woordde en de beginselen der regering in deze blool legde. De heer Groen zeide de minister o. a.zegt telkens dat de scheiding van kerk en staat op niets zal nitloopen. Maar wat wil de heer Groen dan? Hij wil de kerk wegredeneren, hij wil de scheiding zoo absoluut doen voorkomen, om te kunnen zeggen: zietdaar den godsdienslloozcn staat. Dal is ten onregte. Omdat de staat de kerk vrij laat, wordt de kerk niet builen den staat ge- bragt. Ons stelsel is: noch kerk, noch godsdienst, noch kunst of weten schap zijn regeringszaak. Daarover heeft de overheid noch oordeel, noch gezag. De staal vatte in de kerk, de kerk vatte in den staat. De slaat bescherme de kerk, de kerk veredele den staat, want ook wij erkennen hel hooge gewigt, dat de kerk kan uitoefenen op de morele ontwikkeling van den slaat. Wat de heer Groen wil leidt tol eenc uitsluiting van de kerk. Maar scheiding van kerk en slaat, zoo als het gouvernement die wil, be twist niet den heilzamen invloed van kerk en godsdienst op de gansehe maatschappij. Niet uil vrees daarvoor, maar uit hooge waardering van dit onschatbaar element in de maatschappij, wil het gouvernement hare vrijheid niet hinderlijk zijn. Ondergeschiktheid van de kerk aan den slaat komt niet tc pas in het systeem des ministers, maar wel in het stelsel van den heer Groen, die uitgaat van het publiek regt der gezindheden. Als dus de heer Groen steeds zegt: scheiding van kerk en staat zal op niets nitloopen, dan antwoordt spr. met het oog op hetgeen door hem is aangevoerd: die scheiding loopt uit op een beslissend resultaat. Zitting van Woensdag 19 November. Aan de orde was de behandeling van hoofdst. IV A (justitie) der staatsbe- grooting voor 1863. Bij de algemeene beraadslagingen werden onderschei dene onderwerpen ter sprake gebragt, als: de wettelijke regeling van de voorschriften omtrent de publieke verkoopingende verlenging van den ter mijn van invoering der nieuwe regterlijke inrigting, de misbruiken der pre ventive gevangenisstraf, enz. De minister van justitie beantwoordde de onderscheiden sprekers; in den loop zijner rede gaf hij o. a. te kennen, dat het onderwerp betreffende de publieke verkoopingen spoedig voor een deel geregeld zou kunnen worden; hij deed den stand der voorbereidende werk zaamheden voor de invoering der wet op de regterlijke inrigting kennen, en verklaarde die invoering zoo veel mogelijk te zullen bespoedigen. Na de behandeling der onderscheidene artikelen werd het hoofdstuk met 56 tegen 8 stemmen aangenomen. Tegen hebben gestemd de lib. Nollhe- nius, Mijer, Hoffman, van Asch van Wyck, Hoekwater, de Brauw, van Foreest en Schimmelpenninek. AMSTERDAM17 November. De in de vorige week gehouden vergadering van de taal- en letterkundige afdeeling der kon. akademie van wetenschappen werd bijgewoond door dehli. Opzoomer, Koenen, Bake, Six, Leemans, van Lennep, Janssen, Harlirig, Karsten, Beets. Brill, Knoop, van den Bergh, Mees Az.Millies, Herwer den, de Geer, Scholten, van Heusde, Boot, Goudsmit, en van de afdeeling natuurkunde de heer W. Vrolik. De heer Millies droeg eene mededeeling voor omtrent de Oostersche verta lingen van het werk van Grolius De veritate religionis Christianae. De slotsom van sprekers onderzoek was, dat van al de gewoonlijk genoemde Oostersche vertalingen van het geschrift alleen de Arabische als zeker, als gedrukt en verspreid te beschouwen is. Daarna las de heer Karsten zijne bijdrage voor over het werk van Aristoteles over de dichtkunst. De heer Leemans voerde het woord over zeker adres aan den minister van binnenl. zaken, door den gemeente-ontvanger van Amsterdam, den heer van Hoorn, ingeleverd, en in druk verspreid, waarin die heer zich beklaagt over het geen door de commissie voor de oude monumenten in een rapport, in het jaarboek der akademie opgenomen, te zijnen laste, als huurder der gronden waarop de ruïne van Brederode