BRANDELER, Burgemeester.
Leyden, 2 Maart 1867. v. PUTTKAMMER, Secretaris.
B1 XN LANDSCilE I!EI! 1GTEN
LEYDEN 2 Maart.
In eene onlangs gehouden vergadering der Leydsche schcrpscliultcrs-
vcreeniging werd besloten liet beschermheerschap dier veroeniging aan te bie
den aan Z. K. U. prins Fredcrik der Nederlanden. Thans vernemen wij
dat de vereeniging op den verjaardag van Z. K. H. een «ieijend schrijven
heeft ontvangen, waarin Z. K. H. berigl dat hij bet bescherm heerschap
over de vereeniging volgaarne aannam.
Heden namiddag te 2 uren had in liet gebouw der Maatschappij tot
nnt van Jt algemeen, op uitnoodiging van een dertiental heereneene bij
eenkomst van ingezetenen plaats, met het doel om eene «Vereeniging tut jt
verbetering van de volksgezondheid te Leiden" in hel leven te roepen.
Nadat de vergadering door den hoogleeraar Boogaard mei een inleidend
woord geopend was ging men over tot de behandeling van een ontwerp-
reglementdat na belangrijke discussiênmet eenige wijzigingen, hoofdza
kelijk den werkking der vereeniging betreffende, werd aangenomen. Voorts
werd tot voorzitter gekozen de hoogleeraar Boogaard en lol secretaris-
thesaurier de hoogleeraar Zaaijer. Een aantal belangstellenden was lot het
bijwonen der bijeenkomst opgekomen.
Even als bij het wegruimen der Witte- en der Koe-poort plaats had,
heeft bet gemeentebestuur zorg gedragen dat ook van de Rijusburgsche poort
en van de Hoogewoerdspoort (biiitengedeelte)voor dat met afbreken werd
aangevangen, pliotograpbische afbeeldingen werden|gcnomen. Dit werk werd
opgedragen aan onzen stadgenoot, den pholograaf J. Goedeljee, die zich
daarvan op eene loffelijke wijze kweet en de goedkeuring zijner lastgevers
daarop mogt omvangen. Was men vroeger reeds in de gelegenheid meer
dan eene welgeslaagde proeve van liet werk van dien pholograaf te zien,
ook deze pliolographiën strekken den vervaardiger tot eer.
Wjj vernemen dat ztj die zich gaarne in het bezit dezer afbeeldingen zou
den gesteld zien, als zijnde «ene blijvende herinnering aan den bouwstijl
van het voorgeslacht en aan den vroegeren toestand der stadhunnen wensclt
kunnen vervuld zien, daar de heer Goedeljee, ten bunnen gerieve, eenige
exemplaren beschikbaar heeft, waartoe bij van zijne lastgevers de welwil
lende vergunning heeft verkregen. Daar vroeger zicli meer dan ée'ne stem
voor liet behoud der poorten beeft doen hooren, gelooven wij dat dit berigt
aan onderscheiden liefhebbers welkom zal wezen, eti zij zich deze gelegen
heid wel ten nuite zullen weten ie maken.
Wij vestigen de aandacht op den catalogus eener verzameling boeken,
welke 67 en 8 Maart e. k. door den boekhandelaar J. W. van Leeuwen
alhier zullen verkocht worden. Ofschoon de catalogus geen buitenge
woon groot getal nommers (ongeveer 1400) lelt, geeft hij niettemin de
titels van vele gezochte boeken en werken van waarde, uit liet gebied van
wetenschap en letterkundeen verdient hij alzoo dat daarvan kennis ge
nomen worde door hen, die goede boeken op prjjs stellen.
De dag van heden is voor den letterzetier P. Berkhout een gedenk
waardige dag. Op den 2dcn Maart 1817 bij de firma llcrdingli en du
Mortier in dienst getreden, en kort daarop, bij de ontbinding dier firma,
bij die van D du Mortier en Zoonging hij na de ontbinding ook dezer
firma, in 1855, naar de drukkerij van den uitgever dezer courant, toen
maals mr. J.G. La Lau, over en mag hij dus thans op eene vijftigjarige
werkzaamheid terugzien. Wij wenschen den ijverigen en oppassenden man
met dezen dag geluk en hopen van harte, dat Item nog vele jaren de krach
ten mogen verleend blijven om zijn vak uil te oefenen.
Heden morgen is op de Koolgracht uit liet water gehaald liet lijk van
een bejaard man, die vermoedeljjk gisteren avond er bij ongeluk was inge-
loopen.
Het getal der in liet Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende
deze week dagelijks van 228 tot 273 personen.
Naar wij vernemen is tot eerstaanwezend ambtenaar van het eerlang
iu dienst te stellen rjjkstelegraufkantoor te Schoonhoven benoemd de heer
B. J. R. Engelbregt van het rijkstelcgraafkanioor alhier.
Ter aanvulling van hetgeen wij in ons voorlaatste nomtner hebben
medegedeeld omtrent de feestviering, die Maandag II. te Voorscholen plaats
had, dieue nog dat bjj die gelegenheid aan den jubilaris, den lieer Treub,
door de vereeniging Dorcas aldaar een ebbenhouten presidenlshamer met
zilver gemonteerd werd aangeboden.
Het boezemwater van Delfland is sterk gevallen. De wind heeft zich
hiertoe gunstig gekeerd, liet stoomgemaal is in werking en de molens kun
nen overgaan tot de uilmaling van de zoo langdurig in het water verkeerd
hebbende polders. Men hoopi dat de wind hiertoe zal aanwakkeren.
Ter voorziening in de behoefte aan manschappen tol ondersteuning
van de maatregelen tot stuiting van de veeziekte is liet onvermijdelijk ge
worden, eenige miliciens, thans met verlof, iu werkelijke dienst te doen
komen. In verband met de arlt 123 en 124 der mililiewet worden dan
ook, met 's konings magiiging, legen den 26stcn dezer, bij de corpsen op
geroepen de miliciens van de infanterie behooretide tot de ligting tan (866,
alsmede de milicien-plaatsvervangers van 1865 van dat wapen, die zich met
verlof in limine haardsteden bevinden.
Naar men verneemt houdt men zieh bij liet dep. van binnenlandsclic
zaken bezig met de voorbereiding eener reeds in 1856 beproefde, doch toen
niet tot stand gekomen wettelijke regeling der banken van leening.
In den nacht van 27 op 28 Felir. is te Papendreclit een huis afge
brand, bewoond door drie gezinnen. Men selirfift de oorzaak aan kwaad
willigheid toe, en een der bewoners is gevankelijk naar Gorinchem oveigebragt.
In de jongste zitting van den gemeenteraad van Amsterdam is door
den voorzitter medegedeeld dat men eene geschikte plaats gevonden had voor
het op te rigten standbeeld van Vondel, t. w. in liet rij- en wandelpark.
Voor de fundering is eene som van 3000 toegestaan.
Te Amsterdam is gisteren avond een zware brand uitgebroken in de
tuifloodsen en bergplaatsen van den heer Hajikamp, in de Haarlemmer Hout
tuinen, bij de Ivone Prinsengracht. De aan de overzijde staande kerk en
huizen liepen daarbij groot gevaar, dat door het keeren van den wind ge
lukkig werd afgewend, l ier percelen zijn grootendeels afgebrand.
Van den Helder meldt men dal een zeer geacht ingezeten dier ge
meente, vroeger landman en veehouder, in liet be/il is van een geheim,
waardoor btj met. zekerheid meent te kunnen aanwijzenwelk rund voorde
