Hl. fiurgcvlijfcc £?tanb. zonder de autorisatie der regering; deze magtiging kan altijd weer ingc- i irokken worden en vermoedelijk zon de regering haar, uithoofde van staat kundige redenen, aan het protestantsch liberalisme weigeren. 51cu ziet wal er dan wordt van de vrijheid hierboven, op het voetspoor van den Conseil vresbytéralmet eene zekere edelmoedigheid begroet. Ten andere staat liet vast dat, sedert hare wettelijke regeling de hervormde kerk van Frankrijk geene verbindende geloofsbelijdenis meer bezit, terwijl de oude, die van la Roebelle, zoo in onbruik geraakt is dat hare onderschrijving geeischt wordt noch van de leden, noch van de studenten in de theologie, noch van de proponenten, noch van de leeraren. Er kan dus geene sprake zijn van gebondenheid aan eene geloofsbelijdeniswaarvan hel gezag officieel nergens erkend is en waaraan alle de protestanten in Frankrijk, orthodoxen en liberalen, in verschillende maten ontrouw zijn. Dit laatste is zoo onte genzeggelijk dat een der predikanten, die den heer Coquerel mede vonnisde, niet lang geleden in eene gedrukte preek dc praedestiuatie heeft verworpen, welke toch de hartader is der geloofsbelijdenis van Ia Roebelle. Men kan hieruit opmakenwelke de waarde is van de tweede bovengenoemde consi deratie in hel beloofde adres. Bovenstaande regelen hebben geen ander doel dan eerlijke en over den toestand der hervormde kerk hier en elders bekommerde gemoederen onder ons wel in te lichten omtrent den slap dien men hen uitnoodigt eerstdaags te doen. Wjj zeiden: de Gemeente-Commissie was niet bedacht op middelen van bezuiniging en door dezen van verbetering in door het overlaten van de voornaamste werkzaamheden aan ondergeschikte personen, in door hel zich vastklemmen aan oude en verouderde huishoudelijke bepalingen. Wij gaan dit ook bij de Uitgaven bewijzen. De Uitgaven voor Puur en Licht bedragenwanneer wij hel daaraan bestrede in tien jaren optellen, eetie som van p.m. ƒ26200, dat is per jaar 2620. Sedert de daarstelling van de Gaz-verHchtiiig, moeten de kosten voor liet licht bestemd merkelijk zijn afgenomen, maar wij nemen aan, dat dit opweegt tegen het onderhond der Gaz-ioestellenwanneer de kosten daaraan besteed, niet zijn opgenomen in den post van allerhande. Uitgaven die in 1852 eene som van ƒ3033.45 bedroeg, boven en hehahe den post voor Vuur en Lichtin datzelfde jaar uitgetrokken met ƒ4191.30. 0e Uitgaven voor Vuur en Licht bedragen iooo ,i .n I l828 1648-13-2 in 1822 1274-11 10 jn lg24 2121-16 2 in 1832 - 2859 17 in 1842 - 2763 91 in 1852 - 4191 30 in 1855 ...- 157544 Die Uitgaven zijn veel te hoog, en komen op p m. ƒ100 's weeks voor 26 winterweken te staan. Wanneer de uilgaven daaraan van tien of vijf tien achtereenvolgende jaren worden opgeteld, dan bedraagt die som per jaar eerder meer dan minder. Wij hebben hel jaar 1855 daarbij gevoegd, omdat men zou kunnen zien, dat, naar aanleiding van de aanmerkingen, die de Commissie tot rekening-opname in 1854 ten dezen gemaakt hadde uitgaven voor Puur en Licht p. nu duizend gulden minder bedragen; ook in 1856 openbaart zich datzelfde verschijnsel. Dat alle die sommen door de Gem.