staal, is ingebragt. De heer Leenlans zegt. dat bij een te werk gesteld naauwkenrig onderzoek is gebleken, dal er niets te veel dienaangaande is gezegd, daar men er nog veel meer over had kun nen in bet midden brengen. Ook bood de heer Leemans, namens Z. E. den minister van binnenl. zaken, voor de bibliotheek der akademie ten geschenke aan een exemplaar van de door hem onlangs op last der regering uitgegeven 21>te afl. der Aegyptische monumenten, inhoudende toelichtende opmerkin gen van den Franschen geleerde F. Chabas, te Cbalons-sur-Saóncop de hieralische papyrussen van hel museum van oudheden te Leyden. BUITENLANDSCHË BERIGTEN. ENGELAN9 LONDEN, 18 November. De Mom. Post deelt als gerucht mededal de uitvoer van alle voor den oorlog dienstige voorwerpen uit Engeland naar Noord-Amerika bij een besluit van de koningin zal worden verboden. Op den Schoischen spoorweg nabij het station Beattock heeft jl. Za- turdag met den van Glasgow komenden posttrein weder een treurig geval plaats gehad. Door tiet breken van eene as van een der wagens zijn er onderscheidene uit bel spoor geraakt; kapitein Briedie verloor daarbij oogen- blikkelijk het levendrie andere personen werden zeer zwaar en velen daar enboven ligt gekwetst. In eene kiezersvergadering, dezer dagen te Southampton gehouden, is het zeer onstuimig toegegaan. De partijen raakten handgemeen, stoelen, banken enz. werden verbrijzeld en een 20-tal personen van eene hoogte in het midden der zaal geworpen. In Staffordshire is eene steenkolenmijn in brand geraakt, ten gevolge van het gebruiken van buskruid om de steenkool te doen springen. Men heeft de mijn onder water moeien zetten. De/ZeroWvan New-York zegt, dal de democratische partij bij de ver kiezingen eene volkomenc overwinning beeft behaald, maar dat deze ten toonspreiding van de gezindheid des volks niet beduidt, dat de oorlog zal worden beëindigd met ecnen schandelijken en verderfelijken vrede, die split sing der Unie in twee onafhankelijk eedgenootschappen medebrengt, maar wel dat de oorlog zal worden doorgezet lot instandhouding der Unie en met geen ander doel. De verderfelijke invloeddoor de heethoofdige voor standers van de afschaffing der slavernij op den president uitgeoefend, zal echter, volgens dal blad, ophouden, en om daaraan zoo spoedig mogelijk een einde te makenstelt dat blad voor dat de nieuwe vertegenwoordigers terstond zullen bijeenkomen, ten einde den president met hunnen raad te dienen en hem op te geven, welke staatkunde bijval en ondersteuning bij de aan de Unie getrouwe bevolking zou vinden. Die bijeenkomst zou thans reeds noodig zijn, omdat de nieuwe vertegenwoordiging eerst in December van het volgende jaar te zamen komt. De generaal Mac Clellan blijft nog steeds zijne voorwaartsche beweging voortzetten. Omtrent de bewegingen der zuidelijken is voor het oogenblik niets bekend. De noordelijken hebben Warrenlown en alle toegangen tot Manassas en de linkerzijde van de Blue-ridge bezet. IRA1VKKUH. PARIJS, 18 November. Er is thans weder sprake van de aftreding van den heer Drouin de Lhuys, die naar men wil tegelijk met die van den heer de Persigny zou plaats lisbben. Het dagblad la France verzekert, dat de generaal Doblado, afgetre den minister van buitenl. zaken in Mexico, zijne voornaamste aanhangers tot eene bijeenkomst opgeroepen heeft en zulks op grond dat de generaal Forey officiéél heeft te kennen gegeven, dat Frankrijk de regten en den wil der Mexicanen zal eerbiedigen, lil die bijeenkomst zou het besluit ge nomen zijn om onderhandelingen met den generaal aan te knoopenten einde op vriendschappelijke wijze middelen te beramen, ten einde langs wet tigen weg den wil der natie te leeren kennen. Aan II. M. de keizerin zijn bij gelegenheid van haren naamdag vele fraaije bloemboiiquelten aangeboden. De opmerkelijkste was die van den heer Nigra. Hij was zamengesteld uit wille en violetkleurige camelia's van Parma, en was met den sneltrein uit Genua gezonden, zoodat de gezant den ruiker in al zijne frischheid aan li M. beeft kunnen aanbieden. Blijkens een schrijven van den minister voor handelszaken aan de ka mer van koophandel te Amiens, heeft kapitein Magnan, bekend door zijne bemoeijingen tot bevordering der stoomvaart op den Donau, het plan opge vat om den Niger van de uitmonding in de Golf van Guinea lot Bamako ia Afrika's binnenland op te varen, zich met de gesteldheid der landstreken langs de oevers bekend te maken en levens ruilhandel met Europesche tegen inlandsche voortbrengselen te drijven. Door de justitie wordt een ijverig onderzoek gedaan naar de oorzaak van den dood van den heer de Riancourt, kamerheer des keizers, dien men tot hiertoe aan zelfmoord toeschreef. Het is thans geblekendat de over ledene op den dag voor zijn dood eene som van 120,000 fr. had ontvangen. Die gelden waren na zjjnen dood niet te vindenevenmin als een der be dienden van den graaf, die echter reeds aangehouden is. Bij de heropening van den cursus der medische faeulteit hebben er on geregeldheden plaats gehad. De rede van prof. Rayer, geneesheer des kei zers, werd uitgefloten. Eenige studenten zijn in hechtenis genomen. Algemeen is hier de deelneming in het lot van mej. Livry, die op het tooneel van de groote opera te digt bij een der voetlichten is gekomen, waardoor hare kleederen in brand geraakten. Zij is daarbij zoo deerlijk gebrand, dat men voor het behoud van haar leven vreest. Volgens alhier ontvangen berigten uit Griekenland is er te Patras een militaire opstand uitgebarsten; de gemeente-kassen zijn geplunderd en de bankiers en rijke inwoners van de stad hebben bij de consuls een schuil plaats gezocht. Men verzekert ookdat de candidatuur van prins Alfred van Engeland voor den Grieksclien troon meer en meer veld wint. ITALIË. De kamer van afgevaardigden van het koningrijk Italië heeft op 18 Nov. hare werkzaamheden hervat. Door de regering zijn overgelegd de diplomatieke bescheiden, betrekking hebbende op de Romcinsche quaeslie. De heer Buoncompagni verzocht verlof het ministerie te interpelleren over de staatkunde der regering, waarop de heer Ratlazzi verklaarde bereid te zijn aan de kamer mededeeling te doen van de gedragslijn door de regering lot dus verre gevolgd. De discussie over dat onderwerp is bepaald op 20 Nov. De prins van Wallis en de prins van Pruissen hebben eene audiëntie gehad bij den Paus. OOSTËARIJR. WEENEN, 17 November. Uit Venetië meldt mendat aldaar plotseling overleden is de heer Pietro Giaconazzichef van het grootste handelshuis in wijnenhetwelk in liet gansehe keizerrijk bestaal. Voor omstreeks 40 jaren had hijals wijn- koopersknechtte Venetië zijne loopbaan aangevangen; bij zijn overlijden werd hij beschouwd als de vermogendste inwoner van de stadwant hij stierf in bel bezit van vele millioenen flor., welk groot vermogen wordt geërfd door zijnen neef, dien hij voor eenige jaren ais zoon heeft aangenomen. De hoogeschool te Padua, welke door de regering voor eenigen tijd is gesloten wegens de woelzieke stemming die zich aldaar voordeedis voor jongelieden uil het Lombardisch-Veneliaansche koningrijk weder open gesteld. Per Telegraaf. 'sGRAVENHAGE, 20 November. In deze zitting is behandeld hoofdst. V (binnenl. zaken) der staatsbegrooting. De algemeene beraadslagingen zijn reeds geëindigd en die over de artikelen gevorderd tot de derde afdeeling (militie). De beer van Heemstra verklaarde zich legen het hooge eindcijfer. De heer van Gollstein keurde ook dit hoofdstuk af om de koloniale politiek. De beer Groen van Prinsierei' besprak het onderwijs in zijnen vollen om vang; terwijl de bijzondere posten tot dus ver weinig aanleiding lot beden kingen gaven. Morgen voortzetting.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1862 | | pagina 2