-Comm. uitbetaald zijn, dit is boven alle bedenking verheven. Maar dat er, om ééu der jaren, bijv. 1853, op te noemen, welk jaar slechts met ƒ2263 59 staat uitgetrokken, daarin alleen aan turf en steenkolen is uit betaald 1747.075is een gevolg van gebrek aan toezigt en controle. Wij hebben volkomen regt om dit te beweren. Wilt ge een bewijs? Welnu, sedert de invoering van eenen nieuwen maatregel ten dezen, worden thans voor elke week aan den koster en de onderkosters der llooglandschc kerk toegeleld p. m. 350 lurven. Dit getal mag niet overschreden worden. De prijs van p. m 350 lurven is ongeveer 1.70 (de prijs der dubbele mud op 52j cent berekend), Neemt men nu aan, dat voor de Pieters-kerk een groot-er getal, cu voor de Mare- en Oosler-kerken een kleiner getal benoo- digd is. dan zou men voor dc vier kerken wekelijks aan turf behoeven ƒ680, dal is voor 26 winterweken ƒ17680. Hel vuur toch iu hel ruim en voor de vrije zitplaatsen werd door de stoveuzetsters zelve bekostigd, hetgeen door de Gemeente-leden uit de hand is betaald. Er is dus veel brandstof verwaarloosd, want voor de Consistorie- en Kerkmeesters-kamer en voor den vrijen brand der vier kosterijen werd niet zoo veel vereischl. Voor 1747.045 kon de Gem.-Couim. p. m. 3400 dubbele mudden koopen. Niet minder loopt dit ook in hel oog bij de uitgaven voor het 11. Avond maal. De kosten dooreen daarvoor jaarlijks in rekening gebragt, zijn p. m. ƒ700, waarvan in 1853 aan brood alleen ƒ186 88. De Uitgaven van werkgeld aan personen in vasten dienst, bedragen door een 2700. Aangenomen dal ieder werkman 6 per week verdient, dan kar, men voor ƒ2700 negen vaste werklieden bezoldigen. Hoe vele er wa ren weten wij niet. Voor reparation aan de gebouwen is over 15 jaren eene som van ƒ53000 besteed, dat is 3500 'sjaars, welke som nog vermeerderd wordt met 1200 'sjaars voor de begraafplaatsen. Dal deze uitgaven voor de dage- lijksche herstellingen te hoog zijn, zal door ieder worden toegestemd. In 1855 vindt men den post van uitgaaf voor de begraafplaatsen niet meer vermeld, en toch is de post voor betaalde werkloonen in dal jaar niet hoo- ger, dan iu voorgaande jaren. Een doorslaand bewjjs alweder, dat de aan merkingen, gemaakt door meergemelde Commissie des Kerkeraads, die de rekening in 1854 opnam, niet zonder vrucht zijn geweest. Trekt men nu de drie sommen bijeen, dan is er aan de geicone répara- tien der gebouwen en begraafplaatsen jaarlijks besleed: aan werkloonen p. m. 2700 reparatie der gebouwen - 3500 i> de begraafplaatsen - 1200 reparatie der orgels - 650*) 8050. Dat cijfer is, iu verband met de inkomsten, veel te hoog, en mogt alzoo niet besteed worden. Men bedenke weldat hieronder niet begrepen zijn de bckoepeling van het dak der Hooglandsehe kerk en de vernieuwing der Oosterkerkwaarin bij renteloos voorschot is voorzien. Indien de vercischte herstellingen aan de gebouwen jaarlijks waren aan besteed, er ware, om dat in tiet voorbijgaan te vermelden, geen grond ge- Die hebben in 10 jaren p. m. ƒ8500 gekost. Het erge] der Oosterkerk is daaronder niet begrepeu. weest voor de klag!«lie verschillende werkbazen den 22S|<D Öclobcr 1851 bij den Kerkeraad inleverden, dal, nevens de twee, niet 101 de Gemeente bchoorende werkbazen, nu nog een derde door de Gem-Comm. was aan gesteld. Als eene curiositeit kan dienen, wal wjj uit eene geloofwaardige bron vernamen, dat aan den werkbaas van Halterenvoor het verwen van liet binnenwerk der Marekerkgeraamd op p. m. ƒ1000, is betaald p. tu. 2200, en dat daartegen onlangs hel verwen van dc gansche nieuwe ver timmering der Pieterskerk, plus dat der pilaren, hekken, portalen en deu ren, in een woord, van het gansche binnenwerk heeft gekost ƒ2990. Bij het voeren van een beheer met zoo vele leemten en misbruiken, moest de Kerkeraad, als vertegenwoordiger der gemeente, voorgelicht door zijne Commissiën, wel bedacht zijn op middelen van verbetering, en dus van j herziening van het Reglement. Reeds op 31 Maart 1854 werd, op voorstel van BB. Ouderlingen, eene Commissie benoemd, om de Vergadering van advies te dienen, of hel Reglement voor de Gem-Comm. behoorde gerevi deerd te worden, en zoo ja, de punten van revisie aan te wijzen. Werd dit voorstel destijds niet gemotiveerd uit de noodzakelijkheid om in de administratie verbetering te brengen, niet lang daarna (4 Mei 1854) bleek uit hel rapport der Kerkeraads-Commissiedie de rekening over 1853 had i opgenomen, dat ook dit eene reden was, om de revisie van hel Reglement te verlangen, en de Gem Comm. tol medewerking daartoe uit te itoodigen. Tot die revisie is de Kerkeraad met de Gem.-Comm. niet kunnen geraken omdat de laatste hardnekkig bleef weigeren. Hoe hel met de administratie in de laatste jaren gesteld is geweest, ligt in het duister. De Gem.-Comm. heeft nagelaten de Gemeente daaromtrent in te lichten. De Kerkeraad, nadat hij verklaard had, dat de Geut.-Comm. onwettig was zamengesteld heeft zich met het examineeren der rekening niet meer bezig gehouden. Maar het ontbreken van die lusschenkomsi be hoefde haar niet te beletten, aan de Gemeente hare rekening openbaar te maken. Zij had dit veel eerder, buiten den Kerkeraad om, kunnen doen, dan nieuwe leden in haar col leg ie zitting te doen nemen, die door den j Kerkeraati aan de gemeente niet waren voorgesteld. Ofschoon de Kerkeraad zijn leedwezen gevoelen mag, dat zijne pogingen tol minnelijke schikking zijn verijdeld; hij troostc zich daarmede, dal de verwikkelingen wier einde hij hoopte toch voor de stoffelijke belangen der gemeecie voordeelig zijn geweest. Wilt ge, behalve de reeds vermelde bezuinigingenbewijzen, dat sedert hei ontslaan der geschillen, de oogen der Gem.-Comm. zijn geopend? Bedenkt dan. dat de Pieterskerk, boven en behalve de nieuwe vertimmering, aan bijwerk nog p. m. ƒ6000 heeft vereischt. Aanschouwt de begraafplaatsen, waaraan zeer aanzienlijke som men zijn besteed. Begeeft u op hel Pieterskerk-pleinen beziel de belang rijke vernieuwingen aan enkele huisjes verligt, en de doeltreffende verande ringen aan het uitwendig gedeelte der Pieterskerk. Berekent de kosten voor de tweede Nachtmaalstafel en nog vele andere in het oog loopende ver beteringen. Men mag daaruit opmaken, dat, om de uitgaven daarvoor te bestrjjden, elders op posten, die het lijden konden, doelmatige bezuinigingen zijn aangebragt. .lammer slechts, dal althans éér.e bezniniging, hel terug houden van de toelage tot het traclement van HH. Predikanten, geschied is, die men niet dan in den hoogsten nood, waarvan het vermelde niet getuigt, had moeten veroorloven. Maar, zegt men, de Kerkeraad had toch vroeger door zijr.c Commissie inzage van de rekening, en het stond aan haar, «m die goed of af tc keu ren. Doch hiervan gaan wjj spreken nu wij de rcdenecring gaan bestrij dendie de oude Gem.-Comm. op de vragen laat volgen. 18 April 1864. H. ZAALBERG. Wordt vervolgd. In N°. II. (N°. 48 dezer Courant) zijn bij regel 11 eenige woorden uit gevallen. Men leze, »wij geven straks de redenen op, waarom.wjj het jaar 1856, uit vrees voor dienstvermenging even als in het jaar 1855 plaats had, waarvan" enz. STAISS-BKRIGTEÏU. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEVDEN doen te welen ter voldoening aan art. 228 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad n\ 85), dal alle pretensiën over bel jaar 1863, ten laste der gemeente, vóór of op den laatsten Junij dezes jaars moeten worden ingeleverd, en dat de vorde ringen, welke niet binnen den genoemden tijd ingediend zj)n, voor verjaard en vernietigd zullen worden gehouden. En zal deze door plaatsing in dc Leijdsche Courant worden afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoemd, D. T1EB0EL SIEGENBEEKBurgemeester. Leyden, 21 April 1864. v. PUTTKAMMER, Secretaris. Van 14 tot en met 20 April 1864. BEVALLEN J. C. van Velzen geb. LangezaalS. L. van der Leek geb. HoefsmitD. A. C- Dttk geb. Limvers, Z. M. Kok, gel), de Vrind, D. J. Aalbersegeb. KerkvlietZ. D. C. Kooreman -geb. Kooda Z. J. Goed- raad geb. Galjaard D. K. Dreelgeb. MeletD. G. C. Pierageb. Cliris- liaanse, Z. C. Ramak geb. Aalberse, D. J. Ligtvoct ,geb. van Veen D. J. Slallingageb. Jongmans, D. M. 51. Weers, Z. J. A. Zuyderland, D. 51. Laman, geb. Dreef, Z. J.E. Knage, geb. Hamakers, Z. S. C. Kwik, geb. BerlemonZ. C. van den Broekgeb. ElienncZ. C. 51. van der Burgh geb. Britlijn, D. II. Lambinon, geb. Driest, Z. G. Pcyster, geb. Ramak, D. II. P. Trclgeb. van Kleef, Z. W. Rjjgersveer, Z. A. Zoutendijk geb. Freckcn,Z. D. van der Reyden geb. Wagemans, Z. L. de Vroede, D. j C. W. Oostveen geb. de Vos, Z. J. Oliviergeb. de Graaf, Z. C. Wakka, J geb. van Zonnenveld D. GETROUWD: H. Brandt, jm. en 51. II. Rlansjaar,jd. C. J. Hoppenbrou wer jm. en J. Bodyn jd. T. G. Klaverwyden jm. en J. de Bruin jd. S. Zaalberg, jm. en S. 51. Hameljd. A. Verhoog, jm. en 11. C. Dee, jd P. J. van Wijngaarden ,jm. en A. 51. 51. Lancet,jd. J. Olivier, jm. en A. M.Louw- rier, jd. A. Tuckermanujm. en A. E. Boelen, jd. J. O de Vries, jm. en W. Flippo jd. J. van Bemmel, jm.enj. Broodsmanjd. F. J Houwen, wedr. en J. Toorens wedc. OVERLEDEN: J. Franchimon. 53j.W.Colpa, I)., 2j en bijna 8 m. M. Smitgeb. van Es 39 j. A. Filippo, Z.17 d.W. dc Vieux geb. Smit», 81 j. C. J. Schmidtwelt. gesel), vrouw van P. van den Bosch 48 jF. He- merik,67 j. II. Ie Noble, 54 j. N. Velthuis59j. T. W. Vogelzang 85 j. J. Boom D.bijna 11 in J. T. A 51. Knrvers Z lj J. Blomute- stijn geb. Hildeman 54j. A. de Boer67 j. - N. van Wijk. Z., bijna4m. P. Duyverman D.ruim 2 j. L. van EesZ.ruim 7 m M. l'yterdijk geb. Buen 65 j. J. M. de Bruin, geb. Rlansjaar 49 j M C. van der Klaatiw I) ruim 8 m, F. J. GcrardsZ,5 j. en bijna 10 m. IIde NobelZ 8 d.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1864 | | pagina 3